Donderdag 25 April 1895. No. 4452, 44e Jaargang DE COURANT. QAKUNTALA. Binnenland. Firma A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagnamidtlag met gratis Zondagsblad, Abonnement per 8 maanden/1,— Franco per nost ƒ1.15. Abonnement alleen op bet Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct., voor binnenland 50 ct. per 3 maanden. Advertentiën 16 rogels 60 ct.elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. legale-,, officieële- en onteigeningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- jn betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, In het Zondagsblad, per regel 5 cent. Bü advertentiën van buiten do stad worden de iucasseerkosten in rekening gebracht. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 60 Télephoonuuinmer 19, KENNISGEVINGEN. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT, Gelet op eene mededeeling van den heer Com missaris der Koningin in de provincie Utrecht dd. 22. April 1S95, no. 1 Az Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de Belgische grens, met ingang van 27. April a. s., voor den invoer ran vee en schapen uit Nederland gesloten is. Amersfoort., den 23. April 1895. Do Burgemeester van Amersfoort, F. D. SCHIMMELPEN-NINCK. De Commissaris der Koningin in de provincie U treebt, Brengt ter kennis van belanghebberd'en, dat, ingevolge eene' nadere mededeeïing van den Heer Minister vai\ Buitenlandsehe Zaken, het door de Belgische Regering uitgevaardigd verbod van invoer van vee uit Nederland, niet van toepas sing zal zijn op dieren, in reehtstreekschen door. voer zonder overlading, per spoor door België verzonden. Utrecht, 23 April 1895. Do Commissaris der Koningin voornoemd, SCIIIMMELPENNINt'K v. d. O. v. NIJENBEEK. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gezien art. 5 der wet tot regeling van den kleinhandel in sterken drank en tot beteugeling van openbare dronkenschap "Brengen t,er openbare kennis, dat een verzoek schrift om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein bij hen is ingekomen van 1. het bestuur dor sociëteit ..Amxchia'l, in het per ceel wijk A. no. 119, en 2. het bestuur der so- sietcit „de A merefoortsche Berg'", in het perceel wijk G. no. lót). Amersfoort, den 24. April 1895. Burgemeester en wethouders voornoemd, De Burgemeester. F. D. SOIIIMMELPENNINCK. De Secretaris. W. L. SCIIELTUS. Nog niet zoo lieel lang geleden had iemand, wiens ambt het anders mee brengt, dat hij wel degelijk couranten leest, de kieschheid tegen 'een journalist te zeggen, dat hij al jaren achtereen geen courant had ingezien en zich daarbij heel best had bevonden. Wat een tijd gespaardmaar óok rijst de vraag opWelk gebruik heeft die-vriend gemaakt van dien tijd'} Ach, geen; hij - heeft, er zijn gemak van ge nomen, maar zich ontegeuzeglijk geruime» Feuilleton. 28). Naar hul, Engélscli. Tarvin liet zich dit geen tweemaal vragen en vertelde hem van allerlei dingen en met zijn eigenaardige opvatting omtrent het waarschijn lijke, in het. vuur zijner bewondering en genegen heid vergetend dat de koning op zijn hoogst een v.an de tien woorden verstond, die hij in zijn dialect van hot westen sprak. Toen hij halverwege zijn rhapsodic was, viel de koning hem in de rede tijd, zonder eenig nut, beroofd van een groot genot. j 't Is nu wel niet broodnoodig, dat ge i weet, dat de eene of andere rivier in Voor-Indië een vallei onder water gezet, j een andere in Amerika een stad verzwol- 1 gen heeft, of dat ergens in Drente een j knaapje met lucifers heeft gespeeld in een hooiberg, met het bekende gevolgj tocb leest gij al die eu soortgelijke dingen met eenige aandachtzij houden uw ge dachten onderwjjl bezig, zonder ze te vermoeien en als gij u morgen zoudt i trachten te herinneren, al wat gij van-.! daag in uw courant liadt gevonden, ge zoudt bemerken, dat minstens 90 percent weer nagenoeg vergeten is. Alleen, bij het nogmaals ontmoeten van dezelfde berichten in een ander blad, bespeurt gij een oude kennis aan te treffen. Voor een groot deel is dus die dage- lijksehe lectuur een onschadelijke, den geest niet inspannende, rust en kalmte j gevende'tijdp'asseeriug, en daaraan hebben we wezenlijk behoefte. Zelfs hij, die, omdat hij zich overwerkt heeft wat in onze dagen niet weinigen overkomt in lan delijke stilte eenige weken móet door brengen, onder aanbeveling zich te ont houden van allen hersenarbeid, zal toch heel gauw behoefte gevoelen aan zijn courant, als een onmisbaar deel van zijn dagelijkseh leven. En de courant doet meer dan den geest voor verstomping bewaren. Hetzelfde be richt, dat voor den een van geeuerlei waarde is, zoodat hij kan volstaan met het aan te nemen voor kennisgeving, is voor anderen van wezenlijk belang, om dat het betrekking heeft op hun zaken, op hun werkkring, of omdat het een lang niet overbodige waarschuwing bevat. Wel is waar hebben die vingerwijzingen niet steeds het verdiende succes; groot is het aantal dergenen, voor wie het spreekwoord „een schip op het strand is een baken in zee" niet schijnt te be staan, zoodat de verbaasde uitroep„Maar lezen die menscheu dan nooit een cou rant geenszins ongepast moet schijnen. Wie zal" echter het cijfer opgéven der genen, die door een kort berichtje wel zijn gebracht tot nadenken, eu er zich zacht aan hebben gespiegeld, omdat zij daarbij andermans wedervaren voor oogeu' haddeu Bovendien vermeldt de courant dikwijls kloeke handelingen, inenschlievende daden voorbeelden van zelfopoffering, .van on baatzuchtige werkzaamheid ten dienste van het algemeen belang. Zou men denkeu, dat dit alles zonder uitwerking blijft De egoïst kan uit zijn courant leeren, dat er nog menschen zijn met een rui-, nier gemoed dan het zijnede moedelooze, dat volhardende arbeid veel bezwaren te boven komtde ontevredene, dat zijn toestand minder zorgwekkend is dan die van vele anderen. Feiten spreken duide-" lijker dan vertoogen, en vooral daarom,* niuet hooge waarde worden gehecht aan de opvoedende kracht van die vaak ge minachte berichtjes. De zichzelf respecteerende courant, vooral de kleine pers, onthoudt zich van allerlei sensatie-berichten, welke de groote bladen wel moeten opnemen om hun kolommen te vullen; er kunnen enkelen zijn, die dergelijke tIreadfulV s verbazend interessant vinden, doch bedenken ze wel eens hoe het uitgesponnen verhaal van een moord, een diefstal, soms kan leiden tot misdaad Zeer zeker is hier te lande de journa listiek nog zeer achterlijk in vergelijking bij het buitenland al worden onze bladen in den regel beter geschreven maar in den laatsten tijd valt ook ten deze wel eenige vooruitgang waar te nemen, hoewel 't nog heel lang zal duren eer .ook hier ieder ambachtsman zijn eigen blad heeft, dat hem inlicht omtreut alle zaken van algemeen belang. Eu niet alleen onder den werkmans stand is de courant nageuoeg een vreemde linge 't wordt met den dag beter;, maar toch worden er nog heel wat vergade ringen gehouden waar men de pers als ecu indringster beschouwt. Wordt daar dan niet de publieke zaak behandeld Ook zijn officieële lichamen, is zelfs de Itegeering niet altijd scheutig met mede- deelingen. Van dingen, die het gemeen schappelijk vaderland betreffen, komen" we eerst op de hoogte nadat er reeds onherroepelijk over beslist werd. Toch kan het wel eens gebeuren, dat onder degenen, die buiten de regeeringskringen staan, personep wördeu gevonden wier advies niet zonder waarde zou zijn, als zij slechts in kennis waren gesteld met al de bijzonderheden. De -Engelsche Ite geering geeft nuen dan „blauwboeken" uit," waarbij onderwerpen van diplomatieken aard in hun geheel worden uiteengezet, met de. officieële documenten als toelich ting, en hierdoor wordt een belangstelling gewekt, die voor het gouyernement een krachtige steun is. Ons Departement van Buitenlandsehe Zaken laat zelden iets los; crver gewichtige, zaken bewaart zelfs de Staats-Courant vaak het stilzwijgen. Bestoud die slechte gewoonte niet, dan zouden de overige bladen gaarne hun kolommen beschikbaar stellen.enhet „zegt het voort" in toepassing te brengen, en dan 1 vverd in waarheid de publieke zaak publiek behandeld. 't Zal echter wel heel langduren eer I we hier te lande zóo ver komen, doch 't is 'weer de courant, die thans dergelijke zaken niet geheel en al in een onder j onsje doet behandelen en na langen j en hevigen strijd het er wel toe- zal I brengen, dat in dien geest wordt gehan deld. II.I I. M..M. du Koninginnen zullen morgen, I o dezer, met een extra-trein ten 3.40 n.m. I Amsterdam verlaten en via Utrecht, Den Bosch eu "Breda naar Vlissingen vertrekken. Aankomst te Vlissingen ten 7.10 n.m. waarna de reis met de Valk naar Engeland zal worden voortgezet. j Wanneer men de wisselvallige opbrengst van liet successierecht nagaat, dan blijkt 't, dat deze over het eerste kwartaal dezes jaars aanwijst een .tekort, in vergelijking van de raming, van f1051911 en in vergelijking met het eerste kwartaal van 1804, van 1:1 095 731, terwijl over de algeloopen maand Maart van dat middel' f 235 790 minder dan de raming en f953 437 minder dan.in Maart 1894 is ontvangen. Deze cijfers dienen vooropgesteld tot juiste beoordeeling van de ulgemeene uitkomst over - Als het daar zoo goed is, waarom ben je er dan niet gebleven Ik kwam om u te bezoeken, antwoordde Tarvin op slag. Ik had van u gehoord. Dus is het waur wat mijn dichters in hun verzen zeggen, dat mijn roem verspreid is naar de vier hoeken der aarde Ik zal Bussant Rco's mond met goud vullen, als- het zoo is. Gy kunt' er uw 'leven onder vorwedden; zoudt gij .gaarne zien dat ik weg ging zeg hot dan maar. Tarvin deed of hij zijn paard wilde inhouden. De Maharajah bleef in diep gepeins verzonken en toen hij sprak, was het'zoo langzaam en dui delijk, dat Tarvin elk woord verstaan kon. Ik haat alle Engelsehen. zeido hij. Hun wegen zijn niet mijn wogen cn zij maken zoo'n leven als er hier of daar eens een man vermoord wordtUw wegen zijn. niet mijn wegen, maar gij mankt het mij zoo lastig niet en gij zijt een vriend van-do vrouwelijke dokter. Ik hoop, .dat ik ook een vriend ben van den Maharajah Kunwar, antwoordde Tarvin. Zijt gij een trouwe vriend van hem vroeg de koning, hem strak aanziend. Zeker- Ik zou den man wel eenB willen zien, die een hand durfde slaan aan dat kereltje. Hij zou verdwijnèn, koning,, hij zou er onder, hij j zou niet lang meer bestaan. Ik zou het tegen heel i Gokral Seotarum opnemen. Ik heb gezien, dat ge «.lie ropy hebt gemaakt, doe dat nog eens j Zonder een oogenblik aan zijn veulen te denker., j haalde Tarvin zijn revolver voor.den dag wierp j een muntstuk in de hoogte en gaf vuur. liet. muntstuk viel naast hem neder het was precies in het midden geraakt..liet veulen maakte een geduchte sprong en de merrie steigerde. Tege- i I lijkertijd hoorde men een donderend hoefgetrappel I dreunen. De lijfwacht die op een afstand eerbiedig I gewacht had, rende spoorslags vooruit met gevelde lansen. De koning lachte met zekere minachting. Zij denkeu, dat gij op mij geschoten hebt, i zeide hij. Daarom zullen zij u om 't leven brengen, als ik hen niet terughoud. Zal ik hen terughouden? Tarvin stak zijne onderkaak uit, een gebaar dat hem eigen was, deed zijn paard zwenken cn wachtte, zonder antwoord te -geven, met zijn ledige handen op den zadelknop. Do troep rende voorwaarts in wanorde, elk man lag gebogen over zijn zadel met gevelde lans, on do aanvoerder van de tröep zwaaide een lang recht Hindoesch zwaard. Tarvin voelde meer dan hij zag de ver- giftigdc lanspunten, die op de horst van zijn j paard .gericht waren. De koning ging eenige ellen ter zijde en sloeg hem gade, zooals hij daar alleen stond op bet midden der vlakte, wachtend wat gebeuren zou. Eensklaps uitte de koning een-kreet; al de lansen zonken, alsof zij naar beneden werden geduwd en de troop opende zich en reed aan weerszijden van Tarvin voorbij, terwijl elke ruiter er naar s'reefde zoo dicht bij te komen, dat hij even de laars van den blanken man raakte. Do blanke man keek voor zich uit zon'der het hoofd om te wenden, en de koning liet een zacht gebrom hooren, als een blijk van goedkeuring. Zoudt gij dat gedaan hebben voor den Ma harajah Kunwar? vroeg hij, terwijl hij zijn paard weder wendde en naast hem kwam staan. Neen, zeide Tarvin kalm, ik zou dan wat vroeger begonnen zijn te schieten. Wat, op vijftig man? Neen, op den aanvoerder. De koning schudde in den zadel van't lachen en 'hief zijn hand in de hoogte. De aanvoerder van den troep reed naar hem toe. Heila, I'ertab Singh, hij zegt dat hij op u geschoten zou hebben. Toen wendde hij zien glimlachend tot Tarvin met de woorden hij is mijn neef. De Raput aanvoerder glimlachte en tot Tarvin's groote verbazing, antwoordde hij in zutvei: EngelsCh Dat kan goed zijn bij- ongeregelde troepen, dat men de aanvoerders doodt, dat hebt gij terecht ingezien, maar wij zijn geheel naar Engelsch model geoefend, en ik heb mijn aan stelling van do koningin. In het Duitsche leger.... Tarvin zag hem met de grootste verbazing aan. Maar gij zijt Tiict op de hoogte van militaire zaken, zeide Pertab Singh hoffelijk. Ik heb er van gehoord hoe gij schiet en ik heb gezien wat gij deedt, maar gij moet het niet kwalijk nemen, als er een schot valt in de nabijheid van Zijne Majesteit luidt onze order, altijd bij hem te koiuen. Hij groette en reed weder naar zijn man schappen. De zon begon ondraaglijk te steken, en de Koning en Tarvin reden terug naar de stad. Hoeveel veroordeelden kunt gij ter mijner beschikking stellen? vroeg Tarvin, onder het voortrijden. Al wat er in de gevangenissen is, als gij ze noodig hebt, was het met geestdrift gegeven antwoord. Bij God, Sabib, ik heb nooit zoo iets gezien. Ik zou u alles kunnen geven. Tarvin nam zijn hoed af en hoog lachend het hoofd. Heel goed, dan zal ik u iets vragen, wat u niets kost. De Maharajah glimlachte ongeloovig. De men sehen vroegen hem gewoonlijk dingen, waarvan hij ongaarne afstand deed. Zulke woorden beo ik niet gewoon, Tarvin Sahib, zeido hij. Gij zult erkennen-, dat het volkomen waar is, als ik u. vraag de Naulahka te mogen zien. j Ik heb al uw kroonjuweelen en gouden rijtuigen gezien, maar den ring niet. Do Maharajah reed een vijftig Meter verder, I zonder te antwoordden. Toen Ix-gon hij Heb je daarover gesproken in de plaats I wajir gij vandaan komt? I Zeker. Alle Amerikanen weten, bat dit het j mooiste ding van fndië is. Het staat in alle gidsen, 'zeide Tarvin brutaal weg. .(HWt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1895 | | pagina 1