Maandag 18
Juni 1894.
No. 4363.
38e Jaargang.
Het gestolen tractaat.
Binnenland.
Uitgave
FIRMA A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis 'ontkit/sblad. Abonnement per 3 maanden/1,Franco
per post ƒ1.15. Abonnement Alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct., voor binnenland 60 ct. nor
3 maanden. Advertentiën 1—6 regels 60 et.; olke regel moer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
officieüle- en ontcigeningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 et. Afzonderlijke nummers 10 cent.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkendon stand, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel5 cent.
Bij advertentiën van buiten do stad worden de incassoerkoston iu rekening gebracht.
Bureau MUURBUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 60
Tolephoonnummer 19.
Reis-abonnementen.
Wij zijn gaarne bereid om, tegen
vergoeding van porto, aan geabon-
neerden, die voor korten of langen
tijd op reis gaan, de Amersfoortselie
Courant, en de bladen, welke zij door
onze tussctienkomst ontvangen, na
te zenden.
Opgave van duidelijk adres is vol
doende.
KENNISGEVINGEN.
De COMMISSARIS deh KONINGIN in de
PROVINCIE UTRECHT,
Gezien het besluit van Ileeren Gedeputeerde
Staten der provincie Utrecht, dd. 7 Juni 1894,
no. 42;
Gelet op art. 11 der Wet van 13 Juni 1857
(Staatsblad no. 87),
Brengt bij deze ter kennis van belanghebben
den, dat dc opening der jachtbedrijven, vermeld
onder litt. (I, f en h van art. 15 der voormelde
wet. voor deze Provincie is bepaald op Zaterdag
14 Juli aanstaande, tor plaatse, bij art. 1 van
het Reglement op de uitoefening der jacht on
visscberij in de Provincie Utrecht van 13 Juli
18.80 (Provinviual-blad no. 71) aangeduid.
En, ten einde niemand eenige onwetendheid
hiervan voorwende, zal deze worden afgekondigd
en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is.
Utrecht, den 9 Juni 1894.
De Commissaris der Koningin voorn.,
SChiMMELPENNINCK v. d. OYE
v. NIJENBEEK.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT
brengt ter kennis van de belanghebbenden
dat, volgens mededeeling van den Minister van
Oorlog, het voornemen bestaat, gedurende de
daarbij aangegeven dagen, de schietoefeningen
van iict korps Pantserfort-artillerie te houden
als volgt;
1. op den 19 Juni a.s. en volgende dagen voor
In t Fort aan den hoek van Hollandin Zuid
westelijke richting op eene schijf, geplaatst aan de
zuidzijde van den Nieuwen Rotterilamechenwaterweg.
2. op den 3 Juli aanstaande en volgende dagen
voor het Fort te TJmuitlen, op eene schijf, welke
in zee gesleept wordt, binnen een sector van 90
graden tusschen de peilingen Fort IJmuiden N.
450 O. en Z. 45» O.
3. op den 17 Juli aanstaande en volgende
dagen voor het Fort op de Harasent, op eene schijf,
welke voorbij hot fort wordt gesleept, binnen
eon sector van GO graden beoosten de lijn „Oiule
SehiUl-Fort op de Harmns" (tusschen de peilin
gen Fort nit de IIar mens Z. 45» W. en N. 75» W).
Verder, dat op de dagen waarop gevuurd wordt,
van bet betrokken fort een roode vlag zal waaien
van des voormiddags ton 9 ure tot het einde
der oefeningen.
Amersfoort, den 15 Juni 1894.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
Feuilleton.
Naar het Engelsch
van
A. CO NAN DOYLE.
I.
Ik was in Juni getrouwd en de maand die
onmiddellijk daarop volgde, werd gedenkwaardig
gemaakt door drie belangrijke gevallen, waarin
ik het. voorrecht had, geassocieerd te zijn met
Sherlock Holmes cn zijn methode te bestu-
decrcn.
Ik vind ze in :nijn aanteckeningen vermeld
onder de titels „De tweede vlek", „Het gestolen
tractaat" en „Het avontuur van den kapitein",
liet, eerste van deze raakt evenwel zulke hooge
belangen en betreft zóo veel eerste familiën van
het Koninkrijk, dat het nog vele jaren zal duren,
eer het mogelijk is het te publiceeren. Geen
enkel geval ovenwol, waarin Holmes ooit ge
moeid is geweest, heeft de waarde van zijn ana
lytische methode zóo duidelijk doen uitkomen
of heeft zóo diepen indruk gemaakt op hen, die
mot hem samenwerkten. Ik heb nog een bijna
woordelijk verslag van het onderhoud, waarin
hij de werkelijke feiten van de zaak aan mon
sieur Dubuque, van de Parijsche politie, en Fritz
von Waldbnuni, den wolbekenden specialiteit
uit Dantzig, blootlegde, welke beide heeren hun
krachten verspild hadden op wat bijzaken bleken
te zijn. Maar de volgende eeuw zal eerst moeten
zijn aangebroken, eer doze geschiedenis veilig
Vrijdag is bij de Tweede Kamer ingediend
een bezwaarschrift tegen dc geldigheid dei-
verkiezing van den heer Pijnacker Hordijk
als lid dier Kamer voor Den Ilaag.
Het treurige feit, dat onze burgerij althans
dit jaar èn de nieuwe Bedrijfsbelasting èn
het verminderde Personeel zal te betalen
hebben, wekt zóo sterken tegenzin en
druischt derwijs tegen het gevoel van recht
in, dat van meer dan éen zijde de vraag
rijst, of hiertegen niet nu reeds iets te doen
vare.
De Bedrijfsbelasting is goedgekeurd onder
voorwaarde, dat er van het Personeel iets
af zou gaan.
Terecht murmureert dus de burgerij, 1111
men, zij het ook maar voor éen jaar, beide
laat betalen.
Want éen jaar moge voor de heeren in
Den Haag een kleinigheid zijn, voor menig
klein burger is het, betalen van de dubbele
belasti ig reeds dat éene jaar een strop om
den hals, die hem benauwt.
En waarom, zoo vraagt men, kon niet nu reeds
bij noodwet, bepaald worden, dat bijv. voor
dit jaar op de biljetten, die in hoofdsom
zeker bedrag niet te boven gingen, zeker
percentage zou worden afgetrokkeneen
Eercentage, dat men desnoods progressief
on nemen
Er werd dan nog in niets vooruitgeloopen
op do wijziging, (lie in liet Personeel zal
worden aangebracht.
De belasting als zoodanig bleef in haar
geheel.
Alleen maar, er zou voor de kleine bur
gerij ditmaal aithans zóóveel in eens afgaan,
als men ongeveer gissen kon, dat de later
te regelen vermindering zou bedragenof
zooveel als de burgerij thans te veel betaalt
indien ze èn Bedrijfsbelastingen onveranderd
Personeel moet voldoen.
Zeker zou dit aan de Schatkist een zekere
aderlating kostenmaar die aderlating ware
ditmaal niets anders, dan een wegnemen
van wat thans te veel zal worden betaald.
Want dit juist kwetst en krenkt'net rechts
gevoel, dat het uitstel van de wijziging in
het Personeel thans uitloopt op een buiten
kansje voor de Schatkist, ten koste van de
kleine burgerij.SI.
Meermalen is gewezen op de traagheid
en de onverschilligheid van vele stemge
rechtigden.
verteld kan worden. Intusschen ga ik over tot
de tweede op de lijst, die eenmaal eveneens be
loofde van nationaal belang te zullen worden
en gekenmerkt werd door verschillende inci
denten, die er een bepaald eenig karakter aan
gaven.
Gedurende mijn schooltijd bon ik zeer intiem
geweest met een jongen, die Percy Phelps heette,
en van ongeveer denzelfden leeftijd was als ik,
hoewel hij twee klassen hooger zat. Hij was een
kraan van een jongen cn behaalde alle prijzen,
die er te behalen waren, terwijl hij zijn school
tijd besloot niet een studiebeurs te winnen, die
hem in staat stelde, zijn schitterenden leertijd te
Cambridge voort te zetten. Ik herinner mij,
dat hij van zeer goede familie was, en zelfs toen
wij nog jongens waren, wisten wij, dat zijn
grootvader van moeders zijde Lord Iloldhurst
was, de groote conservatieve politicus. Deze
deftige verwantschap deed hem op school niet
veel goed; integendeel, wij vonden het. juist aar
dig om hem op de speelplaats te plagen en op
te jagen. Maar het was wat anders, toen hij in
de wereld kwam. Ik hoorde zoo terloops, dat
zijn bekwaamheden en de invloed, dien zijn
familie bezat, hem een goede betrekking hadden
bezorgd aan het Ministerie van Buitenlandsche
Zaken; daarop verdween hij geheel cn al uit
mijn geest., totdat dc volgende brief mij zijn
bestaan weder te binnen riep:
Briarbrae, Woking.
„Waarde Watson. 'Ik twijfel er niet aan of
je kunt je nog wel „Todpolo" Phelps herinneren,
die in de vijfde klasse zat, toen jij in do derde
was. Het is zelfs mogelijk, dat je gehoord hebt,
Inderdaad, dat is soms verschrikkelijk
Niet zelden gebeurt het, dat de helft van
de tegenwoordige kiezers stillekens in buis
blyft. Daarop wijst de Prov. Groninger Cl.
en baalt daar tevens een soort van bewijs
uit tegen de uitbreiding van het kies
recht. Althans de vraag wordt gedaan, of
onder zulke omstandigheden zoo'n uitbrei
ding niet verkeerd is. Ook elders wyst men
op deze traagheid. Zelfs in liet buitenland
doet zij zich voor. Daarom werd in Fran
krijk reeds een voorstel gedaan, om straf
te stellen op bet wegblijven van de stembus.
Maar eer dit middel wordt aangeprezen,
wil Nieuw Leven even waarschuwen en zegt
het:
Traagheid is zeker hoogst afkeurenswaar
dig, maar door straf naar de stembus drijven,
scuijnt ons nog minder goed.
Als iemand roept: »Ik weet wezenlijk
niet, wien ik stemmen moetZal dan hot
antwoord luiden: »Gij zult!"
In Den Haag weet men nu weer te ver
tellen, dut generaal-majoor Hennus, inspec
teur der infanterie, dezer dagen den dienst
zal verlaten en in zijn function opgevolgd
worden door luitenant-generaal Van Helden,
thans inspecteur der cavalerie, oorspronkelijk
artillerist.
Het bericht zal nog wel bevestigd moeten
worden.
Naar aanleiding van de opmerkingen dooi
de Arnhemsche courant over de vertraging,
die dc reeds lang verwachte promotie bij
het lioofdwapen ondervindt, doelt, men haar
mede, dat alweder gemis aan overeenstem
ming tusschen de Kroon en den Minister
van Oorlog de reden dier vertraging is.
Niet alleen namelijk, dat de Regentes on
genegen schijnt Haar particulieren secretaris
te passoeren voor den majoorsrang, maar
ook wenscht H. M. niet te treden in het
voorstel, waarbij kolonel Rooseboom van den
Genenden staf, het bevel over een regiment
infanterie zal worden opgedragen.
Het is zeer te betreuren vervolgt bet blad,
dat hierdoor de geheele promotie stilstaat. Niet
omdat het militair raderwerk nu plotseling
van streek is; want och,onzemimmeafdoe-
linkjes kunnen gevoeglijk nog voor een lijdje
door den naast lageren officier worden be
stuurd maar wij betreuren dien stilstand,
vermits zoovele persoonlijke belangen daar
door worden geschaad.
Vooral de subalterne officieren zijn het
kind van de rekening. Die zijn het, voor
wie het lang niet onverschillig is of ze een
W. F. A. GROENHUIZEN,
Havik, hoek Lavendel* traat.
HORLOGE- 011 INSTRUMENTMAKER.
dat ik door den invloed van mijn 00111 een goede
betrekking heb gekregen aan het Ministerie van
Buitenlandsche Zaken en dat ik een betrekking
van eer en van vertrouwen bekleedde, totdat een
vreeselijk ongeluk mijn carrière kwam vernie
tigen.
Het is niet noodig, je de bijzonderheden van
die verschrikkelijke gebeurtenis tc beschrijven.
Indien je mijn verzoek inwilligt, is het waar
schijnlijk, dat ik ze je mondeling zal moeten
mcdedeelen. Ik ben DU eerst hersteld van een
horsenkoorts die negen weken geduurd heeft, en
ik ben nog buitengewoon zwak. Zou je denken,
dat je je vriend, mijnheer Sherlock Holmes, er
toe zoudt kunnen overhalen om mij te bezoe
ken Ik zou gaarne zijn oordeel weten over dc
zaak, hoewel de autoriteiten mij verzekeren, dat
er niets meer aan te doen is. Tracht hem bij
mij tc brengen en wel zoo spoedig mogelijk.
Elke minuut schijnt mij een uur toe, zoo lang
ik in dezen toestand van vreeselijko spanning
verkeer. Geef hem de verzekering, dat ik zijn
raad niet eerder heb ingewonnen, niet omdat ik zijn
talenten niet op prijs stelde, maar omdat ik
m\jn verstand niet bij elkaar heb gehad, sedert
de slag gevallen is. Nu hun ik wecler helder van
geest, hoewel ik niet te voel er aan durf te den
ken, uit vrees weder te zullen instorten. Ik ben
nog zóo zwak, dat ik, zooals je ziet, mijn brief
moet dicteeren. Tracht hem mede te brengen.
Jo oude schoolvriend,
Percy Phelps.
dag eerder of later een sportje hooger
komen. Juist in de lagere rangen van ons
officierskorps zijn de gevorderde diensten bij
lange niet evenredig aan leeftijd en bezol
diging. Meer in 't bijzonder bij het wapen
der infanterie, waar tegenwoordig zeer veel
van ile officieren gevergd wordt, waar de
bezoldiging luttel en de opschuiving het
traagst is, waar do eischen voor den hoofd-
officiersrang veel hooger zijn dan die by
andere wapens, en waar men alles behalve
verwend wordt door veel waardeering van
bet publiek meer in bot bijzonder hij
het wapen der infanterie is elke dag onnoo-
ilig waehtens hard en grievend.
Wij doen ook andermaal oen dringend
beroep op de activiteit en niet minder op
het billijkheidsgevoel van de militaire auto
riteiten. terwijl wij de hoop uitdrukken, dat
toch eindelijk eens de eeuwige harrewarery
moge ophouden.
In een Ingezonden stuk in De Amster
dammer »aau de hoofd- en verdere
officieren van het Nederlandsche leger, die
den 55-jarigen leeftijd hebben bereikt"
komt X. op tegen het dezer dagen gegevon
hevel om eenige hoofd- en subalterne of
ficieren, die den 55-jarigen leeftijd hebben
bereikt, aan oen geneeskundig onderzoek te
onderwerpen. De maatregel moge, zegt de
schijver, in sommige opzichten te billijken
zijn, hij geeft opnieuw een middel aan den
alles afbrekenden Genei-alen staf in de hand
om hoofd- en verdere officieren ontijdig uit
hot leger te verwijderende officieren toch,
die aan een geneeskundig onderzoek worden
onderworpen, omdat «hooger hand" voor
nemens is hen te pensionneeren, trachten, ten
einde zoo mogelijk vol pensioen te krijgen,
zich te laten afkeuren. De schrijver geelt nu
aan do hoofd- en andere officieren, die aan
het bedoeld geneeskundig onderzoek worden
onderworpen, don volgenden raad:
«Geen gebroken te doen constateeren om
hoogstens V»0 meer pensioen te erlangen, maar
zich zoo mogelijk goed te laten keuren, opdat
de volksvertegenwoordiging en de pers met
kracht kunnen wijzen op do geldvarspillinn
en het benadeelen van liet leger, van der
dienst en van verdienste'yke personen door
den Minister van Oorlog, die ten nadeelo de-
belastingschuldigen door ontijdige pensiong
neering, nog uitstekend geschikte officieren
uit het leger verwydert en zu doet vervangen
door anderen wier geschiktheid voor den
hongeren rang nog moet blijken eu waarvan
sommigen kort na hun bevordernig wegens
Er was iets, dat mij aandeed, terwijl ik dozen
brief lus, iets aandoenlijks in dat herhaalde ver
zoek ora Holmes mede te brengen. Ik was zóo
aangedaan, dat ik, al was het een moeilijke zonk
geweest, het zou geprobeerd hebben; maar na
tuurlijk wist ik wel, dat Holmes zijn vak zóo
liefhad, dat hij altijd evenzeer bereid was to
helpen als zyn cliënt begeerig kon zijn oin ge
holpen te worden. Mijn vrouw was het met mij
oona, dat er geen oogenblik tuocht verloren gaan
ora hem de zaak voor te leggen en zoo was ik
oen uur later weer op de oude kamera in Baker
Street.
Holmes zat, gekleed in een kaïnerjapon, aan
een zijtafeltje aan ccn chemische proef tc werken.
Eon groot retort kookto woedend boven een
Bunscnsehon brander on het gedistclleorde vocht
werd gecondenseerd in een 2-litersmaat. Mijn
vriend keek nauwelijks op, toen ik binnentrad,
en daar ik zag, dat zijn proof van groot belang
moest, zijn, ging ik in een armstoel zitten en
wachtte. Hij doopte juist een glazen staafje in
deze en in die floseh en had eindelijk een rea
geerbuisje met een oplossing. In zijn rechter
hand hiold hij een blaadje lakmoespapier.
„Je komt net op een crisis, Watson," zeide
hij. „Als dit papiertje blauw blijft, is alles goed.
Maar als hot rood wordt, boteekent dit, dat
het een man het leven kost." Hij' dompelde
het in het reageerbuisje en terstond nam liet
oen kurmijnroode kleur aan. „Hm I dat dacht
ik wel!" riep hij uit. „Ik ben aanstonds tot je
dienst, Watson. In de Perzische muil kan jo
tabak vinden."
Wordt vervolgd.)