Dingsdag1 20 J u 1 ij 1875. Mr. A. R. W. A. Croockewit. Mr. S. J. A. van Walchren. P. MethorstJr. Mr. C. A. yan der Leeuw. as 2524L. Nkderl. Ckntr.-Spoorw. (Zomerdienst). Vertrek van Ameufoort naar Utrecht 7.20 alleen Zat.0.10 11.08 2.28 8.24. Vertrek tan Amersfoort naar Zwolle 8.44, 0.48, 1.40, 6.10, 8.52 Oosterspoorweg. (Zomerdienst.) Vertrek van Amersfoort naar Amsterdam 7.80; 9.35; 11.10; 3.— 4.45; 8.30; 9.10. Vertrek van Amsterdam naar Amersfoort 8.3010.1512.202.55 5.—6.529.3a comm. Diligence-Diensten van den Heer A. SCHIMMEL Van Amersfoort naar Maanbergen morgens 6*/«op den eersten trein naar Arnhem en 's namiddags 6'/i uur. Van Maanbergen naar Amersfoort "s morgens 0.24 en 's avonds 8.34 nor. Van Amersfoort naar Barneveld 6.15 's avonds. VanBarneveld naar Amersfoort 7'/e *smerg. Dit blad verschijnt Maandag en Donderdagavond. Abonnementsprijs per kwartaal ƒ1—franco per post ƒ1.15. Prijs der Advertentién van 1 tot 6 regels 60 Ctaelke regel meerder 10 Cts; legale, officieel en onteigen. Advertentién per regel 15 Cta. Reclames per regel 25 cents Af*. nummer* 10 cents; Bestellingen bij den Uitg. A. M. van Cleeff, te Amersfoort Bureau Amert/óorlieke Courant. Stoovestraat bjj de Langestraat. Wijk B. No, 83en bij alle Boekhandelaren en Postdirecteuren in het Rijk. Brieven franco. Uitsluitende Agenten voor FrankrijkO. L. Daub* Ca (E. Elsbach) te Parijs. Advertentién voor dit blad nit Rotterdam worden aangenomen door het Algemeen Advertentiebureau van Nijgh en va» Uitmak Wijnstraal Rotterdam. Bij de verkiezing van vijf leden voor den ge meenteraad van Amersfoort op morgen Dingsdag 20 Julij worden de kiezers verzocht hunne stem men uit te brengen op de Iieeren Ketiuisgeyiug. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT doen te weten, dal door den Ge meenteraad in zijne vergaderingen van Juni 1875 is besloten om, ter bestrijding der kosten van daarstelling en inrichting van localen eener openbare Tusschenschoolten behoeve van deze gemeente eene geldleening van /"24000 aantegaan, op de navolgende door Heeren Gedeputeerde Staten der provincie Utrecht bij besluit van den 8. Juli 1875, No. 22, goedgekeurde voorwaarden: Artikel 1. Er zal eene geldleening worden aangegaan tot een bedrag van vier en twintig duizend gulden, tegen den interest van 5 'sjaars. Art. 2. De schuldbrieven ot obligatién worden uil- gegeven aan toonder of op naam en zijn groot f 500. Art. 3. Bij eiken schuldbrief zal worden gevoegd een stel van 2« coupons, verschijnende op den 31. December van elk jaar en betaalbaar ten kantore van den Gemeente-ontvanger, benevens een bewijs ter bekoming van nieuwe coupons. Ari. 4. De eerste coupon van de schuldbrieven wordt betaald voor zooveel maanden als er sedert de uitgifte v n den schuldbrief verloopen zijn op den 31. Deceulber daaraanvolgende. Gedeelten van maanden worden voor geheele maanden gerekend. Art. 5. Te beginnen met den jare 1877, of zooveel eerder als de Raad mocht willen bepalen, wor den er jaarlijks met den 31. December minstens twee schuldbrieven ten kantore van den Gemeen te ontvanger aflosbaar gesteld na voorafgaande uitloting in de maand November. De uitgelote schuldbrieven werpen geen rente meer af na den dag waarop zij aflosbaar zijn gesteld. De uilloling geschiedt in hel openbaar uit al de uitgegeven schuldbrieven. Art. 6. De rente en aflossing zullen worden gevonden uit de opbrengst der vaste goederen aan de Gemeente behoorende, en verder uil die van alle gemeente-inkomsten. Deze geldleening wordt bij openbare inscht ij- ving aan de meestbiedenden opengesteld. Inschrijvingen beneden pari zullen in geen geval worden aangenomen. De inschrijvingen geschieden vooi één of n;er obligatién ieder groot f 500. De hoogste inschrijver zal de obli gatién erlangenwaarvoor hij heelt ingesclneven daarna volgt degeen die na Item de hoogste in schrijving heeft gedaan en zoo vervolgens tot het benoodigd bedrag is bekomen. Indien door twee ot meer der hoogste inschrij vers voor gelijken prijs is ingeschrevenzullen hunne inschrijvingen pondspondsgewijze worden verminderd. De inschrijving geschiedt ter gemeente-secre tarie op door Burgemeester en Wethouders te bepalen dagen en uren bij besloten en op zegel geschreven biljetten. De opening der biljetten geschiedt in het openbaar, ten overstaan van Burgemeester en Wethouders op dun door dezen te bepalen tijd. Art. 8. De storting der aangenomen sommen geschiedt ten kantore van den Gemeente-ontvanger, tegen uitreiking van schuldbi ieven of recepissen op den 1. September 1875. En voorts dat de inschrijvingsbiljetten ter Gemeente-Secretarie kunnen worden ingeleverd op Woensdag cn Vrydagden 28. en 30 Juli aanstaande, van 's voormiddags 10 tot 1 uu des namiddags, terwijl de opening zal plaats hebben ten raaJhuize op Maandagden 2. Au gustus daaraanvolgendedes voormiddags te ell uren. Amersfoortden 19. Juli 1875. Burgemeester en NVethoudcis voornoemd, De Burgemeester De Secretaris, A. G. WIJERS. W. L. SCHELTUS. LIJST DER ONBEKENDE BRIEVEN verzonden van Amersfoort en arrondissement gedurende de 2e helft der maand Junij 1875. plaats van namen der geadresseerden. bestemming. Mietje van den Hoven. Amsterdam. W. H. Verhoef Mej. Priem G. Dashorst G. BruijsWoudenberg. J. BakkerZwolle. Van de Hulpkantoren Baarn. Wed. SteelimanAmsterdam. J. C. van Alphen Wed. Jansen Soest. H. van Dorse Zn. Amsterdam. Wed. P. Muller Brands Briefkaart. L. van RooijenAmsterdam. Regthebbenden vervoegen zich aan hel post kantoor te Amersfoort. Politieke Revue. De heftige strijd tusschen de bonapartisten en hunne tegenstandersin de fransche natio nale vergaderingis geëindigd met het aanne men van een door Baragnon voorgestelde motie, houdende dal zij, vertrouwende op de verkla ringen door de regering afgelegd overgaat lol de orde van den dag. Die verklaringen hadden hootdzakelijk ten doelin de eerste plaats, de verdediging van de handelingen van den pre fect van politie en van den procureur-generaal de Lcflemberg. wier bemoeijingen in hel rap por l-Savary uiteengezet en geprezen docli door Röuher c. s. scherp gelaakt waren en in de tweede plaatsde verzekering dat het kabinet den thans beslaar.den regeringsvorm handhaven en tegen eiken jvolutionnairen aanval waken zal. De aanneming van de motie-Baragnon werd voorafgegaan door de verwerping van een andere, die insgelijks het overgaan tol de orde van den dag beoogde, doel» waarbij geen sprake was van vertrouwen in hot kabinet. Dit heeft dus een zege behaald. Ook was een motie gedaan en wel door Raoul Duval zij luidde: «De kamer, vreemd willende blijven aan den werkkring der regterlijke magtgaat over tot de orde van den dag"en verving een anderewelke de kamer daags te voren van hetzelfde lid had ontvangen cn waarin voorkwamen de woorden «vertrou wen stellende in de strikte ompartijdigheid van de regering jegens alle partijen." De voorsteller trok ze echter in loen het hem gebleken was dal de uitdrukking volle partijen" de steen de» aanstoots zou zijn. De Duilscbe bladen maken veel ophef van het feitdat de koning van Beijeren den Duit- schen keizer op zijn doorreize door Begeren persoonlijk «al begroeten. De Köln. Zig. zegt o. a.Het is ons doel nietaan het doen en laten van den grooten heerdie den troon van Begeren siert, voortdurend gewenschte of ge vreesde politieke bedoelingen te hechten. De bijzondere natuur van Lodewijk II moet naar een anderen dan den gewonen maatstaf gemeten worden en het is niet edelzooals helaas dik wijls geschiedt, uit onbeduidende feiten beslui ten ten gunste ol ten ongunste van de Beijerscbe rijks-getrouwen te trekken. We worden echter onze algemeene overtuiging niet ontrouw, door te erkennendat de zamenkomst van den Duit- schen keizer met den koning van Beijeren juist op dit oogenblik een feil van politieke beteekenis is." Hierbij heelt men de verkiezingen op het oog die uil den aard der zaak rijksvijandig zijn. Waartoe echter de zamenkomst zalleiden zal later misschien openbaar worden. In het Britsche Hoogerbuis stelde Lord Pen zance de vraag: «of Engeland door de Duitsche Regeering is uitgenoodigd zich te vereenigen met de beginselen van het volkenregt, vervat in de Duitsche Nota van 3 Februari) aan de Belgi sche Regeering." Lord Darbij antwoorde: «dat dusdanige vraag aan Engeland niet is gedaan dat hel Duiisch- Belgische incident lol genoegen van beide par tijen is beslecht dat het lot niets dient om een abstract beginsel te bespreken, op onbestem de wijze door den Duilschen Minister geconsta teerden dat, aaugezien de Nota in zoo algemeene termen is vervat, eene juridische uitlegging niet doenlijk is. «Indien dus vervolgt de Minister de Duitsche Regeering niet deze Nota beeft willen te kennen geven dat alle handelingen welke in hoe geringe male ookwanorde in een naburigen Staat kunnen verwekkenmoeten worden veiboden dan zou zij iels zóó buiten gewoons en onredelijks eischen dat een tweede voorbeeld daaivan in de jaarboeken der diplo matie te vergeefs zou gezocht woiden. Doch indien hel doel der Nota eenvoudig isde aandacht te vestigen op zekere handelingen waardoor de inwendige vrede van een naburigen Slaat kan worden gestoorden te verklaren dat het volkenregt aan eiken Staat den pligt oplegt die te onderdrukkendan zon slechts een reglvaiidig beginsel zijn verkondigd, dat elke Regceiing tol zekere hoogte moet onder schrijven. liet is buiten Iwijlel, dat, indien de eene Regeering van de andere onder be dreiging vei langde, aan de pers het stilzwijgen op te leggen ol het openbaar bespreken van de Regeeringsdaden te vei bieden, zulk een Bewindzlch schuldig zou maken aan een daad, welke steeqs alkeer en verontwaardiging in En geland zou opwekken niet zoo zeer omdat de beginselen van het volkenregt ei bij in het spel zijnals omdat dusdanige handeling willekeur en dwang zou te kennen geven."

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1875 | | pagina 1