vermelde vergunningen gebruik maaktis ver plicht de daaraan verhonden voorwaarden in alle deelt-n te vervullen. Art. 36. Onder openbaren weg worden begre- frn alle voor hel publick openstaande en loegtin- elyk gestelde wegtn padenstraten stegen wei ven, sloppenpleinen, buitenpleinen van spoorwegstations ni t hunne tocg ngenge meente-plantsoenen en wandelplaal.-en zonder onderscheid wie daarvan eigenaar is Art 37. Elke overtreding van artikel 1,2. 3, 4. 5,6, 7. 9. 11, 14, «019, 40, 21,22, 2324 4526 27 4849, 3l letters a b en c, 34 letterso en d wordt gestralt met eene geldboete van ten hoogste drie gulden die van art. 8 15, 31 letters d, 32 letters b en c, 34 en 35 met een geldboete van ten hoogste vijf gulden en die van art 10, 12, 13 en 30inel een geld boete van ten hoogste tien gulden. Art. 38. Met het in werking treden dezer ver ordening zijn algeschall de bepalingen vervat in de art. 55 lol en met 65 68 lot en met 81 en 99 van het algemeen poliliereglement der gemeente Amersfoort, vastgesteld den ij-yJJj ïsss, en a/ge. kondigd den 2. Augustus daaraanvolgende. Zijnde deze verordening aan dc Gedeputeerde Staten van Utrecht, volgens hun bericht van den 26. April 1888 in afschrift medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 30 April 1888, des voormiddags te elf uren. burgemeester en Wethouders voornoemd. De Burgemeester T. A. J. VAN ASCII VAN W1JCK. De Secretaris W L. SCUELTUS. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT doen te eten dat door den Raad dier gemeente in zijne vergadering var. 5 Aprii 1888 is vastgesteld dt volgende verordening: VERORDENING houdende voor schriften op het rijden. Art. 1. Hel is verboden buiten noodzaak en zon der vergunning van den Commissaris van politie op de voetpaden trottoirs en wandelplaatsen a. met een rijtuigrijwielwagen of ander voertuig al of niet bespannen te rijden Van dit verbod zijn uitgezonderd kinderwa gens en handwagens bestemd lot vervoer van zie ken olgebrekkigen en. voor zoover belreit de wandelplaatsen rijwielen kruiwagens niet bela den met steenenmest of ander vuilnisen hand wagens bestemd tot vei koop van brood melk kruidenierswaren en petroleum. b. paarden ezels of vee te drijven paard te rijden. Yoorzooverre in dit en de volgende artikelen gesproken wordt van paarden worden hieronder ook begrepen hitten en muildieren. Art. 4 Het is verboden met al of niet bespan nen rij- of voertuigen rijwielen of te paard over de grasperken langs de wegen te rijden of daar over paarden exels of vee te leiden of te drijven. Art. 3. Het is verboden binnen de kom der'ge- mcente harder te rijden dan in matigen draf. Art. 4. Het is verboden op plaatsen waar zich eene volksmenigte bevindt of markt gehouden wordt en waar bei door de politie lijdelijk bevolen wordtanders dan stapvoets te rijden. ArL 5. Waar hel tijdelijk door de polie ver boden wordtmag niet gereden worden. Art. 6 De bestuuiders of geleiders van paarden gespannen voor omnibussen, goederenwagens, diligences, vrachtwagens wagens met krommen disselskarren en sleden mogen deze binnen de kom der gemeente geen boek doen omrijden dan stapvoets. Art. 7. Wielrijders zijn verplicht onmiddelijk vóór het omrijden van hoeken het rijden voorbij straten en grachten het rijden over bruggen en het voorbijraden van voetgangers, rij- en voertui gen met de bel of zoo de rijwielen niet van eene bei voorzien zijn op andere hoorbare wijzete waarschuwen Zij zijn mede verplicht hun rijwiel lusschen zons ondergang en zonsopgang van minstens eene lan taarn te voorzien die. een goed licht werp in de richting waarheen gereden wordt. Art. 8. De bestuurder van eene vrachtsieae is verplicht naast zijne slede te gaan. Art 9. De bestuurders ol geleiders van geladen handkarren zullen binnen de kout «Ier gemeente niel anders dan stapvoets mogen gaan is de| kar zoo hoog geladen dat de besluuriler niet mei juist heid kan zien ol de straat voor of op zijde van de kar geheel vrij isdan zal althans één geleider of bestuurder vóór dc kar moeten uil gaan Art. 10. Het is aan lien die het rijden niet ver staan verboden een rij-of voertuig met een of meer paarden bespannen Ie besturen. Ari. II. Kinderen jonger dan 16 jaren mogen een rij- of voertuig met eon of meer paarden be spannen niel besturen. Art. 12 liet is verboden binnen de kom der ge meente twee of meer losse paarden bij de hand te geleiden met lesse paarden te draven of wan- neexjnen te paard is gezeten met meer dan één paard hetwelk los bij de hand gehouden wordt te rijden. Paaiden welke naar of uit de weideen naar of van de alhier gehouden wordende paardeninark ten worden geleid mogen in grooler aantal wor den geleid mits aan elkander gebonden en stap voets. Eveneens mag op de markldagen op of nabij de marktplaats of wanneer de Commissaris van politie daartoe vergunning geeftmet losse paarden ge- draalt worden. Art. 13. Het is verboden binnen de kom der ge meente achter of op zijde van rij- of voertuigen paarden, hetzij aan de hand. hetzij gebonden mede te voeren tenzij staproets gereden wordt Art. 14 Niemand mag paaiden op den openba ren weg laten slaan zonder toezicht van een daar toe geschikt persoon. Art 15. De bestuurders van rij- of voertuigen zijn verplicht bij hel ontmoeten van andere rij- of voertuigen of wanneer deze hen voorbij wil len rijden rechtsen bij het voorbijrijden van andere rij of voertuigen links uit te halenin beide gevallen ter halver breedte van den rijweg. Art. 16. liet is verboden een rij- of voertuig voorbij te rijden zonder vooral hoorbaar te heb ben gewaarschuwd Art. 17 Hel is verboden builen noodzaak een in beweging zijnden lijkstoet binnen de kom der gemeente voorbij- Ie rijden en, dien ontmoetende, moet men de noodige ruimte open laten en stil houden. Art. 18. Men mag marcheerende troepen niet voorbijrijden tenzij deze vooraf de helft van de breedte der straat of van den weg daartoe geheel vrijgelaten mochten hebben noch door marchee- renden troepen heenrijdenindien door deze daartoe geen ruimte gemaakt is Art. 19. Hel is verboden de door Burgemeester en Wethouders aan te wijzen wegen anders dan in eene door borden aan te wijzen richting te be rijden. Art. 20. Het is verboden daar waar zulks door borden wordt aangegeven of door de politie wordt bevolen anders dan stapvoets te rijuen. Art. 21. Het is aan geleiders of bestuurders van rij- of voertuigen verboden daarmede te blijven stilstaan tegenover een reeds aan de overzijde der straat stilstaand rij- ol voertuig in die straten waar de breedte van den rijweg geen drie rij- of voer tuigen naait elkander toelaat. Met het rij- ol voertuig dat in een straat stil staatalwaar voor twee rij - ol voertuigen geene ruimte is zonder aan eene zijde ruimte te laten voor voetgangers, woidl opgereden wanneer voor een tweede rij - of voertuig plaats noodig is. Art 22. Op de buitenpleinen der spoorwegsta tions zullen de bestuurders van rij- of voertuigen, bestemd tot brengen of afhalen van personen of goederen, bij het op- of wegrijden alsook bij het innemen van standplaatsen orn te wachten de aanwijzing en de bevelen moeten opvolgen, door de politie in overleg met de spoorweg direction t« geven. Alle rjj- of voertuigenwelke personen naar Jf godsdienstoefeningen, looneelvoorstellingen, mu ziekuitvoeringen of andeie openbare bijeenkom sten brengen of van daar afhalen, worden in eene rij achter elkander opgesteld en de bestuurders dier rij- of voertuigen zullen op aanwijzing der politie, van denzellden kant moeten oprijden en naar den legcnovcrgestclden kant wegrijden en verder de aanwijzingen volgen der politie. Art. 43 Men mag bij gladheid der straten niet rijden met paarden, welke niet behoorlijk zijn ge- scherpt ol niel van ijsnagels zijn voorzien. Art. 24. Wanneer de straten met sneeuw zija bedekt, moeien een of meer der voor een rij of voertuig gespannen paarden van eene klinkende bel voorzien zijn Art. 25 Wanneer zulks door of vanwege den Burgemeesterhetzij voor de geheele gemeente hetzij voor een gedeelte daarvan, wordt gelast] zullen de rij of voertuigen met een of meer paar den bespannen nn eten voorzien zijn aan beide zijden of wel in het midden hoven aan de voorkap van een helder biandend lantaarn Art 46. Hel is verboden spoorwegwagens te laten staan op den toegangsweg naar het spoorweg station of op het buitenplein van hetzelve wanneer de politie hunne verwijdering in liet belang der goede oide ol openhaie veiligheid noodig acht. Art. 27. Geen wagens met boomgewas ol takken beladen mogen langs den openbaren weg gevoerd worden, wanneer hunne vracht uitsteekt builen de uiteinden der a^setiterwijl wanner de boouien achter den wagen uitsteken de geleider verplicht is zorg te dragen dat zich iemand achter den wa gen bevindtom de uitstekende gedeelten te besturen. Art 28. Wanneer de politie meent dal een wa gen te zwaar geladen ol wel geladen is op eene wijze dat er gevaar bestaat daldeiading zal vallen, of de wagen zal kantelen is de geleider verplicht de bevel-n der politie te dien opzichte optevolgen. Art 29 Bestuurders van rij ol voertuigen zijn verplichtwanneer het bun door de politie gelast wordtstil te houden. ArL 3D De voerlieden van rij- of voertuigen hebben zorg Ie diagen dat de rij ol voertuigen paarden en tuigen geschikt zijn voor den te ver richten dienstOordeelt de politie dal aan deze veieischten niet wordt voldaan, dan zullen de voerlieden hebben te handelen, zooals door de po litie wordt gelast. Ait. 31. leder voerman van voor verhuring be stemde l ij of voertuigen is verplicht na eiken rit bet rijtuig van binnen te bezichtigen en de daarin achtergebleven voorwerpen uiterlijk binnen 44 uur aan der gebruiker van het rij- of voertuig of aan het bureau van politic te bezorgen Art 32 Elke overtreding van artikel 16 41 23 44 26 ol 30 wordt gestraft met eene geld boete van ten hoogste drie gulden die van artikel 1.2,3,4,6.7. 8 il 14, 13. 14. 15. 17, 18. 19. 40. 22 of 47 met e-ne geldboete van ten hoogste vijf gulden en die van artikel 5 8,9. 102528 29 of 31 met eene geldboete van ten hoogste rij/Hen gulden. Art 33 Met'linwci kingtrcden dezer verordening zijn afgeschaft de bepalingen verval in de artikelen 88 lot en mei 98 lOOen 101 van bel Algemeen polilie-regleinenl der gemeente Amersfoort vast gesteld den 1856 afgekondigd den 2. Au gustus daaraanvolgende en is afgeschaft de ver ordening regelende de handhaving van de orde op het buitenplein van en de toegangen lol het spoor wegstation le Amersfoortvasigesteld den 9. Ja nuari 1877, afgekondigd den 29 Januari daar aanvolgende. Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten van Utrechtvolgens hun bericht van den 26. April 1888 in afschrift medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoortden 30. April 1888 des voormiddags te ell uren. Burgemeester en Weihouders voornoemd De Burgemeester T. A. J. VAN ASCII VAN WUCK. De Secretaris. W. L. SCUELTUS. Gedrukt ter Boek-, Kantoor- en Courantdrukkerij van A. II. VAN CLEEKF le Amersfoort

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1888 | | pagina 6