Donderdag 16 Mei 1895. No. 4458, 44e Jaargang Werkloosheid. Binnenland. gAKUNTALA. Uitgave irma A. H. VAN CLEEPï te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 3 maandenƒ1,Franco ner post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct., voor binnenland 50 ct. per 3 maanden. Advcrtentiën 1—0 regels 60 ct.; elke regel meer 10 et. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvort. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. A/zonderlijie nummers 10 cent. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het Zondagsblad, per regel 5 ce„t. Bij advcrtentiën van buiten dc stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 60 Telephoonnummer 19. KENNISGEVINGEN. IV BURGEMEESTER KN WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gelet op de artt. 308310 van hot algemeen politie-reglement dezer gemeente Brengen ter kennis van de belanghebbenden, dat eeno keuring van rijtuigen der voerlieden en huurkoetsiers door den heer Commissaris van politie, bijgestaan door twee deskundigen, in de stallen der eigenaren zal gehouden worden op Zaterdag, den 18. Mei c.k., en, zoonoodig, daar opvolgende dagen, terwijl op Zaterdag, den 25, Mei aanstaande, ter zelfde plaatse, eene naschouw zal geschieden van rijtuigen, tuin voornoemden commissaris tijdig op te geven, welke op eerst ien tijd niet kunnen worden vertoond. gei Amersfoort, den 15. Mei 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, IV Burgemeester, F. D. SCH1 MMELFENN1NCK. De Secretaris. W. L. 8CHELTUS. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT dopn tc weten, dat de pro cessen-verbaal van inlevering en opening der stembrb fjes ter verkiezing van drie leden voor de Provinciale Staten van Utrecht., in afschrift aan het Raadhuis zijn aangeplakt en gedurende veertien dagen op de Secretarie voor eenieder ter inzage liggen, alle werkdagen van 's voormid dags lil tot 1 uur des namiddags. Amersfoort, den 15. Mei 1S95. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Do Burgemeester, F. I). SCIl IMMELPENN INt'K. De Secretaris, W. L. SCIÏELTUS. III. In de schoenmakerij is het minder gunstig gesteld. In de laatste jaren ves tigen zich tal van personen, die als knecht volstrekt niet dengen, zich als baas. Be drijfskapitaal hebben zij niet noolig het. benoodigde leder koopeu zij bij minimum- hoeveelheid en zij leven letterlijk van de hand in den tand Kunnen ze ook tegen zeer lage prijzen geen reparatie-werk meer krijgen, of geven deleerlni' 1 'aars hun niet. langer crediet, dan lx ze eenvoudig te klagen over niechie k a en worden gaarne ondersteund dooi lief- dadigheidsgenootschappen. Bij dit ambacht mag ook niet uit het oog worden verloren, dat hier ter stede niet wordt gewerkt voor confectie-win kels, gelijk dat in de groote steden wel geschiedt. Ook de blik- en koperindustrie gingen zeer achteruit, doordien zoo ontzagelijk veel fabriekmatig wordt vervaardigd en van elders aangevoerd en geëmailleerd ijzer werk het koper in de meeste huishoudens reeds vervangen heeft. Ook in het smidsvak is merkbare ach teruitgang war r t e nemen waar vroeger de smid alles zelf maakte, moet hij zich thans vergenoegen met het in fabrieken aangemaakte pasklaar te maken of het voorhandene te herstellen. De smidsge zellen, die hier vroeger arbeidden, zijn dan nu ook bijna allen werkzaam in fabrieken buiten de gemeente. In het. sigarenmakersvak is voortdurend veel vei'tier, al gevoelen de patroons dik wijls den druk der Arbeidswet, in hoofd zaak wat betreft de grootere ruimte die in iedere werkplaats noodig is voor m werkman. Intusschen wordt hierin v.kii lieverlede voorzien door verbouw Enkele sigarenmakers, die te onver schillig zijn om geregeld te werk te komen, loopeu soms leeg, doch als de nood aan den man komt, werken zij voor eigen rekening en hebben dun in den regel zeer goeden afzet in kleine her bergen en dergelijke. Iu het algemeen werd opgemerkt, dat de zoogenaamde ,komkommertijd"|telken jare langer duurde dan iu bet voorgaande- jaar. Van bepaalde werkloosheid is ech ter geen sprake en de patroons houden de knechts aan den gang, terwijl, als er absoluut geen werk meer is en de zoo genaamde wintermaanden (van October of November tot Februari of Maart) iu vallen, de jougsteu het eerste ontslagen worden. Iu den regel vinden zij verdien sten in houtzagen, boodschappen loopen, vogelvaugeu, enz.verder leven zij van voorschotten, die zij in den drukken tijd terugbetalen. Slechts onder éen stand heerscht in de wintermaanden bepaalde werkloosheid, onder de landbouwers. Dit komt échter overal voor eu iu den regel wordt er vooraf op gerekendsoms ook verdienen zij een goed stuk brood bij het hakken van hout, intusschen kan dit niet jaar in jaar uit geschieden en het zon zeer gewenscht zijn als de houtverkoopingeu, die nu half Januari gehouden worden, konden worden vervroegd tot het begin November. Onder deze boerenarbeiders zijn er echter ook, die niet in het hout kunnen werken, en onder deze zoogenaamde „sjouwerlui" heerscht in November eu December soms groote ellende, te meer daar hun zomer- loon f l.-a 1 1.25 eu het winterloon f0.50 a f 0.75 per dag is en zij niet, als de eigenlijke landbouwers, een huisje met eigen moestuintje hebben. In het algemeen is de landbouw zeer achteruit gegaan, niet het minst door de groote concurrentie van het buitenland. Zelfs iu den hooitijd zijn de verdiensten veel geringerhet vroegere weekloon is van f9 terug gebracht tot f 5 a f 6, voor al door de zoogenaamde „moffen" die voor eiken prijs arbeiden. Wordt vervolgd). Feuilleton. 34)» Naar hel Engelsch. liet verzocht slechts, van tijd tot tijd op de hoogte te worden gehouden omtrent de vorderin gen. die het werk maakte. Toen Tarvin dit hoorde, voelde hij sympathie voor het Indische gouverne. ment. Hij begreep dit. verlangen naar inlichtingen j hij zelf wenschte er eenigc te hebben omtrent de' verblijfplaats van den ring en ook omtrent den tijd. die er nog verloopen moest, eer Kate tot de I ontdekking zou komen, dat hij haar meer waard was, dan (Ie genezing van alle mogelijke ellende, j Ten minste twee keer in de week gaf hij de hoop geheel op den ring te vindeu, en keerde hij in zijn verbeelding naar Topaz terug waar hij zijn vroegere werkzaamheden hervatte. Telkens wanneer bij tot zaïfc een besluit was gekomen, haalde hij diep adem, met het behaaglijk gevoel, dat er toch nog een plek op dezen aardbodem I was, waar een man met. de noodige wilskracht, direct op zijn doel kon afgaan, en waar men niet vijf straten omliep om iets te bereiken, dat slechts eenige huizen ver verwijderd was. Soms, terwijl hij geduldig zat te braden in het rivierbed, in de verzengende stralen der Indische 1 zon, belasterde bij den ring op gruwelijke wijze, weigerde aan zijn bestaan te gelooven, en wilde zich diets i aken, dat dit een even groteske leugen was, als de parodie van den Koning op een geciviliseerd bestuur, of de veel geprezen wetenschap van Dhnnpat Rui als dokter. Toch 1 hoorde hij overal spreken over het bestaan van dit prachtstuk maar nooit in antwoord op een directe vraag. Vooral Dhunpat Rai (die zich in een zivak oogenblik beklaagd bad over „den bui tengewonen ijver, en de on noodige administratie" van de vrouwelijke dokter) had er hem een be schrijving van gegeven, die hem deed watertanden, maar na de kroning van den tegenwoordigen Vors', nu vijftien jaar geleden, had Dhunpat Rai den ring niet meer gezien. Zelfs de veroordeelden op het werk sprakeu er bij de uitdeeling van het voedsel over. Twee keer had de Maharajah Kunwar zijn mededeelingen aan zijn grooten vriend, omtrent hetgeen hij doen zou, als hij op den troon zat, besloten met de woorden „En dan draag ik du Nauiahka den geheelen dag." Maar als Tarvin hem dan vroeg waar dering te vinden was, schudde de Maharajah Kunwar het hoofd en antwoordde„Ik weet het niet." Het helsche voorwerp scheen een legende te zijn, een woord, een spreekwoord alles eerder dan de schoonste ring ter wereld, in de tus- schenpoozen zijner werkzaamheden deed hij vrueh- telooze pogingen, een zeker spoor te vinden. Hij doorliep de eene wijk der stad na de andere, door zocht alle tempels binnen zijn bereik onder voor wendsel van archeologische studiën te maken,reed hij naar omliggende forten en puinhoopen van paleizen in de woestijn, en zwierf rusteloos door dc mausolea, die de asch der doode Koningen van Rhatore bevatten. Hij hield zich zelf steeds voor, dat zijn zoeken hopeloos was, en toch was liet een behoefte voor hom geworden. Maar steeds >cken vruchteli Tarvin bestreed zijn ongeduld, als hij met den Maharajah rond reed. In het paleis, Uit Nijmegen meldt men, dat H.H. M.M. de Koninginnen Zondag a. s. de godsdienst oefening in de Groote kerk aldaar hongst- j waarschijnlijk toch zullen bijwonen. Als voor- I ganger zal niet optreden ds. ter Baar en ook i niet ds. Smits, doch de hofprediker, dr. G. J. van der Flier, uit 's-Gravenhage. In verband met deze onverkwikkelijke zaak j zij nog het volgende herinnerd. 1 Toen iu April 1879 Z. M. Willem 111 voor de eerste maal met zijn tweede echtgenoote, nu onze geliefde Koningin-Regentes, de Hool'd- stad zou bezoeken, was de Oude kerk voor bet Vorstelijk kerkbezoek aangewezen. De Koning, zonder te inl'ormeeren naar persoon j of richting van den predikant, wiens beurt het dien ochtend was, gaf, op niet oflicieele wijze zijn verlangen te kennen, ds. Ten Kate te hooren. Dr. Laurillard, hoewel hij gaarne zelf ware opgetreden, stond onmiddellijk zijn I beurt af, opdat aan den wenscli des Vorsten. dien men niet naar beweegredenen vraagt, I zou kunnen gehoor gegeven worden, j Omtrent de ontvangst van het ontweip- kieswet bij den Raad van State schrijft de Haagse he correspondent der Middelbunjsche courant De leden hebben zich met een lust tot afkeu- gelijks tenminste eenmaal kwam, onder voorwend- sel over den dijk te spreken, wijdde hij zich met j meer ijver dan ooit aan het pachisi. In deze ge- liefde het den Maharajah, \an het wit marine ren paviljoen en het oranjeboompark, waar hij gewoonlijk de lentemaanden doorbracht, te ver huizen naar den vleugel van Sitabhia, en in het roodsteenen paleis en op het voorplein gezeten, zich te verlustigen in den aanblik van afgerichte papegaaien, die kleine kanonnetjes afschoten, of van groote grijze apen, in Engelsehe uniform ge kleed, die met elkander vochten. Als kolonel Nolan kwam, verdwenen de apen van het tooneel, maar Tarvin mocht de vertoo ning van het begin tot het einde bijwonen, als hij niet bezig was aan den dijk. Hij zat zich te verbijten van ongeduld, bij de gedachte, hoeveel kostbare tijd met deze kinder achtige spelen verloren ging, terwijl hij dien zoo veel beter had kunnen gebruiken in het doen van nasporingen naar den ring maar hij hield voort durend een wakend ooe op den Maharajah Kun war. In dit opzicht ten minste kon hij iemand van dienst zijn. De Maharajah had strenge bevelen gegeven, dat het kind alle voorschriften van Kate zou nako men; zelfs zijn dommelige oogen merkten het beter uitzicht van den knaap op; Tarvin zorgde er wel voor, hem te laten weten, dat h'j dit alleen aan Kate te danken had. Met duivelachtige boosaardigheid leerde de prins, wier. nog nooit in zijn leven een hevel gegeven was, nu behagen scheppen in ongehoor zaamheid, en wendde hij al zijn vernuft aan in het bedenken van middelen om met zijn gevolg ren en vitten op dat ontwerp geworpen, waar door een zeer ongunstig advies is uitgebracht, en enkele leden hadden zelfs daaraan nog niet genoeg, maar voegden er nog een af zonderlijk advies bij. Maar wat willen de hee- ren dan toch Het ontwerp-Tak werd in den Raad van State afgebrokennu zoa men toch ten aanzien van dat van den opvolger toe gevender hebben moeten zijn of men. speelt een gevaarlijk spel. Als men dit ont werp, met zijn vijf-en-twintigjaren leeftijd, met zijn vastkoppeling aan belasting, met zijn ten deele aangenomen capaciteiten-stelsel, nu nog te ver gaand oordeelt, dan sluit men da oogen voor alle teekenen des tijds. Dezelfde briefschrijver meld,t dat het schrij ven van een academisch proefschrift is afge schaft. De verplichting toch is, overeenkomstig de door minister Van Houten gedane toezegging, afgeschaft: H. M. de Koningin-Regentes tee- kende onlangs het besluit daartoe. Het ware misschien beter geweest het ver krijgen van den doctorstitel ook in de juri- dische faculteit afhankelijk te stellen van het leveren van een beter en wetenschappelijker dissertatie dan er thans vele geschreven wor den. en voor de benoembaarheid tot rech terlijke ambten niet meer dien wetenschap- pelijken titel teeischen, maar, evenals in ande re faculteiten, een meer praetisch examen voldoende te verklaren. Nu krijgen juristen van regeeringswege een brevet van onver mogen, dat alleen door een uitstekende disser tatie voor een bepaald persoon individueel kan worden vernietigd. En hoevele studenten zijn er niet, die dit wel zouden kunnen, doch er geen tijd voor hebben, omdat hun het geld ontbreekt tot het zooveel langer rekken hunner studie Generaal Vetter, die zich thans te Mont- reux (Zwitserland) bevindt, komt waarschijn lijk 1 Juni a.s. te 's-Gtaveuhage. De provincie Utrecht telde op 1 Januari jl. een bevolking van 23537S zielen, 116 314 mannen en 119 064 vrouwen. De bevolking der voornaamste gemeenten was toenAmersfoort 17 107, Baarn 6023. Reenen 5219, Soest 4071, Utrecht 92581, Ve- nendaal 5050, Vinkeveen 4000, Wijk-bij- Duurstede 3158, Zeist 7480. Naar wij met zekerheid vernemen, zal het wetsontwerp tot wijziging der Personeele be lasting dezer dagen worden ingediend. Het bevindt zich reeds ter Landsdrukkerij. hij dn- 1 te ontsnappen naar den vleugel van het paleis, die aan Sitabhia behoorde. l).iar vond bij tai- looze grijsharige vleiers, die voor hem in het stof kropen, en hem voorhielden welk een groot Konihg hij later zou zijn. Dan waren er schoone dansmeisjes, die hem liederen voorzongen, en zijn geest bedorven zouden hebben, ware deze er rijp voor geweest. Verder waren er, behalve apen en papegaaien, ook goochelaars en koord dansers, prachtige kisten uit Calcutta, waaruit hij met ivoor ingelegde pistolen mocht kiezen, èn kleine zwaarden met gouden gevesten. Ook het offeren van een geit, in een tempel van opaal en ivoor, in het hart van het vrouwen verblijf, was voor hem iets zeer aantrekkelijks. Voor dit alles had Kate, die ernstig, afgetrokken, en steeds vervuld was met de ellende, welke zij dagelijks moest aanzien, zonder er iets tegen te kunnen doen, niets dan een paar kinderachtige spelletjes, in de huiskamer van den zendeling. De erfprins hield niet van haasje-over, dit vond hij beneden zijn waardigheidook niet van stui vertje wisselen, dat kostte hem te veel inspan ning, en al zei de men hem, dat zijn collega's bet speelden, zoo oordeelde hij, dat het niet behoorde tot de opvoeding van een Rajput. Soms als hij vermoeid was (en het was merkwaardig hoe vermoeid hij was, als het hem eens gelukt was een enkele maal naar den vleugel van Sitabhia te ont snappen) luisterde hij lang en opmerkzaam naar de verhalen van veldslagen en belegeringen, die Kate hem voorlas, en ergerde haar dan door aan het slot met schitterende oogen uit te roepen Als ik Koning ben, zal ik mijn legers al die dingen laten doen. Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1895 | | pagina 1