Maandag 8 Oct. 1894. No. 4395. 39e Jaargang. Hoor en wederhoor! Binnenland. Von BENDA Sr. en Jr. 13-> Uitgave Firma A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Dmderdagiumiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 3 maanden 1,Franco per post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 et., voor binnenland 50 et. ner 3 maanden. Advertentiën 16 regels 60 et.; elke regel meer 10 et. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, oflicieöle- en onteigeningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nwiliners 10 cent. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het Zondagsblad, per regel5 cent Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau MUURRUIZBN hoek Kortegracht, Wijk B. 60 Telepliooiiuuniiucr 19. INGEZONDEN. Indien de «Indische officier", die zoo heftig tegen niij optrad, zwijgen niet beschouwde als een lafhartig in zijn schulp kruipen, ik viel u niet ten tweeden male lastig, maar meen nu op oen weinig plaatsruimte te mogen aanspraak makeu. Nadat ik nu vijftig jaren de drinkge woonten in hel geheel van het maat schappelijk leven heb bestreden, en reeds sedert 1849, dus 45 jaren in den kring der bestrijders dier gewoonten heb geijverd, om toch scherp te onderscheiden tusscheu dit zuiver staathuishoudkundig vraagstuk en het godsdienstig vraagstuk van de bestrijding van dronkenschap als zonde in dronkaards hekeering, meen ik, die dit verschil altijd in het oog houd, op geheel verkeerde wijs te zijn aangevallen en terechtgewezen. Ik stel mij bij het bestrijden der drink gewoonten op geen ander standpunt dan de generaals Lord Roberts en Sir White. De moreele kwestie behoort tot een ander gebied dan dat der vereeniging Op het gebied der laatste is uitsluitend sprake van gewoontenen in welk verband daarop „Oorzaak en gevolg" staan. Zonne klaar blijkt het onderscheid, waar beide generaals oordeelen, dat het desnoods met geweld voorzien der kampementen van vrouwen een, tot vermijden van erger, zóo noodzakelijk kwaad is, dat zij jarenlang het Parlementsbesluit op dit punt hebben verijdeld; terwijl zij met alle macht de drinkgewoonten, en dit als zeiven niet- geheelouthouders, bestrijden, en hunne manschappen van de waarde der geheel onthouding voor het leger, en vooral voor henzelven zoeken te overtuigen. Ik duid den schrijver zijn misverstand niet euvel. Helaas! bijna geheel de be schaafde maatschappij en het grooter deel van geestelijken, predikanten, ouderlingen en diakenen kunnen of willen niet be grijpen wat in het duidelijk sprekend voorbeeld der genoemde generaals toch zoo gemakkelijk te onderscheiden valt. Toen ik in 1844 bestrijder der drink gewoonten werd, wist ik niet, dat alcohol Feuilleton. evenals opium tot de vergiften behoort, dacht ik niet aan dronkenschap, maar alleen aan de gevolgen, die het door vol wassenen dag aan dag drinken vau twee, drie eu vier glazen bitter op het maat schappelijk leven in al zijn omvang hebben moet. Allengs werd het mij helderder, dat in het vrije leven de bestrijder der driukge woon ten verder moet gaan dan in het leger noodig blijktdat hij alle wijn en biergebruik moet nalaten, zal hij den werkman bewegen vrijwillig met zijn jeuevergebruik te breken. Dit heeft mij niet alleen alle gebruik van wijn en bier, maar ook, hoewel sterk rooker, pijp en sigaar doen ontzeggen, dit laatste om met meer recht tegen de volks-snoepgewoonten, die zoo krachtig tot dagelijks drank- drinken medewerken, te kunnen getuigen en strijden. In onze „Koning Willeins- huis-vereeniging" hebben wij dan ook in alles gehandeld in den geest van generaal Roberts door verkeerde gewoonten met goede te bestrijden. Aan 800 gezinnen hebben wij in hunne vertrekken duin- waterleidingkrauen bezorgd, reiniging van putten en snijdingen behartigd, allerlei onderwijs (naaien, breien, zingen, enz.) bevorderd, een vrije Zaterdagavond- koffiebijeenkomst ingericht, die in de laatste jaren geregeld door 200 man wordt bezocht. Reeds na drie jaren arbeids getuigde onze mij persoonlijk onbekende kantonrechter: „Ik kan zien, dat gij lieden een goed werk doet; ik heb niet de helft van de moeite met die buurt." Wanneer het van jongsaan leeren snoe pen eu drinken hier niet zóo algemeen werd aangetoond, drinken niet voor echt soldaatachtig gehouden, zou ons koloniaal leger van een geheel ander karakter kunnen zijn. De jenever moet aan de Schatkist 24 millioen belasting opleveren, al zijn de drinkgewoonten voor de maat schappij noodlottig. Een officier kan eu zal niet anders dan met ons de gedragslijn van generaal Roberts goedkeuren; daarom hebben zij van meet af, en nu ook door ons „Zee manshuis" te IJmuiden, in gelijken geest gewerkt. Als vereeniging behartigen wij eene kerngezonde staathuishoudkunde, en geven dus niet de minste aanleiding tot een„geneesmeester, genees u zeiven," zooals ons wordt toegediend. vVij ueuien het echter zonder wrevel of rancune aan, omdat niet éen persoon, maar het geheel van maatschappij en kerk ons eerst in een valsch daglicht stelt en dan, wat ons tegen de waarheid in, als doel wordt toe- gedient, veroordeelt. Maar hoe te doen verstaan, hen, die niet hooren mllenl AtlNHKM. c. s. adama van scheltema. Naar het Duilsch. 'tls eigenlijk een aardig avontuurtje! riep zij overmoedig uit. Ik zit hier te dinecren met een wildvreemden mijnheer, en dat nog wel met een officier. Als mijn eerzame juffrouwen van de Kweekschool dat eens wisten, zij die mij nog zoo kort geleden met allerlei wijze lessen de wereld inzonden, lieve hemel! wut zouden zo groote oogen opzetten als zo hier eens een kijkje konden nemen! De generaal lachte hartelijk mee; haar opge ruimdheid deed hem veel genoegen. Maartegen éen ding kwam hij in verzet, en met een ernstig gezicht zeide hij U mag mij niet moer voor oen vreemden mijnheer houden, juffrouw Lotte. Zie eens, u hebt my een zeer grooten dienst bewezen, waar voor ik u innig dankbaar ben. Ik iveet niet hoe ik het u ooit zal kunnen vergeldenmaar ik vraag u ernstig of u overtuigd wilt zijn. dat u in het vervolg, onder welke omstandigheden ook, steeds een trouwen vriend in mij zult hebben. Beschouw mij dus voortaan niet meer als een vreemden mijnheer, maar als een goed vriend. Aaangenomonl riep Lotte uit, en haar glas opheffend liet zij er op volgen; Op onze vriend schap, generaal! - Ja, op onze vriendschap en op het welzijn van mijn lieve jonge vriendin! antwoordde de generaal, terwijl hij plechtig opstond en met haar klonk. Ad fundum! riep Lotte, haar glas in éen teug ledigend, maar alsof zij zich schaamde over haar uitgelatenheid, werd zij plotseling ernstig en stil. De maaltijd was afgeloopen. Toen zij opstond, nam de generaal haar hand en was op het punt die eerbiedig aan zyn lippen te brengen, doch hij bedacht zich in tijde, wel begrijpend, dat onder de gegeven omstandigheden veel ridder- lij ker was deze ridderlijke daad na te laten, 'tls waar, hij zou wat liefs gegeven hebben als hij haar handje had mogen kussen, n.aar in geen geval wilde hij nu een poging wagen om zijn voordeel te doen rnet de bijzondere omstandig heden, waarin zij beiden geplaatst waren. Hij drukte na aüoop van den maaltijd dus eenvoudig haar hand. Lotte ivas vermoeid en wat overspannen door al die ongewone bezigheden en gewaarwordingen. Liefst zou zij dus naar haar woning zijn terug- j gekeerdmaar de generaal bracht haar aar den salon, wees haar een gemakkelijken stool en vroeg haar dringend om wat te rusten, en hem daarna I weer met raad en daad by te staan. Zij voldeed aan zijn verzoek, zette zich zoo gemakkelijk mogelijk neder en was weldra in een rustigen, vorkwikkenden slaap gezonken. Von Benda bleef in de eolzanl en ging onmiddellijk in een fauteuil zitten, omdat hij door heoll en weer loopen de achoonc slaapster allicht zou storen. Hij vergat al zijn gewoonten en bleef langen I tijd in diep gepeins verzonken. Hoe meer hij over I zijn toestand nadacht, des te zonderlinger scheen Donderdagavond is bij het Departement van Koloniën een telegram ontvangen van den Gouverneur-Generaal van Ned.-Indië van den volgenden inhoud: «Bij verkenning, bedoeld in mijn telegram van 1 dezer, gesneuveld de fuselier C. Iv.ioop eerst heden bericht vermist éen sergeant en 8 mindere militairen, allen Europeanen." In de Staats Ct. van Zaterdag is opgenomen de opgave der namen van de 9 militairen, die bij iie verkenning vaneen munitiemaga zijn te Mataram, in het telegram van Maandag 1 dezer bedoeld vermist zijn De namen zijn sergeant P. Tliil, fuseliers E. Dekker,.!. G. Vos, A. Spin, N. A. Dumoulin, A. F. Kuipper, F. Miggels, S. Brinks en T. Sippens. Tevens wordt medegedeeld, dat bij de bo venbedoelde verkenning gesneuveld zijn de kapitein der infanterie K. van Erpeeurn en de eerste luitenant der infanterie W. van Oppen, terwijl zwaar gewond werd dfe kapitein der infanterie C. J. van Griethuyzen, en dat aan de bekomen wonden overleden zijn de fuse liers A. Guldemont en J. A. Egloff. In bedoeld regeeringstelegram werd opge geven, dat gesneuveld zijn bij die verkenning twee officieren en twee Europeesehe fuseliers, en gewondzwaar éen officier en vier sol daten, licht vijf soldaten. Het thans ontvan gen nader bericht houd in, dat niet twee, maar éen soldaat gedood, doch daarentegen van de gewoudeu 2 soldaten gestorven zijn, terwijl 9 militairen beneden den rang van ol'licier zijn vermist. De verliezen, daarbij go- leden, zijn dus: officieren twee gedood, éen gewondminderen drie dooden, negen ver misten en zeven gewonden. Het volgend bericht is Zaterdagochtend bij De Telegraaf ontvangen: Mataram is genomen. Magazijn inet i'ook- zwak buskruit, patronen en ontplofbare stof- W. F. A. G110ËNH ÜÏZ EN, Havik, hoek Lavendel»traat. HORLOGE- en INSTRUMENTMAKER. fen, indertijd op onze troepen buitgemaakt, is gevonden. VVitte vlaggen wapperen te Tjakra-Negara. De inneming van Mataram heeft oen ont zaglijken indruk gemaakt op de» vijand. De Indische mail, die hier gisteren aankwam, heeft eindelijk de bladen gebracht waarnaar zoo werd gehunkerd en die, met de berichten van den overval in den nacht van 25 op 26 Augustus, liet bewijs brengen, dat ons kranig Indisch leger uls altijd zijn plicht heeft gedaan en zich dapper gedroeg. Een parig is hun lof voor den moed van dat leger, hot beleid der aanvoerders eu den trouw van allen. I-Iet onderstaande zal doen zien, dat het „Oorzaak en gevolg" evenmin als „Lombok en de jenever" en do schandelijke lasteringen, nog ivc-1 in liooge kringen uitgesproken, reden van bestaan hebben. Het Soer. HUId. geeft enkele fciteu en zegt: Volgens ooggetuigen iverden ongeveer twee weken te voren ter reede Ampenan kisten met geweien en patronen voor den vorst van Lombok aangevoerd, die door den scheepskapitein zijn aangehouden. Nadut hierover aan den opperbevelhebber was ge- rnppo-teerd, Averd door dezen last tot doorzending aan den vorst gegeven." Uit een brief A'an een adjiulant-onderollicier aan een zijner vrienden: „Heden morgen (de brief was gedateerd 18 Augustus) Averdcn tAvcu verdachte Baliërs gearresteerd, door de poortAvacht van het kampement te Mataram naar do wacht gebracht en in tegenwoordigheid van den bivak-commandant en den dokter aan den lijve gevisitceru. Men vond brieveu op lien met gegevens omtrent een bestaande samenzwering, ten doel hebbende de troepen te Ampenan, Mataram en Tjakra Negara op een nader te bepalen dag te vermoorden en dan in zee te werpen; zich meester te maken van onze wapenen en ammunitie om zoodoende met vrucht weerstand te kunnen bieden indien het gouverne ment een nieuwe expeditie mocht uitzenden. De coup de main zou beginnen te Maiaram en Tjakra Negara, daar men liet vooral gemunt had op het materieel der artillerie. Eenige Balisehe hoofden hadden zich omtrent de behandeling van het geschut op de hoogte gesteld, door met den neus er bij te staan gedurende de exercitiën iu de Kanonnier-school, tlie iu den laat- sten tijd te Mataram en te Tjakra hebben plaats gehad. Men had zich nu overtuigd dat het niet zoo moeilijk was een stuk behoorlijk te bedienen on zou de blanda's den Aveg opzenden, Avaarvau geen terugkeeren mogelijk is. De hoofden iverdeu vervolgens uitgenoodigd tot de meeste A-oorzichtigheid en geheimhouding van het plan en om zicli tot handelen gereed te houden dat alles stond in de brieven. Beide Baliërs werden tusscheu de bajonetten naar bet hoofdkwartier ge bracht, waar hun aankomst zeker de grootste ver bazing en ontsteltenis zal hebben verivekt. Maar de samenzwering is nu voor goed iu het water gevallen, dunk zij de oplettendheid van den schildwacht en de slimheid van den dokter om de brieven op te sporen, hoe geheimzinnig zij ook ver borgen waren: A'astgekleefd aan zeker lichaamsdeel waardoor het nog eenige moeite kostte de brieven voor den dag te halen." Nog verzekert een reiziger van een Singapoorsche lirina, dat gedurende onze occupatie van het eiland 15000 repeteergeweren op de oostkust zijn binnen gesmokkeld en het wachten om ons aan te vallen alleen op deze geweren was geweest. hem alles toe. Aan den eenen kant sliep een kind, dat zijn kind niet was, ivaarop hij niet het minste recht had, van welks bestaan hij eenige dagen geleden geen flauw vermoeden had, en dat hem nu toch reeds zeer dierbaar was; aan de andere zijde sliep een allerliefst jong meisje, dat door dat kind in een zeer eigenaardige, bij zonder vriendschappelijke verhouding tot hem was gekomen. Tusschen die tAvee slapende, hem reeds dierbare wezens, hield hij trouw de Avacht, otn te zorgen dat zij ongestoord rustten. Nog nooit had hij zich zoo gelukkig en tevreden ge voeld als van middag aan tafel. Het leven scheen hein plotseling heel ander9. Het leek hem een droom, een heerlijke droom 1 Een goede fee had hem een beeld getoond van het reinste huiselijk geluk, een zaligheid waarvan hij zich tot nog toe geen voorstelling had kunnen maken. Hij had een kind en tegenover hem zat een jonge, schoone vroUAv, in wier nabijheid hij zich on uitsprekelijk gelukkig gevoelde. Doch helaas!geen van beiden behoorden zij hem toe Gelijk rnet den droom vervloog het lieflijke beeld van huislijk geluk, 't Is waar, het kind Avas er, de jonge vromv Avas er, maarhij Avas vader noch echtgenoot! Hoe nabij liet geluk ook scheen, toch Avas het voor hem onbereikbaar. Onbereikbaar? Zou dat inderdaad zoo zijn? Was er niet een middel Von Benda voelde zich zenuAvachtig Avorden hij do gedachte aan dat middel. Hij zou van zijn stoel zijn opgesprongen, om in de kamer heen en Aveer te gaan loopen, als hij zich nog niet juist bedacht had, dat hy geen leven mocht maken. Maar stil te blijven zitten was hem onmogelijkhij stond dus langzaam en voor zichtig op en bleef voor het venster staan peinzen. Ja, als het eens niet onbereikbaar was! lly zag haar weer vóór zich, zooals zij aan tafel in dartelen overmoed haar glas had opge heven om op hun vriendschap te drinken. Én het volgende oogenhlik stelde hy zich voor hoe zij daar in het aangrenzende vertrek sluimerde als een kind dat zich had moegespeeld. Neen, zij is voor mij onbereikbaar, zeide hij somber. Een vriend, een vaderlijke vriend kan ik voor haar zijn, meer ook niot. Zij is te jong, te mooi voor mij. Het zou zelfs slecht en egoïst van me zijn, een pogir.g te doen om haar leven aan het mijne te verbinden. Dat mag, en kan ik niet doen! Nooit had de generaal zijn vervlogen jeugd oprechter betreurd dan in deze oogenblikkcn Maar er Averd hem niet veel tijd tot treuren gelaten, AA'ant juist giug de deur open en stak Lotte haar mooi kopje in de kamer. Toen zij met haar heldere stem hem begroette, geraakte hij Aveer geheel onder de vroegere lie'covering en verkeerde hij in den Avaan. dat de zooeven als vervlogen betreurde jeugd Avns teruggekeerd. Ik heb een hcerlyk dutje gedaan, generaal! riep zij hem toe en ik beu lieeloinaal uitgerust. Neen... u mag nog niet binnenkomonik moet eerst mijn toilet weer Avut in orde brengen. Laat Miska, onze kamenier, maar eens hier komen. Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1894 | | pagina 1