den heer Adolphe Thiertvan den ConstUulionnel.
Deze belooning daleerde van 1822 1
Op 't laatst van het vorig jaar had de uit
"Windeweer (prov. Groningen) geboortige persoon
Hendrik Joele het onaangename avontuur, terwijl
hij in Antwerpen vertoefde om dienst te zoeken
op eene sleepboot, door list aan boord van
een Amerikaansch vaartuig gelokt te worden.
Zoodra hij daar gekomen was, grepen twee
personen hem vast en wierpen hem in een hok.
Ik slak toen zoo verhaalt hij zelf hel
hoofd door een klein venster en verzocht, dat
men er mij zou uitlaten, doch nauwelijks had
ik dit gevraagd, of ik kreeg zulk een slag in
het gezigt, dat ik bedwelmd neerviel. Ik bragt
den nacht in het hol door en des morgens te
G uren moest ik er uit en aan 't werken. De
twee loodsen kwamen aanboord met den kapitein.
Ik wilde mij achter uit begeven om met hen
te spreken maar naauwelijks midships gekomen,
vroeg mij de tweede stuurman wat ik wilde. Ik
-zeide hemdat ik met den kapitein en de
twee loodsen wilde sprekenwaarop hij mij
een slag tegen het hoofd gatzoodat ik hevig
bloedde.
Zoo werd hem met geweld elke gelegenheid
benomen om zijn beklag te doen, en toen het
schip de ankers ligtte en naar Savannah vertrok,
moest hij de reis mede maken. Van daar keerde
hij met de Aiginegezagv. Raymondbestemd
naar Bremerhaven naar Europa terugdoch
onderweg, bij gelegenheid van een hevigen
storm, brak hij een been. In het begin van
Januarij jj. liep het schip Bremerhaven binnen,
en na den Gden dezer het gasthuis, waar hij
dien t:jd vertoetd had, verlaten te hebben,
reisde nij naar Antwerpen om zijne regten te
doen gelden tegenover den slaapsteehouder eu
zijne bediendendie hem aan boord gelokt
hadden. De zaak is nu in handen van de
justitie.
Uit Honolulu is het berigt ontvangen dal
de Wetgevende Vergadering der Sandwich
eilanden de verkiezing van Prins Lunalilo tot
Koning heeft goedgekeurd en dat de nieuwe
Koning den öden Januarij is gekroond. Bij
hel afleggen van den eed op de constitutie had
de Koning eene redevoering gehoudenwaarin
hij na hulde te hebben gebragt aan zijn voor
ganger het volgende zeide
«Dit Volk levert het in de geschiedenis éénige
vooibeeld van inboorlingen en vreemdelingen
welke eendragtig en met ernst zich zei ven rege
ren in alle maatschappelijke betrekkingen
heerscht er een uitstekende geest, welks bevor
dering pligtmatig is.
«Mijne Regering begint onder gunstige voor
teekenen. Met de vreemde Mogendheden houden
wij de meest vriendschappelijke betrekkingen
van wier handhaving ik overtuigd benzoo
wij voortgaan met onzen pligt te doen, volgens
de begrippen van regt en welvoegelijkheid
welke le betrekkingen der Mogendheden bcheer-
schen. Inwendig geniet dit Rijk vrede, rust en
eene behoorlijke mate van welvaart, welker
verdere ontwikkeling mijn grootste wensch is.
De eilanden zijn vatbaar voor eene veel hoogere
ontwikkeling, dan thans hun deel is. Zij bezit
ten de vereischte eigenschappen om een Ko
ningrijk te vormen hetwelk op de achting van
andere Mogendheden aanspraak kan maken
en tevens welvaart en geluk te verschaften in veel
ruimere kringen. Den. uur heelt ons eene zeer
gunstige ligging geschonken in den weg van
den wereldhandel. Door de zekerheid onzer ha
vens de overvloedigheid onzer producten, door
onze vrijzinnige wellen en in de havens gel
dende reglementenbehooren wij den handel
van alle Natiën bierheen te trekken.
Elke wetgevende maatregel, welke strekken
kan tot uitbreiding en bescherming onzer han
delsbetrekkingen, zal op mijne opiegte mede
wei king kunnen rekenen."
In de nabijheid v««n Zwolle is een verliefde
kleermaker in een vlaag van wanhoop in 't water
gesprongen, om een einde te maken aan zijn
leven dal hem een last scheen te zijn geworden,
daar zijn meisje, met hem vanj eene bruiloft
komende, verklaard had niets meer van hem
te willen weten. Door te hulp komende personen
is hij echter nog weer bij tijds op het drooge
gebragt.
Dc sprong heeft hem niet bevallen, zoodal hij
dezen niet weder ten tweede male voor een
meisje zal doen.
De burgemeester van Zuid-Beijerland heeft
's Konings jaardag op eigenaard.ge wijze gevierd.
Hij noodigdc alle inwoners dier gemeentedie
den ouderdom van 7U jaren hadden bereikt en
bedeeling genoten, ten ziynent en onthaalde hen
's voormiddag» op kofly en gebak en daarna op
een flink middagmaal.
In Engeland heeft zich thans eene deputatie
uit de verschillende kamers VRn koophandel
bij den minister van finanticn vervoegd om
aan te dringen op de a f s c h a fli n g van de i n-
komslenbelasting. Zy heelt niet veel
hoop op de vervulling van dien wensch ver-
De minister voerde aandal bij afschaffing
der inkomstenbelasting een tekort op het bud
get zou ontstaan van 7 niillioen; dit tekort
zou öf moeten aangevuld worden door de in
voering van andere belastingenóf men moest
het doen verdwijnen door vermindering der uit
gaven, door ingrijpende bezuinigingen. Wat het
eerste middel aanging, beriep de minister zich
cp eene door de deputa.ie zelve gegevene stil
zwijgende erkentenis der onmogelijkheid om
eene nieuwe belasting te vinden, die de ver
eischte som zou kunnen leveren. En ook door
bezuinigingen kon men onmogelijk zonder schade
voor 't algemeen belang eene zoo groote som
besparen. De minister verklaarde daarom op de
meest stellige wijze, dat hij de deputatie geen
hoop kon geven op de inwilliging van haar
verzoek.
Het Census-ontwerp.
Het verslag der commissie van rapporteurs
uit de Tweede Kamer omtrent het censusoilt-
Werp is thans gedrukt.
Volgens dat verslag openbaarden zich bij het
onderzoek in de afdeelingen zeer onderscheidene
meeningen omtrent de vraagof censusverla
ging wenschelijk en van dringenden aard is en
in welke mate zij moet plaats hebben. De groote
meerderheid zag de noodzakelijkheid van census-
herzieningin zooverre deze een algemeen
karakter zou hebben niet in. De meerderheid
oordeelde dat het alleen aankomt op herziening
van de tabel van 1850 in den geest waarin ze
werd zamengesteld en dus op het zuiveren
daarvan van hare gebreken, eu de vraag dus
alleen kan zijn, in hoever in hel vijftigtal steden
met verhoogden censusdat is met hoogeren
census dan de districten waartoe zij behooren,
die census verlaagd kan worden. Nagenoeg
algemeen was het oordeel over de voordragt
zeer ongunstig en erkende men dat het voorstel
op zeer losse en betwistbare grondslagen rustte.
Een aantal vragen werden gedaan. De com
missie vau rapporteurs is daarom eerst in
schriftelijk overleg getreden met den Minister
van Binnenlandsche Zaken vooral ten aanzien
der vraag: 1. op welke grond meent de Rege
ring haar stelsel van algemeen gelijken census
voor alle gemeenten, enkelen uitgezonderd, over
een te brengen met art. 76 der grondwet, en 2.
of de Regering meent, dal bij eventuele census
verlaging behalve een of beide Kamers ook
Provinciale Staten en Gemeenteraden onver
mijdelijk moeten ontbonden worden.
De Minister Geertsema heeft bij nota geant
woord dat de strekking van het voorstel is
om te doen wat de wetgever van 1850 zou ge
daan hebben indien hij den laagsten census
voorde provinciën Limburg, Noord-Brabant,
Gelderland, Overijssel en Drenthe behoudende,
thans nog den census voor de andere moest
regelen.
De Regering meent, dat zij, voorgaande in
den geest der kieswet van 1850geheel getrouw
blijft aan het voorschrift van art. 76 der grond
wet. Het gebruik door de Kroon te maken van
bevoegdheid tot ontbinding der Staten-Generaal
mag geen onderwerp van voorafgaand overleg
tusschen de Vertegenwoordiging en de Regering
zijn en geen invloed uitoefenen op het lot van
het wetsontwerp. Ontbinding bij wet van alle
Regeringsligchamenvolgens de kieswet zaam-
gesteld, ligt niet in de bedoeling der Regering.
De commissie van rapporteursoordeelende
dat door de antwoorden der Regering gevvigiige
bezwaren niet waren opgelost, meende daarin
eene bevestiging te vindendat de cijfers in
art. 2 van het ontwerp zonder voldoenden
grond zijn gesteld. Zij is in nader mondeling
overleg getieden met den Minister en heeft
dezen nogmaals gewezen op het gevoelen der
meerderheid, dal de wet onaannemelijk is,
zoolang niet meer zekerheid verkregen isdat
algemecne censusverlaging het gevaar niet zou
kunnen doen ontstaan van vooral bij Gcraeen-
leraads-verkiezing te stuiten op ongeschikte
kiezers, welke zekerheid alleen te verkrijgen
was door een onderzoek van Regeringswege.
De Minister verklaarde daartoe genegen te
zijn mits de Kamer bepaalde punten van onder
zoek aangaf.
Hieromtrent is geer.c overeenstemming ver
kregen, waarom de commissie het verslag ein
digt met de verklaring, dat, na de resultaten
van een algemeen onderzoek, vóór het opma
ken der voordragt gehouden, zij omtrent die
voordragt geen beslissing kan nomen voordat
zij door een dergelijk alsnog in le stellen on-
derzoek in staat zij de vraag te beoordcclen
of de voorgestelde regeling geacht kan worden
te strooken met het grondwettig voorschrift,
dat de census bepaald wordt overeenkomstig de
plaatselijke gesteldheid en of vaststelling daar
van niet kan leiden tot optreding van geheel
ongeschikte personen als kiesgeregtigden voor
de Tweede Kamer en de Gemeenteraden.
Voor de noodlijdenden aan de Oost-
Zockusten is ontvangen
van
v. B.
f 20.—
X.
5.—
a
S.
2.80
P.
2.50
A.
4
F.
1.
v G.
1.23s
Onder dankzegging aan de edele gevers, ver
klaart de ondergeteekende zich bereid meeidere
giften te ontvangen en overtemaken.
D. BURGER.
De verwoesting door den verscbrikkelijken
stormvloed op 1215 November 1872 aan de
Ooslzee-kusten veroorzaakt is enorm.
Sleeswijk Holslein had eene sclmde aan vee,
gebouwen, mobilair enz., van ongeveer 2 millioen
gulden.
In 't Vorstendom Lubeck zal circa twee ton
gouds noodig zijn om de schade te dekken
en de vrije stad Lubeck zal daartoe 1J ton
behoeven.
Mecklenburg, de provincie Pom meren de
Kreilz Usedom Wollen en Grimmen en andere
landstreken zullen om de 6 ton gouds moeten
aanwendenom 't verliesdat daar geleden
werd, eenigszins te boven le komen.
AMEtlSFOOKT27 February 1873.
De Arrondissemcnls-Regtbank te Amersfoort
heeft bij vonnis van hedenDonderdag 27
Februaryin de beide zaken der Hoeren de
Ridder (in onze twee vorige nummers uitvoeiig
vermeld) beslist, dal niet was bewezen dat de
weg in kwestie openbaar is en mitsdien beide
beklaagden vrijgesproken, de kosten te dragen
door den Slaat.
Niettegenstaande allerongunstigst weder was
het concert, gisteren avond in Amicilia onder
directie van den Heer Schweinsbtrg ten voordeele
der Anaa Paulowna Bewaarschool te
Amersfoort gegeven vrij wel bezocht en genoot
het corps dilettanten, in de diverse nuuimets
ten gehoore gebragt, voor het meeiendeel wel
verdienden bijval terwijl vooral uit het concert,
in zijn geheel beschouwd, voldingend bleek dat
in onze stad de toonkunst bij hel aankomend
geslacht in toenemende mate wordt beoelend
hetgeen onder de verblijdende kapitale teekenen
behoort, dat beschaving en welvaart in toene
mende mate alhier wortel schieten.
Inzonderheid waarzooal» «laai hij eene
uitvoering weldoen, op den voorgrond slond
gedoogt de délicatesse niet om in vele must-
cale détails te tredenmaar toch mag niet
worden onopgemerkt gelaten dat diverse be-
oetenaien dei' toonkunst uitmuntend hunne par
tyen voordroegen.
Lof en dank zij derhalve toegebragt aan den
Directeur en de dilettanten die hunnen tijd
moeite en beste krachten dienstbaar maakten aan
het bereiken van het tweevoudig doel van ecnen
genotrijken avond en het uitoefenen van lief
dadigheid, te prijzenswaardiger omdat daartoe
ook door kinderen edelmoedig voor hel welzijn va»
kinderen werd medegewerkt.
Vooral voor hen die dezen aangenamen
avond ten voordeele der opgemelde nuttige en
liefdadige instelling met groote belangstelling
en ijver organiseerden, is hel eene schoone vol
doening, dat hunne edelaardige pogingen tot
gunstig resultaat hebben geleid en mcencn wij
dat de doelmatigste hulde daarvoor is, den
wensch te uiten dat zij te zijner tijd weder een
soortgelijk concert voor hetzelfde doel organi
seren en alsdan zeker, bij gunstiger weder, een
talrijker publiek zal aanwezig zijn, daartoe aan
gemoedigd door het succès van het nu gegeven
concert.
De zuivere opbreugst was f 67.
De heer F. Th. Weiliel, dezer dagen benoemd
tot leernar aan *s Rijks Veeartsenijschool te
Utrecht, heeft maandag jl. aanklen gemeenteraad
eervol ontslag verzocht als gemeente-veearts,
levens keurmeester van het vleescb te Amersfooit,
teneinde op 1. April in zijne nieuwe betrekking
te Utrecht optetreden.
Een aantal jaren was hij alhier als vee-arts
enz. werkzaam en genoot en geniet hij door
zijne theoretische en practische veterinaire zaak
kennis gepaard aan rijke ondervinding, het
algemeen yertiouwen in stad en arrondissement.
Velen, wier vertrouwen hij zich waardig heeft
gemaakt, zien hem met leedwezen vertrekken.
Kort na het uitbreken der veepest in 1865