C ODRAN M 816. van YRIJDAG, Dit Blad verschijnt ttceemual in de week des Dingsdagt en Vrij dayt. De Prijs van het Abonnement is 1,50 in de 3 ra tanden. Van AdvertentiënI tot 6 regels 60 CeaU elke regel roeerder 10 Cents, behalve het Zegelregt. Afzonderlijke nummers, /0.10. Brieven franco. Bestellingen geschieden bij den Uitgever A. 11. mus Clttff, te Amersfoort, Bureau Amertfoorltche Courant, Singel Wijk E N°. 61, sooaiede hij alle Boekhandelaren en Post-Directcnren in het Kijk. Aan den Raad der gemeente Amersfoort. Geene kwestie, too lang ik de eer had lid van uwe vergadering te tijn, heeft bij het publiek meer aanleiding gegeven tot beoor- deeling en veroordeeling, lot scheve gevolgtrekkingen, als de memorie der Gezondheidacommiasie omtrent de wegruiming der meit- yatllen en den afvoer der foccale stoffen uit deze gemeente, en toch is ia vele opzigten ssn den wcnsch der Gezondheidscommissietoen zij hare memorie voor het pnbliek verkrijgbaar stelde, voldaan; velen hebben daardoor hunne aandacht op deze taak gevestigd velen zullen, jniat daardoor, met meer kennia van zakeu over dit onderwerp kunnen oordeelendat belangrijk en hoogst gewigtig in hare gevolgen, ook voor onae gemeente zijn kau, een ouderwerp dat, ofschoon hier ter atede geheel nieuw, volgens het oordevl van ceueo onzer meest beroemde VaderUndsche Staathuishoudkundigen, wiens werken door de Hooge Regering aan de verschillende Be sturen worden aanbevolen, ik bedoel den Chef van hel Provinciaal Bureau van Statistiek te Groningen, is eene levensvraag, die hem van alle onderwerpen van bygienischenvan huishoudkundigen en van staathuishoudkundigen aard, het meeste belang iboezcmt. Hel gewigl van de zaak zelve, do nieuwheid uie zij voor het mecrendeel onzer ingezetenen heeft en het belang dat de Gezond heidscommissie heeft, wil zij iets nultiga tot aland brengen, bij het duidelijk begrip van hare voorstellen door het publiek, noopt mg omtrent dit onderwerp duidelijk en daarom uitvoerig te zijn. Alvorens dus tot de zaak zelve over te gaanboude mep mij ten goede, als inleiding daartoe, te wijsen op de hoofdgebreken onzer gemeente, die zeer zeker .ot haren min bloeijenden toestand mede- Het is eene gewigtige les der staathuishoudkunde, dat op alle plaatten en in alle tijden de volgende eigenschappen steeds vcr- eenigd voorkomen: goed onderwijs, zindelijkheid, zuinigheid, zedelijkheidgezondheid en welvaartnaarmate nu eene deter eigenschappen ineer op den voorgrond ttaat, zullen ook de andere eigenschappen allengs duidelijker tc voorschijn treden, en omgekeerd, wanneer eene dezer goede eigenschappen meer wordt verwaarloosd, tullen ook de andere door mij genoemde eigenschappen allengs meer op den achtergrond treden, om plaats te maken voor hare tegen stellingen gebrekkig onderwijsonzindelijkheid verkwisting onge zondheidonzedelijkheid, armoede; en de treurige ervaring leert ona helaas, dal de door mij eerstgenoemde goede eigenschappen, in onae gemeentenog niet op den voorgroud staan. Het laatste rapport der Schoolcommissie bewijst ona, dat het onderwijs in deze gemeente voor den nuttigsten atand (den midden stand) nog ia onvolledig en dut gebrekkig; de memorie der Ge zondheidscommissie leert ona, dat zindelijkheid en zuinigheid hier nog niet te huis bchooren, getuige de bijna onbeperkte vrijheid die er bestaat in bet bewaren der meststoffen, en de schatten die jaar lijks, zonder bate voor iemand, van die laatste stoffen, in de stadsgrachten verloren gaan. Dat welvaart, zcdeljkheid en gezond heid hier ook, thans, nog niet in groote male gevonden worden, bewijst ons bet bovenmatig groot aantal bedeelden en de vele non- valeurs, die op de .ohieren van den hoofdeljken omslag voorkomen, de geringe ontwikkeling onzer mindere volksklajse en de statistiek der sterfte in nnae gemeente; en geen wonder in eene gemeente wsar hij zoo veel armoede zoo weinig zindelijkheid heersent, waar de verpleging der zieken nog zoo gebrekkig is, dat er zelfs geen at ols-ziekcnhuis of ziekenbussendie toch in de kleinste plaatsen aanwezig zijn, gevouden worden, daar moet het sterftecijfer wel belangrijk rijn. Ik ben overtuigd, dat het niet in allen deele van het Gemeente bestuur afhsogt die zakeu te verbeteren, en dat vele uitwendige, van bel Bestuur onafbsnkelijke invloeden, daartoe medewerkenik weet dat radicale verbetering, eerst met den lijd zal kunnet. rerkregeu worden; ik zie hoe door de belangstelling »an het Gemeente bestuur, reeds aanvankelijk verbeteringen zijn daargesteld en hoeveel zorg en ijver het geachte Hoofd onzer gemeente aan de stad onzer inwoning wijdt; maar ook ik stel heling in het lot en de toekomst der stad waar mijne voorouders sinds meer dan drie eeuwen ge vestigd waren, eu die, behalve hare heetlijke omstreken, nog zoo veel sch mns en edels in zich bevatwaarvan de vele eu aanzienlijke giften onzer ingezeteoen bij gelegenheid van den joogsten waters nood, ons onlanga weder het bewijs gaven; doeh ware belaug- ■telling uit zich niet door, met de taal der hoffelijkheid, bestaande gebreken te verbloemenen ie aldus meer eu meer ongeneeslijk te maken; zj uit zich even als ware v/icnilschap, door met de laai der waarheid, zij het ook ten koste van zich zeiven, die gebreken openlok aan te wijzen, omdat ze bekend moeten zijn, grot >nd middelen lot herstel of len e kunne Dat het Hcstuur dus niet drale met de verbetering van het onder wijs; dat het streve naar eene doelmatige eu betere verplegittg der armen zieken, dat de zindelijkheid en ook daardoor gepaste zui nigheid (geene bekrompenheid, die opziet tegen uitgaven, welke op den duur rijke vruchten moeten dragen) worde bevorderden gewis, naarmate die eigenschappen hier meer op den voorgrond treden, zullen, meerdere zedelijkheid, betere gezondheid en grootere welvaart niet achter blijven. Daartoe mede te werken was altijd en ia nog mijn streven, over tuigd als ik ben, dat door boitrijiling van vooroordeclendoor aankweeking van uulte kennis eu door ontwikkeling van eigen krachtenonze gemeente op den duur het zekerst in bloei zal toenemen, zekerder dan door uitwendige in/locden, welker nut ik niet ontken, doch die zoo wisselvallig zijn, getuige de niet gelukte stoombootvaarl op Amsterdam en welligt den geprojecteerden spoor weg. Ik wensch daarom geeue plotselinge overgangen die altijd gevaarlijk kunnen zijn, maar minder nog wensen ik verwerping van het nieuwe, quand mime, omdat het vooroordeel en eigen belang aantast, want dan zou Amersfoort blijven stilstaan, co «tilstand is achternitgang eu achteruitgang worlt ondergang. la dus overijlde aannemiog van het nieuwe te verwerpen, nog meer is ongegronde verwerping daarvan af te keuren, eu welke gronden zijn tegen het eerste door de Gezondheidscommissie in hare memorie voorgedragen voorstel, de wijziging van art. 215 van het Policicreglementdoor de afdcctingen, aangevoerd In de eerste plaats is gezegd, dal men niet gelooft dat mest vaalten voor de gezondheid z>o nadeelig zijn; dit is aangevoerd door niel-deakundigen, wier gevoelen aandruiscbl, legen dat van alle deskundigen, en ook tegen de overtuiging van de, door onze ver gadering ten dieu einde benoemde, deskundige corporatie, en dat do overtuiging van die corporatie sterk is, bewijst, dat deskundige leden van die corporatie daaraan tijdelijk een deel van hunne materiële welvaart opofferen (ik zeg tijdelijk, want de publieke opinie zal «och wel niet voortdurend hen vcroordcelendie openlijk, in hel belang der gemeente, voor hunne overtuiging uitkomen, zij die overtuiging ook nieuw, schijnc zij zelfs impopulair); hoereer dus bet imlividuële gevoelen van anderen eerbiedigende, kan zulks geen motief voor ilcn Raad zijn tot afwijzing van bet door de Ge zondheidscommissie voorgestelde. In de tweede plaats is de ongunstige sterfleverhouding, blijkende uit de, ook door het lid dat zulks aanvoerde, gelezcne statistiek, door datzelfde lid betwijfeld, zoo niet tegengesproken. Ceenc andere atatistiek is evenwel door hem geleverd, geene onnauwkeurigheden zijn er ons door hem in aangetoond. Ook dit argumentlegen het door ccnc deskundige corporatio aangevoerde, kan dos geen grond opleveren, om het door de Cezondheidacommissie hierom'reut voorgesteldevoor den Raad Onaannemelijk te achten. In de derde plaats is aangevoerd dat Amerafoort ia eene land bouwende stad waar zoo vele ook arme inwoners, mest noodig hebben, en dat dus deze laattten daardoor van een middel van be staan zouden beroof 1 worden; het middel van transactie door de Gezondheidscommissie aangegeven, waardoor de armeo hunne mest zonden kunnen behoudenii echter door niemand openlijk of regt- alrccks tegengesproken of onuitvoerbaar verklaard. Maar daarenboven is Amersfoort wel eene landbouwende stad? Is zij niet veeleer eene fabriekstad, waar de landbouw wel beoefend, doch enkel als bijzaak beschouwd wordt? Ik wil hierover geen beslissend oordeel vellen, daar zulks minder tot mijne compe tentie bcboorlmaar mij komt het voordat bet wenscbelijk ware dat Amersfoort meer eene landbouwende stad werd, omdat zulks bj den achteruitgang der fabriekcu bet pauperisme zou kunnen tegen gaan doch dat ae wijze waarop hier de landbouw wordt uitgeoefend, zeer weinig productief it, en dat, wanneer deze beter werd beoefend, •ij ook hier, zeer zeker, meer productief kou gemaakt worden. Teo bewijze hiervan atrekke, dal in Amrrifoortdat eeue laal- houvende Had genoemd wordt, waar daarbij grond, arbeid eu mest goedkoop is, de meeste moezerljeu uit Utrecht, dat op den naam van landbouwende stad geen aanspraak maakt, waargronl, arbeid en mest veel duurder is, worden ingevoerd. Cccn product van landbouw wonll bier uitgeroerd, bcbalve de tabak, en of de wijze waarop bier de tabakibouw wordt uitgeoefend op den dnur wel zeer productief is, wordt door errareu staathuishoudkundigen en door tabaksplanter* zelf betwijfeld. Bovendien is bier deze wijze van landbouw alleen voor meerrermogeoden bereikbaardaar de winsten zoo précair zijn, en de bemesting enz. zoo kostbaar is. Bchalre de tabaksbouw bepaalt zich de landbouw der mingegoeden hier ter slede, bijna uitsluitend tol bet poolen van aardapp-len, die (daargelaten nog dat het bijna uitsluitend gebruik van deze laatslen, als voedsel, zeer af te keuren is) van eene boedan:gheid zijn, dal de moerge- goeden in deze gemeente, in den regel hunuc aardappelen van cldcra laten komen. Men zou mj welligt Itunn-n tegenwerpendat de gronden hier voor moczerijc-o niet geschikt zijnbejaarde en onder- vindingrijke landbouwers, uit deze streken, hebben mij verzekerd, dat vele gronden, in den omtrek dezer stad, met de noodige zorg bewerkt, daarvoor zeer goed gesebikl te aiakea lijn. Ile( spreekt echter van zelve, dat grondige verbetering van onzen landbouw eerst door den lijd te verkrijgen zal zijn, maar dc gronden voor verbeterde landbouw, die meer productief j«, zullen ougetwij- feld ook in betere eu zuiniger mestbewaring, die geene meststoffen nutteloos verloren doet gaan, moeten gezucht worden. Ceenc enkele geldige grond is dus, tegen hel, door de Gezondheids commissie hieromtrent voorgestelde, asogevoerd. Er bestaan mijns inziens andere redenen, die de aanneming van dat punt, vooralsnog, in dca weg staan. Dc zaak is hier geheel nieuw, verre het grootste gedeelte onzer mingegoede ingezetenen is er geheet onbekend mede, daarbij wordt het tegenwoordig bestaan Ie door ingewortelde vooroordeclen ge schraagd, en waaneer, zoo als thans net geral is, die onweteubeid en vooroordeelcn nog gevoed en versterkt worden door sommigen wier maatschappelijke toestand of bedrijf het voor hun belang wen- achelijk maakt, dat de tegenwoordige staat van zaken bestaan blijft, en die, nu, den schijn van philantropie aannemende, ofschoon zij anders maar al te vaak, met dc ellende der armen woekeren, deze laatslen misleiden door hun te zeggendat de gemeente van voor nemen is, hun, hunne meststoffen te ontnemen (terwijl het door de Gezondheidscommissie voorgestelde die klasse integendeel van een op haar drukkend monopolie zou bevrijden, en huu op den duur tegen een gcringen last, een, betrekkelijk, niet gering geldelijk voordeel zoo bezorgen); Wanneer een bevoogd beoordeelaar, wiens roeping het is de zaak voor te staan, niet «chroomt, in bet geheim de zaak legen te werken (daar zijne reputatie ia de geleerde wereld, hem belet, zulks openlijk te doen) en, aldas van deze per sa impopulair scbijnenJe zaak gebruik maakt, om den goeden naam van amleren te benadcelen, dan kan het welligt gevaarlijk geacht worden, die vooroordeelcn met ecnen slag den bodem in tc alaan en kon men het mogelijk beter oorJeclzn geleidelijk en door overtuiging, dat verkrijgen irtng on i als noodig De hier ter slede omtreul dit poot bestaande onbekendheid ingeworteld vooroordeel gesterkt door eigenbelang en kleingeestige naijver zijn dus mijns inziens de hoofdredenen, waarom dit punt vooralsnog onaannemelijk schijnen kan. Zeer zou ik het echter betreuren indien om die redenen een zoo hoogst belangrijk voorstel vallen moest, en daarom oordeel ik het geschikter omtrent dit punt thons nog geene beslissing te nemen, maar net, tot eene betere gelegenheid, aan te houden, wanneer de onder- viuding zal geleerd hebben dat hei, door de Gezondheidscommissie, voorgestelde niet alleen is in bet belang der gezondheidmaar dat eene betere en zuiniger mestbewaring ook uil een financieel oog punt hoogst nuttig is. Van dit laatste kan het Bestuur reeds spoedig aan onze ingezctcuen het bewijs leveren, door de meststoff"n, die thans verpacht worden, van wege de gemeente te late- inzamelen en doelmatig tc bewaren. Ik ben zeker, dat deze rondborstige uiting van mijn gevoelen, tot nieuwe laster aanleiding zal geven, want waar zweeg ooit de laster wanneer vooroordeel of eigenbelang werd aangetast? Maar juist daarloor zal ontrent deze memorie meer en meer de waar heid van hel spreekwoord blijken, dat het de slechtste vruchten niet zijn waaraan de wespen knagen, want idler ingezetene dezer stad, en dua ook elk bevoegd heoordeclaar, is in de gelegenheid gesteld geweest haar openlijk legen te spreken, en hij die eene verkeerde zaak tegenspreekt, behoeft hel wapen van den laster nietslechts hijdie eene goede zaak tegen heter weten eu over tuiging aan, zoekt tegen tc werken, gehruikl dat verachtelijk wapen. Is hel dus mijn gevoelendat het beter is vooralsnog geene be slissing tc nemen, aangaande het eerste, door de G'zoudhridscom- missie, gedane voorstel, omtrent de wijziging van art. 215 van het Policiereglenienteene and re vraag ia net, of dc toestand zoo als zii tevenwoor lie is kan blijven voortbestaan dan wel of deze reeds dadelijk verandering vordert. Art. 215 van het Polioieregletnonlthans luiden le: Geene misthoopen zullen binnen de kom der gemeente mogen gehouden worden, tonder schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders." ia onuitvoerbaar, want ware uitvoering van dat artikel doenlijk, gewis het geachte Hoofd der gemeente, wiens belangstelling en zorg wij kennen, had reeds voor lang uitroeiing daaraan gegeven. Ten einde nu eenigzins aan den geest van dat artikel te getnoct te kom-n is door Burgemeester en Wethouders besloten, dit mesthoopen verboden zouden worden wanneer de buren der houders daarvan daarover klaagden. To! welke onregelmatigheden dit aanleiding geven moet is duidelijk de eene buur zal altijd, zclfa wanneer hem de mesthoop vijns buurmans niet of weinig hindert klagen, terwijl de andere uit vriendelijkheid of beleefIbeid nim mer klagen zal. Deze wijze v*q beperking dor vrijheid tot het houden van mesthoopen ia dus af te keureu, ofschoon Burg. eu YVelh. zoo lang art. 215 van het Pnliciereglcmenl niet ia gewij- aigd wel niet anders hanlelen kannon, en dat één artikel in ecue verordening, hetwelk in dc praktijk onuitvoerbaar blijkt te zijn, gewijzigd of veranderd moet worden behoeft geen betoog. la echter vroeger door mij aangetoonddat zuinigheid en zin delijkheid altijd baud aan hand voorkomen, ook hij hel houden van nicalhoopcn is zulks in hooge mslc het gevalnaarmate een uicsthoophoudcr zuiniger op «ijn mest isnaar die male zal zijn mesthoop ook zindelijker en daarom voor de gezondheid minder nadeelig zijn en deze, zoo voor den mesthoophouder als voor (o openbare gezondheid en zindelijkheid nut# zaak, konde reed» dadelijk als beperking van het regt tot hel houden van mesthoopen in het leven geroepen worden. Men zou dos door het ra.wellen eener verordening op het houden van mesthoopen, die strikt werd nagekomen en waarbij vooral de zindelijkheid en daardoor de zoioighei 1 in het oog gehouden wordt, den mesthoopkonder vu den willekeur vao buren ontheffen, hem leeren dat zindelfkbeid, bij kei bewaren der mest, hem zeker voordeel oplevert en daardoor lerens de openbare gezondheid en zindelijkheid bevorderen, terwijl Borg. en Weth. dan eeoen zekeren ngtsnoer zouden hebben, waarnaar zij buooe rergnnningen to: het hooden van mesthoopen konden rigteu. Om bovengemelde redenen doe ik dus in da eerste plaat* het Voorsta Dat da Raad besluite omtrent het eerste, door da Gezond heidscommissiegedane voorstel de wijziging tvui art. 245 van het Policiereglementzoo als dia door haar is voorgesteld, vooralsnog geene beslissing te nemen." Ten einde mogelijkheid van sdtvoerissy aan het thans hertaalde te gevenstel ik in de tweede plaats voor art 245 rat het Poltciereglementvoorloopig te wijzigen als volgt: Geene mesthoopen mogen binnen dan kom dar gemeente ge houden worden, zonder schriftelijke vergunning van Burg. en IVtlh., en overeenkomstig de daarop vast Instellens verordening." En eindelijk, ten einde ook daardoor tot eene gelaidelqhe overgang van het, door de Gezondheidscommissie, voorgestelde te geraken, stel ik in de derde plaats voor, als nieuw artikel bij hst Policicreglement te voegen Geene rooijing tot het bouwen van mindere woningen zal verleend worden tenzij daarbij tevens een gemetselde en over dekte put, ter bewaring der meststoffen, wordt gebouwd." De Voorsteller. Dr. W. C. VAN LOCKHOOST. Vergadering randen Gemeenteraad van IS Maart 1861. Afwezig wegens ongesteldheid de keer van Boe kom Maat. Aan de orde waren 1°. Het kohier der Hondenbelasting voor 1861. Zonder discussie wordt dit met algemeene slem min goedgekeurd voor een totaal bedrag van f 563. 2°. De Memorie der Gezondheidscommissie betrekkelijk de Mestvaalten enz. niet de rapporten der Afdeelingen. De Voorzitter zegt. dat hij van den heer van Lockhortl een voorstel heeft ontvangendit onderwerp betreffende. Deze leest het voor. fzie hierboven]. De Voorzitter merkt daarna op, dat het le gedeelte van dit voorstel, waarbij hel uiU.el wordt aanbevolen van de beliandelic der Memorie van de Gezondheids commissie eene dadelijke beslissing vordert, terwijl bet andere deel, betreffende eene wijziging van het Politie— Reglementeen nader onderzoek vereischt. Hij stelt daarom voordat hel laatste zal verzonden worden naar de Afdeelingen, en lot dat hieromtrent rents eindbeslissing zal gevallen zijn, het thans aan de orde zijnde punt an behandeling aan te houden. Na eenign discussie wordt hiertoe met algemeene stemmen besloten. 3°. Rekwest van de Policie-agenlen om verhoogiug van iractement of eene gratificatie. De heer van Beliegt, dat hij het niet wenscbelijk acht, dat dergelijke verzoeken niauwelijks zonder eenig voorloo pig onderzoek in behandeling worden genomen. Vroeger is het wel eens gebeurddat oin eene dergelijke reden besluiten zijn genomen, waarover later door sommigen spijt werd gevoelJ. Daarom stelt hij voor, dat het request in handen zal gesteld worden van Burgemeester en Wet houders, opdat deze schriftelijk daarover hun gevoelen mededeelen. Men raakt daardoor nteer bekend met hrt roor en tegenen kan dan met kennis van zaken uitspraak doen. De Voorzitter verklaart, dat bij hem daartegen g ene bedenkingen ontslaan, en daar verder niemand zich er tegen verzet, wordt zonder stemming dienovereenkomstig besloten. 4'. Advies van den Controleur aangaande het benoemen van eenen roeijer. De Hoeren van Beek en Herschel vragen of er wel be hoefte bestaat aan zulk een ambtenaardie sedert geruimen tijd heeft ontbroken. Dc Voorzitter, inct de H.ll. Diemonl en Schlatter be antwoorden dit toestemmend. Altijd is er een post voor uitgetrokken geworden op de bcgrooling, en alleen bij gebrek aan geschikte personen is de benoeming in de laatste jaren achterwege gebleven. Bij eene ijverige pligts- betrachting zal het traktement wel worden bestreden door de meerdere opbrengst der belasting. Het onderzoek is van wetenschappelijk™ aard, en kan alleen door een deskundige geschieden. Wor.lt er nu procesverbaal o igts- maakt door een «liet-deskuudige, dan is het twijfelachtig of de regler daarop acht z it slaan. Op deze en andere gronden stelden zij voor tot de benoeming over te gaan in eene volgende vergtdcrinr eu nu in beginsel uil Ie ui akendat er voorzien zal worden in de beslaande vaciture. Met algemeene stemmen worden hiertoe besloten. 5°. Benoeming van een Hoofdonderwijzer aan de Tustchea- tcliool. Elf stemmen vereenigeti zioli op den heer de (lens, titans te Utrecht, en drie aji den lieer Laseur, thans le Raruevrkd. zoadat du eerste is benoemd. 6°. VoarJragl tul hel da n van af- en overschrijvingen op de begruoling dei Schutterijdienst 1861wegens aankoop van diverse klecdmgstukkeii. - Met algemeens stemmen aangenomen. 7". Gelijke vuordragt ten n inzien der hegrooling van bet Burger-Weeshuiswegens hongeren prijs der bo- nuodigde levensmiddel o enz- Ms voren. 8". Benoeming van eene Regentes voor bet Burger weeshuis uit eene voordr igl waarop voorkwamen da dames van Werkhoven, Fuckcn van beek geboren l-tgcrweij. Bij dc stemming vereenigen zich op de cent: elf, op 15 Maart 1861.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1861 | | pagina 1