Maandag 26
Febr. 1894.
No. 4331.
38e Jaargang.
Binnenland.
IN EEN VALSTRIK.
Uitgave
A. H. VAN CLEEPF
te Amersfoort.
Dit blad v ei-schijnt Maandag- en Donder dagnamiddag. Abonnement per 3 maanden 1.
Franco per post fi.ib. Advertentiën16 regels (30 Cents.; elke regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte, Legale-officieële- en onteigeningsadvert. per regel
'15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers 10 Cents.
Bij advertentiën buiten dc stad worden de incasseeringskosten in rekening gebracht.
Bureau MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 60
Telephoonnummer 19.
Heelt eerst de Neerbosch -zaak heel wat
gemoederen in beweging gebracht, thans is
bijna de heele Nederiandsche pers in rep en
roer over het Neerbosch-rapport.
Toen we reeds Donderdag ochtend tegelijk
met het rapport, ons door de uitgevers de
heeren M. Wijt en Zonen te Rotterdam
toegezonden, in het ochtendblad van l)e
Telegraaf een zeer goed uittreksel er van
ontvingen, schreven we in ons nummer, dat
dien zelfden middag verscheen, dat De
Telegraaf »met lollelijken spoed het rapport
reeds in zijn ochtendblad gegeven had.'
Eerst des avonds lazen wij wat door de
groote bladen daaromtrent in liet midden
werd gebracht, terwijl De Telegraaf gister
ochtend de geheele zaak uiteenzette.
Wij achtten ons verplicht dit onzen lezers
mede te deelen, zonder in nadere beschou
wing te treden.
Over het rapport zelf spreken we niet.
Hel is thans zoo verspreid, dat ieder die er
belang in stelt, liet wel zal gelezen hebben.
Onze ruined e laat niet toe het in extenso
op te nemen en een fragment er van zou
slechts schaden aan den totaal-indruk
men moet de rapporten der verschillende
commission lezen om de eind-conclusie te
kunnen maken.
Trouwens, liet laatste woord in deze quaestie
is, naar het ons voorkomt, nog niet gesproken.
Aan liet Departement van Rinuenlandsche
Zaken is een vergadering gehouden van in
specteurs engeneesheereii van krankzinnigen
gestichten over de vraag, hoe het best te
voorzien in de behoefte aan gelegenheid, tot.
verplegingder krankzinnigen, «lie door gebrek
aan plaats niet in de gestichten kunnen
worden opgenomen.
De Minister van Oorlog, brengt ter kennis
van belanghebbenden: lo. IJier te lande zal
in den maanden Juli en Augustus e. k. een
examen worden gehouden voor toelating van
jon gebeden als cadet bij «le Cadettenschool
te Alkmaar. 2o. Voor dit examen worden
opengesteld: a. 25 plaatsen voor jongelieden
met bestemming om te worden opgeleid voor
den dienst hier te landeb. 25 plaatsen voor
jongelieden met bestemming om te worden
opgeleid voor den dienst in Ned.-lndie. 3o.
Ouders of voogden, wier zonen of pupillen
Feuilleton
Naar het EngeUch.
Terwijl hij deze woorden zeide, brulde bij het
plotseling uit, zette zijn nagels in de dekens en
kronkelde zich als in doodsstrijd.
„Ik beloof u, dat ik zal doen zooals gij dit
wonsckt," zcide ik, met medelijden in mijn stem.
Ik maakte de deur open en stond voor miss
Withby.
„Papa is beter! Hij heeft zijn bewustzijn weer
teruggekregen!" riep zij uit.
„Hij wenscht alleen te zijn," antwoordde ik.
„De duisternis zal hem goed doen. Wij zullen
den kandelaar nemen en naar beneden gaan."
Dit zeggende, nam ik het licht van de tafel
en wij liepen samen de trap af naar de zitkamer.
„Komt uw knecht haast om de boodschap te
doen?" vroeg ik.
„Ja, hij zal direct komen."
„Wees dan zoo goed, mij papier en inkt te
geven, dan zal ik een recept schrijven."
Zij gaf mij papier, een pen, inkt en een vloei
boek.
„Schrijf." zcide zij, „als ge uw recept hebt
geschreven en «le knecht is dc medicijn gaan
halen, dan moet gij mij de waarheid zeggen."
Ik gaf op dit alles geen antwoord. Ik schreef
een recept en overhandigde' «lat aan miss Withby,
Zij hield het een oogenblik in haar hand en
aan het examen wenschen deel te nemen,
behooren de kennisgeving daarvan (ingericht
op de wijze als bij model is aangeven) in
dier voege in te zenden, dat, zij vóór 1 Juni
a. s. aan het Departement van Oorlog ont
vangen wordt.
Nadere bijzonderheden in de Staats Ct.
no. 45.
Het schriftelijk ge«leelte van het toelatings
examen zal op 12 en 13 J uli a. s. te 's-Graven-
liage, Breda en Arnhem worden afgenomen,
terwijl het mondeling gedeelte op 17 juli «1. a. v.
te Alkmaar zal aanvangen, waartoe alsdan de
adspiranten ploegsgewijze zullen worden op
geroepen.
Voor het in de maanden Juli en Augustus
e. k. bier te lande te houden examen voor
toelating tot. den Hooiilcursus, ter opleiding
van onderofficieren voor «len rang van tweede
luitenant der infanterie en van tweede luite
nant-kwartiermeester, respectievelijk voor
den dienst, hier te lande en voor dien in
Nederlandsch-1 ndië wordt bet volgen«le aantal
plaatsen opengesteld: 1 voor het leger hier
te lande: infanterie 15; administratie 7: II
voor liet leger in Nederlandsch-lndië: infan
terie 10; administratie 2.
De militaire wacht bij het gebouw van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, wanneer
deze vergadert, is uitgebreid tot 10 man,
onder bevel van een sergeant.
Tegenwoonlig staat ook een wachtpost
voor den vleugel, waar de toegang is tot de
Minister-zaal.
üe Standaard schrijft omtrent de Kieswet:
Geduld beeft ons volk op schoone wijze
geoefend.
Het heeft gewacht, gebeid van maand op
maand, en er tegen gemord noch geroepen,
dat de hoofdtaak, waarmee dit Kabinet optrad,
eerst een geheel jaar verschoven werd, en
sinds nog anderhalf jaar tobde, om in staat
van wijzen te komen.
Thans echter, nu dan eindelijk de beslis
sing le komen staat, verwacht het met kal-
men ernst, dat die beslissing geen triomf
ran bet conservatisme, maar de ontsluiting
'an een beter, een gelukkiger tijdperk in
onze nationale historie zal zijn.
De stroom afdammen, en nog weer een
tijdlang tegenhouden, kan men; maar hem
in zijn vaart stuiten niet.
Viel alzoo de-beslissing tegen de verwach
ting «les volks uit, zoo zou er een nieuwe
verliet daarop de kamer.
„Het duurt lang, eer de knecht beneden komt,"
zeide zij. „Wat zijn dienstboden toch langzaam
en weinig gewillig, en toch ziin wij zoo goed
voor de onzen. Wij behandelen hen met buiten
gewone toegevendheid."
„Dat «loet ge zeker," zeide ik. „Er zijn maar
weinig families, waar het personeel naar bed
mag gaan, als mijnheer en de vrouw des huizes
uit zijn. En er zijn ook maar weinig families
waar de boden naar bed gaan, wanneer do heer
des huizes gevaarlijk ziek is."
„O! niet gevaarlijk, zeg dat niet," zeide zij.
„Het woord „gevaarlijk" is hier misschien
niet op zijn plaats," antwoordde ik; „maar in
elk geval is het van gewicht, dat uw vader de
medicijn zoo spoedig mogelijk heeft. Ik moest
zelf maar even naar den apotheker loopen."
„Neen. daar komt de knecht al," zeide zij.
Op de trap hoorde ik zware voetstappen en
door de half geopende deur zag ik den omtrek
vaneen mansgelaat. Leonora gaf hem het recept
en zeide hem haast te maken, waarop hij naar
beneden ging.
„Ziezoo, dat komt in orde," zeide zij, in de
kamer terngkeerende. „In afwachting dat hij
terugkomt, zult u nu toch zeker wel wat willen
eten."
„Neen, dank u," antwoordde ik.
Het eten. dat op tafel stond, zag er zeer
smakelijk uit. Er was een stapel sandwiches,
kreeftensalade en andere lekkernijenmaar er
was iets in de lucht, in de omgeving, in de ver
latenheid van liet donkere huis want dit was
de ccnige goed verlichte kamer iets in de
houding van liet jonge meisje, dat voor mij stond
met onzekerheid in de oogen en angst om de
periode van parlementaire machteloosheid
voor de deur staan, die opnieuw tot uitstel
van de zoo noodige hervormingen zou leiden,
hierdoor de ontevredenheid zou doen toe
nemen, en de verbittering tusschen de par
tijen, en in den boezem van elke partij, tot
een uiterst bedenkelijke hoogte zou kunnen
opvoeren.
Niets minder dan het belang van Volk
en Vaderland dringt daarom ook ons, die
verwachting des volks tot de onze te
maken, en den wensch te uiten, dat Regco-
ring en Kamer «le electoralè kwestie thans
tot zulk een oplossing mogen brengen, dat
ze voor goe«l van de baan gerake, en alle
politieke veerkracht zich od «Te zoo noodige
hervormingen van oi.s staatsbestuur kunne
saam trekken.
De Regeering heeft thans de hand ter
verzoening toegestoken; en het Parlement
zou een ernstige verantwoordelijkheid op
zich la en, zoo het 'die afwees: te meer;
vvaat de Regeering met deze aanvankelijke
wijziging haar laatste woord nog niet ge
sproken heeft.
Mr. J. G. Kist, sedert 1885 president van
den Hoogen Raad, herdacht Zaterdag den
dag, waarop hij 25 jaar geleden tot lid van
dat college benoemd werd.
Voor den rechter van instructie te Gronin
gen zijn gedagvaard A. Rot, Sam. W. Colt-
bof en C. Coriiel'.ssen, om gehoord te wor
den in zake het houden van een jaarlijksch
congres vandenSociaal-democratischen Beul,
die, volgens de acte van beschuldiging, is
«strijdig met de openbare orde en alzoo
verboden, omdat zij ten doel heeft ongehoor
zaamheid aan, of overtreding van de wet
of een wettelijke verordening; en eene
vereeniging die tot oogmerk heeft bet ple
gen van misdrijven."
In den laatsten tijd zijn in verschillende
plaatsen in den lande weder een aantal
valsche muntbiljetten van f 10 aangehouden.
Met eenige oplettendheid is het niet moeilijk
de valsche van de echte te onderscheiden.
Die welke tot nog toe ontdekt zijn. dragen
alle het cijfer 11 C 85'.>0 of 11 F 3780. De
bruinachtige kleur van den gebloemden rand
is bij de valsche eenigszins safraanachtig
getint. De letters van het woord „Muntbillet
in het watermerk zijn aanmerkelijk grooter
dan die van de echte.
W. F. A. GROENHUIZEN,
Havik, hoek LavendeUtraat.
HORLOGE- en INSTRUMENTMAKER
De valsche-bankbiljetten-vrees is nog voort
durend zeer groot. Dit blijkt wel uit het
feit, «lat bij sommige verkoopingen te Am
sterdam door de makelaars in de veilings
conditiën wordt verklaanl, dat bij de betaling
geen bankbiljetten van 1100, f200 en f300
worden aangenomen.
Verleden week heeft prof. Oort in «Irene"
te Rotterdam de eerste lezing gehouden van
zijn vier voordrachten over «du vijf boeken
van Mozes", waardoor een begin is gemaakt
met University extension in Nederland.
De «gewichtige" mededeeling in de zaak-
De Jong die de justitie hier uit Engeland
heeft ontvangen, blijkt te zijn een brief van
een vrouw, die in dat schrijven beweert,
dat de Jong ook met haar getrouwd is ge
weest. Overigens bevat de brief niets wat
eenig licht over de zaak kan verspreiden.
De justitie hecht aan het schrijven weinig
waaide.
Over het algemeen, zegt het Rott. Nieuws
blad. is men slordig in ons land met het
maken van stukken van waarde. Men klaagt
hier, «lat wij zulke leelijke postzegels hebben
en in ludië klaagt men, dat de jeugdige
Koningin met ongedekt hoofd is afgebeeld,
hoewel daar nimmer een meerdere zich
tegenover een mi ml ere zal vertoonen dan
met een teeken zijner waardigheid op het
hoofd; waarom de Koningin geen kroon op
het hoofd geplaatst Wil men niet onder
doen voor Engeland, dan kan men desnoods
een keizerskroon nemen, want onze jeugdige
vorstin te bevorderen tot Keizerin van
Neèrlandsch Indië kost slechts éen wet.
Naar aanleiding van een schrijven van
den president der Commissie tot onderzoek
der oorzaken van blindheid en «loofstomheid
in Nederland, betreffende het aan een nader
geneeskundig onderzoek omlerwerpen van
de bij de volkstelling in 1880 als blind of
doofstom opgegeven personen, is de hulp
van de gemeentebesturen ingeroepen, opdat
minvermogende lijders zich kosteloos naar
Arnhem of naar Nijmegen kunnen begeven
waar «lo heeren dr. C. Maats, C. Nieolai en
«Ir. J. Hoeke zich berei'l hebben verklaard
de personen te onderzoeken, teneinde niet
alleen de verschillende oorzaken van de
kwalen dezer personen op te sporen, maar
ook de middelen aan te geven om «lie voor
het vervolg zooveel mogelijk te voorkomen.
lippen, hetwelk mij allen eetlust benam.
Als het waar was, wat «le man had gezegd,
die daar boven lag, dan moest zijn pijn wel
vreeselijk zijn. Leonora vroeg mij nogmaals of
ik niet iets wilde gebruiken en wederom
weigerde ik.
„Zoudt n een van de llesscheu champagne
voor mij willen open maken?" vroeg zij plotse
ling „ik ben zoo moeik moet ee.i glas
drinken."
Natuurlijk voldeed ik aan haar verlangen. Zij
dronk zoowat een half glas van den bruisenden
wijn en wendde zich daarna tot inij met een
eenigszins verhoogden blos.
„U is een goed nienseh," zeide zij. „Het
spijt mij, dat wij u zoo'n overlast hebben aan-
„Dat is niets," antwoordde ik, „als bet ten
bate van uw papa kan strekken. Ik zou hier
morgen wel willen terugkomen on liem eens goed
onderzoeken."
„En zult u mij dan dc waarheid zeggen, die
gc mij nu verbergt?"
„Als lüj daartoe zijn toestemming geeft."
„O, ik wist wel, «lat er iets was, dat hij voor
mij verborgen hield!" riep zij uit. .,1 lij tracht
mij te misleiden. Wilt u niet gaan zitten? U
moet >vel moe worden van het staan."
Ik ging op den eersten den besten Stool zitten
en keek de kamer eens rond.
„Dit is een zonderling, ouderwetseb huis,"
zeide ik. „Woont, u hier al lang?"
„Sedert mijn geboorte," antwoordde zij. „Ik
ben nu zeventien. Ik heb hier zeventien jaar
gewoond. Dokter Halifax?"
„Ja, wat blieft u?"
„Zoudt u het mij kwalijk nemen, als ik u even
alleen liet? Ik ben zoo zenuwachtig en ongerust,
dat ik gaarne naar papa zou willen gaan, tot
de knecht terug is."
„Wel zeker, gaat u gerust," zeide ik; „en als
hij erger wordt, roep mij dan maar, dan kom
ik onmiddellijk bij u; hij mag niet lang alleen
gelaten worden. Ik verlang er naar, hem zoo
spoedig mogelijk verlichting aan te brengen.
Een injectie met trinitrine zal dit onmiddellijk
doen. Ik hoop, dat uw knecht spoedig van den
apotheker terug is." -
„Hij zal zoometeen wel terug komen. Onze
apotheker woont gelukkig dichtbij. Dan ga ik
nu maar naar boven."
„Heel goed." antwoordde ik; „alsumenoodig
heeft, roept u me wel."
Zij glimlachte, wierp mij een langen blik toe,
met een uitdrukking op haar gelaat, die ik niet
kon begrijpen, en deed daarop de deur zachtjes
achter zich toe. Het was een gewatteerde deur,
«lie geen geluid maakte, toen zij gesloten werd.
Ik ging in een luien stoel zitten en sloot mijn
oogen, want ik begon mij vermoeid te gevoelen
on liet was al over twaalven. Ik hoopte maar,
«lat de knecht spoedig met dc medicijn zou
terugkomen. Mijn belangstelling was opgewekt
voor mijn zonderlingen patiënt en ik verlangde
hom spocilig mogelijk van zijn pijnen te
verlossen, Als op een schilderij zag ik dc ver
lichting. 'lie over Leonora's gelaat zou zweven,
wanneer zij haar vader in een natuurlijke slui
mering zag verzinken.
(Wordt vervolgd