TWEEDE BIJVOEGSEL der Amersfoorlsche Courant.
i»'o. 3922 vnti M 14 it* Hi ij tSOO
14 U
De BURGKM EKSTER en WKTIIOUDËKs van
AMERSFOORT
Gezien hel besluit van den heer Commissaris
des Konings in de prov. Utrecht van den 21 Maart
1990 No. 2. Az. (Provinciaalblad No 26)hou
dende bepaling van den tijd en de wijze der be
schrijving voor de personeele belasting en het
patentrecht over het dienstjaar 189001.
Brengen ter kennis van de ingezetenen dezer
gemeente dat de uitreiking der beschrijvingsbil-
icllen voor de personeele belasting en der gewone
paten'deelaialoien een aanvang zal nemen op
Maandag, den 5 Mei e k en de wcder-inzauieling
der ingi vulde verklaringen op Woensdag, den 15.
iiier maand: terwijl de patenldecl.iratorcn voor de
slijters, lappers, kroeg en kolfiehuishoudersaf
zonde.'lijk. zoodra mogelijk na den ingang van het
dienstjaaraan hunne huizen bezorgd en binnen
d' ie dagen na de bezorging teruggehaald worden
Woider.de wijdeis den ingezetenen herinnerd
n Dal het hun vrijstaat zich betrekkelijk de
eerste di ie grondslagen te gedragen naar den aan
slag van liet vorige jaar immers zoover in geen
dier gtondslagen eenige verandering is voorge
vallen. en zonderdat zulks zal kunnen verhinde
ren hel gelasten van eene herziening volgens art.
.12 der wel van 29 Maart 1811 (Staatsblad No 4).
Dat echter eenieder ten ernstigste aangemaand
wordt, om door eene nauwkeurige en juiste opgave
van de huurwaarde, van 'l getal deuren vensters
haardsteden mil.-gaders van dienst-en werkboden
en paarden en de klasse waartoe zij werkelijk bc-
hooren de kosten en beboetingen te voorkomen
waaraan men zich anderszins zal blootstellen
b Dal eenieder gehouden is de vragen in de bil
jetten vermeld onverwijld .stellig, duidelijk en
zonder eenige eoorbehouding te beantwoorden
zullende diensvolgens geene latere reclamation
gevolg van dubbelzinnige antwoorden in aan
merking komen en zells zoodanige beantwoording
als niet gedaan kunnen aangemerkt worden
Indien de biljetten niet op bei tijdstip der opha-
ling aanwezigol niet behoorlijk ingevuld zijn. ver
vullen de ingezetenen in de verplichting om dezen
zelve ten k-«ntme te brengen hij gebreke waarvan
zij ziidi blootstellen aan de hoe e van achtmaal het
bedrag der belasting bij art 85 4 der wel vastge
steld
c. Dit niemand zich op verzuim in de uitreiking
ol lei iighaliug van hel biljet kan beroepen daar
diegene welke in zoodanig mogelijk doch hoogst
onwaarschijnlijk geval mocht verkeeren verplicht
is zijne opgave vóór ol op den 81. Mei aanst. ten
kantore van den Ontvanger intedienen bij wien
de beschrijvingsbiljetten, ter invulling kosteloos
verkrijgbaar zijn
d Dat ingeval de bewoners van liet huis niet
kunnen schrijven de Ontvanger o( zijn gein ich-
ligde des gevraagd de invulling zal doen in des
bewoners naam zonder daarroor eenige betaling
te kunnen eischen, inei vermelding van de reden
waarom zullende zoodanige aangille dóór den
Ontvanger ol zijn gemachtigde in tegenwoordig
beid van een derden peisoon. melen benevens de
zen worden geicekend, na voorafgaande voorlezing.
e Dal van de lei ughaling der biljetten aan de
ingezetenen een behoorlijk b-wijs zal worden
gehlen.
Dal hij de wet van 9 April 1889 (Stnatsbl- No.
59) o a de navolgende bepalingen zijn gemaakt.
«Wegens vrouwelijke dienstboden die op den
«1. Mei des jaars waarover de bejasting loopt, ou
«der dan 18 en jonger dan 21 jaren zijn, bedraagt
«de belasting 15 (voor iedere dienstbode) zonder
'.tiie/insiing van hel opklimmend tarief
«Geene belasting is verschuldigd voor de éénige
«viouwelijke bediende overigens naar de Isle
<8de ot 4de klasse belastbaarin dionst van den
«b. lasting chuldige, welke geen andere bedienden
«houdt en viei ol'meer eigen ol aangehuwde kin-
deren kinskinderen ol pupillen bij zich heelt in-
wonen die op den 1. Mei des jaars waarover de
belasting loopt jonger dan 21 jaar zijn
«Die na den 15. Mei een perceel in gebruik
«neemtis voor dit perceel de belasting naar de
«perste vier grondslagen voor den lijd des dienst
«jaars die nog over is verschuldigd
Aan den belastingschuldige die in den loop des
«dienstjaars e>n perceel 'erlaat, zonder daarin
«eenige roerende goederen ol iemand in zijnen
diens: achicriel.iien, wordt ontheffing verleend
«van zijnen aanslag naar de eerste vier grondsla-
«gen voor den tijd des dienstjaars die nog over is
«indien daarvan door hem binnen den tijd van
«eene maand, volgende op die waarin hij het per-
«cetl verliet, tegen bewijs schriftelijk aangifte is
«gedaan ien kantore des Ontvangers, op een aldaar
«kosteloos verkrijgbaar bil|et.»
De ontheffing wordt verleend over het drie-
«inaandclijksch tijdvak waarin het perceel wordt
«verlaten, indien de belastingschuldige daarna
«doch in den loop van daizelide tijdvak, een ander
«peiceel, waarvoor hij belastingplichtig is, in ge
bruik neemt
«Bij overlijden van den belastingplichtige treden
«zijne erfgename in dezelfde rechten en ver-
plich'ingeu.
g Dal zij die in «le bezorging der verklaringen
ol aangilten voor het patentrecht mochten zijn
vovhijgezien, zich daarop niet kunnen beroepen,
maar de veiklaiingen, verkrijgbaar bij den rijks
ontvanger in persoon ol door een gevolmachtigde
moeten indienen
h Dat alle schippers en eigenaars van vaar
tuigen de debitanten der Staats loterij en de kra
mers, welk'- het pa'ent bij den aanvang van het
dienstjaar in hun bezit moeten hebben gehouden
zijn daartoe de noodige aanvrage te doen wor
dende dezen verzocht Itun patent over het vorig
jaar en de schippe- s om tevens hunnen meetbrief
medeiebrengen
Kn wordt wijders den belanghebbenden herin-
neid dal volgens de wet alle vaartuigen en sche
pen welke hun op den eersten Mei aanstaande
toebehooren, moeten worden aangegeven, al is het
dal daarvan geen gebruik mocht zijn ol worden
gemaakt.
i Dat zij die een bezwaarschrift indienen, inge
volge art. I der wet van den 4 April 1870 (Staats
blad No. 60) terplicht zijn tot de overlegging van
een duplicaat-aanslagbiljet, tegen betaling van vijl
cents bij den Ontvanger verkrijgbaar.
Wordende al verder kenbaar gemaakt, dat naar
aanleiding van art 29 2 der wet op de per
soneele belasting van 29 Maart 1888 (Staatsblad
No. 4), tot legenschatlers voor de gemeente
Amersfoort zijn benoemd.
JOHANNES HE«NARDÜ>F«ANCISCÜS LENSING.
en DIBK VKRBKEK, timmerlieden alhier wonende.
Kn opdal niemand biervan eenige onwetendheid
voorwendezal deze worden gedrukt en aan
geplakt op de daarvoor gebruikelijke plaatsen.
Amersloort den 14. April 1890.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Burgemeester
W. A. CROOCKEWIT
De Sccrelaiis, Weth. I°. Br.
W. L SCHELTUS.