m 2966. «at|
Y r ij d a g 26 Augustus 188L
FEUILLETON.
6) SE STOMME.
mBncown.
Uitgover Dit blad Tsnehfjnt Maandag en Donderdag atom J. AbonnsmenUprija por S maanden BtlFO&U
A. H. VAN CLEEFF fl~ tnnCO P*' 1,0,1 ^118- Pr^' ier Ad»ert«ntiea1-6 regelt 60 Cta.elk. 1VT TT TT T) TT Tl T 7 I? fU
o AmaMfnnvt r*8el '"6*1® onteigen. Ad», pn» rngel 16 oU. MecUmet
te Amersfoort rege| 85 CU. Afaonderlijka nnmmare 10 eta. hOGk KortegrachtWijk B 60.
Fublicatie.
Do COMMISSARIS des KONINGS in de
PROVINCIE UTRECHT,
Gezien het besluit van hecren Gedeputeerde
Stalen der provincie Utrecht, dd. 18 Augustus
1881, No. 11
Gelet op art. 11 der wet van 13 Junij 1857
(Staatsblad No. 87^;
Brengt ter kennis van de belanghebbenden
dat de opening der jagt in de provincie Utrecht
is bepaald op Zaterdag den 3. September aan
staande, en dat de lange jagt alleen des Dings-
dags en Vrijdags van iedere week zal mogen
worden uitgeoefend dal het jagen in ongemaaid
te veld staand koren, peulvruchten en klaver
zaad welke nog in 1881 moeten geoogst wor
den verboden is even als het jagen in tabak
zoolang het zoogenaamd best goed niet is geoogst.
Enten einde niemand ecnigc onwetendheid
hiervan kunne voorwendenzal deze worden
afgekondigd en aangeplaktwaar zulks te doen
gebruikelijk is.
Utrecht, den 20. Augustus, 1881.
De Commissaris des Konings voornoemd,
DE VOS VAN STEEN WIJK.
Politieke Revue.
Zondag was het de verkiezingsdag in Frankrijk.
Gambella is niet meer voor zijne kiezers op
getreden zooals men verwacht had niet alleen
maar waarvan ook door enkelen de noodzakelijk
heid werd aangetoond. Hij heelt zich echter op
eene andere wijze tot hen gerigt en wel door
middel van een manifest. Hij vernieuwde daarin
zijn vroegere verklaring dat hij alleen uit handen
van de kiezers van Belleville cn van hen alleen
hel mandaat wenscht te ontvangen, dat hem ver
oorloofde zijne politieke werkzaamheden voort te
zetten, terwijl hij hen vraagt door hunne stem
ming die politiek te bekrachtigen ter verdedi
ging van welke hij voor 12 jaren is opgetreden
en voortdurend heelt trachten te handhaven,
eene politiekwelke ten doel heeft vooruit
gang zonder schokken en zonder geweldpleging
aan de republikeinsche beginselen en verheffing
van het vaderland.
Het verbod der ministers aan hunne onderhoo-
rige ambtenaren zich niet in den verkiezingsstrijd
te mengen schijnt in sommige plaatsen slecht te
zijn nagekomen. In den jongslen ministerraad
alwaar over de verkiezings-quaestie gesproken
werdbleek dat het Kabinet niet gerust was
ten opzigle van tal van feilenwelke getuigden
van adminislratieven dwang, welke later ter
tafel zullen komen.
De definitieve uitslag der verkiezingen van
Zondag jl. in Frankrijk is als volgtGekozen
zijn 483 van de 548 ledenwaaruit de Kamer
moet beslaanzoodat C5 herstemmingen noodig
zijn. Onder de gekozenen bevinden zich 384,
die in de vorige Kamer zitting haddenen van
welke bl tot de regterzijde en 303 tot de
linkerzijde behooren. Gekozen zijn398 repu
blikeinen 85 monarchalen of bonapartisten.
De republikeinen winnen 54 zetelswaarvan
14 aan de monarchalen en 27 aan de bonapar
tisten ontnomen zijn. In de nieuwe kiesdistric
ten hebben de bonapartisten 2 en de monar
chalen 7 zetels op de republikeinen gewonnen.
Dientengevolge is het getalwaarmede de repu
blikeinsche meerderheid wordt versterkt, tot
45 verminderd. De monarchalen hebben nu 2
zetels meer dan de bonapartisten. Van de 398
gekozenen behooren 41 tot het linker-centrum
159 tot de linkerzijde170 tot de Republikein
sche Unie en 28 tot de uiterste linkerzijde.
Uit Tunis wordt gemeldDe troepen lijden
geducht door hel kampeeren in de open lucht.
De Sirocco is een ware geesel Het sterltecijfer
is ontzettend. De tolk van het Spaansche con
sulaat, uitgezonden om berigten in te winnen
aangaande de plundering van Sfax door de Fran-
sche troepen is onverrigter zake teruggekeerd.
Men begint aan de kaart van Europa te tornen.
Lotharingen zou bij Pruissen worden ingelijfd.
Den Elzas wil men bij het Hertogdom Baden
voegen'twelk dan den titel moet verkrijgen
van het Koninkrijk Rijnland
Allerlei.
De politie is het gelukt ook den helper van
den beruchten Jan Pouwels bij de brutale in
braak ten huize van J. J. Westenbrink te Ruinen
(zie ons vorig nummer)in handen te krijgen.
Wij vernamen omtrent dien persoon een
man van 35jarigen leeftijd wiens uiterlijk niet
ongunstig ishet volgende
Tengevolge van een manslag, in dronkenschap
gepleegdheeft hij 8 jaren in het tuchthuis te
Leeuwarden doorgebragt en werd daaruit in
't laatst van Mei dezes jaars eenige dagen
vroeger dan Pouwels ontslagen.
Hij ging naar zijne moeder, eene 70jarige
weduwe te Ambt Hardenberghen poogde daar
met arbeiden zijn brood te verdienen. Doch,
dair komt Pouwels den gewezen makker uit
het tuchthuis hem opzoeken, brengt hem aan
't versland dat er een veel gemakkelijker middel
is om meer geld te verdienenkortom,
Boshoven zoo heet de 35jarige man be
zwijkt voor den aandrang en verlaat met Pouwels
zijne woonplaats.
Spoedig plegen zij' nu gezamenlijk den diefstal
van spek en worst bij Rommelts te Ruinerwold
daarna de inbraak bij Westenbrink'zijne
raedepligtigheid aan beide feiten heeft Boshoven
volledig erkend.
In den nacht van Zaturdag op Zondag barstte in
de bakkerij van v. d. Berg te Rotterdam, een brand
uit. De heer v. d. B. was evenals zooveele dui
zenden gedurende dien nacht, met zijne fami
lie uitgeweest, tot halftwee uur, waarna hij
zich op de 4e verdieping, in eene voorkamer
ter ruste begaf. Alles bleef in diepe rust, tot
het nichtje dat gewoon is in den winkel de
klanten te bedienen en daar in huis iste om
streeks kwart vóór drieën wakker werd en haar
slaapvertrekachter den winkel boven de bak
kerij gelegen, verlatendeeen sterke brandlucht
waarnam. Onmiddellijk riep zij den bakkerdie
naar beneden kwam en de bakkerij opende.
Thans zag hij dat hij zich haasten moest om
nog te redden wat te redden was. «Ga jij naar
buiten en roep brand moet hij tot zijn nichtje
gezegd hebben«dan ga ik naar boven om de
kinderen te wekken en mijn effectentrommel te
halen." Zooals hij zeidedeed hijzijn
nicht redde zich zij zag hem echter niet levend
wedernoch de kinderen een meisje van 17 en
een jongen van 15 jaar, welke op de achter
kamer van de eerste verdieping sliepen.
lntusschen waren spuiten aangekomenmaar
't was Zaturdagnacht van de kermis
Men klom de bovenverdieping binnen en
vond daar drie lijken, in houdingen die dui
delijk toonden dat zij nog tot hel laatste oogen-
blik pogingen hadden gedaan om het brandende
huis te verlaten. De bakker lag voor het raam
met een trommeltje in de hand op den grond.
Dwars over zijn lijk lag dat van zijn zoonnaar
men ons meldtwaren aan beide lijken geen
brandwonden te zienhet lijk van het meisje
was gedeeltelijk verkoold.
De vrouw des huizes was met twee harer kin
deren te Neerboschtijdens 't onheil plaatsgreep.
Het aantal dooden bij de ramp te Marseille,
het instorten eener tribunebedraagt volgens
een nadere opgave 27dal der gewonden 306.
wilden, ruwen mensch met het trouwe hart?
Wie van zijne lieden zou destijds hel liefste
dat hij bezataan den feilen vuurgloed hebben
ontworsteld En trouwer dan een hond had
deze over het kind gewaakt op deszelfs levensweg
van schrede tot schrede. Dat hij het zachte
lieve meisje had leeren beminnen was immers
natuurlijk en slechts de grens, die Marie zelfs
door haar huwelijk om hem had gelrokken
had zijn? liefde in haren ganschen omvang doen
ontbranden in hare onbedwingbare hartstochte
lijkheid. Op zijn grooten misstap was de vloek
van den moord gevolgdde doodsfeg des veld
wachters. Dat hij sluipmoordelijk naai Werner's
leven had gestaan, was geheim gebleven tus-
scheu dezen en Marie.
Het openlijk verhoor van Frans ving aan,
ofschoon het aanvankelijk tamelijk nutteloos
kon worden geacht; -- hij was immersslotn.
De verklaringen van Marie en van de knechten
kwamen daarop nederdat zijne ijverzuchtige
liefde de oorzaak van zjjuen nachlelijken overval
was geweest en de doodslag des veldwachters
vond verontschuldiging in dc woedewaarmede
hij legen ziine vermeende nachtelijke vervolgers
was bezield. Ten opzichte dezer daad getuigden
de wachters.
Het onderzoek of Frans deel had aan den
moordaanval op Werner bij de lijkbaar der
vrouw in de schuur van Siegert bleef vruch-
Frans rendeals van een woedenden vijand
vervolgdwild voort. En werkelijk werd hij'
vervolgd. Naast zijne eigene schaduwzag hij
eene tweede daarnevensdie hem soms voor
was. Hoe sneller hij liep, des te sneller zag
hij zich vervolgd. Bijna liet zijne bovcnmensche-
lijke inspanning om den vervolger te ontkomen
hem bijna niet tot adem komen. Hij zocht het
bosch te bereikendat Siegerts bezittingen van
de naburige scheidde. Een diepe kloof moest
aldaar worden overgesprongenhij struikelde
en viel duizelend in de' moerassige diepte neder.
Toen hoorde hij zich van alle zijden omsin-
f;eldzag gestalten om zich heen die zich op
lem nederbogen om hem te binden. Vier mannen
waren hetdie trachtten hem uit de diepte op-
tetrekken. Frans bruiste van woede. Met reu
zenkracht weerstond hij de vervolgers en wilde
zich uit het moeras opheffen. Met een bliksem
snellen worp slingerde hij een zijner vervolgers
tegen een met boomstammen bedekte boschrand,
zoodat deze bewegingloos bleef liggen. De on
gelukkige was juist met de slapen op een
nardenhoekigen boomwortel gevallen. Uit de
gapende wonde stroomde het bloed hevig.
Binnen weinige seconden gaf hij den geest.
Het ontsnappen van Frans werd echter belet.
Hij moest zich aan de overmagt onderwerpen
werd gebonden op eene kar gelegd, die zich
in een nabijgelegen wachthuis bevond. Ook
aldaar had men den doode gebrachtdie door
zijn reuzensterkeit arm was nedergeslingerd.
Wat hij gemeend had zijn schaduw te zijn,
waren de 'veldwachters van het naburig gebied
die in de omstreken kruisten om op het spoor
der steeds herhaalde houtdiefstallen te komen.
Zij waren bij den hevigen val van Frans toegeijld.
De zamenhang daarvan was voor Frans niet
helder; hij zal woedend in de kar, totdat de
gevangenisdeuren der nabijgelegen stad zich
voor hem openden.
IV. HET VERHOOR.
De winter was voorbij. In Siegerts huis was
de vroegere vroolijkheid nog niet teruggekeerd
ofschoon Werner von Ruhl reeds sedert geruimen
tijd genezen en met zijne vrouw genoegelijk
leefde. Van het geluk hunner kinderen waren
de oude lieden verzekerd. Enkel hel verdriet
over Frans wondde hunne hartendie zoo trouw
voor liera hadden geklopt Had Siegert met de
helR van zyn vermogen de schanddaad van
Frans uit diens leven kunnen verbannendan
gewis zou hij dal hebben gedaan. Was zijn
kind niet uil de vlammen gedragen door den