V r ij d a g 26 September 1873. M 3130. AXEHSP00RTSG comm. ■Zomerdlerut aangefang 15 Hei 1873. NBDERLAND8CHB Centraal-Spoorweg. Vertrek van Amersfoort naar Utrecht 7.44, 11.1, 2.17, 3.18, 8.18. Vertrek van Amersfoort naar Zwolle 8.49, 9.43, 1.34, 6.16, 8.59.—. DlLIGElVGï-PtENSTEN Van Amersfoort naar Maarsbergen 's morgens 6{ op de eerste treinen naar Arnhem, en namiddag 6 nar. Van Amersfoort naar Barneveld 's avonds 9 na aank. der laatste trein. Van Barneveld naar Amersfoort 'sm. 9 m Diligence-dienst J. Floor, van Amersfoort naar Amsterdam 1J u. nam., van Soestdijk 2, u., van Baarn 3 n., Eemnes 3}., aank. te Amsterdam te 6 uren. Dit blad verachijot Maandag en Donderdagavond. AbonnemenUprij» per kwartaal f I.franco per pett 1.15. Prija der Adfertentien van 1 tot 6 regel» 40 Cts; elke regel meerder 10 CU; legale, officiëele en onteigen. Adrertentiën per regel 15Cta. Reclame» per regel 20centa Aft. nummert 10cent» Bestellingen bij den Uitg. A. H. van CUeffte Amersfoort Bureau AmertfoorUeke Courant. Stoovestraat bij de Lange»traat, Wijk B, N». 33, en bij alle Boekhandelaren en Poatdirectearen in het Rijk. Brieven franco. Adrertentiën voor dit blad uit Rotterdam worden aangenomen door het Algemeen Aivertenlieburaeu van Nuan en vu DimtWijnstraat, Rotterdam. Wie zichintegaan 1 October e. k.op de Amersfoortsche Courant abonneert, ontvangt gratis de verschenen en te verschijnen Sepletn- 5er-nummers. Hulpbank te Amersfoort. Tot het geven van gelden ter leen zal eene Com missie uit hel bestuur op MAANDAG, den 29. SEPTEM BER aanslaande's namiddags van half twee tot halfdrie, zitting houden in een der localen van het Raadhuis, alwaar de belanghebbenden zich kunnen aanmelden. Inlichtingen zijn te bekomen bij de ondergeteekenden en bij de verdere leden van het bestuur de heeren B.E Herschel, VV. A. Croockewit, Jhr. Mr. H. J. L. van Saste van Ysselt en W- Maas Geesteranus. Mr. J. VAN DER LEEUW President. M. VAN BEEKPenningmeester. J. C. LEINWEBER, Secretarisr De parlementaire discussie over de ingetrokken kabinets-formatie. Er is io de zitting der Tweede Kamer van Maandag jl. weder maglig veel tijd met praten zonder nutte loor gegaan. i)e Heer Nierstrasz deed eene interpellatie naar aanleiding van den politieken toestand enz., daartoe gebruikende eene gerekte reminiscens der gebeurtenissen en eindelijk trad de heer van Lijnden vooruit om wel niet lang te spreken, doch waai door parlement en volk niet wijzer werden. Men kan zeggen dat hij daardoor voor zich wèl handelde en hem ook zijne gereserveerd spreken werd geboden door den eerbied, waarop bet Hoofd van den Staat aanspraak heeft evenwel dan bad bij dil eenvoudig direct moeten te kennen geven zoodat daardoor alle verdere parlementaire discussie over dat onderwerp werd en in hei vervolg wordt afgesneden. Hel zillingverslag luidt De heer van Lynden van Sandenburg moetnaar aanleiding van het gesprokene door deu heer Nier- strasz en den minister van justitie, zijns ondanks in zeer bescheiden mate afwijken van zijn zeer bopaalde voornemens om zich niet te mengen in het debat dat thans tusschen een lid der Regering en leden der Kamer wordt gevoerd over onzen actuelen politieken toestand in verband met de ministeriële krïsisniet omdat hijgelijk de heer van Reenen ten vorigen jare aanmerkte, bij de ministeriële krisis betrokken is geweestmaar omdatnaar het spr» voorkomt achter de oplossing der ministeriële krisisthans nog een vraagteeken staat. Ieder gevoelt en moet gevoelen dat er zaken zijn waarover spr. thans niet kan spreken en waarover het stilzwijgen moet worden be\taard juist op grond van het van den koning ondervonden vertrouwenal mogt ook het bewaren van het stil zwijgen tot eene verkeerde beoordeeling leiden. Een enkel woord moet spreker echter zeggen, om te protesteren tegen de bonding der regering en tegen hare opvatting van de constilutionncle eischen van liet oogenblikuit kracht van de opdragt hem gedaan door het vertrouwen des konings en dat door spr. is aanvaardaanvaardomdat het aanvaarden op zich zelf was liet in het leven treden van de bij hem vaststaande overtuigingdat de tijd was gekomen dat dit kabinet een kabinet van welks politiek beleid de oorlog met Alchin de vrucht is, dat opgetreden is> met een gevoel van noodzakelijkheidom te zijn een krachtig bewind lot oplossing van zeer bepaalde kwestiën maarmet uilzondering van Atchin die kwestiën niet buiten behandeling heeft gelatenmaar gebragt bij deze volksvertegenwoordiging, van welke de meerderheid overeenkomstig de eischen van den konstitu- tionnelen regeringsvorm het moest steunen maar niet steundedat de tijd was gekomen dat dit kabinet vervangen werd door een ander ministeriedat niet, zoo als de minister van justitie zeidealleen kan vinden oppositie quand-même, maar een ministerie, dat rekenen kan op eene aaneengesloten meerderheid een ministerie van zakendat het vertrouwen genoot van de verschil lende elementen der vertegenwoordiging en der natie. Eene opdragt niet geslaagd met het oog op het feit dat zij werd gedaan hoogstens 10 dagen vóór het sluiten der zitting en de opening der nieuwe bijeenkomstmet den pligt om aanstonds voor de Staten-Generaal te verschijnen met eene begrootingdie deze Regering had gemaakt, eene Regering die bij monde van haren minister van financiën nog jl.Zatnrdag heeft verklaard, dat het wegens de tijdsomstandigheden onmogelijk was dat de interimaire minister vau oorlog eene nieuwe begrooting voordroeg. Voor dat feit der tijdsomstandig heden is niet het geëerbiedigd hoofd van den Staat, maar het ministerie verantwoordelijk het ministerie dat wel gevraagd heeft aan den koning om te worden ontslagen maar nietzoo als 's lands belang vorderde, met verzoek om ad interim met de leiding der zaken te worden belast. Voor het feit alzoo dat aanvaarding niet kon worden geweigerd om de redenen door spreker blootgelegd en niet kon worden volvoerd omdat de tijd daartoe te kort was." En waartoe was eigenlijk zijn explicatie noodig Eenieder, die eenigszins naging wat in de laatste maanden en vooral in de laatste weken op politiek gebied omging, begrijpt duidelijk, zonder het openlijk te mogen zeggenwat door den heer van Lijnden wordt en moei worden verzwegen. Is het dikwijls in de wereld niet fatsoenlijk sommige zaken hij haren waren naam te noemen, zeker zou het ongepast zijn bij haren waren naam aantegeven de bedoelde formatie-opdragt en nog ongepaster ware hetom hetgeen nu geheim wordt gehouden wat daarin door en omtrent den Mandataris is geschied, thans dui delijk bloot te leggen. De Amsterd. Cl. tegt, «dat de mystificatie, welke bekend is onder den naam van kabinets crisis Maandag jl. een onderwerp van beraad slaging heeft uitgemaakt." Duidelijker en sterker woord dan mystificatie is voor het onder werp niet denkbaar. 'l Is volstrekt geen raadselgeen onopgelost raadselwat is geschied, 't Is eenvoudig een verpligt ignoreren. Men lègge er tich derhalve bij neder. Ook in de zitting van Dingsdag is veel tijd verspild met redeneringendie geen degelijk nut opleveren, zoodat, naar het schijnt, onze Volksvertegenwoordigers volstrekt niet willen beseffen dat de nationale tijd stellig nationaler kan worden aangewenden d. i. door kort en bondig de zaken te bespreken en te behandelen. Politieke Rovue. De finantieele paniek in Noord-Amerika is zoo goed als geëindigd, hebbende du^, gelukkig maar kort geduurd. De beurs en de goudmarkl te New-York zijn weder geopend. Die tijding zal ook gunstig op de Europeesche beurzen werken terwijl de beurs te Weenen ook wel allengs, na do groole zuivering, in verbe terden toestand zal geraken. De corles zijn uiteengegaanzeker tot groot genoegen van de regering en niet het minst van don Emilio Castelardie zeer goed inzagdat er met deze kamer op den duur niet viel te regeren. «Er is in deze vergaderingzegt de corres pondent van den Xempt, eene hevigheid van kleine hartstogten een verwoede persoonlijke strijd waarvan men zich geen denkbeeld kan vormen. Alle discussieszelfs de belangrijksteworden verlengd door de onverdragelijke uitbarstingen van haatbegeerte ijdelheid. De minister wordt dagelijks met eene nienwe crisis bedreigd. Wie minister geweest zijn en dat zijn velen of wie het hopen te worden een geheel leger beproeven alle middelen om zoo niet bet gouvernement, dan ten minste den man om te stooten, wiens plaats men verlangt." Castelar verdraagt echter in lijdzaamheid de grillen van de cortes, en zijn goed humeur, dat hij zeer noodig heeft, begeeft hem gelukkig niet. Dit blijkt ook uit eene beschrijvingdie dezelfde correspondent geeft van eene soirée door hem bij den president der republiek doorgebragt. Dienzelfden dag hadden de cortes de door Castelar gevraagde magtigingen verleend en hij was daar over zeer verheugd. Onder de genoodigden was o. a. een jong man directeur van de Igualdai dien een der vorige ministers als gezant naar Zwitserland had gezonden en nu naar Madrid was gekomen, om Castelar te feliciteren. Deze vroegrijpe diplomaat had Zwitserland niet naar zijn smaak gevonden. Hij verachtte Bern en sprak van zijn verblijf in de stad der beeren als van eene verbanning. Hij wilde gaarne gezant te Brussel worden en had reeds bij voorbaat zijn ontslag genomen als Spaansche ambassadeur in het schoone vrije Helvelië. Eenige heeren zoebtten hem te overtuigendat Zwitserland toch nog zoo erg niet wasmaar Castelar deed beter. Op zijne gewone welsprekende wijze beweerde hij dat er niets goeds is dan in Spanjedat de Zwitsersche bergen een allerellendigst voor komen hebben; dat Frankrijk leelijk, Duitsck- land niet geleerd is en de Engelsche vrouwen niet schoon zijn en leverde aldus een prachtige satryre op den aangeboren trots van den Span jaard. Het merkwaardigste van 't geval is dat de jonge Spanjaarden in 't gezelschap de ironie van don Emilio die de Franschman, daar hij Castelar goed kent, dadelijk begreepdeze overdreven lofuitingen op Spanje in ernst op vatten. De Times behandelt de noodlottige vaart op de Prah waarvan de uitslag oorzaak was dat de geheele bevolking ten westen van Elmina in opstand geraakte. Dientengevolge werden van Cape Coat. Castle schepen gezonden om de steden en dorpen langs de kust te kastijden doch de commandant gaf bevel dat geene lan dingen gedaan zouden worden. Noglhans ver gunde kapt. Freemantle aan luitenant Young eenige kanoosdienaar het scheente Faco- rady op strand achergelalen warente ver nielen. Even als te Chatnak werd dadelijk een moorddadig vuur geopend door de inboorlingen die zich in het bosch verscholen hadden en de Engelschen moesten terugtrekken. Luitenant Young en 11 man werden meer of min gewond. Deze tweede mislukking zal (volgens het gevoe len der Times) alle ontzag voor de Engelsche magt doen vervallenen de Fanteesdie tot dus ver de bondgenoolen der Engelschen wa ren doch nooit zich volkomen overtuigd ge voelden dat deze maglig genoeg waren om de Ashantecs te overwinnen, zullen thans geen geloof hechten aan de verzekeringen door de Engel schen gegeven betreffende hun (der Engelschen) overwigt op den vijand. De hoop om inboor-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1873 | | pagina 1