Maandag 10 Oct. 1892. No. 4185. 37e Jaargang. CARMELA. Uitgave FIRMA A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Dit blad verschijnt Maandag en Donderdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\. Franco per post f 1.15. Advertentiën16 regels 60 Cents.elke regel meer 10 Cents. Groote lettere naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadv. per regel 15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers iO Cents. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 60. KENNISGEVING. NATIONALE MILITIE. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gezien het besluit van den heer Commissaris der Koningin in de provincie Utrecht van den 19. September 1892, No. 1 N. M. en S. (Provin ciaalblad No. 97) Gelet op het bij art. 1, letter i. der wet van 4 April 1892 (Staatsblad No. 76) tijdelijk gewij zigd art. 27, alsmede art. 28, le lid, der wet van Oen 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), benevens artt. 20 en 21 van het koninklijk besluit d.d. 8 Mei 1862 (Staatsblad No. 46). Doen te weten, dat dc loting der voor de mi litie ingeschrevenen, bchoorondc tot de lichting van 1893, in het gebouw AM1C1TIA, aan het Plantsoen, tusschen deUtrcchtsche en Arn- hemschepoorten alhier gelegen, zal geschie den, op DONDERDACI, 3 November 1892, aante- vaugen des namiddags te TWEE UREN, voor de ingeschrevenen wier geslachtsnaam begint met de letter A. tot en met C, en op Vrijdag den 4. No vember 1892, des voormiddags te tien uren, voor de ingeschrevenen wier gesluchtsnaam begint met de letter D tot en met Z. En voorts dat op Donderdag, den 22. en Zater dag den Noveinbor aanstaande, telkens van 't voormiddags 10 tot 2 uur des namiddags, door of vanwege de lotelingen (gesteund door twee getuigen) bij den Burgemeester ten raadhuize aanvraag kan geschieden voor dc getuigschriften, vermeld in de 2. en 3. zinsneden van art. 23 der wet, ter bekoming van vrijstelling wegens broe- derdienst, of op grond van te zijn eenige wettige zoon (zonder een of meer halve breders te heb ben); luidende voormeld art. 53 zijn geheel als volgt: „Om vrijstelling wegens eigen militairen dienst „of dien van broeders te verkrjjgen, moet men „overleggen een paspoort of ander bewijs van „ontslag, een uittreksel uit het stamboek, of een „bewijs van werkelijken dienst." „Ter bekoming van vrijstelling wegens broe- „derdienst moet men bovendien overleggen een „getuigschrift van den Burgemeester, waaruit hot „getal zonen tot hot gezin behoorende blijkt." „Vrijstelling als cenige wettige zoon wordt ver- „leend op overlegging van een getuigschrift van „den Burgemeester, waaruit blijkt dat men eenige „wettige zoon is." „En art. 21 van aangehaald koninklijk besluit „Het bewijsstuk, vermeld in de eerste zinsnede „van art. 53 der wet, wordt ten minste tien du- „gen vóór den dag (den tweeden Maandag in „December), waarop de eerste zitting van den „Militieraad wordt geopend, ingeleverd bij den „Burgemeester der gemeente, in welke de lotcling, „die vrijstelling verlangt wegens eigen militairen Feuilleton. Naar het Duitscli 4) door S.... Vol bevredigden trots keek Carmela, zichten volle bewust van haar triomf, om zich heen. Haar oog bleef rusten op den jongen markies, die zooeven met Sehönwald aangekomen was. Hij leunde tegen de geopende deur, van waar hij eene uitstekende gelegenheid bad om het bekoorlijke meisje opmerkzaam gade te slaan. Zjj ving zijn bewonderenden blik op en bloosde. Zij wilde half verlogen heen snellen, doch de jonge man trad haar in den weg. „Ik dank u, bekoorlijk kind, voor het genot, dat ge mij, geschonken hebtMille grazie, bel! angelo." Hjj boog zich tot haar en vatte cene haror kleine handen. „Wilt ge een oogcnblikje met mij praten lief kind? Doch, het is daarvoor hier tc druk en te warm. Kom met mij mede naar het strand, mijn kind daar kunnen wij ongestoord babbelen." „Dat durf ik niet doen. Vincenzo zal dat nim mer toestaan." „Wie is Vincenzo? „Wel, mijn bruigom." „Duivels je bent veel te mooi voor hem. Hoe heet je „dienst of dien van eenen broeder of broeders, „voor do militie is ingeschreven." Amersfoortden 8. October 1892. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, F. D. 3CHIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. De Vrijwillige Brandweer. 1882 12 October 1892. Reeds spoedig na de vaststelling van Hoofdstuk VIII van het Algemeen Regle ment voor de Gemeente Amersfoort, in 1856 door den Gemeenteraad gearresteerd en wuarby de organisatie en de dienst der brandweer geregeld werden, bleek het, dat, hoe groot ook de toewijding der spuit gasten was, de bluschmiddelen uiet vol doende waren om een brand tot éen perceel te beperken. Allerlei pogingen werden in het werk gesteld om beter materieel te verkrijgen en geschikte en geoefende manschappen aan te werven voor de bediening van het materieel, doch veel verbetering vermocht men niet aan te brengen. Eerst in 1882 deed de heer B. A. van Ruijven, een zeer actief en ervaren brand meester in een vergadering van het Brandcollege mededeeling van een plan volgens hetwelk de Gemeente zonder groote onkosten in het bezit zou kunnen komen van een goed geoefend en doel matig uitgerust brandweerkorps. Bij kennisgeving in de Amersfoortsche Courant van 9 October 1882 werden belangstellenden te Amersfoort opgeroepen tot het houden een er bijeenkomst in de Sociëteit Concordia op 12 October d.a.v. des avonds te 84 uren ter bespreking van de plannen van den heer Opper- brandmeester Van Ruijven. Een dertigtal jongelieden gaf gehoor aan die oproeping en nog op dienzelfdeu Zondagavond werd besloten tot het oprichten eener „Amers foortsche Vrijwillige Brandweer." Tot leden van bet voorloopig bestuur werden gekozen de heeren J. J. de Koningh, VoorzitterW. van Leer, Secre taris II. E. van Sweden, Penningmeester; A. Jansen en S. Deenik. Aan den heer „Carmela, genadigde heer." „Een mooie naam. Zou je van mij kunnen houden, Carmela?" „Och, waartoe, mijnheer, ik ben immers veel te gering voor u." Dat kort gesprek werd op ruwe wijze afge broken. Vincenzo had hen beiden ijverzuchtig en toornig gadegeslagen, terwijl de teedere blik ken van den vreemdeling zijne woede opwekten. Zonder op de omstanders te letten, liep hij haastig naar Carmela. „Wat heb je met oen anderen man te babbe len?" riep hij heftig uit. „Kom, ga met mij mede naar den tuin," voegde hij, haar ruw bij den arm vattende, barsch toe. Alfonso stootte hem terug. „Ben je krank zinnig, knaap, om op deze wijze tegen een meisje uit te varen? Gauws weegs en laat haar met vrede." Deze onverstandige inmenging deed den visscher in woede uitbarsten Zinloos van ijverzucht, buiten staat zich te bedwingen, trok hij zijn mes uit den gordel. ,,Ik zal je leoren om met mijn bruid te minne- koozen." En hij wilde zich op den marchesc werpen, doch Schönfeld hield den opgeheven arm tegen en wist hem met eonc vlugge beweging het mos te ontnomen. Muziek on duns hielden plotseling op dc aanwezigen schaarden zich nieuwsgierig om hot drietal. Eindelijk gehikte hot den ouden Pasquale en den dokter om den twistenden iuan tot kalmte te brengen, waarna Hehönwald zijn vriend naar het nabijgelegen boseh voordo. Van Ruijven, die als Opperbrandmeester moeilijk lid kon worden van het korps, werd bet eerelidmaatschap aangeboden. Den 12en December 1882 werd een tweede vergadering gehouden, in het Café De Arend, waarbij de Statuten werden vastgesteld en, uit vrijwillige bijdragen, f79 werd bijeengebracht. Tevens werden tot commandeurs benoemd de heeren H. Dumouliu en J. Mulder. Reeds den volgenden dag besloot de Gemeenteraad om twee nieuwe spuiten aan te schaffen en deze ten gebruike af te staan aan de Vereeniging, welke 1 Februari 1883 het thans nog in gebruik zijnde onderscheidingsteeken aannam en, bij Koninklijk Besluit vau 16 December 1883, rechtspersoonlijkheid verkreeg. De Gemeenteraad gaf' andermaal een bljjk van instemming met het streven der Vereeniging door, bij besluit van 21 April 1884, een jaarlijksch subsidie van f 100 te verleenen. Toen in 1887 het korps werd uitge- noodigd om deel te nemen aan den op tocht gehouden ter gelegenheid van den 70en jaardag van wjjlen Z. M. Willem IIIwerd besloten tot aanschaffing van een vaandel. Het blusschingswerk werd veel verge makkelijkt door den maatregel welke het Gemeentebestuur trof bij de aansluiting van Amersfoort aan de Utrechtscbe Waterleiding, namelijk om in geval van brand kosteloos van brandkranen gebruik te kunnen maken. Den lOen Juni des vorigen jaars werden die brandkranen met eenige plechtigheid voor de eerste maal hier ter stede beproefd. De groote activiteit van de leden der Vrijwillige Brandweer in tien jaren gebeurde het slechts tweemaal dat zij niet het eerste aanwezig waren was een prikkel voor de bediening der overige spuiten om eveuzeer vlug ter plaatse te verschijnen. Dit was echter niet im mer mogelijk, vooral door de bepalingen van Hoofdstuk VIII vau het Algemeen Reglement voor de Gemeente Amersfoort. Toen deze bijna onhoudbare toestand bleek werd dau ook in 1886 dit Hoofd stuk herzien en werden later wijzigingen aangebracht ten gevolge waarvan de Stedelijke- en de Vrij willige Brandweer meer kunnen samenwerken. Sedert haar oprichting waren 210 per sonen gedurende korter of langer tjjd lid van de Vrijwillige Brandweer; het grootste ledental (85) telde het korps in 1887. Thans telt het korps 70 leden. Alle mutatiën te vermelden zou ons te ver leiden en wjj stellen ons daarom te vreden met de vermelding van het benoe men der drie Eereleden, de heeren J. J. de Koningh (24 Augustus 1885, bjj zün beuoeming tot lid van den Gemeenteraad), W. van Leer (12 November 1883, bij zijn vertrek naar Amsterdam) en I. van Vooren (22 September 1887, toen deze zich inde Transvaal ging vestigen). In hen verloor de Vereeniging een verdienstelijk Voor zitter, een ijverig Secretaris en een aan genaam lid. Steeds werd haar medewerking op prijs gesteld en verschillende brand waarborgmaatschappijen schonken liaar meermalen aanzienlijke premiën, waar door het korps in staat werd gesteld doelmatig en flink onderhouden materieel aan te schaffen en te onderhouden. Het Gemeente-subsidie en het goede beheer der Penningmeesters brachten niet weinig daartoe bjj. In een vorig nummer deelden wij iets mede over het bezoek door de feest vierenden aan de hoofdkazerne der Am- sterdamsche brandweer gebracht. Het eigenlijke feest werd gevierd door een rijtoer, op 26 Juli 1892, over Doorn, Driebergen, Zeist en Baarn. Moge het der Vrijwillige Brandweer vergund zjjn in eendracht saam te blijven, trouw op haar post, weer noch wind duchtend, gevaar trotseereud. Amers foort mag trotsch wezen op zijn kranig korp3 en brengt het, bij zjju tienjarig bestaan, een welgemeend woord van dank en hulde. „Nu, nu, het heeft moeite gekost om jc voor een groote dwaasheid te bewaren. Hoe kon jc zoo onverstandig zijn om met dat meisje gekheid te ni..ken, daar jij, zelf Italiaan van geboorte, weet, hoe spoedig do zonen van hot Zuiden ijver zuchtig en opgewonden zjjn?" De marchese haalde onverschillig de schou ders op. „Och wat," lachto hij verachtelijk, „wat kan mij die knaap scholen Wees maar niet bezorgd voor mij ik ben volkomen in staat om voor tnjjzolf op te treden." „Alsof er hier in dit land van verdediging sprake kan zijn, Alfonso. Een heimelijke dolk stoot en alles is voorbij I" „Dat doet er niets toe, dokter, 't Is toch een buitengewoon mooi meisje." „Je bent onverboterljjk Wat heb jij eigenlijk mot haar uit te staan als ik jou was, zou ik mij maar niet meer om haar bekommeren." „Houd toch op met uw boetpredicatiëu. On gelijk heb je echter niet geheel en al. Wees maar gerust ik zal mij niet meer met haar bemoeien." En een vroolijk deuntje fluitend vcrvolgdo hij met zijn begeleider het kronkelend pad door het struikgewas. Intussehen zat Carmela bitter wcenond onder geurende Oleandorstruikon in den kleinen tuin daarbuiten. Z(j was boos op Vincenzo, op zich» zelve, ju ook op don vreemdeling. Waaromhad zij ook Vinoenzo's ijverzucht opgewekt doch waarin bestond eigenljjk haar misdrijf? Had zij den knappen Italiaan niet ronduit gezegd, dut zjj te arm was om hom lief te mogen heb ben Mocht zjj dan niet eens meer met een anderen man praten nu zij verloofd was Trota, gekwetste ijdelheid en zelfvertrouwen verkregen ao overheid in hiuir. Zjj wiflchte hare tranon af en staarde verstoord naar oen grond Vin cenzo had huur diep beleedlgd- Morgenochtend vroeg, bjj zonsopgang, verliet hjj reeds het eiland om naar vreemde werelddeelcn te zeilen. Het was zoo heel best hjj mocht, wat haar betrof, zoo ver gaan, als hjj wilde zij zou geen voet verzetten om hem vaarwel to zeggeu. Plotseling hoorde zjj voetstappen achter zich en hjj, over wien zij juist dacnt, sloeg weinige seconden later de armen om hare gestalte en smeekte haar om vergiffenis. „O, Carmela, mijn liefde voor jou doet mjj alles, alles vergeten, Ik weot niet, wat ik ge daan heb. Ik zag, dat die vreemdeling je ver liefd aankeek, ik meende in zjjn bewegingen te zien, dat hjj jc kussen wilde ik geraakte buiten mjj zelVcn van woede. ik gevoelde den lust in mjj opkomen om hein te dooden. T.k geloof, dat ik waanzinnig was. O, Carmela, liefste wees niet langor boos op mjj vergeef me." Hjj knioklo novens haar en legde het hoofd in haar schoot. „En morgen moet ik vertrekken en jou hier alleen achterlaten, terwijl die vreemdeling hier bljjftl O, die verwemchte reis. Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1892 | | pagina 1