April 1889.
Maandag* 15
DE SCEOOHE WIEME.
J* 5817.
CJitgever
A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Dit Mai verachijnt Maandtf an Vtnderdtjmulduj. Abooaenent per S maaaiea f 1,
poat Adverteotiën 1—8 regel* 80 Ct*.elke regel meer 10 Ctt. Groot*
plaatsruimtevoor raniea ea ander* extra inrigtiag geschiedt hoeger prijaberekec
officieMe en onteigeu. Air, per regel It Ct*. Reclames per regel >S Ct*. Aft. *umm
Frame, BUI OSU
l-tfr, MODEHDieKN
ung. Legale
en io ct*. hoek KortegrachtWijk B CO
!i e i s e v i n s tMi
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT
Gezien het besluit van den heer Commissaris
ties Konings in de provincie Utrecht van den IS.
Maart 1889, No 4 Az. (Provinciaalblad No. 28)
houdende bepaling van den tijd en de wijze der
beschrijving voor de personeele belasting en hel
patentrecht over hel eiensljaar 1S8S89:
Brengen ter kennis van d-1 ingezetenen dezer
gemeente dat de uitreiking der beschrijvingsbii-
jetten voor de personecle belasting en der gewone
patenldeclaratoren een aanvang zal nemen op
naaiidag, den .TI«»i e k. ea de wder inza
meling der ingevulde verkla. ingen op Woens
dag, den 1.3. «liter iti.»and: terwijl de patenl
declaratoren voer de slijters, tappers, kroeg en
kolfiehuishouders afzonderlijk, zoodra mogelijk na
den ingang van hel di ■nstj.»ar, aan hunne huizen
bezorgd en binnen drie dagen na de bezorging
teruggehaald worden
Wordende wijders den ingezetenen herinnerd
a. Dat hel hun vrijstaat zich belrekkelijk de
eerste drie grondslagen te gedragen aan den aan
slag van hel vorige jaar, immers zoover in geen
dier grondslagen «-enige verandering is voorge
vallen, en zonderda zulks zal kunnen verhinde
ren het gelasten van eene herziening volgens art
3-2 der wet van 29 Maart 1833 (Staatsblad No. 4).
Dal echter eenieder ten ernsiigsie aangemaand
wordt, om door eene nauwkeurige en juiste op
gave van de huurwaarde, van hel getal deuren
vensiers, haardsteden, miisgaders van dienst- en
werkhoden en paarden, en de klasse waartoe zij
werkelijk behooren, de kosten en beboetingen te
voorkomenwaaraan raen zich anderszins zal
blootstellen.
b. Dat eenieder gehouden is vragen in de bil
jetten vermeld onverwijld stellig duidelijk en
zonder eenige voorbehouding te beantwoorden
zullende diensvolgens geene latere reclamatiën
gevolg van dubbelzinnige antwoorden in aan
merking komen en zelfs zoodanige beantwoording
als niet gedaan kunnen aangemerkt worden.
Indien de biljetten niet op het tijdstip der op
haling aanwezig ol niet behoorlijk ingevuld zijn
vervallen de ingezetenen in de verplichting om
dezen zelve ten kantore te hrengen. hij gebreke
waarvan zij zich blootstellen aan de boete van
achtmaal het bedrag der belasting bij art. 35 4
der wet vastgesteld.
c. Dat niemand zich op verzuim in de uitreiking
of terughaling van het biljet kan beroepen, daar
diegene welke in zoodanig mogelijk doch hoogst
onwaarschijnlijk geval mocht vei keeren, verplicht
is zijne opgave vóór ol op den SI. Wei aanslaan
de, ten kantore van den Ontvanger intedienen, hij
wien de beschrijvingsbiljetten, ter invulling, kos
teloos verkrijgbaar zijn.
d. Dat ingeval de bewoners van het huis niet
kunnen schrijven de Ontvanger ef zijn gemach
tigde des gevraagd de invulling zal doen in des
bewoners naam, zonder daarvoor eenige betaling
te kunnen eischen, met vermelding van de reden
waarom zullende zoodanige, aangifte dóór den
Ontvanger ef zijn gemachtigde in tegenwoordig
heid van een derden persoon, met en benevens
dezen worden geleekend, na voorafgaande voor
lezing.
t. Dat van de terughaling der biljetten aan de
ingezetenen een behoorlijk bewijs zal worden
gelaten.
f. Dat bij de wet van 9 April 1869 (Staatsblad
No. 59) onder anderen de navolgende bepalingen
zijn gemaakt
«Wegens vrouwelijke dienstboden die op den
<1. Mei des janrs waarover de belasting loopt, ou-
8der dan 18 en jonger dan 21 jaren zijn, bedraagt
«de belasting ff» (voor iedere dienstbode) zonder
«toepassing van het opklimmend tarief.»
«Geene belasting is verschuldigd voordeéénige
vrouwelijke bediende overigens naar de 1ste,
«3de of 4de klasse belastbaar in dienst van den
«belastingschuldige, welke geen andere bedienden
«houdt en vier of meer eigen of aangehuwde kin-
«deren kindskinderen of pupillen bij zieh hoeft
«inwonen die op den 1. Meides jaars waarover de
«belasting looptjonger dan 21 jaar zijn.»
«Die na den 15. Mei een perceel in gebruik
«neemt, is voor dit perceel de belasiing naar de
«eerste vier grondslagen voor den tij«i des dienst-
«jaars die nog over is verschuldigd.
«Aan den belastingschuldige die in den loop
«des diensijaars een perceel verlaat, zonder
«daarin eenige roerende goederen of iemand in
«zijnen dienst achtertelaien wordt ontheffing
«verleend van zijnen aanslag naarde eerste vier
«grondslagen voor den lijd des diensijaars die
«nog over is, indien daarvan door hem binnen
«den tijd van eene maand volgende op die
«waarin hij het perceel verliet, tegen bewijs
«schriftelijk aangifte is gedaan ten kantore des
«Ontvangers, op een aldaar kosteloos verkrijgbaar
«biljet.»
«De ontheffing wordt verleend over het drie
«maandelijkse!) tijdvak waai in hel perceel wordt
«verlaten, indien de belastingschuldige daarna
«doch in den loop van datzellde tijdvak een
«ander perceelwaarvoor hij belastingplichtig is,
«in gebruik neemt.»
«Rij overlijden van den belastingplichtige treden
«zijne erfgenamen in dezellde rechten en ver-
«plichtingen.
g Dat zij die in de bezorging der verklaringen
ol aangiften voor het patentrecht mochten zijn
voorbijgezien, zich daarop niet kunnen beroepen,
maar de verklaringen verkrijgbaar bij den rijks
ontvanger, in persoon of door een gevolmachtigde
moeten indienen.
h. Dat alle schippers en eigenaars van vaar
tuigen de debitanten der Slaats-loterij en de
kramers, welke het patent bij den aanvang van
hel dienstjaar in hun bezit moeten hebbenge
houden zijn daartoe denoodige aanvrage te doen
wordende dezen verzocht hun palent over het
vorig jaar en de schippers om tevens hunnen
meetbrief mede'ebrengen.
En wordt wijders den belanghebbenden her
innerd dat volgens de wet alle vaartuigen en
schepenwelke hun op den eersten Mei aan
staande toebehoorenmoeten worden aange
geven al is hel dal daarvan geen gebruik mocht
zijn of worden gemaakt.
t. Dat zij die een bezwaarschrif indienen inge
volge art. 1 der wet van den 4. April 1870
(Staatsblad No. 60) verplicht zijn tol de over
legging van een duplicaat-aanslagbeljettegen
betaling van vijf cents bij den Ontvanger ver
krijgbaar.
Wordende al verder kenbaar gemaaktdat naar
aanleiding van art. 29 2 2 der wet op de per-
soneele belasting van 29 Maart 1833 (Staatsblad
No. 4), tot tegenschalters voor de gemeente
Amersfoort zijn benoemd
JOHANNES BERN AR HIJS FRANCISCU5 LENSING
en DIRK VERBEEK, timmerlieden, alhier wonende.
En opdat niemand hiervan eenige onwetendheid
voorwende, zal deze worden gedrukt en aan
geplakt op de daarvoor gebruikelijke plaatsen.
Amersfoort, den 15. April 1889.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCL
De Secretaris.
W. L. SC11ELTUS.
F' KITI I.1.KTON'.
4) Vrij gevolgd naar 't Engelsch door S
HOOFDSTUK II.
Op zijn weg ontmoette hij Lord Nordhurst.
wien het treurig te moede werd bij het zien
van Franks Leslies vroolijkheid. Beide heeren
greelten elkander echter beleefd.
«Ja.» mompelde de Lord, «ik weet hel wel,
zij heeft zeker zijn aanzoek aangenomen. Kn ik,
die haar zoo innig liefhebik zal haar moeten
zien aan zijne zijae. Zoo hij haar slechts hall
zoo vurig bemint als ik, dia moet zij gelukkig
worden.
lntusschen had Frank Viviennes woning bereikt.
«Is mejuflrouw Carew te huis?» vraagde hij
den knacht, die op hot bellen van den groom
verscheen.
Politieke Revue.
Boulangers populariteit in België is niet groot
en het heftigst vallen hern de radicale en soci
alistische bladen aan. «Als een democratisch
politiek vluchteling,» zegt de radicale Rélorme,
«in België kom:dan wordt hij tusschen twee
gendarmen over de grenzen gebracht maar als
een reactionair samenzweerder als Boulanger
komt, dan kruipende autoriteiten voor hem.»
Het orgaan der werkliedenpartij .dePeuple,
schrijft«De twee paljassen (Boulangeren Roche-
forl) hebben de naïve onbeschaamdheid gehad
hunne kaartjes a.<n het maison du Peuple te laien
algereu. Zij hebben zich in het adres vergist.»
De pogingen van enkele schouwburgen om
met de aanwezigheid van Boulanger voordeel
te doen zijn tulaal mislukt. Zinspelingen op hem
werden mei fluiten begroet en eukele raaien
moest de politie lusschenbeide komen.
De Duiiscbe bladen spreken over het aftreden
van den minister van oorlog generaal Bronsart
von Schellendorldie zes jaren aan het hoold
stond van hel Pruisische en Duilsche leger. Nu
is de minister «wegens zijn slechte gezondheid»
van hel beheer van zijn departement ontheven
en zal als divisie-commandant zijn plaats in het
leger weer innemen. Men gelooftdat hel al
treden van generaal Bronsart in verband slaat
met een verschil van gevoelen hetwelk in eenige
opzichten bestond tusschen hem en graaf YVal-
derseeMoltke's opvolger als chef van den ge-
■eraien staf.
De nieuwe minister van oorloggeneraal
Verdy du Vernoisis sedert eenige jaren gou
verneur van Straatsburg Van 1879 tot 1881
werkte de generaal aan het ministerie va»oorlog,
zoodal hij geen vreemdeling is in zijn nieuwen
werkkring. In 1866 en ook tijdens den oorlog
in Frankrijk behoorde de generaal tot den gene-
ralen staf Algemeen wordt de nieuwe minister
gehouden voor een hoogst ontwikkeld militair,
die bovendien om zijn karakter en persoonlijke
hoedanigheden zeer wordt geroemd.
De hertog van, Nassau heeft zijn intrede in
Luxemburg gedaan un do nieuwe regent werd
allerwege warm toegejuicht. Bij de ontvangst van
den Raad van State zeide hij dat hij de grootste
sympathie voor hot land medebracht en hoopte
die des lands spoedig te zullen winnen. Hij zou
«Neen mijnheer. Mejuffrouw Carew is me*
mevrouw Leicester voor ongeveer twee ure*
naar Uplands vertrokken. Mejuffrouw heeft mij
echter bevolen om u duzen brief ter hand te
stellen, mijnheer.»
Frank Leslie stond als van den donder
getroffen.
«Ik hoop, dat er geen ongeluk gebeurd is,»
stamelde hij, «en dal bet geene slechte be
richten waren welke mejuffrouw Carew naar
Uplands riepen.»
«Ik geloof het niet, mijnheer, ik heb er
tenminste niets van gehoord.»
Wat bcteekende dat plotselinge vertrekdo
brief zou «lat echter wel verklaren. Ea het paard
wederom bestijgende verbrak Frank Leslie daar
na haastig het couvert. Lord Nordhurst zou
het bewaard hebben met de gedachtedat Vi-
vienne het aangeraakt had. Frank daarentegen
beschouwde hei als oen nutteloos stuk papier
dat hij onverschillig aan Hen wind prijs gaf.
Het eerit onldek'e hij Amabels briefen daar
door had hij bijna niet noodig dien van Vivienne
te lezen haar zonderling gedrag behoefde
nu geene nadere opheldering. Een verwenschinf
ontsnapte zijnen lippen terwijl hij in woestea
galop stadwaarts draalde.
De slag was geheel onverwachts gekomen,
juist nu hij het terrein meende gewonnen to
hebben Maar hoe kon dien brief in Vivienne*
handen gekomen zijn
De rijweg verlatendedeed hij zijn ros een
zijpad inslaan cn toen eerst las bij Vivienne*
brief en bij verwenschte zijne onachtzaamheid,
waardoor hij hot schoone meisje en wit nej
•rger was Uplands on een inkomea via