Maandag 18
Febr. 1895.
No. 4433,
44e Jaargang
Binnenland.
Uitgave
Firma A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 3 maanden ƒ1,Franco
rr post 1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 et, voor binnenland 50 ct. per
maanden. Advertentiën 1—6 regels 60 ct.; elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
oflieieële- en onteigeningsadvert per regel 15 ct. Reclame.' per regel 25 ct. A/sonderlijke nummers 10 cent.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel5 cent
Bij advertentiën van buiten dc stad worden de incasaeerkosten in rekening gebracht.
Bureau MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 00
Telephoonnnmmer 19.
KENNISGEVINGEN.
De COMMISSARIS der KONINGIN in de
provincie Utrecht,
Gezien het besluit van liecren Gedeputeerde Staten
der provincie Utrecht, dd. 7 Februari 1805, n°. 36;
Gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857 (Staats
blad n°. 87).
Brengt bij deze ter kennis van belanghebbenden
1. Dut de Visscherij in de binnenwateren, waar
onder ook worden verstaan rivieren, door sluizen
afgesloten binnen deze Provincie wordt ge
sloten van Zaterdag 9 Maart aanstaande niet zons
ondergang tot en met 31 Mei daurauncolgende, met
uitzondering
a. van de Visscherij door raiddel van palingfuiken,
aalkorven en aaldobbers, van die met het schepnet
of de gebbc, om kleine vischjes te vangen tot aas
voor de aaldobbers
b. van de Visscherij op spiering met het kruisnet,
welke geoorloofd blijft tot en met den 27. April
aanstaande, doch slechts zal mogen worden uit
geoefend: te Utrecht huitcu de Weerdbarilre, tus-
schcn de Clroote sluis en de Roodebrug te Amers
foort van de Koppelpoort tot aan liet gebouw
genaamd „de Spijker"; en te Vreeswijk tussehen
dc groote sluizen, van des middags 12 tot des
avonds 10 ure.
2 Dat de jacht op eenden (Art. 15, litt. h, der aange
leidde Wetvoor dit jaar zal worden gesloten op
Woensdag 27 Februari e.k., met zons-ondergnng,
na welken tijd ook liet kooien niet meer zal mogen
worden uitgeoefend, zullende do kooieenden op
gesloten of gehokt moeten zijn tot 1 Mei aanstaande,
3. Dat do jacht op waterwild (Art. 15, lilt. d en
dier Wet; in de provincie Utrecht zal worden ge
sloten Zaterdag 13 April 1895, met zonsondergang.
4. Dat het weispel van kwartelen met steekgaren of
vliegnet (Art. 15, litt. e, dier Wet) zal mogen
worden uitgeoefend vau 1 Mei e.k. tot 29 Juni
daaraanvolgende.
En, ten einde niemand cenige onwetendheid hier
van voorwende, zal deze worden afgekondigd ou
aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is.
Utkrciit, den 12. Februari 1895.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
SCHIMMELPENN1NCK v. i>. O.
v. N1JENBEEK,
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat
de Raad dezer gemeente zal vergaderen op
Donderdag, den 21. Februari aanstaande, des na
middags ten I1/» ure.
Amersfoort, den 16. Februari 1S95.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SCHIMMELPENNINOK.
Oorzaak en gevolg.
Lombok en de jenever.
siüi
Wat betreft., dat de mogelijkheid niet bestaat
om de door den eenen niet gedronken oor
lam aan een ander te geven, ook dit moet
ik tegenspreken. Het Gouvernement verstrekt
het mt eenmaal, dus allen hebben er recht
op en willen zij hem nu in veldllesoh, kan
oi'mok ontvangen en medcnemen.dan kunnen
wij het billijker wijze niet weigeren, ofschoon
het omdat een zoo medegenomen borrel
voor geld zijn weg naar de Europeanen
vindt zooveel mogelijk wordt tegengegaan.
Verder hangt het af van de vertrouwbaar
heid der schenkers en het toezicht.
«Waartoe al die verdachtmaking, die
onverdiende blaam Waarom zich niet eerst
geïnformeerd bij de Indische officieren hoe
dezen denken over het oorlam, en hun ge
vraagd wat hun op eigen aanschouwen en
rijpe ervaring steunende meening is over
den troep Eenstemmig zouden zij gezegd
hebben Onze jongens zijn geen alkoholisten,
ons Indisch leger is geen bende lijders aan
delirium tremens liet oorlam is, onder
sommige omstandigheden en in enkele gar
nizoenen dringend noodzakelijk, maar wordt
niemand opgedrongen."
Waarom zich niet eerst geïnformeerd bij
Indische officieren? Ja, geachte redactie, als
u dat ook gedaan heeft, dan ziet uzelf, hoe
ook die heeren kunnen mistasten.
Veronderstel, dat men mij die vragen
atelde. Weet u wat ik antwoorden zou'?
Luister.
Ik acht liet oorlam een der verderfelijkste
instellingen in het leger, want:
Het in de volksklasse (is het daar alleen
heerecUeude denkbeeld, dat jenever voor alles
goed, en een dagelijksche behoefte is, vindt,
in het schenken dour het hoogste gezag, be
vestiging
door die aanbieding zijn velen aan een
dagelijksch gebruik van jenever gewend, en
die dagelijks terugkeerende kunstmatige op
wekking is daardoor voor velen een behoefte
geworden
door die behoefte is en wordt de lust naar
meer opgewekt, waardoor de dronkaard is
gevormd.
Formuleerende «soldaat, koloniaal, dron-
kenlap" schrijft u.
Neen, dut inoet zijnproever, drinker, j
dronkenlap.
Wat mijn meening is omtrent den troep?
Wel, volmondig verklaar ik, ban den I
jenever, en wij hebben een leger, dat zich j
met den besten troep kan nieten (ook hier I
verwijs ik naar de staatjes der straffen, en
op «Ie weinige straffen, die om andere rede-
nen dan voor of ten gevolge van dronken
schap zijn opgelegd).
Verder schrijf ik hier als mijn overtuiging
neer, «lat Nederland geen dnuikaucds uitzendt
(adres «le strenge keuring) maar wel het
tegenileel, «lat Italië dronkaarils naar Ne«ler-
land zen.lt. Hieruit zou «lus blijken, dat onze 1
jongens geen alkoholisten zijn, maar gevaar
loupen liet in Italië te worden. Ons leger is
geen ben«Ie, lijdenile aan delirium tremens,
maar men wake er voor, dat het dit niet
worde.
Bestaat dit gevaar dan leder «lie dit leest, J
beantwoorde «leze vraag voor zich zelve.
«Het oorlam is, on«ler sommige omstan«lig-
lieden en in enkele garnizoenen dringend
noodzakelijk."
Op gezag van dr. Groneman, professor 1
Stokvis en vele antieren verklaar ik het voor
leugen. Welke garnizoenen moeten dat zijn
Men uoeine ze en geve de redenen «Ier
nooilzakelijkheid op. Ik geloof niet. «lat er 1
éen garnizoen is, waar meer ziekten voor
kom m. dan dat te Atjeli. In de laatste i
anderhalf jaar verkeert «Ie troep daar on«ler
de aller ongunstigste omstandighe«len onder
regen en wind, onder liet vuur «les vijamis
en onder de modder, onder felle zonliitte
over dag, des nachts soms rillende van de
koude.
Eenige geheelonthouiiers hebben ruim
schoots hun deel van dat alles geha«i, maar
nog nimmer is bij hen de behoefte ontstaan
om liet oorlam le nemen. Toch was onze
gezondheid goed en verrichtten wij onzen j
dienst met opgewektheid.
«Ook wordt de horrel nooit opge«Irongen."
Neen, dat gebeurt niet, maar wel gebeurt
er iets dat veel gevaarlijker is dan opdringen,
n.l. hij wordt aanbevolen.
«Men bestrijde de oorzaak niet het gevolg,
gelijk men onkruid uittrekt en niet snoeit."
Juist, «le oorzaak moeten wij hebben, maar
waar zit hij Moet ik hem zoeken in «le hut
der armen, in de woning der gegoeden, in
het paleis der rijken
Neen, want daar heerscht, schuilt of treedt
brutaal het «gevolg" mij tegen.
Waar zit het dan
In liet raderwerk, regeering genaamd,
schuilt ile oorzaak en ieder die, geroepen
om de volksbelangen te behartigen, niets
doet om aan den volkskanker paal en perk
te stellen, is medeplichtig aan den zedelijken
val van zijn volk.
Zeer zeker zou de geestelijke door woord
en voorbeeld veel goeds kunnen stichten,
maar naast den geestelijke moet de onder
wijzer staan, of liever naast den onder
wijzer de geestelijke. Eiseht van de regeering,
dat in het leerplan der scholen een plaatsje
voor het alkoholvraagstuk worde ingeruimd
dan kan èn onderwijzer èn geestelijke te
samen optreden en nuttig op liet gebied der
drankbestrijding werkzaam zijn.
ik hoop niet, dat mijn schrijven aan een
verkeerde uitlegging zal worden onderworpen
of dat men het zal aanzien voor het roeren
van een Van Deth's-trom.
De gegevens, die ik opsomde, kunnen
onderzocht worden en, mocht het blijken
dat hier en daar abuizen voorkomen, dan
zullen die zóo gering blijken dat zij geen
afbreuk kunnen toebrengen aan het geheel.
In mijn positie staat liet mij niet vrij. open
legging van hoeken en registers te vragen
anderen die «laartoe wél het recht hebben,
mogen dat eischen, en inen zal zien, dat ik
niet overdreef, maar wel beneden «le waar-
ïiei'l bleef.
Ook hoop ik niet, dat ik iemand zal hebben
gekwetst, noch dat ik aan den verschuldigden
eerbie«l hen le kort gi'komen. Om daarvoor
te waken, sla ik dan ook het artikel «On
mondigheid," voorkomende in no. 4393 van
«ie Anwrsfuortschc courant, over. Alleen wil
ik den zin uit bedoeld artikel tot den mijne
maken, waar «ie schrijver «waarheid en nog
eens waarheid" vraagt.
Die waarheid, al is het dan ook niet «le
geheele waarheid, tracht ik te geven en als
een daartoe heter bevoegde en vooral een
bekwamer penvoerder zich er eens me«le
moeide, en gegevens zocht in uittreksels uit
«le rekening-couranten, kasboeken enz. der
«•antines vau de laatst verloopen 5 jaren, en
«1«- geini l'lelile sterkte «Ier garnizoenen tuin
Europeanen over gelijk tijdvak opvroeg,
zoodat men «len drankverkoop der verschil
lende cantines eens in cijfers voor oogen
kreeg, dan zou bij menigeen de vraag rijzen
heeft" ds. Adama van Seheltema dan tóch
gelijk, waar hij spreekt van het «gealkoholi-
seerd" zijn van het leger
J. G. WANROOIJ,
Sergeant 3® Bat® 2® Cotnp'®.
Kota-Radja. 2 Januari 1895.
Met groote vreugde zullen onze lezers
vernemen, dat generaal Vetter bevorderd is
tot ridder 3e klasse en tevens tot Cotnman-
«leur «Ier Militaire Willemsorde, een der
hoogste on.lerscheidingen welke aan Indische
officieren wordt verleend voor moed, helei«l
en trouw, een onderscheiding «lie lot dusver
slechts te beurt viel aan luitenant-generaal
Karei van der Heyden.
Dat het Civiel-'bestuur niet, althans nog
niet, gedecoreeril werd, geeft te denken.
Alleen den leger-commandant Gey van
Pittius viel voor «Ie organisatie van de"expe
ditie ten deel de bevordering tot commandeur
van den Nederlandscben leeuw.
Met «leze schitterende onderscheiding, den
hel.l van Lombok ten deel gevallen, is alle
twijfel, ook aan zijn beleid, weggenomen.
Dat wij ons van harte in deze ol'liciëele
bevestiging van Regeeringswege van Vetter's
beleid verheugen, zullen onze lezers begrijpen,
die het standpunt hebben gevolgd, dat wij
tegenover Vetter, ook na de débacle hebben
ingenomen, en thans blijkt niet zoo geheel
onjuist te zijn geweest.
De Tweede Kamer is opgeroepen tegen
Dinsdag 26 Februari a. s., «les namiddags 3
uur.
Volgens mededeeling van den heer B. I.
Tydens telt de Tweede Kamer thans reeds
44 voorstanders van graanrechten.
Morgen, Dingsdag, zal de Normaal Schiet
school te 's-Gravenhage het 40e jaarfeest
barer stichting herdenken.
Het jaar 1895 heeft zich voor de Rijks
middelen niet onbevredigend ingezet. De
eerste maand gaf aan totale opbrengst
ƒ7 318 703.58, tegen /"O 978 494.587, in 1894,
d.i. dus ƒ304 209 meer. Wel is bet cijfer nog
nog ver beneden de raming, die over éen
maand 9 752853.71 bedraagt, doch dat is
een gewoon verschijnsel. In <le eerste maan
den des jaars toch vloeien de belastingen
doorgaans traag. Behalve de indirecte belas
tingen, de posterijen en de telegrafen dee-
len alle rubrieken in de hoogere ontvangst,
vergeleken hij Januari 1894. Het personeel
is 20 000 minder. De bebrijfsbelasting begint
haar schade van 't vorig jaar reeds in te
halen zij gaf 585 883.78'/» tegen een mnand-
raming van 370 910.60. Van de vermogens
belasting werd nog slechts f 98 520.527» ont
vangen, terwijl elke maand ƒ572 500 rnoet"
geven. De invoerrechten leverden ƒ75000
boven de raming op. De suiker bleef een"
ein«l achter (ƒ488 107, tegen een raming £j
•an ƒ708333), de wijn evenzoo (ƒ31701
tegen een raming van ƒ152 500); het zout
is in avans, liet geslacht iets ten achter.
De zegelrechten overtreffen «le raming met
meer «fan een halve ton. de registratie-rech
ten met bijna 1 tonde hypotheekrechten
hieven slechts een kleinigheid ten achter,
zoodat de teleurstelling bij de rubriek indi-
recte-belastingen alleen wordt veroorzaakt
door de verraderlijke successie-rechten, die
476 157.97 opleverden, terwijl er gerekend
was op ƒ977 500vandaar dat de indirecte
belastingen te zatnen, ondanks de gunstige
uitkomsten der zegel- en registratierechten,
toch nog ƒ365 050 bencien de raming bleven
(ƒ1 285594 tegen ƒ1 051 250).
De totaalraming over het jaar is 117 034245.
Men ziet «lus, dat «ie elf overige maanden
nog heel wat zullen moeten goedmaken, maar
voor «ie eerste maand des jaars mag het
«niet onbevredigend" niet te optimistisch
genoemd wonien.
De ineening, dat door de wet van 1889
een einde zou worden gemaakt aan den
schoolstrijd, werd reeds bij de behandeling
ervan bestreden, en zij die, ten einde het
tot stand komen der wet te bevorderen,
transigeerden met bun beginselen, werden
gewaarschuwd, dat dit offer tevergeefs zou
worden gebracht.
Het rapport der Unie-commissie voor
schoolwetswijziging getuigt opnieuw, dat zij,
die men heeft willen bevredigen, volstrekt
niet verzoend zijn met de Schoolwet zooals
zij thans gewijzigd is.
In dit rapport wordt betoogd, dat zoolang
er kosten van on«ierwijs ten laste der Ge
meentekas komen, rechtsongelijkheid bestaat;
dat lotsverbetering van de onderwijzers niet
mogelijk is, wanneer die van de zwaar be
laste gemeenten moet komen; dat de Staat
onmachtig is onderwijzers te weren, wier begin
selen door de ouders der scholieren worden
afgekeurd.
Ten einde deze bezwaren weg te nemen,
stelt de commissie thans een regeling voor,-
welke zij formuleertin do volgende conclusie
De gemeenten worden niet langer belast
met de bekostiging van de Lagere school.
Door het Rijk worde voor elke lagere school
een vaste bijdrage uitgekeerd, te berekenen
naar regelen bij de wet vast te stellen, waar
bij «le tegenwoonlige wet tot leiddraad kan
worden genomen, en naar zoodanigen maatstaf,
dat de kosten van een gewone, eenvoudig
ingerichte lagere school worden gedekt, en
rekening gehouden wordt met uitbreiding van
leerstof en vermeerdering van het onderwijzend
personeel.
De uitkeering van die bijdrage worde,
evenals thans, verbonden aan voorwaarden die
de inrichting van het onderwijs vrijlaten en
alleen strekken om de bestedingder Rij ksgelden
voor het beoogde doel te verzekeren.
Voorzoover de ingezetenen zeiven in hun
onderwijs voorzien, treden in hun plaats de
Gemeentebesturen op. Hun worde de vrijheid
verleend het beheer hunner scholen over te
dragen aan plaatselijke schoolcommissies, en
voorts die scholen zóo in te richten, als het
meest strookt met den geest van de oudere
der^ schoolgaande kinderen.
Voorzitter der commissie is de oud-minister
^E. baron Mackay, on«ler wiens regeering de
Schoolwet van 09 tot stand kwam.
Het regeeringsantwoord op het afdelings
verslag der Tweede Kamer over het wets
ontwerp betrekkelijk de nieuwe bewapening
van het leger, is hij de Tweede Kamer inge
komen.
An'lermaal doet een berichtje de ronde in
de blaiien dat er belangrijke promoties op
til zijn in de ol'licierekorpsen van ons leger.
Heel gauw komen ze andere nu juist niet.
Die heele promotie-regeling is dan ook in
de Nederlan 'sclie armee een zóo epineuse