wij vroeger reeds, gezegd hebbendal de partij van het
voftge Ministerie door de ware meerderheid niet on
dersteund werd, maar dat zij de bovenhand hield,
omdat zijne voorstanders zich bij de keuzen meer deden
gelden, terwijl degeinutigde constitutionele partij veelal
geheel werkeloos was en eenigen daarvan hunne stem
zelfs niet uitbraglen.
Lezende uien in hetzelfde N°. van dat blad de
onderstaande redenering over de verkiezing van den
Heer Thorbecke
De benoeming van afgetreden Ministers lot leden
der wetgevende vergadering is in constitutionele Staten
geen vreemd verschijnsel; maar in den bnitcngewoiien
toestand, waarin Nederland verkeert, heeft zoodanige
benoeming thans ook eene buitengewone beteek^nis.
fn den regel is er niet dadelijk eene plaats vacant
zoodat de verkiezing van een gevallen Minister tot lid
der vertegenwoordiging dan doorgaans geschiedt, nadat
er eenigen lijd sedert zijno aftreding verloopen is.
Er is hier echter meer. Het Ministerie Thorbecke
is niet gevallen, zuoals meestal gebeurt, ten gevolge
van tegenstand bij de vertegenwoordiging, integendeel,
al Ie ijverige medewerking van die zijde heeft de bij
•velen bestaande antipathie tegen dol Ministerie zeer
vergroot. Hetzelve is gevallen ten gevolge van die,
door verschillende oorzaken opgewekte, antipathie bjj
de kern der natie, Van grove miskenning van den in
ons land heerschenden Pruteslnulsclicii geest en van
eene» onvoegzame» eisch den Koning gedaan, welks
inwilliging beneden de Koninklijke waardigheid zoude
zijn geweest.
«Wanneer nu al dadelijk de leden van dut Ministerie,
en bepaald deszelfs hoofd, tot leden der Stalcn-Generaal
worden gekozen, dan ligt daarin niet zoo zeer eene
huldiging van deszelfs politieke beginselen; daartoe
waren buiten hetzelve nog wel mannen te vinden,
maar in zoodanige keus zien wij een trotseren, een
opzettelijk en openlijk verachten der opinie van die
allen, zelfs dê nanzienlijksleii in den lande, die zich
door dc handelingen van dal Ministerie in limine dier
baarste belangen gekwetst achten, en vermits de keus
des Ueercn Thorbecke in Limburg en Noord-Brabnnt
heeft plaats gehad, zien wij daar verder in het bewijs
eener coalitie tusschen de Calholijke» en Ultra-Liberalen.»
In de Prov. Utrechtsche. Courant van 30 Mei
lezen wij het navolgende stuk van den Utreclilsulien
lloogleernnr G. ff'. Vreedeover het Gemeen Ocerleg
der niet Erkende Bisschoppen .-
«Met eene eenstemmigheid, welke menig zoogenaamd
homogeen Kabinet beschaamt, vaardigen de onlangs te
Home benoemde Praelaten achtervolgens Herderlijke
lirieven uil aan de onderhoorigen der door don l'utis
ingestelde Nederlandsche Bisdommen. Onderdanen des
Konings, aan zijn gezag, aan dat der steeds geldige
Wellen en Wettelijke Verordeningen onderworpen, be-
kteeden zich eigenniagtig, en, uls dingende met de
onschendbare Majesteit van liet Hoofd van den Slaat,
met eene door de Gratie Godigelijk zij het noemen,
hun opgedragen waardigheid. Onderdanenten voile
bekend met de redenen, die het vorig Ministerie ten
val hebben gebragl; bekend met het constitutioneel
toezigt des Konings over alle Kerkgenootschappenmet
de geopenbaarde bedoeling der Regering ommet eer
biediging van de reglen der Romnsch-Katholijken, eene
billijke bevrediging te verschaffen aan een groot ge
deelte der Natie; die onderdanen, voorbarig en ver
metel ingrijpende op 's Konings onbetwistbaar r«gt, bij
het nooit formeel opgeheven Concordaat van 1827 ge
handhaafd treden11a gemeenschappelijke raadpleging,
onbecedigd als Kerkvoogden op, de goed- of afkeuring
van den Vorst, zonder wiens bewilliging zij hun ambt
•niet mogen aanvaardenversmadende.
Kan of mag het Ministerie zulk een overmoed
lijdelijk aanzien? Kan of mag het zich met de halI-
«fficiele of gedienstig medegedeelde betuiging, dat de
Bisschoppen dusverre niet door de Regering erkend
zijn, vergenoegen? Wij weten, dal de afkondiging van
Kerkelijke Voorschriftendie niettemin aan de verant
woordelijkheid volgens de Wet underhevig blijven, naar
luid van art. 170 der Grondwet niet kan worden be
lemmerd; maar zulke voorschriften kunnen ongetwijfeld
alleen uitgaan van eene, door do Regering erkende,
geestelijke overheid, hoedanig de inpartibus injidelium
toegelaten Bisschoppen van Curium, van Gerra, van
Dardaniö enz. waren. Hier geldt hel integendeel hande
lingen van dezulken, die, als Kerkvoogden van Utrecht,
van Haarlem, enz., luide zijn gewraakt, en wier feitelijke
aanmatiging een hoon is voor den Koningop wiens
last met Rome wordt onderhandeld.
«Onzes inziens is minstens eene ondubbelzinnige
verklaring in dc Staats-Courant noodig, dat dc Regering
geen karakter van autenlicileit aan Herderlijke Brieven
•of eenige andere voorschriften van dc Hoeren Zwijnen,
ran Pree enz. in de door hen willekeurig aangenomen
betrekking toekent.
RAPPORT der Commissie, omtrent een in te voeren stslsel
tan Belastingen, voor de Gemeente Amersfoort.
De Commissie, aan welke, bij besluit dezer vergadering van
28/30 December 1852, werd opgedragen dc herziening van het
Plaatselijk belastingstelsel enz., heelt, in gedeeltelijke voldoe
ning van den haar opgedragen last. de eer het navolgende tc
rapporteren.
Alvorens den uitslag van haar onderzoek, betrekkelijk de
middelen tot dekking der plaatselijke uitgaven voor het vervolg
mede tc dcclcn, merkt uwe Commissie op, dat zij zich in dc
eerste plaats de vraag heeft voorgesteld: Is eene opvolging der
rangorde van de hij art. 240 der Gemeentewet opgenoemde
middelen tot dekking der plaatselijke uitgaven vcrpligtend?
Eene aandachtige beschouwing van het hiertoe betrekkelijke
hoofdstuk der Gemeentewet en het antwoord der Regering
op dc bedenkingen, in dc Tweede Kamer der Staten-Gcneraal
geopperd, geven een deels ontkennend, deels bevestigend
antwoordontkennend, voor zoo verre men zou vcrmcenen dat
die rangorde strikt zou moeten worden opgevolgd, zoo als die
in genoemd artikel wordt opgesomd; bevestigend, voor zoo
verre sommige middelen moeten worden aangewend alvorens
tot andere kan worden overgegaan. Zoo moeten in de eerste
plaats en vóór alles als belasting worden aangewend de opcenten
op de Grond- en Personele belastingen en wel tot het hij dc
Wet gestelde maximum, behoudens dc uitzonderingen in artt. 244
en 246 opgenoemd. Zoo wordt het verbruik van voorwerpen,
aan Rijks accijns onderhevig, niet hoogcr heiast dan de hoofd
som van dien accijnsen wordt dc afwijking van dezen regel
niet toegelaten dan daér, waar de plaatselijke gesteldheid zulks
noodzakelijk maakt (art. 250); waaruit volgt, dat de Wet den
voorrang geeft aan eigene directe plaatselijke belasting boven
verbruik-Dclasting.
Wat.'het eerstgenoemde, de opcenten op de Grond- en Per
sonele belasting, nnngaut, deze zaak is reeds ten vorigen iare
door deze vergadering geregeld en daardoor aan de bedoeling
der Wet in dit opzigt voldaan. Wij behoeven dus hierbij niet
stil te staan. Dan nu blijft de vraag: moet nog eene eigene
plaatselijke directe belasting bovendien voorafgaau aan die op
voorwerpen van verbruik?
Bijaldien tot dekking onzer uitgaven niet meer noodig was,
dan de opcenten op voorwerpen van verbruik gelijk te stellen
met den Rijks-accijns op dezelve, dan zouden wij verkceren in
het gevalbedoeld bij art. 246 der Gemeenteweten zou der
halve van eene eigene directe belasting geen sprake behoeven
te zijn,
In zoodaniggn gunstigen toestand verkeoren wij echter niet;
en zullen tot dekking der uitgaven een hoogcr getal opcenten
op sommige voorwerpen gevorderd worden. Wij zullen dus
vallen in dc termen van art. 250 der Gemeentewet en daarom
tot het heffen eener eigene directe plaatselijke belasting moeten
komen, tenzij worde aangetoonduat de plaatselijke gesteldheid
zoodanige helling niet toelaat.
Ofschoon uwe Commissie, daar waar zulks mogelijk is, aan
het beginsel van directe plaatselijke belastinghoven belasting
op voorwerpen van verbruikdc voorkeur zou schenkenmet
name in die plaatsenalwaar een bloeijende middenstand met
het aanwezig zijn van vele vermogenden gepaard gaat, en dus
zonder nadeel de minvermogenden kunnen ontheven worden
kan zij echter deze gunstige omstandigheid aan de plaats onzer
inwoning niet toekennen. Bij het groot aantal volslagen armen
kan men het aanwezig zijn van een belangrijk getal huisge
zinnen welke den stand der bedeelden naderen niet ontkennen.
Wanneer men nu in aanmerking neemt, dat omstreeks 5/7
der inkomsten uit de belasting op voorwerpen van verbruik
moet gevonden wordendan zouom tot eene cenigzins merk
bare vermindering van accijnsen te geraken, eene directe be
lasting van een beduidend bedrag moeten worden gehevenen
daaraan zal hier, het behoeft geen betoog, wel niet te denken
zijn. Overweegt men daarbijdal bij de thans geheven wordende
belasting van het Brandgeld (bedragende ruim ƒ3000), jaarlijks
5 a 6 nonderd gulden aan non-valeurs voorkwamen, dan
Êeloovcn wij veilig te kunnen aannemen, dat eene directe
elasting, ook tot een niet groot bedrag, niet wel met de
gesteldheid onzer plaats is overeen te brengen. Wei is waar
maken de bepalingen der Gemeentewet eene meer regelmatige
inning mogelijkdoch tc gestrenge toepassing van dezelve
zoudenvreezen wijvele huisgezinnenwelke nu nog zóó zoo
in stand blijvengeheel te gronde rigtcn.
Uwe Commissie is diensvotgens van oordeeldat de plaat
selijke gesteldheid alhier gccnc eigene directe belasting toelaat,
immers in geen gcvnl bij voorkeur is aan te bevelen, voor-
behoudens dat welligt de noodzakelijkheid zal bestaan, tot de
instelling daarvan over te gaan.
Alsnu overgaande tot de behandeling der zaak zeiveraeenen
wij het doelmatig tc zijn:
1°. Op te gevenhoeveel het bedrag was der inkomsten
voort spruitende uit belastingen, geheel volgens het oude stelsel;
2". welke veranderingen daarin, naar aanleiding der Ge
meentewet en van reeds genomene besluiten, gekomen zijn of
komen moetenen
3". de middelen, welke wij, tot dekking der uitgaven, voor
den vervolge mecnen tc moeten voorstellen.
ad 1. Volgens de rekening van het jaar 1851 in verband
met de Begroot ing van het jaar 1853 was de opbrengst van
5 en 7 "/o op de Grond- en Personele belasting f 2250,00
Omslag Brandgeld2800,00
150 Binncnl. gedistilleerd 18220,00
100 Buitcnl. 390,00
Plaatselijke belasting op het gedistilleerd n 1268,00
Belasting op den wijn, f 8 per vat2442.00
134 o/# op de tarwe9070,00
107 rogge3960,00
Plaatselijke belasting op het gemaalelders van
rijkswege vcraccijnsd2055.00
75 °P het geslagt. 3180,00
Plaatselijke belasting op id160,00
Belasting op de steenkolen685.00
op de turf3075.00
Marklgeld op de boter28(10,00
Collectief zegel450,00
Vuur-, haven- en tongeld6460,00
Wik- en weegloon.200.00
Leges ter Secretarie 75,00
Totsai f 59540,00
ad II. Bij besluit dezer vergadering, ten vorigen jare ge
nomen is bepaald de helling van
15 °P de Grondbelasting wegens gebouwde
eigendommen, waarvan de opbrengst is geraamd
op - f 1941,90
10 °/0 op die van de ongebouwde eigendommen
geraamd op531,70
5, 10, 1520 en 25 °/0 op de Personele belasting,
geraamd op5423,28s
Te zsizs f 7896,88*
Op deze onderwerpen wordt alzooin vergelijking van vroeger
eene vermeerdering verkregen vanf 5646,88*
Daarentegen is eveneens reeds besloten tot de afschaffing van
de opc. op den Rijks accijns en de belasting op schapen- en var-
kensvlecscheene vermindering opleverende van f 1200,00
Voorts zalnaar aanleiding van art. 251 der Ge
meentewet, het vuur-, haven- en tongeld (waar
voor de uitgaven gemiddeld jaarlijks ƒ5000
bedroegen)met moeten worden verminderd
hetwelk wordt berekend op1200,00
Naar aanleiding van art. 279 dier Wet zal het
collectief zegel niet meer kunnen worden ge
vorderd waardoor eene vermindering wordt
veroorzaakt van450,00
Terwijl, volgens art. 250 der wet, de opc. op de
rogge tot 100 moeten worden verminderd. Het
welk een verlies oplevert van260,00
Wordt daarbij gevolg gegeven aan het aangegeven
denkbeeld tot. afschaffing der belasting van het
brandgeld, ad f2800 (welke belasting in elk
geval niet op den tegenwoordigen voet kan be
nouden blijven) en van het marktgeld op de
boter, insgelijks ƒ2800, dan wordt, na aftrek
der kosten van inning, berekend op ongeveer
ƒ400, eene vermindering veroorzaakt van 5200,00
Zoodat het totaal der verminderingen zou bedragen
eene som van8310,00
Dit, vergeleken met dc verkregene vermeerde
ringen ad5646,88*
Levert als uitkomst op eene vermindering van 26G3,1 Is
fVordt vervolgd.
ADVERTENTIE N.
PUBLIEKE VERKOOP
AANZIENLIJKE PABTIJ AFBEAAK,
op DAG tut 1 November 1853,
Koopeu beneden de ƒ10,Contant,
Op DONDERDAG, den 9 Junij 1853, des voormid
dag, p.eoies ten tien ure, op het terrein van de
R.-C. Kerk te SOEST; alwaar alles daags te voren,
en op den Verkoop, voor een ieder te tien en uitge-
nummerd zal tijn. (257)
HOOFDKIESDISTRICT AMERSFOORT.
lu de Vergadering van Kiezers, bijeengeroepen
onder de leus: «ONDERSTEUNT DEN KONING,ge
houden in het locaal op den Darthuizer Berg, den
31 Mei 1853, is aangenomen als Candidaat voor het
Lidmaatschap van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
de Heer Mr. W. L. F. C. Ridder VAN RAPPARD;
doch, bijaldien deze elders mogt gekozen zijn, de
Heer G. Graaf SCUIMMELPEN N1NCK,
Sir. E. A. SANDBR1NK, Voorzitter,
(258) J. W. A. 1MMINK, Secretaris.
Door den Bockhandelaar J. II. SIDDRÉ,
te Utrecht, is algemeen verzonden:
PROSPECTUS
VAN EEN WERK, GETITELD:
HET VADERLAND EN ORANJE,
OUD EN NIEUW;
HULDE AAN Z. M. KONING WILLEM III.
Gemeld werk zal in 6 Afleveringen van 4 vel druks
compleet zijn, en voor de liiteekenaren sleelits ƒ3,50
kostenterwijl hel werkgeheel compleet zijndemet
50 c. zal verhoogd worden (Zie verder hel Prospectus).
Het heeft Zijne Mnje»telt onzen geëerbie-
digden Koning hehnngd genoemd werk met
HoogMtdeozelf» Inteckening te verceren.
De Uitgever vleit zich, dat vele zijner geuchte land-
geuooten van deze gelegenheid gebruik zullen maken,
oin hunne Hulde aan Z. M. ónzen geëerbiedigden
Koning en aan het Doorluchtig Huis van Oranje toe
tc brengen, en daarvan door hunne Inteekening op
dit werk (waarbij eene Naamlijst van In teekenaren zal
worden gevoegd), zullen doen blijken. (259)
BURGERLIJKE STAND VAN AMERSFOORT.
Van 22 lot en met 28 Mei 1853.
BEVALLEN: 22 Mei, Ai da Netten brejjers, geb. van
der Velden, Z. 23 Mei, Johanna van Minnen, geb.
van Wolfswinkel, Z. 24 Mei, Wiina Klij», geb.
Jeger, D. 25 Mei, Wijna van der Muls, D. 28
Mei, Jacoba Smeeinggeb. Jakops D. Helena Vos,
geb. Beudekcr, Z. Hendrika Steking,'geb. Boinmels-
hoofdD.
ONDERTROUWDJacobus Gcrardus van der Veer met
Petronella van Baaien. Gerrit Wjjnands met Teunisje
llardeuberg. Andries Gouw met Geertrui Johanna
Beernink.
GEHUWD: Dirk Kruijff met Wilhclmina Borst.
Jan Kuijpers met Wijinpje Dijkhuizen. Hendrik
Koenen met Lena van Meeleren. Johannes Bosboom
met Maria Elizabeth van Doggen aar.
OVERLEDEN: 22 Mei, Albert us Nicolans van Beek,
76 j.gehuwd met Uendrika van Amerongen.
Hendrik van Doornik, 56 j., gehuwd met Everdina
Schuileinan. 25 Mei, Peter de Blank, 38 j.ge
huwd met Johanna Elders. Cornells Laseur, 60 j.,
gehuwd met Curuelia Catharina van Nas. 26 Mei,
Fraueiscus Bdijs, 21 j. Gerrit van Nieuwenhuizen
18 m. 27 Mei, Reijerlje de Jong, 18 m. 28 Mei,
Jonkheer Arnout Jean Bernard van der Wijck50 j.
gehuwd met Jonkvrouwe Sara Catharina Six.
220ste STAATSLOTERIJ.
Prijzen en Premiên van 100 en daarboven.
DERDE KLASSE.
1ste Lijst. N°. 11346 ƒ25000; N°. 12065 ƒ1000;
N". 10178, 12902 en 15464 ieder ƒ400; N°.4599, 5290
en 5618 ieder 200; N«. 1484, 1581, 5062, 5806,7891
eu 8773 ieder ƒ100.
2de Lijst. N°. 4163 ƒ5000; N°.370, 9131, 11513 en
14578 ieder ƒ1000; N°. 138. 15193, 18061 en 18574
ieder 400; N°. 225259736245 en 19780 ieder/200;
N°. 2493, 11199 en 13555 ieder ƒ100.
3de Lijst. N°. 0312 en 16420 ieder ƒ1250; N°. 283.
13561, 16805 en 18040 ieder 1000N",6670, 11260
en 14622 ieder ƒ400; N°.3397, 13467 en 17960 ieder
ƒ200; N». 2526, 3069, 6883 en 8470 ieder ƒ100.
4de Lijst. N*. 1107 ƒ2500; N". 149 ƒ1000.
VERTREK DER BEURTSCHEPEN^
van Amersfoort,
's morgens ten 6 ure:
V rijd. 3 Junij,Koekoek.
Zond. 5 de Weerd.
Woensd. 8 Bos.
van Amsterdam
1 uur vóór Boomsluiten:
Dond. 2 Junij, Bos.
Zat. 4 Houtsaager.
Dingsd. 7 Koekoek.
Van Amersfoort op Rotterdam over Haarlem, Leijden,
's Gravenhage en Delft, Maandag 6 Junij; en van
Rotterdam op Amersfoortover Gouda, Leijden en
Haarlem terug, Dingsdag 14 Junij Schipper J. llotiTstzozR.
Van Amersfoortover Kampen, Sneek en Leeuwarden,
naar Groningen, eiken Zaturdag, 'smorgens ten 9 ure;
van Groningen, over Kampen en Harderwijk, naar
Amersfoort, eiken Woensdag, 'snamiddags ten 2 ure;
Schipper II. Koster.
De A«f.RSFooRT8cnz Cour int verschijnt iedcren Donderdag
tegen den abonnementsprijs van ƒ0,90 in de drie maan
den. De prijs der Advertentie» van 1 tot 6 gewone
regels is, met het zegelregt, 0,95; voor eiken regel
meer 0,10.
Afzonderlijke Nommers worden voor ƒ0,15 afgele
verd. Bijdragen, waarvan de inzenders moeten bekend
zijn bij de Redactie, die in elk geval het regt van
niet-plaatsing zich voorbehoudt, le bezorgen des Woens
dags vóór den middag; Advcrtentiën dienzelfden dag
vóór vtjf ure 's avonds, iu de Muurhuizen N°. 241, te
Amersfoort.
Te Amersfoort, bij VEECKENS VAN KUIJKHOF.