IJZEREN EN HOUTEN
SNIJBOONENMOLEhS
veroorzaakt le weien doordien het achterste
gedeelte van dun trein losgeraakt en met het
platiorm van het station in botsing gekomen is.
Voor korten tijd is een vierde telegraaf kabel
ter verbinding van Europa met de Vereenigde
Saten van Amerika gelegd.
Een hevige brand is te Portland, in Oregon,
uitgebroken; 365 huizen ziin verbranden 150
gezinnen van dak beroofd. De schade wordt op
een millioen, vijfmaal honderdduizend dollars
geschat.
Voor den aanleg van staatsspoorwegen is op
de begrootingen voor de jaren 1860 tot en met
1873 uitgetrokken een totaal bedrag van
f 138,500,000waarvoor ook het kanaal door
Zuid-ltcveland en dat door Walcheren zijn ver
vaardigd. Het aantal kilometers, dat reeds in
exploitatie isbedraagt ongeveer 868. Gemiddeld
zal na vollooijing van het geheele thans vast
gestelde net ieder kilometer gekost hebben on
geveer f 150,000, een zeer hoog bedrag voor
een spoorweg zonder eigen exploitatie-materieel.
Reeds uit die cijfers blijkt, dat buitengewone
kunstwerken moeijelijke aansluitingen enz. niet
zeldzaam zijn geweest*
De Javabode en de Indiér zijn bedreigd met
geregtelijke vervolging wegens het verspreiden
van een telegram uil Padang, dd. 21 Mei, mel
dende dat 100 hoofden den gouverneur der
westkust waren komen bezoeken de adat beter
te bandhaven, daar zij anders niet voor de ge
volgen instaan. Dit feit werd eerst door de regee
ring stellig tegengesproken, doch thans zegt de
Indiër in het bezit te zijn van de naamlijst der
113 hoofden en van twee door hen aan den
gouverneur der westkust ingediende adressen.
Het blad zal deze stukken openbaar maken, en
dan afwachten of de regeering den last tot ge
regtelijke vervolging zal durven handhaven.
Tegen den redacteur van de Sumatra.-Cl., die
elk oogenblik zijn veroordeeling verwachtte lot
een boete van 2000, werd weder een drukpers-
proces begonnenomdat eenige artikelen van
genoemd blad in verbaud gelezenaanzetten
tot haal en minachting voor het bestuur.
Recapituleerende aan weike vervolgingen de
drukpers gedurende de laatste maanden heeft
blootgestaan, komt de Java-Bode tot de volgende
statistiek
Drukpers-vervolging tegen de Sumatra-courant.
dito dito Soerabay-courant.
«Uitzetting van den redact, der Samarangtcht
Courant.
Bedr. van sluiting der drukkerij van de dito.
dito dito dito Vorttenlande n.
Drukpers-vervolging tegen de dito.
Instructie voor drukpers-vervolging tegen de
Indiër en den Java-Bode.
Bedreiging van sluiting der drukkerij van
den Java-Bode."
In de Straitt Timet werd beweerd, dat het
bestuur der Straits Settlements de neutraliteit
niet naleefde, daar men toeliet dat de Neder
landers praauwen kochtenbestemd voor de
expeditie tegen Atchin. De heer Readonze
consul-generaal aldaar, spreekt dat tegen en
schrijft dat de praauwen voor Deli bestemd zijn.
De keizer van Oostenrijk heeft Vrijdag een
geruimen tijd in de Nederlandsche afdecling
der Weener tentoonstelling doorgebragt. Bijzon
der trokken de teekeningen van het Koninklijk-
Instituut van ingenieurs en voornamelijk die
van de groote brug te Culenburg de aandacht
van den keizer, die dan ook herhaaldelijk zijne
hooge ingenomenheid met het tentoongestelde
op het gebied van waterbouwkunde en scheeps
bouw te kennen gaf. Men meldt ons verder
dat onder de afdeeling «landbouw en veeteelt"
teer vele bekrooningen aan Nederlanders te beurt
zijn gevallen, terwijl de Handelmaatschappij de
hoogste medaille voor de »koffij" is toegewezen.
De zoogenaamde varkensziekte heeft op ver
scheidene plaatsen in de provincie Groningen
zich plotseling weder geopenbaard en wel in
hevige mate. In sommige dorpen zijn, in zeer
korten tijd bijna alle varkens verdwenen hetzij
door de ziektehetzij door noodslagling. Het
laatste nl. heeft vrij algemeen plaats, zoodra
de landbouwer merkt, dal het dier de ziekte
heeft. Men schrijft 't uitbreken der ziekte toe
aan de groote hitte van de laatste weken.
Bij den Rijksbetaalmeester te 's Bosch is uit
Boxtel een valsch bankbiljet van f 100 ont
vangen het papier moet eenigzins witter zijn
cn het watermerk ontbrekenoverigens was
het, om den omloop gemakkelijker te doen
zijnvuil gemaakt en van achteren met hand-
teekeningen voorzien.
Naar men verneemt houdt men zich thans
in de weikplaatsen van de Ned. Rijnspoorweg
maatschappij te Utrecht bezig om in rijtuigen
3de klasse aan te brengen compartimenten,
uitsluitend voor bet vervoer van vrouwen. Zij
zullen allerwaarschijnlijkst voor het eerst met
den aanvang van den winterdienst in werking
treden.
Men meldt uit 's Gravenhage
In den nacht van Zatuidag op Zondag jl. wist
zeker persoondie vroeger bij de heeren R. C0.,
pianofabriekanten in de Hofstraat alhier, in
dienst was, maar thans ook weder bij een ande
ren fabriekant ontslagen is, het kantoor van
eerstgenoemde heeren te bereiken en aldaar met
een centerboor eene lade te openen en daaruit
te ontvreemden eene som van 17,50. De wijze
waarop hij zich den toegang verschaft heeft moet
niet van de gemakkelijkste geweest zijndaar
bij op bet Plein langs het gebouw van den
Hoogen Raad een gang doorgaande, een aantal
muren en daken heeft moeten overklimmen
terwijl hij op verschillende binnenplaatsen
teregtkomende, telkens weder zijne kunst in
bet klimmen moest beproeven.
Eindelijk ter plaatse van zijn doel gekomen,
wasdaar bij met de localiteit bekend was
het kantoor spoedig gevonden en het geld in
zijn bezit. Deze persoon werd gisteren ochtend
door de politie alhier aangehouden en ter be
waring gesteld in een daarvoor bestemd en goed
gesloten vertrek van het politiebureau op de
Nieuwe haven waar het hem echter niet scheen
te bevallen. Want ook daar beproefde hij weder
zijn klimtalent en wel met goed gevolg. Door
een luchtgat hoog drie en breed twee decimeters,
dat zich daar twee meters boven den grond
bevindt, wist hij te ontsnappen en'zich bloots
hoofds en met achterlating van zijn goed uit
de voeten te maken.
De politie zat echter na deze ontdekking niet
stil, want zij herinnerde zich dat te Oegstgeest
de moeder van deze vlugger woonde. Zij haastte
zich dan ook naar die gemeente en had de vol
doening den klimgraag weder te vatten en her
waarts terug te brengen, waar men thans wel
zal zorgen dat hij vooreerst buiten ds gelegen
heid zal zijn zich op vrije voeten te slellea.
Dr. Lubach maakt in het Album der Natuur
melding van verschillende meeningen omtrent
de vraagwie de stichters der hunebedden
zijn geweest. Als het dienaangaande thans vrij
algemeen aangenomen gevoelen deelt hij hel
volgende mede
•Alles duidt er op dat de Germaansche volks
stómmen uit het Oostenen wel uit Midden-
Azië, naar Europa gekomen zijn. Maar van
waar ze ook oorspronkelijk warentoen zij
r.ankwamen in de landendie zij sedert bewoond
hebbenvonden zij die niet onbewoond. In
tegendeel zij vonden daar menschenmaar
menschen van een ander slag dan zy zeiven,
eene andere taal sprekende en van andere ge
woonten en zeden. Met deze oorspronkelijke
bewoners moesten zij den kamp wagen om het
bezit van het land; zij waagden dien en het
gevolg was, dat zij meester bleven. Maar die
kamp was, althans in vele streken, zwaar en
langdurig geweest; ook toen de overwinning
zich beslissend voor de Germaansche aan valleis
verklaard had en deze zich voor goed in het
overwonnen land hadden gevestigd, leden zij
nog lang veel last van de overblijfselen van de
oorspronkelijke bevolking, die zich in bergstreken
of in ontoegankelijke bosschen en moerassen
hadden teruggetrokken. Die strijd met de autoch
tonen of oorspronkelijke inwoners werd door
de sage van mond tot mond overgeleverd en
nam al gaandeweg meer ongewone en bijna
bovennatuurlijke evenredigheid aan. Bij onbe
schaafde volken, die geen letterschrift kennen
en bij wie alle kennis van vroegere gebeurtenissen
en toestanden op de mondelinge overlevering
berust, worden die vroegere gebeurtenissen
spoedig oudwat ten tijde van de overgroot
vaders geschied is, is bij hen teeds in bet
halfdonker var. den ouden tijd gedompeld. De
zucht om het voorgeslachtwaarvan men zelf
afstamt, te verheffen, openbaart zich daarbij
steeds bij onbeschaatden en half beschaafden
zeer sterkgetuigen de wonderbare en onge-
loofeiijke feiten die in alle sagen aan de helden
van den voortijd worden toegeschreven.
Bedenkt men dit, dan is het niet moeijel ijk
te begrijpenhoe de vijandenmet welke de
Germanen aanvankelijk te kampen hadden en
die zij niet dan met moeite overwonnenin de
overlevering weldra verschenen als een volk van
verschrikkelijke, bijna bovennatuurlijke wezens,
maar die dan toch voor de alles vermogende
dapperheid en kracht der voorouderen hadden
moeten bukken. Zij werden voorgesteld als van
buitengewone ligchaamsgrootlemeer dan tncn-
schclijke kracht, vreeselijke woestheid en wreed
heid, «oms zelfs als begaafd mei bovennatuurlijke
vermogens, in een woord het werden reuzen.
«Die reuzen of liever die volksstammendie
de overlevering weldra tot reuzen omvormde,
zijn de Scandinavische Jelten en Thurtendie de
Jetlegrcifvar hebben gesticht- het zijn de Rieten
en Uünen van Noord-Duitschlandwier gebeenten
in de Rieten- en Hiinengrtiber rustenhel zijn
de Hunen van Drenthe, de reuzen van vader
Picardt, de bouwers van onze vaderlandsche
hunebedden.
«Zoo zijn we toch weder tot de reuzen van
Picardt teruggekomen. En werkelijk, wanneer
men die reuzen slechts duidtzooals zij moeten
geduld wordennamelijk als de wilde volks
stammen die de Germanen in Europa vonden
en die zij niet dan met veel inspanning konden
meester worden en onschadelijk makendan is
het waar, dat, gelijk hij zegt, bijna overal
reuzen hebben gewoond en niet onwaarschijnlijk,
dat die reuzen de stichters dei hunebedden zijn
geweest."
Dr. Lubach houdt, evenals vele andeten, de
hunebedden voor graven, zooals hetgeen er in
gevonden wordt overtuigend bewijst.
De bouwstoffen waaruit de hunebedden zijn
t£<neng~st(Jdwerden genomen uit den bodem
zeiven. Tegenwoordig nog worden in Drenthe
steenklompen in den grond aangetroffen, die in
omvang voor de steenen der hunebedden niet
behoeven onder te doen.
Op de vraag, hoe die steenklompjes bijeen-
gebragt en op elkander geplaatst werden, geeft
dr. Lubach 't volgend antwoord
«Het vervoer der steenen naar de plaats,
waar het hunebed zou worden opgengt eu
waarvan de afstand zelden groot zal zijn geweest,
had plaats op rollen van boomstammen. Om
den steen werden sterkevan leder gevlochten
riemen geslagen en met deze de steen voortge
sleept.
«Waren nu de bouwstoffen by een gebragt,
dan kon men op tweeërlei wijze te werk gaan.
Men kon den deksteen of de deksteenen met
de vlakte zijde naar beneden op den grond of
op den vlakken top van een opgeworpen heuvel
leggendan de randen er van ondergreven en
in de zoo gevormde kuilen de zijsteen en zetten,
waarna men de aarde onder de deksteenen
weggroef en de wanden van het hunnebed
verder voltooide door het invoegen van kleinere
steenen.
Uit Zwolle meldt men dd. 4 Aug. De nieuwe
industrieel G. H. L Smitzich noemende Henri
Smitwonende te Haarlem, vroeger te Amster
dam, die, behalve te Arnhem, Utrecht, Amers
foort en andere plaatsen van ons landook
hier zijne agenten hadaan wien hij tegen stor
ting van /300 of meer (zijnen mede-contrac
tanten) eene betrekking beloofde van 4 a 600,
behalve vrije woning de betrekking was
agent van een huur- en en verhuurkantoor
is krachtens bevel der arrondissements-regtbank
te Haarlem, ter zake van oplichtingorloopig
in hechtenis gesteld. Na ontvangst der storting
en na, zooals in Zwolle bijvoorbeeld, een groot
woonhuis te hebben gehuurd, worden den be
drogen agent eenige weken uitbetaald en wordt
deze later onder allerlei voorwendsels en beloften
teleurgesteld. De op deze wijze bedrogen menschen
worden uitgenoodigd zich tot hunne burgemees
ters of commissarissen van politie te wenden,
om de geleden nadeelen te constateeren.
LIJST VAN BRIEVEN aan pertonen geadretteerd
wier adret alt onbekend it opgegevenverzonden
onder hel pottmerk Amersfoort, over de maanden
April f Hei en Junij 1873.
plaats van
namen der geadressberoeh. bestemming.
Verzonden geweest naar Duitschland
1. Hendrika Paste Elten.
2. Madame M. Greve Hoffslal Althausen.
3. P. BoekenWiesbaden.
Van 't Hulpkantoor Barnevcld
4. KapteijnNassau.
Frankrijk
I. Madame Blomhoff Parijs.
Regthebbenden vervoegen zich aau het post
kantoor te Amersfoort.
ADVERTENTIE N.
Voor de vele bewijzen van belangstelling
bij de geboorte en het overlijden van ons kindje
ondervonden, betnigen wij onzen hartelijken dank.
Ameikpoort J- J. KLEBER,
7 Augustus 1873. H. H. KLEBER—
schussler.
TE HÜDR bij G WUNANDS, Lte>e-
vrouwestraat Amersfoort.