Maandag 4 Juni 1894. No. 4359. 38e Jaargang. Binnenland. GEEN FICTIE. FIRMA A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 3 maandenƒ1,Franco per post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct, voor binnenland 60 ct. per 8 maanden. Advertentiën 16 regels 60 ct.elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvert. por regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, In het Zondagsblad, per regel 5 cent Bij advertentiën van buiten do stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 60 Telephoounumnier 19. Op last van H. M. de Koningin-Weduwe, Regentes, brengt de referendaris, tijdelijk bekist met het beheer van het Kabinet der Koningin, ter algemeene kennis, dat gedu rende H. M.'s verblijf in het buitenland, alle aan het adres van H. M. gerichte brieven moeten worden bezorgd aan het Kabinet der Koningin, alwaar voor een geregelde opzen ding dier stukken aan H. M. zal worden zorg geil ragen. H. K. II. de groothertogin van Saksen Weimar onze prinses Sophie verliet hedenmiddag te 4.4o de Residentie weder en keerde naar Weimar terug. Voor de Tweede Kamer moeten, gelijk men weet, nog drie aanvullings- verkiezingen plaats hebben: te Alkmaar en te Utrecht, wegens het bedanken der heeren Van der Kaay en Roëll, na hun optreden als Minister, en te Eist, wegens de vernietiging der verkiezing. Morgen zijn Alkmaar en Utrecht aan de beurt; 42 Juni Eist. De candidaten zijn Te Alkmaar rnr. H. J. Smidt, oud-Minister van Justitie, (lib. v. K.) gesteld door geavan ceerd-liberalen en anti-revolutionnairen; mr. A. P. de Lange (lib. t. K.) gesteld door con- servatief-Uberalen en katholieken; Te Utrecht A. L. W. SeylTardt, oud-Minister van Oorlog, (lib. v. K.) gesteld door geavan ceerd-liberalen jbr. mr. A. P. C. van Karne- beek (lib. t. K.) gesteld door conservatief- hberalen; I. H. de Waal Malefijt (antir. v. K.) gesteld door anti-revolutionnairen. Tc Eist de lieer C. M. E. van Löben Seis, oud-lid der Kamer voor het district Ede, terwijl, indien deze mocht bedanken, de can- didatuur zal worden aangeboden aan den heer Van der Velde, oud-lid der Kamer voor Loosduinen, en daarna aan baron Van der Borch van Verwolde, oud-lid der Kamer voor Schiedam. De Kamer is op het oogenblik samenge steld uit 30 democratische liberalen, 23 ultramontanen, 19 conservatieve liberalen, 7 democratische anti-revolutionnairen, 2 conservatieven, '1 democratischen Katholiek. De drie nog te houden verkiezingen zullen in deze samenstelling wel niet veel verande ring brengen. Feuilleton. Naar het Enylsch van MARIAN KENT. II. Een goede, vlakke weg, nog geen drie mijlen lang, en ruim anderhalf uur den tijd om er over te doen. En wat deed de duisternis er toe? Ik kon niet afdwalen want ik had niets anders te doen dan rechtuit te loopen. Ik gunde mij geen verderen tijd om na te denken. Ik sloop het perron af, sprong op de lijn en holde naar den tunnel. Toen ik het sombere gewelf binnentrad, wenschte ik vurig, dat ik een lantaarn bij mij had, maar er was geen quaestie van om iets van dien aard aan het station te kunnen krijgen, en ik vreesde elk oogenblik, dat mijn plan zou ontdekt worden in welk geval ik zeker wist, dat het verijdeld' zou worden, en om deze reden was ik blij, dat ik het daglicht achter mij had en niet gezien kon worden. Tien volle minuten liep ik met snellen pas voort, trachtend niet te denken, maar ik gevoelde toch, dat de moed mij begaf. Ik hield stil om adem te scheppen. Hè, wat een muffe lucht. Ik hield mijzelf voor, dat dit nog erger was dan de ondoordringbare duisternis en dat was al erg genoeg. Ik herinnerde m\j, hoe ik dikwijls door tunnels was gereden dezen zoowel als Uit de laatste W.-I. mail Surinaamsche Cl.) «Zaterdag-namiddag veroorzaakte het al hier per particulier telegram ontvangen be richt, dat het Ministerie gevallen is, onder een groot deel der bevolking een niet ge ringe onsteltenis. Een groote angst vervulde veler gemoederen, en met bezorgheid wordt in de toekomst gestaard. Algemeen wordt dan ook gehoopt, dat spoedig mug blijken, dat dit bericht onjuist is, en dat Nederland en zijn Koloniën bespaard zijn gebleven voor zulk een ontzettend iets." Uit de laatste O.-I. mail (Bat. H.hlad.) »De uitspraak des volks heeft het over moedig Ministerie, dat Kamerontbinding uit lokte, gedwongen tot aftreding en erkenning der waarheid, dat de leus «Oranje boven" zelfs in onzen verdwaasden tijd nog de sterk ste is. Goddank. «Het is duidelijk, dat, daar mr. Tak's Kies- rechtontwerp- gesteund werd door al zijn ambtgenooten, met uitzondering van den sedert afgetreden Minister van Buitenland- sche Zaken, mr. Van Tienhoven, de uitslag der verkiezingen het geheele Ministerie betreft. «Vooral het aftreden van den Minister van Koloniën, baron Van Dedem, doet ons ge noegen. Hoe deze bewindsman, die Indië uit eigen aanschouwing kent, er toe heelt willen medewerken om de belangen eener Kolonie heen en weer te schudden in de zeef van een Parlement waar het radicale element den boventoon zou voeren, is te eenen male onbegrijpelijk." Al weer een bewijs, dat men elke zaak van twee kanten kan bezien. Den len Januari 1894 was de termijn ver schenen welke in '1890 gesteld werd voor de bijzondere scholen met Rijkssubsidie, welke nog niet in het bezit waren van de ver- eisebte onderwijskrachten. Wegens het ge brek aan beschikbaar personeel heeft de Regeering in bet laatst van het vorige jaar van dit voorschrift nog gedurende éen jaar uitstel verleend. Op 1 Januari 1895 eischt het besluit van 1890 echter nog meer onderwijzers. Minister Tak van Poortvliet gaf in de Tweede Kamer zijn vertru. *ven te kennen, dat de akte examens van 1894 en '1895 in de behoefte zouden voorzien. De heer Schaepman, die reeds dit onder werp bij de laatste Staatsbegrooting ter sprake bracht, wijst er nu weder op in Het Centrum. Men kan, zegt hij, op dit oogen blik niet bepalen of de berekeningen des Ministère zijn uitgekomen. Hij waarschuwt andere in een gemakkehj ken, goed verlichten waggon, en hoe ik dan de raampjes gesloten had om de bedorven, vergiftigd lucht buiten te houden en dit was de atmosfeer, waarin ik nu een uur zou moeten ademhalen. Ik huiverde bij dit denk beeld. Maar het duurde niet lar.g of ik moest bekennen, dat het de duisternis al evenzeer als de verstikkende lucht was, die mij aantastte. Ik was vroeger nooit erg op donker gesteld geweest en nu kwam het mij voor, alsof de vreemde, woeste spookbeelden uit mijn kindsheid zich op mij wierpen, en ik gevoelde, dat ik, zij het ook slechts voor éen oogenblik, eenig licht moest hebben; ik nam dus een doosje wasjes uit mijn zak en stak er een aan. Terwijl ik den lucifer voorzichtig met mijn hand beschermde, keek ik om mij heen. Hoe vreeselijk zag alles er uitl Zoo mogelijk, was het nog erger in de werkelijkheid dan in mijn verbeelding. De omtrek van den vochtigen muur was even zichtbaar bil het zwakke, flikkerende licht. Op het metselwerk dicht bij mq, kon ik een grof soort zwam zien, dat daar groeide en overal waren er zilverachtige slijmerige sporen van slakken; in mijn ver beelding zag ik honderden dieren rondkruipen. Toen de lucifer uit was, deed een geraas tusschen de steenen bij den muur mij haastig een anderen aanstrijken, juist bijtijds om een grooten rat in zijn hol te zien vluchten. Een mijnwerker, een putgraver, kortom, ieder een, wiens beroep hem onder den grond doet wezen, zou gelachen hebben om dezen kinder- aebtigen angst, maar de toestand was voor mq geheel nieuw en ik moet buitendien bekennen, dat ik van nature erg zenuwachtig ben. Toch maakte ik mijzelf een verwijt van mijn lafhartig heid en begon ik weer door te loopen, trachtend echter tegen «rustige afwachting" en dringt er op aan, dat de schoolbesturen den toestand goed onderzoeken. Zoowel de eer van het bijzonder onderwijs als het subsidie is er mede gemoeid. Voor de groote scholen is dat subsidie een levensvraag. In Tilburg staat voor de Katholieke scholen een som van 1''10000 op het spel; te Utrecht f1800, te Zwolle f 1700, te Maastricht f4500, te Roermond f4400. De billijkheid zou wel medebrengen, dat men in geval van overmacht de vrijstelling verlengde, óok omdat er openbare scholen zijn, die geen voldoend personeel bezitten, maar men mag er niet op rekenen, dat er weder een overgangsbepaling komt, zegt de geleerde schrijver. Deze waarschuwing is zeer nuttig. Billijk- heidsgronden kunnen er toe leiden, dat fte Regeering nogmaals uitstel toestaat, doch dat moet geen regel worden. Het subsidie wordt verleend voor goed onderwijs en daartoe is wel in de eerste plaats noodig, dat de klassen niet overbevolkt zijn, voegt het Handelsblad er bij, terwijl het er aan herinnert, dat de termijnen, voor de geleidelijke aanvulling van het ouderwijzend personeel gesteld, van Mi nister De Savornin Lobman afkomstig zijn, dus van een voorstander van het bijzonder onderwijs. Men mag dus aannemen, dat zij niet te eng waren gesteld. Een verdere verlenging mag dan ook alleen wegens redenen van werkelijke overmacht worden toegestaan. De Prov. Noord'trab. Ct. bevat een vermake lijk verhaal van de wijze, waarop de van Re- geeringswege voorgeschreven keuring van omstreeks vijftig paarden te Oisterwijk en elders plaats had. Het was, zegt het blad, veel lawaai en waarlijk niets, 't Ware vermakelijk geweest als het niet feitelijk zoo treurig was om te zien welke Openbaringspaarden bij elkaar waren getrommeld. De Rossinant van Don Quixote ware, bij vele vergeleken, nog een der uitrauntere geweest. Hoe dat kwam? Wel, men had geloot. Yan menigen stal was de oudste bok de vertegenwoordiger van het geheele paarden- personeel. Het grillige lot had tal van paarden, die moederziel alleen stonden, van kleine boeren onder de uitverkorenen aangewezen. Kortom, de vertegenwoordigers van onze paarden leverden een staalkaart van jammer en ellende. Slechts enkele konden voor den krijgsdienst aangewezen worden. Het was geld weggegooid! Men bad, zegt het blad, een kenner met het W. F. A. GROENHUIZEN, Havik, hoek LavendeUtraat. HORLOGE- en INSTRUMENTMAKER. mijn gedachten van deze sombere omgeving af te leiden door mij mijn tehuis voor den geest te halen en mij met de vraag bezig te houden, hoe het wei met Mary zou gaan. Daarna stelde ik mij de voldoening voor, waarmede ik den expres- trein op het aansluitingsstation zou treffen. Toen deze gedachten na een poos wat waren uitgeput en ik gevoelde, dat mijn geest zich weder met de verschrikkingen ora mij heen ging bezighouden, trachtte ik alles van een" ander gezichtspunt te bekijken en hield mijzelf voor, dat dit een avon tuur was, waarop ik mijn leven lang trotsch zou mogen zijn. Hierop bracht ik mij alles te binnen wat ik gelezen had van onderaardsche tochten en ik bedacht, hoe de eerste Christenen door nauwe gangen waren gekropen langs een touw dat hun den weg wees; de fantastische gedachte kwam in mij op, dat ik in een gelijk geval ver keerde en dat ac lijn, die ik te volgen had, de stalen rail aan mijn voet was. Dit denkbeeld gaf mij weer eenigen tijd moed, daar ik er door aan herinnerd werd, hoe recht de weg was en ik slechts rechtdoor behoefde te loopen tot ik cte uitgang bereikt zou hebben. Ik liep zoowat twintig minuten of een half uur voort, van tijd tot tijd voorbij een klein ventilatierooster komende; maar die waren zóo verstopt door gruis en onkruid, dat ze maar heel weinig licht en nog minder lucht doorlieten. Als iemand snel in het donker loopt, heeft hij een gevoel alsof allerlei ongeziene voorwerpen vlak bij hem staan en dat hü op oen gegeven oogenblik daarmede in onzachte aanraking zal onderzoek der paarden in de stallen zelf moeten belasten, die de geschikte aanteekende, waarna een behoorlijk aantal door loting kon vastgesteld worden. Vervolgens had men den gemeenteambtenaren en den eigenaare der paarden voor tijdverlies en moeite een gelde lijke vergoeding moeten toekennen. Dan ware er met weinig gemopper en weinig moeite iets ernstigs tot stand gebracht. Nu heeft men veel gemopper en weinig zaaks. Het onderzoek heeft echter dit resultaat gehad, dat gebleken is dat er vele fokkers zijn, die hun paarden slecht verzorgen. O. a. werd ontdekt, dat meest alle paarden slecht K"~|n waren, enz. In de Staals-Cl. is opgenomen een opgaaf van onbestelbare en geweigerde postpakket ten, die nog éen maand na deze aankondiging bij het Hoofdbestuur der posterijen en tele graphic ter beschikking blijven van de recht hebbenden, om na verloop van dien termijn, voor zooveel zij niet zijn opgevraagd, te worden verkocht. Luitenant-generaal F. M. B. ridder Alewijn zal tegen Augustus den militairen dienst verlaten. Het bericht van sommige bladen, dat hij als chef van den Geueralen stal' zou worden vervangen door luitenant-generaal Van Hel den is minstens voorbarig. Er wordt een gerechtelijke vervolging inge steld tegen den (39-jarigen Burgemeester der gemeente Grauw (Zeeland), die bij de be noeming van het Hoofd der school opzettelijk stembrieljes valsch heeft voorgelezen, om daardoor zijn candidaat gekozen te zien. Naar het Vaderland verneemt, heeft dr. F. van Gheel Gildemeester, predikant bij de Ned. Hervormde gemeente te 's-Gravenhage, in verband met de N'eerbosch-quaestie, een aanklacht wegens smaad ingediend tegen de heeren G. van Deth te Amsterdam en dr. L. A. Ballier te Groningen. De Gemeenteraad van Hilversum heeftop het adres van eenige ingezetenen om beter gas tot lager prijs, overeenkomstig het ad vies der commissie van onderzoek, besloten, den prijs van het kookgas van 0 tot 5 cent te verlagen, doch dien van het lichtgas voor alsnog onveranderd te behouden. De commissie rapporteerde voorts dat de klachten in het adres neergelegd zeer vaag ziju, en bij den directeur der gasfabriek niet waren ingekomen. Uit de mondelinge toelichten van het rap- komen. Dit gevoel deed mij eindelijk mijn hand uitsteken als om een slag af te weren, en plot seling sloeg ik, terwijl mijn rechtervoet nog op de gladde stalen rail rustte, mot mijn linkerhand tegen den wand van den tunnel aan. Terwijl mijn vingers zich aan de ruwe stoenen schaaf den, greep een nieuw gevoel van ontzetting mij aan. Reeds in het begin had ik mij de mogelijk heid voorgesteld, dat de stationschef zich wel eens vergist kon hebben en dat er een trein door deu tunne! zou kunnen komen, terwijl ik er nog in was. Maar, zoo had ik mijzelf ge rust gesteld, ik behoefde mij dan slechts tegen den wand aan te drukken, totdat de trein voorbij was; doch nu voelde ik, met een ijskoude be- klemmiug van mijn hart, dat er maar heel weinig ruimte was tusschen de baan en den wand. Ik voelde nog eens en nog eens, en als ik op de rail ging staan en ik stak mijn arm uit, en bemerkte, dat er geen halven Meter ruimte was tusschen de rail en de wand! In de eerste minuten verkeerde ik in doodsangst. Gesteld, dat er eens van twee kanten te gelijk een trein iu den tunuel kwam, welke kans zou ik dan nog hebben Die gedachte was vreeselijk. Te- rugkeeren was onmogelijk, wan tl ik moest nu zeker al verder dan half weg zijn en dus zou ik den exprestrein tegemoet loopen. Maar in die dikke muren moesten toch wel hier of daar verwijdingen zijn Ik was zeker er een gezien te hebben, eventjes te voren, toen ik eon lucifer had aangestoken. Dat was een straal van hoop. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1894 | | pagina 1