raakte (laar eene algeraiane ontzetting Hoe? Vijfduizend dolken touJ 1 ie IL-ilijn ingevoerd j worden, te Berlijn, eene stad die in den kleinen staat van beleg verkeert en waar hel beril van wapenen len strengste is verbo len Voor zulk eene verregaande onbeschaamdheid staal het nucli'crste vetstand stil. Een naauwkcurig onderzoek is hel gevolg een onderzoekin 't werk gesteld met de meeste omzigtigheid en verpletterende kalmte, zooals hei past in zulk eene gewiglige aangelegenheid bij hel zoeken naar de aanleggers van zulk eene in 'l geheim werkende zamenewering En einde lijk is men zoo gelukkig die ernstige pogingen met goeden uitslag bekrooud te zien men komt de gansche, demonische onderneming op het spoor een galanteriewarenmagazijn in de stad had vijfduizend van die haardolken welke de dames thans in het kapsel dragen besteld aan een fabrikant in caoutchouc te Hamburg en de Afzending van deze moordtuigen was tegen alle verwachting ineen dag vertraagd. Naar men verneemt, is thans het onderzoek gestaakt. De nieuwere tijd is bij uitnemendheid het tijdperk der congressen. Zelfs de schoorsteen vegers vieren deze liefhebberij bot en dezer dagen hielden ze dan ook te Berlijn weer een congres. Niet minder dan schoorsteenvegers waren verschenen die verschillende onderwer- psnhun tak van bedrijf rakende, uitvoerig behandelden en ten slotte gedurende eenige uren zicb met elkander vreedzaam vermaakten. Een Paiijsche dame, die tot herstel van haar gezondheid naar Notmandië was vertrokken schreef haar man bij herhaling gunstige lijdin gen tot hij op zekeren dag een door een vreemde hand geschreven brief ontving, waarin hem de dood zijner vrouw werd gemeld. Toen hij door deze tijding verslagen weder tot bezinning kwam hoorde hij aan zijn appartement schellen. Wie stond voor hem Zijn vrouw in levenden lijve en blakende gezondheid. Zij had een grap willen hebben om te zien, welken indruk de doodstij ding op baar man zou maken. Het gevolg was dal de man krankzinnig werd. Te Zwolle is geboeid binnengebragt W. Jonk man uil Vollenhoven een broeder of neef van den wegens moord op Barlingo en l)e Liefde veroordeelde van dien naam. Men zegtdat het gevangeunemen van Jonkman in verband staat met de nog steeds vermiste horlogesdie de verslagen Barlings en De Liefde gedragen hebben. Een weduwnaar vertrekt met eene dochter naar Indië en beeft f 2000 noodig. 'lij zoekt diemet een vrouw in de Haarlemmer courant. Naar men in de Fransche dagbladen leest, heeft oulangs de dochter van een Spaansch edel man sedert korl te Parijs wonendeuil minne nijd eene jonge weduwe tot een tweegevecht uitgedaagd. Laatstgenoemde was zeer gezind om den toegeworpen handschoen op te nemen toen de zaak ruglbaar werd en de vader der Spaausche er een eind aan maakte door de uil gedaagde voor zijne dochter om verschooning te verzoeken. Op een soiree bij de barones Z. te St.- Petersburg gal Gourkode bekende generaal- gouverneur dier stad als zijn gevoelen te kennen, datmen bij de opvoeding van jonge meisjes ietwat minder met boeker! en wal meer met de roede moest trachten te werken. Doodsbleek met vUmmendschietende oogen stond de gravin Galitzin op; eene doodelijke stilte ontstond. «Wanneer ooit een dergelijk barbaarscb stelsel werd ingevoerd zeide ze langzaam en scherp dan boop ik, dat mijne dochters genoeg moed zullen bezitten, om bet voorbeeld van Wera Sassulitsch te volgen." Na dit gezegd te hebben, verliet de graviu de zaal. Hel hoi van assises in bet departement Bouches- du-Bhóne beeft Baplisline Faretbekend als de «giflmengster van Lambesc," tot levenslangen dwangarbeid veroordeeld ter zake van vergif tiging van drie personent. w. eene bejaarde vrouw den oom van baren man en haren zoon zeiven Barthelétny Philip cn van diefstal. Middel tegen ratten en muizen. Zoo gij last bebt van muizen en ratten in uwe buizen wordt verzekerd dal bel voldoende is op bepaaldc filaatsen noten te leggen die eenige dageu io oogwater gelegen hebben. De noten zijn on schadelijk voor alle huisdieren en doodelijk voor alle knaagdieren, die er gebruik van maken. Tegen zekere dienstmaagd te Wageningen Betje oi Sletje genaamd, is proces-verbaal op gemaakt omdat het haar goeddacht na een dag in dienst geweest te zijn des morgens vroeg het buis stil te verlaten en niet in luren dienst terug te keeren voorgevende dal zij nu reeds de gods- of hand penning verdiend had. Ook in een anderen dienst aldaar heeft zij zich aan hetzelfde feil schuldig gemaaktdoch zij zal dan nu voor den regter vernemen, dat die gods- of handpenning dient voor verbinding van den lijd waarvoor zij de huur aangenomen had en aiet voor één of enkele dagen. De Botjes en Sletjes, die op bovengenoemde wijze doeazouden alligt wanneer zij dage lijks zoo konden handelen een loon ver dienen grooter dan dal van menigea onderwijzer. Zekere heer Fischer te Berlijn heefteen tapijt vervaardigd van post- en wisselzegels. Hel is groot genoeg om een ruime kamer te bedekken en munt uit door kleur eu teekening. Maar men loopt er niet op. Te Kwetlwing aan deo Rijn is de vrouw van den werkman Schom van vier jongens en een meisje bevallen. Kort na de geboorte stierven ai de vijf kindertjes, die hoewel zeer klein, alle voldragen en welgeschapen waren. De moe der is welvarend. Volgens prof. Kleinwaters werk, in 1877 verschenen, waren toen eerst twee dergelijke gevallen met zekerheid gecon stateerd. Vrijdagmiddag verloor de effectenhandelaar Voorhoeve te Rotterdam een briefinhoudende 10 bankbiljetten, elk van flOOO, die bij even te voren aan het postkantoor in ontvangst had genomen. Dadelijk liet de heer Voorhoeve per advertentie zijn verlies bekend maken en tevens dat hij 1000 gulden uitloofde voor den geluk kigen vinderdie hem den brief lerugbragt. Intusschcn had een arme vrouw hel verlorene reeds gevonden enniet wetende wat er mede aantevangen vroeg ze aan eene aldaar wonende dame uil den aanzienlijken stand om raad. Deze het adres lezende ried baar bet gevondene on middellijk bij den heer Voorhoeve te brengen, die baar de duizend gulden uitbetaalde en de vrouw daardoor rijker maakte dan zij welligt 0011 te voren bad durven hopen. Aan de acte van beschuldiging uitgevaardigd tegen J. N., oud 42 jaren, arbeider te Wester broek, gem. Hoogezand, beschuldigd van brand stichting ontleent men bel volgende: Beschuldigde bewoont een eigen huis en heeft een gedeelte daarvan geheel afgescheiden door een beschot, en dat verhuurd aan de wed. Nieborg, die er met twee jonge kinderen woontverder beeft hij nog eene kamer verhuurd aan eene gebrekkige spinster, die bovendien doof en stom is. Den 20sten Junij kwam besch., die werkt bij Jen heer van Arnhem om 12 uur te hui», maar had veel schielijker dan anders met eten gedaan hij stak een pijp op, ging in de schuur en na daar ongeveer een kwartier te zijn is bij weer naar zijn werk gegaan nog voor het eigenlijk tijd was. Terwijl besch. naar zijn werk liep, zag bij telkens naar zijn huis om en naauwelijks was hij 5 minuten verwijderd, of de rook sloeg uit het dak; een zwarte wolk rook steeg omhoog en spoedig stond bet dak in brand binnen een uur tijds was bel geheele buis met de 6cbuur algebrand. Zijne eigene vrouw en vrouw Nieborg waren dien dag niet tehuis en de kinderen van beide gezinneo waren bij zijn vertrek ook naar buiten gegaan om te spelen op hel erfzoodat zij tijdens den brand niet in huis waren. De buren hebben van den inboedel zooveel mogelijk gered en een hunner beeft bij tijds nog de doove spinster, die den brand niet gemerkt had uil het brandende huis gered. Nu zijn er verschillende omstandigheden, welke deden veituoeden dat besch. zijn huis opzettelijk had in brand gestoken. De doove spinster had hem tusschen 12 en en 12} uur met een brandende pijp in de schuur gezien en toen ze door hem bemerkt werd heelt bij zoolang naar baar gezien tol zij ver- tiok er is brandlucht van papier en gebraden olie geroken cn naderhand is een hoop ge brande heide digt onder het dak gevonden bij een winkelier bad besch. f 17 a f 18 schuld waarom bij daar niet uieer op crediet kon krij gen wat hem dezen afgeloopen winter aanlei ding gaf meermalen te zeggen «dal hij aan de latten hing; dat hij maar wilde, dat zijn huis afbrandde, want dat bij dan 1 1200 h i 1500 uit de brandkas kon krijgen, waarmede bij eerst de hypotheek van f 450 wilde betalen en dan vervolgens een nieuw buisje zou kunnen zetten hetwelk hem f 250 a f 300 zou kosten dal hij dan nog wel wat geld overhield en daarmede zijne andere schulden kon betalen." Tegen eene tncid bad hij gezegd: «bet is een schrale lijder worJt niets verdiend cn voor namelijk hier niet in Westerbroekwaarop hem den raad is gegeven elders te gaan wonen, li(j zeide toen: «ik hang aan de latten ik wil f 700 op mijn huis opnemen doch er is nie mand, die tuij dat geld verschaffen wil ik heb ook' geen geld meer" enz. Toen hem hierop geantwoord werd, dat zijn schuld dan nog groo ter zou worden, zeide hij «ik ben voor 11250 in de brandkas en bet eerste zwaar onweder dal er komtdaarvan zal ik gebruik maken om de lont er onder te steken." Dit werd hem sterk atgeiaden en toen zeide bij: wanneer bet voor de regtbank kouit, dan zal ik melde vuist op lalel slaan en zeggen: «die meid liegt het," ik ben met die alleen en gij kunt mij er niets om doen." Tijdens het buis brandde, was besch. op het werk bij den beer van Arnhem waar bel hem werd medegedeeldwaarop hijzonder ver schrikt te worden, zeide: «dan moet ik daar ook wat om veizuiuien." Hij ging den kant naar zijne woning op en daarna lerugkeerende, zeide hij: «mijn huis is afgebrand zoo ik geld uit de brandkas krijg, wil ik een huisje van f 300 hebben." Deze eu meer dergelijke uitdrukkingen en omstandigheden deden kwaad vermoeden tegen heut ontstaan; maar gedurende de gansche in structie der zaak heeft hij pertinent alle schuld niet alleen ontkend, maar ook dat hij die uil- drukkingen gebezigd had. Na afloop der instructie is hij evenwel op zijne ontkenteni» teruggekomen hij heeft vol ledig bekend en is, naar zijne opgave, lol deze daad gekomen uit armoede en in de hoop de as surantie-premie te zullea verdieuea. De beroemde zangeres Pauline Lucca is over leden. Overal, waar zij zong, te Londen, in Duitschland in Oostenrijk, in Nederland enz., heelt men baar zeker nog niet vergeten want waar zij verscheen oogstte zij een succès fou. Lucca was zeer tegen Richard Wagner. Telkens als zij een nieuw contract moest leckcnen eischte tij opneming van een bepaling welke er baar van onthiel aan de uitvoering van eenig werk van dien componist mede te werken. Lucca stelde baar stem op pi ijs en wilde zich niet heesch schreeuwen. Eenmaal echter in haar leven is zij er toe gekomen maar zedelijk ge dwongen. Toen zij een tiental jaren geleden uit voeringen te Budapest gaf liet men haar niet los of zij moest de rol van Elsa in den «Lohengrin" zingen. «Niet voor een millioen V gaf zij ten antwoord. Doch de Hongaren lieten zich zoo niet alschepen en de bladen begonnen nu te insinueerendat Lucca volstrekt onbekwaam was om de werken van den maëstro der toe komstmuziek te vertolken. De gevoelige plek was geraakt. Lucca liet de partituur halen leerde de rol van Elsa binnen drie dagen en tong haar zóó uitstekend dat de Magyaren schier niet waren te weerhouden van op het looneel te springen en de zangeres door hun omhelzingen te verstikken. Naauwelijks was het scherm gevallen ol Lucca zond de partituur aan den directeur terug, met bijvoeging van deze woorden: «Voor eens kan bet er door; maar nimmermeer zal men er mij toe bewegen iets van Wagner te zingen." En nog vóór bet aanbreken van den dageraad bad Lucca de stad en haar weelderige wijngaarden den rug gekeerd. De gemakkelijkheid, waarmede de niensch in den tegenwoordigen tijd zijn aardscbcn taber nakel kan verplaatsen heeft een gevoeligen stoot toegebragt aan onze aartsvaderlijke bokvaslbeid die 't boekje van den haard tot het middelpunt der wereld maakte. En wat een verrukkelijk middelpunt, een middelpunt, waarin zich alle aantrekkingskracht concentreerde. Ik wil niet zeggen dal het zijn aantrekkingskracht verloren beeft. Hel tegendeel is waar. Er zijn betrekke lijk maar zeer weinig rncnschcn, die zoo door en door cosmopoliet geworden zijn, dat ze niet meer welen te praten van een «bij ons." En al hebt ge overal in de wereld rondgezworven, al is uw taal geworden lol iels, dan aan geen enkel bep..aid punt van uilgang meer herinnert, al hebt ge het «nesije waaruit ge gekipt zijl" in geen jaren bezocht, al zijn alle banden, die u er aan vastknoopten verbroken ge betrapt u zeiven midden in een gesprek nog steeds op de uitdrukking: «bij ons was dat zus ol zoo." En «bij ons," dal is de plek waar dat hoekje van den baard gevonden werd dat bekende hoekje. Hier vader, daai moeder in dien grooten stoel wellicht grootmoeder en aan den anderen kant op een sloof een klein ventjedat waart ge zelf. Wal zullen we nog met reisbeschrijvingen doen Die hooren thuis bij 't hoekje van den haard dat we zoo juist verlaten hebben om zelf te zien wat er in de wereld te koop is. Wc laten 't nog gaan als nton ons iels vertellen

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1879 | | pagina 2