Maandag 17 Dec. 1894.
No. 4415.
39e Jaargang.
EEN BELOFTE.
Binnenland.
:'riv.v-
Uitgave
Firma A. H. VAN CLEEPF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis Zorulagsblad. Abonnement por 3 maanden ƒ1,Franco
per post ƒ1.15. Abonnement alleen op hot Zondagsblad voor Amersfoort 40 et., voor binnenland 50 et. per
3 maanden. Advertentiën 16 regels 60 et.; olke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
offleieële- en onteigeningsadvert, per regel 15 ct. Reclame; per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel 5 cent
Btf advertentiën van buiten do stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 60
Telephoonnummer 19.
Nog enkele dagen en we worden weer
overstroomd door kaartjes, in allerlei
vorm, meest van personen die we nauw
bij name kennen, doch die het zich tot
een duren plicht rekenen hun natuur-
genooten te onthalen op een ware over
stelping met hun naamkaartjes, welke
als dragers van hun gelukwenschen bij
de jaarswisseling dienst doen
O, als ze hun kaartje eens konden
volgen, hoe zouden ze er zich in den
vervolge voor wachten het af te zenden,
niet alleen om de in den regel weinig
vleiende commentaren die het karton
netje uitlokt, maar ook om de noncha
lance waarmee de moeite van hetadres-
seeren en de kosten van postzegel, envelop
en drukwerk beloond worden.
Nog enkele dagen en het kartonbom
bardement begint weer, óok zeer tot
wanhoop van de postambtenaren, die de
kaartjes sorteeren, en de beambten die
ze bezorgen moeten.
Er is een algemeen streven naar Zon
dagsrust en verkorting van arbeidstijd,
doch om de postlui wordt niet gedacht.
Waar bijna iedereen den gezelligen Syl-
vester-avond in huiselijken kring door
brengt, moeten zij tot laat in deu nacht
de Nieuwjaars wenschen expedieeren.
Ware het niet beter na te volgen wat
'sedert een paar jaren in Duitschland
geschiedt
Daar hebben zeer velen de gelden, die
zij anders voor den aanmaak en de ver
zending hunner Nieuwjaarskaartjes be
steedden, ter hand gesteld aan de eene
of andere weldadigheidsvereenigingdeze
laatste publiceerde dan de namen van
Feuilleton.
H. M. SCUSÜMEB,
2). (SLOT).
Middernacht.
Meteen dreunt het geluid van een, Marie zoo
welbekenden voetstap hun in 't oor. Hij die hem
veroorzaakt, is nogal voldaan over zichzelyen.
'tls bijzonder vroeg van avond. „Nog licht
in de gang, kan 'tniet op?" Of heeft Marie nu
eens naar hem geluisterd en zich óok een avondje
genot verschaft; is ze eindelijk wijs geworden
en heeft ze nu eerr paar kennissen genoodigd
Hij had dat immers al zoo dikwijls gezegd, 't
Goede wijfje, hij gunde haar zoo gaarne genoe
gen, maar op dit punt was ze wel wat koppig.
Als ze dan volstrekt geen cognac of punch in
huis wil hebben, kan ze immers een fleschwijn
laten komen? Die vrouwen hebben altijd zoo
hun eigen meoning. Hij moet bekennen, hij
voelt zich van avond wel wat zwaar in 't hoofd,
zelfs eer. beetje opgewonden, maar komaan,
hij was bij vrienden geweest, en dat waren allen
respectabele personen die allen een net ambt
bekleedden en nog nooit was een hunner „onbe
kwaam" geweest.
Maar daarvoor zou hij dan ten minste wel
waken, vooral nu er sprake van- en kans op
promotie was.
Terwijl die gedachten zijn brein doorkruisen,
betreedt hij de stoep en steekt hij den sleutel
in zijn huisdeur.
Kee is weer de goede genius die mijnheer
waarschuwen zal voor 't zwaard dat hem, op
den drempel zijner woning, boven 't hoofd hangt..
Maar ze vreest ook, dat die voetstap even forsch
in 't buis der angst zal klinken als op de stoep,
en opent behoedzaam de voordeur.
„Verduiveld Kce, is 't hier feest van avond
en jij oudje, moet je niet naar bed?"
„Stil mijnheer, om Godswil zwijgt u toch,
onze Lisemevrouw
In haar angstvollen ijver waagt Kee het haar
heer, die in alle opgewektheid de gang instapt,
vast te houden en hem naar de keuken te leiden,
de gevers, en het resultaat was, dat de
vrienden nu toch hun Nieuwjaarsgroet
outvingeu, maar dat de weldadigheid er
bij profiteerde en de arbeid van de post
mannen veel verlicht werd.
Ons dunkt, dat deze maatregel wel
navolging zou kunnen vinden.
Doch wat denken onze lezeressen en
lezers er van, en wat nog meer zegt,
zullen ze de proef nemen?
November was voor de Rijksmiddelen weel
een zeer gelukkige maand; er werd ont
vangen 1"'12 024 343 tegen 1'10282978 in No
vember'93 en tegen de raming van 110 015801.
Van ile f'115 744115, die het geheele jaar
moet opleveren, is reeds 1' 108 054 414 binnen:
verleden jaar om dezen tijd ontving men slechts
f105100 537. Ditmaal zijn wij de raming
over 11 maanden reeds bijna 2 millioeu
vooruit.
En nu heeft de opbrengst der Vermogens
belasting de volle raming reeds vóórer is
niet alleen f6.8 millioen maai- zelfs nog
f35 000 ineer ontvangen, terwijl op de Be
drijfsbelasting (op f3067 000 geraamd) nog
1.1 millioen tekort komt, die in December
wel zullen ingehaald worden.
Bijna alle middelen hebben tot de zoo
gunstige uitkomst meegewerkt, de successie
rechten slechts voor een kleinigheid (ruim
f40 000) hetgeen den toestand nog gunsti
ger maakt.
De directe belastingen brachten in Novem
ber 1.2 millioen boven de raming op en 19
ton meer dan in November '93.
De invoerrechten f514 771, tegen f 410014
die geraamd zijn.
De accijnzen bijna 7 ton boven de be
groeting en ook boven de opbrengst van
November des vorigen jaars.
of liever te schuiven, en hem op een gewonen
keukenstoel neer te zetten.
Nu begint mijnheer toch te begrijpen, dat er
iets heel bijzonders gaande is, iets anders dan
een vriendinnenpartijtje, dat er iets ernstigs
gebeurde in zijn woning, welks dierbare gehei
men hij, zoo in 't volle besef van zijn recht en
plichtgevoel, eenige uren achtereen aan 't noodlot
heeft prijsgegeven.
De halve zwijmel, waarin hij verkeert, maakt
weldra plaats voor die kalme vastberadenheid,
welke dikwijls uit een overweldigenden indruk
of aangrijpende tegenstelling geboren wordt. Hij
gevoelt zich de geliefde en tevens beminnende
man en vader van twee, hem toch zoo dierbare
wezensen even behoedzaam en zacht als eenige
uren geleden zijn dochtertje naar moeders schoot
is getrippeld, stijgt hij de trap op, buigt zich
bij vrouw en kind neder en voelt weldra twee
dierbare armen om zijn bals geslagen, dat nu
in diezelfde schoot troost en vergiffenis zoekt.
Man en vrouw spreken geen van beiden éen
woord. Zijn armen omklemmen haar gestalte en
zijn ziel verneemt haar barteklop, waaruit de
geschiedenis van haar stil gedragen lijden- niet
alleen van dezen avond, maar van zoo ontelbaar
vele, gedurende de zes jaren van hun huwelijk,-
hem tegendreunt.
Hij weet, dat zij daar zit om misschien den
laatsten ademtocht van hun beider eenig kind
af te wachten. En zoo in elkaar gestrengeld,
vloeien hun gedachten ineen on verwijlen ze bij
dien plechtigen stond toen hij haar gesluierd
kopje in zijn armen geklemd hield, en op de
angstvolle vraag harer moeder gesproken had
„Ik beloof u, ik zweer u mama, ik zal een goed
echtgenoot voor Marie zijn."
Eindelijk verheft hij zijn hoofd en zoeken zijn
oogen de hare, en dat lieve, nu zoo bleeke ge
laat met die diep glanzende oogen, waarin een
ziel vol weemoed, angst en smart, maar ook
nieuwe hoop zich afspiegelen. Hij laat haar niet
uit zijn armenhij omklemt haar vast, nog
vaster, alsof hij vreest, dat ook zij hem in dit
uur, in dezen hangen nacht zal ontsnappen.
Hij fluistert haar woorden van liefde en trouw
toe, woorden vol medelijden en troost, en ook
vol sin eekingen om vergiffenis.
Daar schrikken beiden op. In 't kleine leger
roert zich iets. Ze knielen voor het bedje neer,
wang aan wang staren ze bezorgd op dat lieve,
De indirecte belastingen bijna 1 ton meer.
De domeinen ruim 2 ton meer.
Ook posterijen, telegrafie en loodsgelden
iets meer.
liet personeel bleef iets achter.
De suiker gaf ff 160754tegen f435744
den vorigen November, en tegen een raming
van f 708 333.
De wijn-accijns bleef ongeveer op hetzelfde
standpunt van November '93, maar stelt de
raming voor een maand ongeveer 1 ton te
leur.
Gedistilleerd hield zich ferm ook het zout
verschilt slechts een kleinigheid, en bet ge
slacht ging Ilink vooruit(1328433 ontvangst,
tegen f 252 083 raming, maar tegen f 366 707
in November van 't vorige jaar).
Zegel-, registratie- en hypotheekrechten
wijzen kleine afwijkingen aan.
Het geheel is zeer gunstig. Wij hebben
nog slechts 7 millioen noodig om de volle
raming te bereiken, en als December nu op
levert wat November gaf, komen wij 5 mil
lioen daarboven. Wij kunnen 't desnoods met
minder stellen, en nu zeker althans rekenen
op meer dan 3 millioen surplus.
De Rijksfinanciën staan in dit opzicht dus
zoo goed mogelijk, en van de slechte tijden
bemerkt men in deze Middelenstaat gelukkig
weinig 1
De geweldige inspanning en zeker niet
minder de verschillende aandoeningen dei-
laatste maanden, schijnen, ook wel in ver
band met het klimaat van Lombok, een
ongunstigen invloed op de gezondheid van
generaal Vetter te hebben gehad.
Nu bet grootste en zwaarste deel van zijn
taak is afgeloopen, deed de natuur baai-
rechten gelden.
Generaal Vetter is ziek, en zal volgens het
Nieuws van den Dag waarschijnlijk naar
Batavia moeten terugleveren.
Van ongesteldheid des opperbevelhebbers
W. F. A. GROENHUIZEN,
Havik, hoek lavendelstraat.
HORLOGE- en INSTRUMENTMAKER.
gewaagde reeds de jongste hier te lande
ontvangen Java Bode.
Het Bat. Hbld. zegt, dat de regeering nooit j
plan heeft gehad, .en ook nu niet heeft, om
in Januari a.s, troepen te zenden naar Karang
Asem op Bali. Het blad meldt tevens, dat er
geen gevaar bestaat voor een terugkeer op
Lombok van Djilantik, daar hiertegen dei]
noodige voorzorgsmaatregelen zijn genomen.;
Het is te hopen, dat de genomen voor-il
zorgsmaatregelen niet dezelfde zijn als die'3
waardoor Djilantik belet moest worden vat
Lombok naar Bali over te steken. Het i
trouwens met de aanwezige maritieme mid
delen niet mogelijk alle verkeer tusschend
beide eilanden tegen te gaan. deelt de Javaj^L
Bode opmerken.
Men heeft getracht het gedrag van de
goesti Djilantik te verschoonen. Die pogir
zal echter weinig ingang kunnen vinaen, all
men het volgende in aanmerking neemt. Uit i
de door den Minister van Koloniën aan da
Kamer overgelegde nota blijkt, dat in dea
avond van den 24en Augustus door general J
Van Ham en resident Dannenborgh, bij goesti
Djilantik pogingen werden gedaan om »,e
weten te komen wat er broeide. Op grold
van diens verzekeringen, dat er volstrekt niets
gaande was, verklaarden zij aan den oppev'
bevelhebber, dat er naar huu inzien geon
«evaar dreigde. Waar nu Djilantik, toen lui
die geruststellende verklaringen aflegde, 36
uur te voren de ve -gadering, waar tot het
verraad was besloten had bijgewoond, vuiV
andert de toestaud nogal ieis. Nu toch heeft
hij, door generaal Van Ham opzettelijk te
misleiden, medegewerkt om de plannen ier.
samenzweerders te doen slagen, en diehju-
ding is te meer ergerlijk, wijl de stap van
den generaal een blijk was van het er-
trouwen, dat men in hem stelde.
'tZal onder deze omstandigheden moe Ijjk
vallen Djilantik's schuld te ontkennen.
inééngezonken kleine gezicht, waarvan de snoe
zige rozenlipjes, die ze pa zoo schalks vleiend
tot een kusje toesteken kon, nu een blauwe
kleur dragen.
Voelde het kind dien dubbelen, ineengesmolten
blik? Was ze uit haar sluimering ontwaakt, of
sprak er koortsgloed van dat gelaat? Ze slaat
haar oogen open, wijd open, en richt ze van de
moeder op den vader.
Ongeloof en geluk, liefde en dank spreken uit
dien oogopslag.
„Ja, naatje is hier, lieveling" fluistert Marie
terwijl haar onbewust twee dikke tranen ont
vallen.
Liesje glimlacht, ze beweegt haar lippen om
te spreken. De beide ouders neigen hun hoofd,
om van haar mondje de dierbare klanken op
te vangen.
„Blijft n nu allebei hier en gaat paatje niet
weer weg?" komt er nu, afgebroken, bijna on
hoorbaar uit.
„Ja mijn lieveling, pa blijft thuis bij maatje
en Liesje, eiken avond, hoor!"
„O zucht ze nu met een aandoenlijk lachje,
en sluit bevredigd, gerust de lieve oogen, alsof
haar een gewicht vau 'thart gewenteld is.
„Zie toch eens, mama, als die twee daarginds
aan het strand, zich niet zoo druk bezig hielden
met dat kleine meisje, dat het eene kanaal na
het andere graaft, zou men zeggen, dat ze een
pas verloofd paar waren, zóo onafgebroken loopen
ze te keuvelen. Zij ziet zoo verliefd tot hem op,
alsof hij haar gisteren pas het jawoord had ge
vraagd en zij 't hem daar straks gegeven heeft.
Wie zijn ze? Zij ziet er zeer gedist.ingueerd uit,
en dat kind lijkt wel een prinsesje, al lijkt het
sprekend op haarik zag ze een uur geleden
van nabij, maar zij negligeeren allen en alles;
'tis of ze nergens oog voor hebben dan voor
elkaar, het kind en die vervelende golven. Men
kan wel zien, dat ze geen habitués van Scheve-
ningen zijn. Waar kan ik hen eens gezien
hebben
„Och kind, het is de nieuwe postdirecteur van
D. met zijn vrouw en kind; ik zou't niet weten
maar papa heeft hem kort geleden bij den Mi
nister aanbevolen en toen is hij even bij ods
aan huis geweest om pa te spreken. Hij noet
een hoogst accuraat mensch zijn."
„Nu dat kan zijn, maar cat ze een exent'iék
•paar vormen, zal u me toch moeten toegeven.
Kijk ma, nu loopt het kind met haaremm«rtje
en schopje naar hen toe, en gaan ze met ïun
drieën de duinen in.''
Van die belangrijke samenppraak tusso hen
baronnes Van C. en haar dochter, op het terra»
van het Kurhaus, heeft het oogenschijnlijk zoo
gelukkige paar niets gehoordhet was zich geheel
onbewust zóo de opmerkzaamheid van twee voor
name dames uit Den Haag te trekken, ei t
onderwerp harer belangstelling te zijn.
Maar die dames vermoeden evenmin iets 'an
het geheim, dat onze reeds bekende heer inet
zijn Marie tot zulk eeu diepzinnig gesprek h icft
gevoerd. Ja toch iets. Het was een liefdes
geheim, door hen aan de witte schuimvlokken
der golven toevertrouwd, en. elkaar by 'trui-
schend lied der zee toegefluisterdde herhal ing
van die heilige belofte des mans, nu een jaar
geleden aan hun, toen aaD den dood ontworst sld
kind gegeven en sinds niet weer verbroken.
Hand in hand, hun liefdepand tusschen beiilflia
in, zitten ze nu op den top van een der holla ïd-
sche duinen, en zien ze de zee in haar aanva lig
gelaat.
Evenals op dien veelbewogen avond van i er-
leden jaar, zwijgen beiden weer, muar staren no
op de goiven, die spelend komen aanrollen' en
op het strand breken, de een den ander volgé ad,
met hun eigenaardig geluid vol rythmus en zt tig.
Voor hem iB dat lied der zee als 't pleet tig
ruischen van een hymne in de hooge gewei ren
van den Dom, welken zij op hun huwelijks! ais,
nu zeven jaren geleden bezochtendoor h aar
ziel klinkt, ruischt en trilt, uit de zachte mel< die
der zee, het lied van hun huisklok op den se ïil-
derij met zijn dorpstorenhaar toovert zij de
liefste plek voor oogenhaar „tehuis" met dat
ernstig klokgeluid, dat haar zoo dierbaar is ge
worden op den onvergetelijken avond, toen se
smeekte om 't behoud van man en kind) en
onder angst en kommer met haar oude llok
meezong: „Ook mijn hart rust op uw trouué;
Geeft zich in Uw vaderhand."
Amersfoort, 1894.