BIJ VOEGSEL AMERSFOORTSCHE COURANT, Jtë 1584. van V K IJ D A G J7 Julij 4868. VERGADERING tan den RAAD der gemeente Amersfoort van Maandag 6 Julij 1868. Tegenwoordig alle leden. De notulen der vorige vergadering worden ge lezen en goedgekeurd. Daarna komen in behandeling de rapporten der beide raadsafdeelingen over de regeling van het Lager en Middelbaar Onderwijs. Deze rapporten waren uitgebragt naar aanleiding van verschillende adviezen der commission van toexigt over het lager en middelbaar onderwijs en van de inspecteurs. De conclusie van het rapport der le. afdeeling strekte a. tol oprigting van eene' nieuwe gesubsidieerde school voor meer uitgebreid lager onderwijs. b. lol oprigting van eene burger dag- en avond school voor middelbaar ouderwijs, met twee. jarigen cursus. c. tot uitnoodiging van II.II. Burg. en Wethouders om soodra mogelijk de noodige voorstellen te doenvereischl om die inrigtingen in bet leven te doen treden. De 2e. afdeeling had aan haar rapport geene bepaalde conclusie toegevoegd, maar medegedeeld, dat uit hare beraadslagingen was gebleken dal de meerderheid de oprigting van eene bijzondere ge subsidieerde school voor meer uitgebreid lager ouderwijs noodig achtte lerwyl de minderheid aan eene openbare school de voorkeur gaf; dat de af deeling de beslissing daaromtrent wilde doen voor- afgaau aan die overhel Middelbaar onderwijs; dat zy eeneal ware het dan ook slechts tijdelijke dispensatie van de regeling van bet Middelbaar onderwijs wenschte; en dat. zoo die niet le ver krijgen mogl zjjn, de meerderheid aan eene zelf standige avondschool de voorkeur gaf, de miuderheid aan eene verbiudlenisovereenkomstig art. HM.O. By den aanvang der discussiën merkt de Voorzitter op, dat de aanvrage tol dispensatie tot niets zal leiden, otndal art. 14 der Wel aan deze gemeente eene stellige verpligting oplegt tot oprigting van eene school voor M. 0. Als lid der commissie van loezigt op het M. 0. behoorde hy tot de miaderheid. Met het gevoelen, desiyds door hem uitgesproken, komt de conclusie der le. Afd. in hoofdzaak overeen. Daarom meent hy zich nu daarmede te moeten vereenigen. De gcinrente moet voldoeo aan de verpligtioghaar door de wel opgelegd. Men kan ja vragen dat er verguud worde om zich tot eene avondschool te bepalen maar het is onzekerof die vergunning zat gegeven worden. Daar by komt, dat zij slechts voor een tyd mag worden gegeven en daarna de verlenging telkens op nieuw zou moeten worden aangevraagd. Men wordt dan alzoo afhankelijk van de inzichten van het oogenblik van den eventuëlen ministerdie den Kouiog moet adviseren. Gaarne erkent hydat. als de wet het niet gebiedend voorschreef, hij er nog niet toe zou koinen otn eene school voor M. O. op te rigten maar nu moet het geschieden. In het rapport der 2e. Afd. wordt in het breede gewezen op den zwaren last die daardoor uit een financieel oogpunt op de ge meente zal gelegd worden, vooral drukkend op dit oogenblik. nu er zoo vele buizen ledig slaan. Hij erkent dat bezwaar, doch gelooft, dat het wel eenigzios overdreven is voorgesteld. Al zyn dc finan ciën niet ruimdan kaQ men toch met inacht neming der noodige zuinigheidde noodzakelijke kosleo wel dekken. De huizen die ledig staan zijn meestal kleiner dan de nieuwe of vernieuwde htiizeu. die in den laatsten tyd betrokken zijn, weshalve het belastingkohier voor de gemeente zeker niet onvoordeeliger zal zyn dan vroeger. De heer van de Poll erkent dat hy als lid der commissie van toezigt op het M. 0. behoorde tot de meerderheiden destijds een ander gevoelen was toegedaan dan de vorige spreker. Sedert is er echter een geruime tyd verlooper IIy heeft nader over de zaak gedacht. In de afdeeling heeft men herhaaldelijk gewisseld van denkbeelden. Ily heeft aldaar de bezwaren gehoorddie tegen zijn vroeger gevoeleo heslouden. Hij heeft meerdere inlichtingen bekomen; en het resultaat van dit alles is geweestdat hij zich thans meent te moeten vereeuigen met de conclusie der le. Afd. Hy is tegen do vereeniging der inrigtingen voor lager- en middelbaar ooderwysdie hij ondoeltreffend acht. Ily ontveinst zich ook de financiële bezwaren niet, maar de wet spreekt, en men moet wel gehoor zamen. In hel rapport der Commissie van toezigt zijn de kosten voor eene avondschool te laag gesteld. Voor de sommen aldaar opgegeven zullen geene docenten le bekomen zijndie voldoen aan de eischen der weten moeten die kosten meer be dragen dan zijn zij niet in eveoredigheid met bet nutdat men van eene louteie avondschool kan verwachten, ily is van oordeel, dat de regeling van het M. O. in verband moet gebragt worden inet die van het lager onderwys. Door het vertrek van den heer de liaan bestaat eene gaping, die moet aangevuld worden. De vraag is alleeu, hoe daarin op de beste wijze te voorzien, liet zou niet in het belaog der gemeente zyn als dit geschiedde door uitbreiding der school van den beer Kollewjjn, gepaard inet een verhoogd subsidie. Die school is meer ingerigt voor de hoogere standen. Alles is aldaar meer uitsluitend ingerigt om jongelieden te bekwamen voor de examens gevorderd tol toelating op de Militaire Akadeinie. het Instituut voor de Marioe. en dergelyken. Er bestaat behoefte aan eene andere school voor meer uitgebreid lager on derwijs voor de middelklassedie gebruik wil maken van bet M. O. Zjj behoort ongeveer le zijn, zoo als die van den beer de liaan was; iets meer, of iets minder, maar oiet hooger in schoolgeld. Er bestaat verschil van gevoelen over de vraag of die school moet zyn openbaar of gesubsidieerd. De gronden voor beiden aan te voeren, zijn in het breede in de rapporten ontwikkeld. Hij verklaart zich voor de gesubsidieerde schoolen vereenigt zich met hetgeen daarvoor door de le. Afd. wordt gezegd. De Middelbare school moet er ook zijn volgens art. 14 der wet. Dispensatie is oiet te bekomen. Hy zal zijne stem over de regeliug van het M. O. geheel doen afbangen vao de beslissingdie ge nomen wordt over het lager onderwijs. De heer van Walchren zegt te behooren tol de leden der 2e. raadsafdeeliogwier vergadering hij echter tot zijn leedwezen niet heeft kunnen bijwonen. Na de lezing der rapporten verklaart bij zich te vereeoigen met de conclusie der le. Afd, Ofschoon hij erkeul ten aanzien der lagere schooldat aan de openbare school in sommige opzichten de voor keur toekomt boven de gesubsidieerde zoo is hij mi toch voor de laatsieomdat zij uit een geldelijk oogpunt minder bezwarend is. Men kan dan eene proef nemen en zien of zij voldoet gedurende het tijdvak waarvoor aanvankelijk het subsidie wordt toegekend. Hij vreest niet, zuo als sommigen, dat zoodanige school minder goede hulponderwijzers zal hebben dan eene openbare, want als de onder wijzer niet zorgt voor goede hulp, dan zal het ouderwijs slecbl zyn, en zal de schooi van zelve le niet gaan. De onderwijzer heeft dus genoegzaam belaog om te zorgen, dat daarover geene klaglen omstaan. Omtrent het Middelbaar Onderwijs, wil hy niets anders zeggen dan dat de Raad niet vrij is in zijne keus. maar verpligl is te doeo wal de wet voorschrijft. De heer L. E. Lagerweij kan zich niet vereenigen met de gevoelens der vorige sprekers. Hij is er zeer voor dat eene gaping worde aangevuld die thans ten aanzien van hél Lager Onderwijs bestaat, maar hij is legen eene bijzoodere school en verlangt eene openbare. Ten aanzien van hel Middelbaar Ouderwijs wil hij allerminst eene dag- en avond school met tweejarigen cursus, die volgens art. 13 al. 1 voornamelijk voor aanstaande ambachislieden en landbouwers moet dienen. Hij blijft nog steeds de vooikeur geven aan eene verbinding van Openbare lagere met Middelbare schoolvolgens art. 14 al. I, die breedvoerig door hem in de Afdeeling is ver dedigd. Dan ware in alle opzigten aan de Wet voldaan, geene dispensatie noodig, het Onderwijs zou voor de behoefte voldoende en het ininst kost baar zyn. Mogt deze zijne zienswijze niet gedeeld noch oodersleund worden dan zal hy met de meerderheid zijner Afdeeling stemmen voor eene avondschool. Met vele Leden moet hij betwijfelen of op eeu verzoek om algeheele dispensatie van hel M. O. door de Regering gunstig zou worden be schikt. Om gewigtige redenen echter h3d hij zeer gewenschl dat de gemeente, zij hel dan slechts tijdelijk voor de eerstvolgende jaren van de verpligling ware vrijgesteld. Verder gaat hij de rapporten der Afdeeltngen na en resumeert koi lelijk de argumeoten daarin aangevoerd. Velen daarvan moet hy bestrijden. Zoo wordt bjjv. gezegd in bet rapport der le Afdeeling, dat de avondscbuol voor M. O. niet zou kunnen gevoegd worden by eene der thans bestaande Openbare scholen rnaar hij ziet niet inwaardin zij met kan ver bonden worden aau de Tusscliensctiool als dit noodig warezoo men slechts eenige wijziging maakte in de uren van onderwijs en in de locali- teit. Hij wil echter vooreerst niet verder hierover spreken, daar eene vereeniging der avondschool met eene nieuw op le rigten school voor meer uit gebreid L. O. zijos inziens is te verkiezen. De 1ste Afdeeling scbynl miuder te hechten aaa de Burgerschool die slechts ter loops in bet rapport wordt aangeroerd en waarvoor zy met eene ge subsidieerde tevreden is. De minderheid der 2de Afdeeling is vooral met het oog op eeue aanslaande verbinding van O. L. met M. zeer voor eene open bare school. Alle Leden dier Afdeeling erkennen de noodzakelijkheid eener voorziening in bet L. O. en men wil gaarne daartoe medewerken, maar men is weinig genegen om veel te doen voor bet M. O. daar toch bijoa iedereen moet toegeven dal aan een dag- en avondschool als boveogenoemd geene behoefte bestaat. Men kan wel scholen voor M. O. opriglsn, maar daaraan geen leerlingen be zorgen. Ue vorige jpreker vond bel bezwaar niet groot om goede hulponderwijzers voor eene bijzon dere school te verkrijgen. Hij telt die niet zoo genag. Eu is niet de keuze van dat personeel van zeer veel befang De mindere bloei der school van den heer de liaan in den laatsten tyd is daaraan misschien toe te schrijven. Er is gezegd dat de avondschool voor M. O. te duur zou zyo als zij op zich zelve stond, maar men mag niet vergeten dat art. 14 der wet. heigeen voorschrijft, hoe men vergunning Lau verkrijgen om zich tut eene avond school ie bepalen ook inhoudtdal de Koning alsdan den Gemeenteraad geboord, vaststelt, welke vakken op die school zullen worden onderwezen. Dat onder wijs kan alzoo tniuder omvalleed zya dan op de dagschool, en welligt vooreen gedeelte opgedragen worden aan ingezetenen der Gemeentewaardoor hel minder kostbaar zou worden. De 2e Afdeeling wenschte dan ook dal bet onderwys aanvankelijk bepeikl werd tot die vakken, welke zij noodig acht. Hel is oninogelyk met eenige waarschijnlijkheid te berekenen hoeveel leerlingen van bel M. O. gebruik zullen maken. Yoor bet meer uitgebreid L. O. heeft men nog eenige gegevens. Men weet bijv. dat de school vao den heer de Haan in 1863, 37 leerlingen telde en dat dit cijfer bij goed ouderwijs en laag schoolgeld vermoedelijk wel weder zal te bereiken zijn. Maar by bel M. O. kan men zelfs geene gissing wagen. Bigt inen eene ambachtsschool op, dan zal men of oageooeg geen leer'tugen hebben waut men ziet nu reeds aan de handwerkschoo! hoe moe ij el ijk het is om zelfs de weikbazeu er toe te brengen, dat zij des avonds hunne zoous der waarls zenden; of rneo zal leerlingen verkrygeo, die er met behooren, namelijk die op de school voor meer uitgebreid L. O. te buis behooren maar die nu om hel lagere schoolgeldhetgeen volgens de wel uiel hooger dan op twaalf gulden 'sjaars mag gesteld worden, de laatste zullen verlaten eu naar de Middelbare school overgaan alwaar waarscbyolyk ook in eene der levende talen onderrigl zal worden gegeven. Onverminderd de opriguugskosten zal de Ambachtsschool volgens de raming der Commissie van toezigt op hat M. O. jaarljjks zes''mzeod gulden van de gemeente vordereuen welke zullen de vruchten zijn Met het oog ook up den lioaotiëeleu toestand der gemeeme, bij de overtuiging dat de lasten niet hooger kunnen wordeu opgevoerd, moet hij de daarstelliug der Ambachtsschool ten zeerste bestrijden. Spreker herhaalt dal hij liever een openbare school wil voor meer uitgebreid lager onderwys. vooreerst omdat iu den regel bet onderwijs daar beter is dan cp eene gesubsidiëerde school. Dit kan niet anders, want de onderwijzer wordt niet benoemd dan na eeu vergelijkend examen, in legenwuordigheid van belangsiellende raadsleden die alsdau met alleen over de bekwaamheid maar levens over de geschiktheid van den ondeiwijzer kuuueu omdeeleu. Ook de hulponderwijzers wuideo door den Raad aangestelden gemeten over liet algemeen immer bezoldiging. Dit allis beeft uiet plaais ten aanzien der bijzondere scholen. Hij zal zou vele argumenten niet herhalen in de Afdeeling aaugevoerd en die met zijn wedcrlegd. Maar hi.-r bij zoo gering verschil, moeten by sommigen ünaiu iëelê redeueti gelden en uieu ziet niet m hoeveel bij eene vereemg'ug van Opeob. Lag. met Middelbare School kan woideu iiiigewooueu. 'i'eo tweede omdat de wet toelaat eene school voor Al. O. te verbinden aan eene open!», lag. maar mei aan eene by zond. schooi. Komt de laatste dan is alle verbinding onmogelijk. Mogt de Raad lot de oprigting eeuer school voor M. O. i besluiten, dm is zijns inziens de byzondere school I niet sirikt noodzakelijk, in dat geval ware het ver kieslijk gebruik te makeu van de bevoegdheid in art. 21 gegeven en een plan van iringiiog vau onderwijs te stellenhetgeen in de verschillende behoeften kon voorzien. Vooral met het oog op het gering bezoek van zoous van ambachtslieden zou

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1868 | | pagina 3