Donderdag 25 Juli 1895. No. 4478, 44e Jaargang gAKUNTALA. Binnenland. AMERSFOOHTSCHE COURANT, Uitgave Firma A. H. VAN CLE F FF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Domlerdagnamiddag met gratis Xowlngtblcid. Abonnement per»maanden ƒ1.Franco oer post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 et, voor het binnenland 50 ct. per 8 maanden. Advertentiën 1—0 regels 00 ct.; elke regel meer 10 et. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeniugsadvert. por regel 15 et. Reclames per regel 25 ct. Afxondi-rlijhr nimmer» 10 iml. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, In het Zondagsblad, per regel5 oent. Bjj advertentiën van buiten de stad worden do incasseerkoston in rekening gebracht. Bureau MUURHUIZEN boek Kortegracht, Wijk B. 00 Tclcphoonnumiiier 19. Reis-abonnementen. Wij zijn gaarne bereid om, tegen vergoeding van porto, aan geabon- neerden, die voor korten of langen tijd op reis gaan, de Amersfoortsche Courant en de bladen, welke zij door onzê tusschenkomst ontvangen, na te zenden. Opgave van duidelijk adres is vol doende. Amisfortium illustratum III (Slot). Voor 't oogenblik hebben wij na te gaan in hoeverre onze goede stad personen van beteekenis heeft voortgebracht. Zij die hun aandeel leverden in, of ten gevolge van de toestanden, die geboren werden uit de staatsverwisselingen van 1579, behooren tot een tijdvak waarvan de studie by den heer archivaris in uitstek goede handen is. Hij heeft reeds lang getoond, dat hem weinig van het weetbare is ontgaan en dat hij niet verzuimd heeft kennis te nemen van bijna al hetgeen behoort tot den voor velen ontoegankelijken kring binnen welken zijn wetenschappelijke vorming gelegen is. Wat hem uit dien hoofde niet boeien kan, is meer voor mij geschikt, die als hugenoot van zelf mij meer thuis bevindt in de gebeurtenissen na dien tijd, althans zal bevinden, wanneer namelijk mijn weinige uren van uitspanning mij zullen toelaten eenige kennis te verwerven aan gaande de geschiedenis der stad waarin ik mjjn tegenwoordigen werkking heb gevonden, een die mijn belangstelling in groote mate gaande maakt en ten opzichte van welke ik mij niet bewust ben in gehechtheid bij iemand achter te staan. Met de telkens niet uitgedrukte vraag of deze en gene, welke mij, ook huiten rangschikking en volgorde voor den geest komen, niet zoodanige personen zijn, die recht hebben op onze vereering en op wie wij wederkeerig recht hebben trotsch te zijn, zetten wij het lijstje van Door luchtig .Amersfoort voort. Vijf eeuw geleden, Guilielmus Iienrici (Willem Heyndrixz) generaal der tertia- neu in de orde van St. Franciscus. een Feuilleton. 52). Naar het Engelsch, Kate keerde terug naar den kleinen Muharajuh Kunwar, die tot troost in zijn ziekte een paar van zijn lievelingsdieren uit liet palcis liad laten komen. Zij zette zich hij hot rustbed neer en woonde lang en bitter. Wat scheelt u, miss Kate vroeg do prins, nadat hij haar een paar minuten zwijgend had aan gekeken. Ik hen nu weer beter, dus is er geen reden om te huilenals ik weer in liet paleis hen, zal ik mijn vader zeggen wat gij voor mij gedaan hebt, en hij zal u een dorp geven. Wij Itajputs vergeten Daarom iï zich over hem 1 'Ofwischte. Dan zal mijn vader u twee dorpen gevennie mand moet weenon als ik heter word, want ik hen een koningszoon. Waar is Moti? Ik wil hem hebben. Gehoorzaam stond Kate op en riep den-lieveling van den prins, oen klein, grijs aapje meteen gouden halsband om, dat vrij door het huis en den tuin rondliep, en 's nachts altijd trachtte een plaatsje bij den prins-te krggen. llij «at in een boom, maar kwam, toen Kate hem riep, dn kamer binnen. Kom hier, kleine Hanuiuun, zoidc de prins. Do aap sprong naar hem toe. Ik lieh eens gehoord, zeido de prins, dat er een koning was, die drie lakhs rojiijen uitgaf voor het huwelijk van twee apen. Moti, zoudt gij een vrouw willen bobben? Neen, nietwaar? Gij hebt ge noeg aan een gouden halsband. Als wij weer heler zijn, zullen wij drie lakhs ropijen uitgeven voor wijdverspreide orde wier toewijding in jammerlijke tijden voor den geringen man vorm van inrichting en kerkelijke denkwijze daargelaten in onze dagen j meermalen is herinnerd hij het optreden van het Heilsleger. Wie bekend is met het aanzien dat een j professor van Basel, Leuven of Keulen i in de middeleeuwen bezat, moet erkennen, j dat het een eer voor onze stad is, zich daar door haar zonen vertegenwoordigd te zien; later schonk zij twee hoogleeraren aan Douay, en men weet hoe geleerd en als opvoedkundigen begaafd deze mannén waren, In de nieuwere tijden bezat Leiden twee onzer burgers als professor, Bremen éeu, Franeker éen, Utrecht éen en Ara sterdam twee, waarvan éen hij de Remon stranten. Eens zetelde een Amersfoorter als bis schop van Den Bosch, een ander als raads heer in den Hoogen raad te Mechelen. Maximiliaan II zond een Amersfoorter als gezant naar Turkijede koning van Spanje een anderen naar Denemarken hij de vredesonderhandelingen te Keulen trad Joh. Vonck op. Een droevige vermaardheid kreeg Theo- dorus van Emden, slachtoffer van den gruwelijken moord der Gorkumsche mar telaren, een man, die de eer had te sterven met pater Mnsius, wiens dood de zelfbe- heersching van den grooten Zwijger zóó zeer overmeesterde, dat „Syne Ëxellentie hem met tranen beschreyede." Het gezag van Michiel van Isselt werd nog onlangs door prof. Fruin aangehaald dit alleen is voldoende om hem onder de historie-schrijvers van naam te rang schikken. Was Pieter Both, onze eerste Gouver neur-Generaal, geen beroemd manHeeft een kort opstel in dit blad niet bewezen, dat Steven van der Haghen een der hev- öen is onze van geschiedenis in Indië? Eu Paulus Buys, wiens werken en daden nog onlangs het onderwerp uit maakten van een proefschrift waarop de de hoogste academische waardigheid werd verworvenIs Joan van Oldenbarnevelt niet hij elke uitbreiding van historisch on derzoek meer en meer een staatsman ge bleken van den eersten rang, temidden van de beroemde diplomaten van heel het toenmalig Europa? Wij begonuen nagenoeg met. Jacob van Campen, heer van Randenbroek en schoon we nog verre van uitgeput zijn wij eindigen met Oldenbarnevelt. Toen prof Burman, de Oude, als voorstander van het tooneel, daarover in strijd geraakte met don Middelburgschen predikant Leydekker, die het opvoeren van Bijbelsche tafereelen bestreed, en zich een vraag liet ontvallen, waarin de be wering lag uitgedrukt, dat de Zeeuwen niet veel bijzonders waren, kreeg hjj een afdoend antwoord van een jong rechts- geleerde Pieter de la Hue, die zijn „Staat- kundig, Heldhaftig en geletterd Zeeland" I schreef. Welk antwoord zal Amersfoort geven j op een dergelijke aantijging Frederiks. HIJ. MM. de Koninginnen zullen iu den loop van Augustus zich naar Arolsen begeven, om er den intocht bij te wonen van den Vorst on de Vorstin van Waldeck-Pyrmont na dc voltrekking van hun huwelijk. Als consul-generaal van Duitschiand te Amsterdam is erkend en toegelaten de heer Dionys Gillet. Blijkens by het Uorpartement van Marine ontvangen bericht, is de divisie, bestaande uit Hr. Ms. fregatten Johan Willem Friso en Van Speijlc, onder bevel van kapitein-ter zee LI. Quispel, Maandag van Tanger naar Cadix vertrokken, en zijn heide schepen, buiten divisie-verband, nog dienzelfden dag aldaar aangekomen. Zou 't nu uit zyn Bij de jongste gemeenteraadsverkiezingen is in ganseh Nederland het minste aantal stemmen uitgebracht iu de gemeente Putte (Neonl-llralmnd) ill. in het geheel... 15. De leden van het stembureau hebben dan ook niet langer dan tien minuten Werk gehad om de stembriefjes na te zien. Het vreemde van deze verkiezing is echter, I dat de twee aftredende leden niet herkozen zijn. liet huwelijk vau miss Kate niet Turvin Buhib, en gij zult dansen op de bruiloft, Moti. Hij sprak iu de landtaal, maar Kate verstond zeer goed, dat hij liuar naam verhond met dien van Tarviu. Spreek zoo niet, Lalji, spreek zoo niet, smeekte zij, Waarom niet, Kato? Ik hen immers Ook wel getrouwd. Ja, ja, muur dat is wat anders. Kate heeft het liever niet, dat gij zoo spreekt, Lalji. Nu, goed dan, zeido de Maharajah, Nu ben ik maar een klein kind, maar als ik heter hen, hen ik weer koning, en dan kan niemand mijn geschen ken weigeren. Luister. Dat zijn de trompetters van mijn vader. Hij komt hier. In de verte klonk hoorngeschal, toon hoefgetrap pel, en eenigo oogenblikken later hielden de koets en de lijfwacht van den Maharajah met donderend geraas stil voor de woning van den zendeling. Kale keek angstig, of het leven haar kleinen patiënt ook hinderde, maar zijn oogen straalden, zijn neusvleugels trilden en terwijl hij hot zwaard, dat altijd hij hem lag, vaster in de liaud klemde, duisterde li ij Zoo is liet goed! Mijn vader heeft ut zyn sownrs medegebracht Vóór Kato kon opstaan, had de hoer Rstes den Maharajah binnengeleid, die in scheen to krimpen door de reusachtige gestalte van Zijne Majesteit. De koning had een revue bijgewoond over do troepen van zijn lijfwacht, en droog daarom de uniform van opperbevelhebber van het leger van den Slaatvoor waar geen kleinigheid. De Maharajah Kunwar be schouwde met genot al de heerlijkheid zijns vaders, de hooge laarzen niet gouden sporen, de rijbroek van wil horlcnloder, de wapenrok, schitterend van goud en waarop de Ster van Indië prijkte, en een mooion-lulbaiul mot smaragden haarnaald. Do koning trok zijn handschoenen uit, ei» gaf Kato vriendelijk de hand. Het was iu 't oogvallend, hoe na een feest, Zijne Majesteit altijd hnzonder goede manieren had. Kn is hal kind wolf vroog llij. Ik hoordo,dal hij koortsig was, ik zelf heli ook koorts geluid. - De ziekte van den prins was van veel ernstiger aard, vrees ik, Maharajah Sahib, zeido Kate. O kleintje, dat komt er van, als men te veel eet, zeido do koning in de landtaal, terwijl hjj zich loeder over zijn zoon hoog. ik had niet te voel gogoton, maar t he Kat den knaap. Hoevci parade 1 Beide r beter. mi hjj liet bed, en streelde het hoofd v 'scadrons, mijn generaal, antwoordde do trotse!» oprichtend. Gji zijt een echte vader, Rajput, Kn waar was mjjn Ijjfwaelit? Bij don troep van Portub Singh; zjj leidde den aanval hjj het einde van don strijd. Bjj het Heilige l'iuirdriep de Mnliarnjah Kunwar uit, eens zul ik ze werkelijk in den strjjd aanvoeren. Niet waar vaderT Gij aan den rechter vleugel, ou ik ,u»u den linker. - Zekermaar om dit te kunnoii doen, moet een prins niet ziek zijn en veel loeren. Dat Vndi kind Hjj zag Kate it ik, antwoordde de prins peinzend, heb hier veel nagedacht. Ben ik een klein bim - Ik i tan on lluisterde otmijn vader spreken. Laat niemand Een ander gevolg van de jongste verkiezingen is, dat in OpsteiTand, waar sinds eenige jaren de sociaal-democraten de meerderheid in den l Raad hadden, van de 15 leden nu 9 behooren tot dc liberale partij. Voor het fonds voor noodlijdende kerken der Ned. Hervormde gemeente is in 1894 ontvangen f 41012.77s (de raming beliep f 37 062.58) en uitgegeven f38 847.88. Voor den dienst 1895 bleet dus een saldo beschik baar van f 2764.89s. De collecte heeft ten vorigen jare opge bracht. f 15 844.82s. Bovendien smn ingekomen een gift van H. M. groot f2000, een van den heer M. C. Lebret, te' Dordrecht, groot f 1000, en voorts nog eon aantal kleinere giften van diversen. Het bestuur dor Martlm-stichting te Alphen aan den Rijn heelt tot uitbreiding dezer in richting aangekocht het »ürand hotel Rijn stroom mot do daarbij behooreude gronden. In 1893 ontving hot hoofdbestuur van het Nederlandse!) Onderwijzers Genootschap van do algemoene vergadering de opdracht om bij regeering on vertegenwoordiging aan te dringen op eon herziening der Wet op het lager onderwijs, hoofdzakelijk ten aanzien de volgende puntena. Uitbreiding der '.org ten aanzien van het lager-onderwjjg opleiding der onderwijzers en uitreiking der verschillende bevoegdheden c. mdeeling, bezoldiging, bevordering, en pensionneering van het onderwijzend personeeld. toezicht op het onderwijs en organisatie der scholen. Met machtiging der algemeene vergadering werd een commissie benoemd om de denk beelden van het genootschap, neergelegd in de rapporten deral'deelingen aangaande deze onderwerpen, in bijzonderheden uit te wer ken en tot een geheel to verzamelen. Die commissie heeft een concept-rapport aan het oordeel van de algemeene vergadering van 1894 onderworpen, dat daarna aan de ruim 199 afdeelingen ter overweging werd toe gezonden. Na zorgvuldige overweging van de 81 min of meer uitvoerige verslagen, door du afdee lingen ingezonden, is daarop liet rapport in zijn definitieven vorm opgemaakt en aan een eindstemming in alle aldeolingen onderwor pen met het resultaat, dat, het thans geacht Kan worden de uitdrukking te zyn van de weuschcn van hut Nederlar.dsch Onderwijzers Genootschap. Het hoofdbestuur beveelt het rapport in de eerste plaats aan in de aan dacht van regeering en vertegenwoordiging, Kale verliet liet vertrek en do kuning ze Ito zieli naast don knaap neer. Noon, ik In n geen klein kind moer, vervolgde do prins, Gvor vijfjaar zal ik oen inan zijn on zullen mannen mij gehoorzamen, nuwr hou zal ik weten, I of de hevelen, die ik goof, gocu of slecht zijn. - Men moet vee! loeren, antwoordde do Muhu- I rajali. - Ja, terwijl ik hier lag, heb ik lang nagedacht, zeido do prins. Kn al deze dingen leert men niet van vrouwen binnen do muren van het paleis. Vader, laat mij van hier gaan en loeren een prins te zjjn. Waar wilt gij dan heen gaan Mjjn rijk is toch ook liet uwe. Ik weet liet, ik weet het, en ik zal ook terug* komen; maar laat iug geen voorwerp van apotzgn voor andere prinsen. Bij mijn huwelijk heeft de Rawut van Buonaul mij bespot, omdat ik niet zoo veel leerboeken heb als hij, en hg is slechts do zoon van een odeman, hjj heeft geen voorgeslacht. Muur hjj ia overal geweestin Ralinitanii, iu Delhi en Agra, en hjj zit in do hoogste klasse van de prinsen- school te Ajmir. Vader, al de zonen van koningen gaan daar hoon, zij spelen mot vrouwen, zjj rjjuen mot mannen en do lucht en hot water zijn goed te Ajmir. Laat injj er toch heengaan. En smartelijke trok vertoonde zich op het gelaat van don Mahgarajah, want do knaap was hem zeer dierbaar. Maar als u ecu» iet» kwaad» overkwam, Lalji. Denk or nog oen» over na. Ik heb or over nagedaeht, antwoordde do prins, Wat zon mg overkomen? Ik sta daar immer» onder do hoedo van don EngoUuhman. I)o Rawut van Bunnaul zeido mij (lat ik mijn eigen kamer hoblion zou, mijn eigen bedienden, even al» dc. andere prinsen en ik zou er in hoog aanzien staan. Ju, ja, zeide de koning sussend, Wjj zjjn kinderen der zon gjj en ik. mjjn prins Ik wil oven knap en sterk worden, als de dapperste van ons geslacht. Vader, ik hen het moodo iu do vertrokken dor vrouwen te zjjn, en te luister an naar mijn moedor en liet gezang der dansmeisje»; en zjj vervolgen mij met hunj liefkozingen. Laat injj naar Ajmir gaan, laat uij) naar de priusensohool gaan, en over oen jaar, reeds over een jaar zegt de Ruwut van Bunnaul zal ik mjjn troep kunnen aanvoeren, gelijk dit een koning betaamt. Belooft gij het injj vader Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1895 | | pagina 1