Dingsdag 24 J u n ij 1884. m 3291. FEUILLETON. Uitgever A. H. VAN CLEEFP te Amersfoort. Uit blad reriphijüt Hnamdaf ei l)»ndertUg»WHd. Ahouacneat |«er 3 naaadta f 1.—Franco per pust ƒ1.16. Advertentiéu 10 regels 00 Cu elke regel Meer 10 Cte.groote letters sur plaatsruimte ruur rendee es iedere extre ierigtieg gesohiedt haogare prijsberekening Legale ufliuieële eu outeigeu. Adr. per regel 16 Cts. lUalaaes per regel 86 Cu. A/t. uumm'n 10 Cts. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegr&chtWijk B 60. Politieke Revue. De beraadslaging over het wetsontwerp op de militaire dienslpligi is in de Franse he Kamer van algevaardigden voortgezet en alle amende menten, waai bij op het beginsel van den driejari gen dienstpligt inbreuk werd gemaaktwerden verworpen. De Senaat heeftin tweede lezing art. 1 van hel wetsontwerp op de echtst -helding houdende intrekking der wet van 1810, met 158 tegen 115 stemmen aangenomen. Omtrent de overeenkomst lussdien Frankrijk en Engeland nopens de regeling der zaken in Egypie hebben die beide rijken nan de mogend- heüen gelijkluidende raededeelingen verzonden waaruil men mag opmaken dal er thans over eenstemming in deze heerschl en de hoop mag voeden dal in den ongelukkigen loesiand van hei Nijlland eindelijk eensalthans eenige ver betering zal koiuen. Volgens de Parijsche Temps zal de confe rentie plaats hebben binnen 8 of 1U dagen, nadat de Kamers de overeenkomst zullen heb ben geratificeerd, iedere mogendheid zal ter conlerenlie vertegenwoordigd worden door haar gezant te Londen en een financieelen raadsman voor deze gelegenheid speciaal benoemd. De wederinstelling van den Pruisischen Raad van Slate is eene besliste zaak. De raad beslaat uil 71 leden gekozen uit alle klassen der maat schappij als 42 staatsambtenaren en officieren 3 geleerden, H Geestelijken. 10 grondbezitters en 0 induslriëelen. De staatsambtenaren vormen dus de meerderheidzoodat hunne ineening veel invloed zal hebben op de besluiten, welke de Raad van State zal te nemen licbb>-n. De kroonprins is lol voorzitter en prins Bisiuarck tot vice-president benoemd. Een Amerafoorter met vrouw eu vijf kinderen op reis naar Transvaal. (Vervolg van No. 3290 van 20 Junij jl.) Zondag 21 October troffen wij het niet erg. liet was koud en regenachtig en dan is het treurig, want men kan nergens schuilen als on der den wagen, 's Nachts werd het weder beter. Maandagochtend vroeg gingen wij weder op Eene theevisite en hare gevolgen 4) door S «Nu, ja," hernain freule vanCarlele, terwijl zij de naald haastig op en neer bewoog igij zijt ook zulk eene fijne opmerkster. Ik zeg maarmen kan altijd de alkomst opmaken uil iemands manierenen zonder echter u eenigs- zins te willen beleedigenlieve, geloof ik toch weldal ik daarover oordcelen kan." Lisette vonu 't verstandiger om deze woorden maar onbeantwoord te laten; zij kende de zwakke zijde van Ireule van Carlele en zij wist bij ondervinding, als deze eens over dat punt begon te redeneeren zij in het eerste hall uur daarmede nog niet gereed was. Eene pauze ontstond er nu, de handen waren ijverig in de weer en hel scheen of ieder besloten had hel werk dien avond af te inaken. «Wel, wel, wat laat Eveline zich wichten," zoo liet mejuffrouw van der Raad zich hooien «mij dunkt haar «diner" en zij legde sterken klemtoon op dat woord zal wel reeds afge- loopen zijn. Ik denkzij geelt hel gezelschap harer gasten de voorkeur hoven het onze en het verwondert mij van haar ook niet. Ik wil volstrekt geen kwaad van haar zeggen, maar... zij houdt te veel van een pretje voor eene ge trouwde vrouw. Zij gaal le dikwijls uil, nu eens naar een concert le D.dan weer kan zij de uitnoodiging van deze of geene vriendin niet afslaan om eene partij bij te wonen. En ge noegens waarnemen kost gelddal verzeker marsch en kwamen tegen 8 uren aan eene groote rivier en daar spanden wij uil. Het was stikkend heet. Wij gingen in die rivier zwemmen. Dat beviel ons goed. dalfrischle op. Wij kwamen onder hel zwemmen tot de ontdekking dat er visch in deze rivier zou zitten. Ik spoedde mij naar de wagens terug om mijn vischtuigjes te halen welke ik in een kist gepakt had en gin gen wij toen met ons vieren aan het visschen. Ik was bijzonder gelukkig. Toen ik 3 uren ge- vischl had had ik 23 visschen gevangen. Ik maakte ze schoon. Mijn vrouw bakte ze en 's avonds aten wij allen gebakken visch. Dingsdag kwamen wij aan eene mooije rivier die wel driemaal zoo breed was als de vorige. Uok daar gingen wij zwemmen en toen wij daar ook wilden gaan visschen, kwam ik tolde treu rige ontdekkingdat ik al mijn vischtuigjes welke ik in een zakje op den wagen had ge borgen verloren had. Nu konden wij op de gansche reis niet meer visschen. Dat was jam mer, maar enfin het werd alweder vergoed door onzen menagemeester den heer Sonsbeek. Die kocht eene kip en een haan en daarvan werd eene heerlijke soep gekookt. Terwijl wij zoo lustig aan het eten waren, kwam er een vreese- lijk onweder opzetten. De bliksem schoot over onze horden heen verschrikkelijk fel zoomede een donder zoo hardvoor ons Hollanders on gekend en viel er een regen die onze soep verdunde. U begrijpt wij zitten hier maar zoo op den platten grond zoodal wanneer het zulk weder isdit dan eene treurige positie is. De zeilen werden met den grootsten spoed over de wagens gehangen en zoodoende vonden wij de schoonste gelegenheid om in die zeilen onze kruiken en flessehen te vullen met regenwater. Nu wij Grey town achter den rug hebben, krijgen wij de eerste 14 week geen dorp meerdus nu bakten wij van meel een soort van brood op een rooster. Wij zochten drooge koemest op en dat aan h"t branden gemaaktde rooster daarboven gezel, op dien loosier een stuk deeg plat uitgelegd en zoodoende bakten wij brood, liet was wel een vreemde verlooning voor ons maar in tijd van nood is alles goed. Ik weet wel dat als men bij Krasnapolskv een besmuld bord kreeg met een broodje er opdan zouden wij vies zijn geweestmaar hier in onze wil- ik u, dames; aan de toiletjes mag natuurlijk niets ontbreken, alles moet in de puntjes zijn. Telkens dient er een nieuw kleedje te wezen men kan toch niet altijd in dezellde japon ver schijnen. En gij weel hel even goed als ik dal Eveline altijd keurig nel isen of de dokter niet zoo n groot inkomen heelt om op zulk eenen goeden voel te kunnen leven, dal wil ik niet beweren. Daarenboven, zij zijn beiden jong hun nog klein huishouden kan grooler worden zij behooren toch ook aan de toekomst te denken en...." «Ja, ja," onderbrak mejuffrouw van Bommel de spreekster, «ik ben het geheel met u eens zij handelen onverantwoordelijk en zullen zich later, als cr weinig aan te doen is, bitter be klagen. Maar hel spijl mij toch voor Eveline dat zij op zulk eenen dwaalweg is zij is des niettemin een lief vrouwtjedat gaarne een ander ten dienste staal. Zou niemand onzer haar eens onder liet oog kunnen brengen, dal zij zich zelve en de haren in het verderf stort. GijUeniiëttevervolgde zijzich tot Ireule van Cartele wendende, «gij komt vrij dikwijls bij haarzoudl gij daar inel haar niet over kunnen spreken «Neen, neen, daar begin ik niet mede. Mientjedergelijke wenken worden gemeenlijk niet goed opgenomen en werken niets anders uit dan onaangenaamheden. Neen ik zeg niets want daarvoor geniet ik te veel van hare gast vrijheid en hoezeer ik Eveline ook in verschil lende opzichten te berispen vindzoo beken ik gulhartig, dat zij en haar man zeer aange naam in den omgang zijn en weten wal iemand van goeden huize loakomL" dernis stuift het zuo vr.eselijk dat er gedurig een laagje vuil op onze kofftj waait en als hel regent moet men zijn bord opnemen anders spat er zooveel van die zwarte aardsuiker in meer dan ons lief is. Enfin de landreis volt ons allen nog mede. Wij leven hier zoo vrij als een vogel. Het slechtste goed aan ons lijf is nog te ^oed voor zulk een reiswant zoodra houden wij niet stilof men valt maar weer in hel gras, droog of natdaarin heeft men g^en keus. De natuur is hier prachtig. Heden avond pas seerden wij een weg van een hoogen berg at Die was niet breed maar zoover als mijn oog strektewas het duornenboschaan de eene zijde een verschrikkelijk hooge berg met voor uitstekende rotsblokk-n en aan de andere zijden een peillooce algrond oin er akelig van te worden. Heel vreemd is het dal het 's nachts zoo koud kan wezen dat incn bibbert en op den dag snik heet Zoo reist men maar voort, dag in, dag uit. Zaterdag 27 October kwamen wij aan «Help- malkaardat gelijkt veel op een dorp. Het heeft zijn naam ontleend aan een verschrikkelijke hoogtedie daar vroeger was. Dan moesten de ossen van den eenen wagen die van den an deren helpen. Nu is dat veranderd want de weg is nu vlakker gemaakt. Er staan verschei dene huizen, een groote winkel en een hótel. Op die plek is ook een kerkhofdaar liggen 18 Engelsche soldalen begravenwelke mei den laalslen Zoeloeoorlog daar gesneuveld zijn. Slot volgt. De 49e Openb. Alg. Vergadering der «Ned. Vereeniging tot Afschaffing van Sterken Drank" isbijgewoond door zeer vele belangstellende van beider kunneDinsdagavond jl. in de Luthersche Kerk te Amersfoort gehouden en werd door den Voorzitter geopend raeL een aan de omstandigheden passend woorden wel in de eerste plaats met een warme, vaderlands lievende ontboezeming van dankbaarheid aan God wegens de aanvankelijke herstelling van Z. K. H. den Prins van OranjeBeschermheer dezer Vereeniging. Verder werd in algeineene trekken het doel aangegeven van de zamenkomsl en wel te dezer plaatsewaar reeds sedert 1850 eene afdoeling der Vereeniging is gevestigd «Mij is het wel," sprak mejuffrouw van der Raad gelaten. Ik... maar misschien is zij daar want ik hoor de schel." En werkelijk weinige oogenblikken later trad eene damegevolgd door drie heerenbinnen. Zij trad bevallig op de gastvrouw toe en haar de hand reikende zeide zij op innemenden loon tol haar «Mijne lieve Anne-Koosjewees niet boos, dal ik zoo laat kommaar werkelijkhet is mijne schuld nieL Mijn man en zjjne vrienden wilden mij niet laten vertrekken dan onder voorwaarde dat ik hen vergunde mei mij te gaanen ik heb het maar gewaagd om hen mede te brengenik hoop nietdat gij even min als de andere dames hier keek zij eens in het rond - «daar verstoord over zult zijn." De gelaatsirekken der aanwezigen vertoonden echter geen spoor van verstoordheid integen deel en mejuffrouw Anna-Koosje was voorzeker de vertolkster van haar aller lueeningtoen zij antwoordde «Maar beste Eveline, maak toch zoovele ver ontschuldigingen nietuwe gasten en de dokter zijn ons zeer aangenaam ik wil echter hopen, dal ons gezelschapdat van zoovele dames hen niet al te zeer vervelen zal." «0. mejuffrouw," zoo mengde zich een der heeren in hel gespn-k terwijl het spotachtige glimlachje dal om zijne lippen speeldeniet door mejuffrouw Anne-Koosje bemerkt werd, «daarop durven wij hel gerust wagen." «En nu, dames, wordt hel, meen ik, lijd dat ik u eens spoedig mijne vriendeo voorstel. Dames, de heer Victor Larue, advocaat, maar nog geen praktijk hebbende, echter wel daarnaar

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1884 | | pagina 1