AIERSFOORTSCHE
COURANT.
Jts 145.
DONDERDAG, ÓS Julij óS'A.
13 Jutij. Donderd.
14 Vrijd. A. Pfeander overl,J 850.
15 Zalurd. Apo tl. Scheid.; Veonendan! bijcnmarkt
16 li ZOND. De Grieksche Patriarch door Rome in den ban gedaan, 1054.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER Dia GEMEENTE AMERSFOORT
Brengt ter kennis der Ingezetenen, dat bet door den Heer
Commissaris des Konings executoir verklaarde Cohicr N°. 3
voor de Belasting on het PERSONEEL (Wijk Breul) in deze
Gemeente, dienst lo"/», aan den Heer Ontvanger der Directe
Belastingen is ter hand gesteld, aan wien ieder vcrpligt is
zijnen aanslagop den bij de Wet bepaalden voet, te voldoen.
Gedaan en op de gewone plaatsen aangeplakt te
Amersfoort, den 6 Julij 185'
De Burgemeester voornoemd,
A. G. W1JERS.
BURGEMEESTER is WETHOUDERS der GEMEENTE
AMERSFOORT.
Gezien de aanschrijving van den Heer Commissaris des Konings
in de Provincie Utrecht, d.d. 8 Januari) 1852 (Prov.-Blaa
N". 2)
Brengen ter kennis van de ingezetenen dezer Gemeente, die
ter erianging van liet EERETEEK EN wegens eervolle langdurige
werkelijke dienst bij de Schutterij, in de termen van Z. M.
besluit, d.d. 5 December 1851 (Staatsblad. N°. 149). mogten
gekomen zijn en verlangen daarmede begiftigd te worden, dat
zij zich tot doen van de verdichte aangifte ter plaatselijke
Secretarie zullen kunnen vervoegen op Vrijdag en Zaturdag,
den 14 en 15 Julij aanstaande des voormiddags van 10 tot
12 ure.
Amersfoort, den 8 Julij 1854.
Burgemeester en IFelhouders voornoemd
A. G. W1JERS.
De Secretaris
W. L. SCHELTUS.
Di BURGEMEESTER der GEMEENTE AMERSFOORT
Brengt ter kennis der Ingezetenen, Jat het door den lieer
Commissaris des Konings czccutoir verklaarde Cohier N". 4
voor de Belasting op het PERSONEEL (Buitenwijken) in deze
Gemeente, dienst 18m/j., aan den Heer Ontvanger der Directe
Belastingen is ter hand gesteld, aan wien ieder vcrpligt is
zijnen aanslag, op den bij de Wet bepaalden voet. te voldoen.
Gedaan en op de gewone plaatsen aangeplakt te
Amersfoort, den 11 Julij 1854.
De Burgemeester voornoemd
G. J. G. VAN BOCKOM MAAS, Welh.
BURGEMEESTER WETHOUDERS om GEMEENTE
AMERSFOORT,
Gezien eene missive van den Heer Commissaris des Konings
in de Provincie Utrecht, d.d. 10 Julij 1.1.N°. 3, Az,
Doen te wetendat de proeven met granaatkartesscn door
het Uegement Veld-Artillerie, te Utrecht in garnizoen, op den
12 Julij aanstaande weder een aanvang zullen nemenop de
Zeijsterbeidein de nabijheid van de laatste legerplaatsin
de rigling van het Huis (er Heide, naar den toren van Wou
denberg cn dat die oefeningen zullen plaats hebben dagelijks
van des voormiddags 9 tot .1 ure des namiddags (de Zondagen
uitgezonderd)waardoor die heide en de daarover loopende
wegen tot nadere aankondiging onveilig zullen zijn.
Amersfoort, den 11 Julij 1854.
Burgemeester en IFelhouders voornoemd
G. J. G. VAN BOCKOM MAAS, Weth.
De Secretaris.
W. L. SCHELTUS.
BURGEMEESTER tn WETHOUDERS der GEMEENTE
AMERSFOORT,
Gezien eene aanschrijving van den Heer Commissaris des
Konings in dc Provincie Utrecht, d.d. 5 Julij 1.1.N°. 3,
N. M. cn S. (Prov. Blad, N°. 61),
Doen te weten, dat Zijne Majesteit, bij besluit van den 6
"Junij, 1.1.. N°. 83. heeft gelieven tc bepalendat het hand-
Eeld voor dc rekrutendie zich voor de koloniale dienst ver
inden hetwelk thans voor de Nederlanders f 40 en voor
vreemdelingen f 24 bedraagt, voor de eersten tot f GO cn
voor de laatsten tot f40 zal worden verhoogd, van welk
bedrag aan dc belanghebbenden al dadelijk vóór Kunne op
zending naar Harderwijk, dén vierde zal kunnen worden uit-
Amersfoortden II Julij 1854.
Burgemeester en IFelhouders voornoemd,
G. J. G. VAN BOCKOM MAAS, Weth.
De Secretaris
W. L. SCHELTUS.
N°. 58 van hel Provinciaal-Blad van Ulreeht, van
30 Junij 1854, bevat, onder mededeeling, dat door de
zorg der te Utrecht gevestigde sub-Commissie voor de
Parijsche Wereld-Tentoonstelling, het voor die Tentoon
stelling door den Frnnsohen Keiier vastgestelde Regie
inent in de Nederduilsche taal is overgeiel, en onder
toezending van eenige exemplaren van dol vertaalde
Reglement, het verzoek aan de Gemeentebesturen om
de zaak dier Tentoonstelling zoo veel mogeljjk be
vorderlijk le zijn on om, vóór 1 Augustus, aan den
Commissaris des Konings in de Provincie le zenden
eene opgave, eerstens van de personen, die in de Ge
meente geacht moeien worden in slaat te zjjn, om
voorwerpen of goederen naar de Tentoonstelling te
zenden, en ten andere van hen, die voornemens zijn
voorwerpen of goederen in te zeilden.
N°. 59. van 4 Julij, bevat de mededeeling aan de
Gemeentebesturen in de Provincie, dat bet l. M. be
haagd heeft, bij besluit van 15 Junij j.l.N°. 93, te
bepalen, dat de miliciens der ligting van 1853, bjj
het wapen der Infanterie en bij het bataillon Mineurs
en Sappeur» ingedeeld, gedurende den tijd van een
jaar onder de wapenen zullen worden gehouden.
N°.6®, vsm 7 Juli), bevat, onder toezending van een
17 Julij. Maand. L. Kw.; van der P- m geb., 1763.
18 >i Dingsd. Woudenberg kermis; Qodfr. van Bouillon overl., 1100.
19 Woensd. Hondsd. beginn.; Jeruzalem door de Kruisvaarders ingenomen, 1099.
20 Donderd. s.Marg.; Begin van de 3daagscho slagting der Protest, in deValteline, 1620.
danige rivieren aan den Staat behooren, onverminderd
de door titel of bezit verkregen regten van bijtondero
personen of gemeenschappen.
In de Vergadering van de Provinciale Staten van
Utrecht, van 4 Julij. j.l., is door het Lid der Vergade
ring, den Heer J. N. Basterl, verlof gevraagd en ver
kregen, lot het doen van cenigo vragen aan het Collegio
van Gedeputeerde Staten, wegen» de oprigting van een
kerkhof in de geineento Kockengen; zijnde die Tragen
als volgt:
1°. welke is de beslissing door U.H. Gedep. Staten
genomen op een rekwest van eenige ingezetenen
van Kockengen, ter zake van de vestiging concr
begraafplaats aldaar?
2'. op welken grond is die beslissing genomen?
3°. welke formaliteiten hebben bij de vestiging dier
begraafplaats plants gegrepen, waardoor voldaan
is aan den inhoud van cone aanschrijving van
Ged. Sloten, te vinden in het Prov. Blad 1828,
N°. 115?
Naar wij vernemen, is, op dc vraag van den Voor
zitter (die aanmerkte, dat door zulke interpellation de
hartstogtcn worden in beweging gebrogl). of die inter
pellatie geacht moest worden van de Vergadering of
van een individueel Lid te zijn, met 21 tegen 16stom
men tot het laatste beslotenhebbende de 11,11. Taets
van Ameroiigen van Piatewischvan d» PollSchas
Strick van Linschoten, Bartjens, van Berkclcan
IltersumHuijdecoper van MaarsseveenFoorlmon, de
Geer van Oudegein, SpenglerBasterlde Beaufort,
LogtriceijBroers en ran Beech Calkoen (do II. H. de
/leutFosran Asch ran IFijck en Ackersdijk waren
afwezig) verlangddat de vragen van den interpellant
als vragen van dc Vergadering zelve zouden beschouwd
wordenen de 11.11. Kien en de Louter voorgegeven
dat ze van do zaak niets wisten.
liet ter tafel gebragte adres van J. II. de Weut
logementhouder te Bnamlegen de insluiting zijner
woning tusschen twee tolbooraen, en over het beffen
Tan tolgeld door den tolgaarder op eeno andere plaats
dnn onn do tolbarièrc, is gerenvoijeerd aan Gedep.
Stalen, om daarop te beschikken.
'L. M. heeftin plaals van den Heer Mr. A, ran
Goudoever, aan wien in Nov. j.l. (zie Amertf. Cour.,
N°. 111), op zijn verzoek, eervol ontslag was verleend
nis Schoolopziener in de Provincie, benoemd den lieer
G. Leignes BackhovenPhil. Tlicor. Mag. Litt. Hum.
Doctor, Conrector aan het Gymnasium tc Utrecht
Dc veldbalailluni, die hel Kamp bij Zeijst zullen
uitmaken, zijn: Twee balaillons van het Regemciit
Grenadiers cn Jagers, drie balaillons van het tweede
Hegemenl Infanteriodrie balaillons van het vijfdo
Regement Infanterie en vier batnillons van het achtste
Regfinent Infanterie. 7.ij zullen, tot eene Divisie gefor
meerd gesteld worden under liet komuinndo van den
Generaal-Majoor ca» Poo.sum BooijKommnndant der
2c Brigade Infanterie, terwijl de Brigade-Kommandanten
zullen zijn de Gcncraal-Majoor lUenningh, Kommnndant
der 3e Brigade Infanterie, cn de Kolonel Oudemant
Kommandant der 4e Brigade Infanterie.
Ten aanzien van den op 30 Junij j.l. te Harlingen
binnengekomen Kapitein Jacob Alberts ran dtr Zee,
van Riga, met hout en hennep voor de H.II. Tromp
Meesterste Steenwijkcn Zeilmaker en Ci».te Har
lingen (tio ons vorig N\), vernemen wij, dat door
het Engelsoho Gouvernement onverwijld per telegraaf
aan Nederland opeisching is gedaan zoowel van schip
als lading (dio reeds was gelost) en van overlevering
van den Kapitein, die den 6 Julij te Harlingen gear
resteerd, doolt later, op zijn eerewoord, van do Stad
niet te zullen verlaten, is ontslagen. Het bcrigt, in
verschillende Nieuwsbladen medegedeeld, dat die taak
reeds is geschikt, doordien de Engclsche Regering haren
cisch zou hebben laten varen uithoofde door genoem
den Kapitein niet met geweld, maar alleen met list is
gehandeld, cn cr dus gecne overtreding of schending
van het volkenregt heeft plaals gehadis openlijk
tegengesproken door den Consul-Generaal van Engeland
voor Noord-Holland.
In tegenstelling van 't geen Ds. Béman Brouwer
le Ede heeft gemeend le mogen doen, waarvan wij
onlangs melding maakten, gebiedt de onpartijdigheid,
dat wij ook bcrigten, dat, le Vorden, door den Pastoor
niet alleen gepredikt is voor do candidature van den
Heer Duller!maar dat door hem aan dn genieenlo
zelfs is bevolen om voor dien Heer stem uit te brengen.
Bjj arrest van het Provinoiaal Geregtshof in
Noord-Uollaud, in Raadkamer vergaderd, isregtsingnng
verleend, met bevel van instructie en dagvaarding in
persoon, tegen de Heeren Jhr. L. J. Queries van Ujford
en H. J. G er lingster zake Tan de feiten, waarvan
zjj zijn aangeklaagd door de Heeren Jhr. M. Salvador
en S. Fongere, De Raadsheer Wiardi Beekman is be
noemd tot Raadsheer-Commissaris.
De Stad Amsterdam is, door de vrijwillige in-
«ohrjjvingen van versobillende ingezetenentot oen be
drag van ƒ33023, door eene gift ten bedrage Tan
ƒ6977 van drie laden van de Coosmiatie ad Aoc, do
afschrift van Z. M. Besluit van 10 Junij j.l., N°. 65,
de kennisgeving aan de Gemeentebesturen in de provin
cie, dat de miliciens, die verlangen bij de marine over
te gaan en voor ligt matroos geschikt worden bevon
den, in stede van lol een engagement voor rijf jaren.
tot een voor acht jaren in 's Rijks zeedienst zullen
worden toegelaten.
N°. 61, van 8 Julij, bevat de mededeeling aan de
Gemeentebesturen in de provincie, dat L. M., bij Besluit
van 6 Junij j.l., N°.83, heeft bepaald dat het handgeld
voor de rekruten, die zich voor de koloniale dienst
verbinden, thans voor de Nederlanders 40 en voor
vreemdelingen 24 bedragende, voor de eersten tot
zestig gulden en voor de laatsten tot veertig gulden
is verhoogd, van welk bedrog aan dc belanghebbenden
al dadelijk vóór hunne opzending naar Harderwijk
een vierde kan worden uitbetaald.
AMERSFOORT, 13 Julij 1854.
In de op 6 Julij j.l. gehouden vergadering van den
Rand dezer gemeente is besloten:
1°. om te betalen dc aan de gemeente in rekening
gebragte kosten van onderhoud enz. van bedelaars
in de Koloniën der Maatschappij van Weldadigheid
2°. om aan le honden de decisie op het verzoek van
den Slads-Arohiteot R.van Esreld, om, op grond
van dc uitbreiding zijner werkzaamhedeneene
toelage uil de gemeente-kas le mogen hebbencn
3°. om uil de op 17 en 24 Jan. j.l. vastgestelde
Verordening tot liet weren der hondsdolheid (zie
Amersf. Cour., N°. 124) weg te nemen Art. 12,
waarbij bepaald is, dat, voor het geval niemand
als eigenaar van een bond is aan Ie wijzen, of
ieiimnd beneden dc 16 jaren als eigenaar of houder
wordt opgegeven, het hoofd des huisgezin»
waarin dc hond zich in den regel ophoudt, voor
eigenaar zal worden gehouden (verg. Amersf.
Courant, N™ 119, 131 en 132).
In den vroegen morgen van 8 Julij j.l. is van
den steiger aan het zoogenoemde Wed in de Kromme-
straat in het water gevallen de jonge dochter Bol,
dienstbode bij llelmerhorstin de Krommestraatbij
gelegenheid dat zij water uil de gracht wilde scheppen.
Dc ooii de Lnngegracht woonachtige welbekende schoen
maker R. Prins, uit zijn voorhuis hel ongeval ziende,
heeft, onverwijld in het water gesprongen, het meisje
er uit gehaald.
Den 8 Julij j.l. heeft alhier, in het locaal der Builen-
sociëteit plaats gehad het openbaar examen van en de
zoogenoemde prijsuitdecling aan de leerlingen van de
school van het Departement Amersfoort der Maatschappij
tot Nat van 't Algemeen.
Er waren veel kinderen, veel Dames, bijzonder wei
nig Heeren,
Ds. Otlo opende de plegtigheid met eene korte rede,
welke voornamelijk moesl strekken ten beloogc. dat
men niet to veel kan leeren; daarna hieven dc kinde
ren een toepasselijk lied aan, vervolgens gaven zij
proeven van hunne verstandsontwikkeling en van hunne
ervarenheid in de tonlkunde, de geschiedenis, de aard
rijkskunde en het rekenen; waarop Ds. Olto nogmaals
terugkwam op zijn betoog, dal men niet le veel kan
leeren, zijndo do plegtigheid eindelijk, nn voorafgegane
uitreiking van boekgeschenken aan de kinderen, ge
volgd door eene toespraak van Ds. Olto aan de kinderen
en de ouden, altijd weder over hetzelfde thema, dat
men niet le veel kan leeren, besloten door eenen gc-
pasten nazang van de kinderen en de voordragt van
eenige liedereu door de leerlingen van dc zangschool
des Departement».
Een en ander heeft ongeveer drie urenonzes inziens
veel te lang, geduurd.
't Examen van dc kinderen, of liever de gang van
't onderwijs aan de Amersfoortsche Nuts-School, door
ons gevolgd, heeft ons de overtuiging gegeven, dat
de Heer Fersloot een goed docent is, cn dat de gele
genheid om le leeren, den kinderen op die school ge
opend, zeer goed is.' Jammer maar, dat ze die inrig-
ting niet hun tiende jaar reed» moeten verlaten.
De proeven van het schrift hebben bij ons de vraag
doen ontstaan, of de kinderen niet evenzeer als van '1
rekenen, dc theorie leeren van 't schrijven, die toch
zeer eenvoudig is. Het schrijven tusschen lijnen heeft
ons niet bevallen. Doen de kinderen zulks gewoonlijk
niet, waarom 't dan gedaan op een proefschrift
De Arr.-Rcglbnnk alhier heeft bij vonnis van 21
Junij j.l. do beklaagden B. ra» Zeijst cn G. Boer, te
Baarnvan alle reglsvervolging ontslagen «er zake van
het hengelen in de rivier de Eem, en wel op grond
dat de Eem. «ene bevaarbare en vlotbure rivier, gere
kend moet worden le behooren lot de wateren, waarin
men, in geopenden vischlijd, volgens art. 2 der Wet
op de Jagt en Yisscherij, met den hengel in de hand
vissehen inag, zonder acte en zonder vergunning; ter
wijl geen bewijs was geleverddat de bedoelde rivier
valt in de uitzondering van art. 577 van het Burgerlijk
Wetboek, waarbij bepaald is, dat, onder anderen, zoo-