Donderdag 8 Augustus 1895. No. 4482, 44e Jaargang gAKUNTALA. Binnenland. A. H. VAN CLEEPF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagnarniiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 8 maanden 1.'Franco per post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 et., voor het binnenland 50 ct. per 8 maanden. Adverteutiën 16 regels 00 ct.elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, offioieële- en onteigeningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 vent. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het Zondagsblad, per regel5 cent. Bij advertcntiön van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau MUURHUIZEN hoek Kortegracht, Wijk B. 8*0 Telephooiiminiiiicr lij. Reis-abonnementen. Wij -zijn gaarne bereid om, tegen vergoeding van porto, aan geabon- neerden. die voor korten ol langen tijd op reis gaan, de Amersfoortsche Courant en cle bladen, welke zij door onze tusschenkomst ontvangen, na te zenden. Opgave van duidelijk adres is vol doende. KENNISGEVINGEN. De Coiniuisaria der Koningin in de Provincie Utrecht, Gezien hetbesluit van lleeren Gedeputeerde Staten der provincie Utrecht, dd. 1 Augustus .1895. No. 89; Gelet op art. 11 der wet van 13 Juni 1857 (Staatsblad No. 87), Brengt ter kennis van de belanghebbenden 1. dat de opening der jacht op Hein wild vermeld in de 2e zinsnede van art. 17 der wet -van den 13 Juni 1857 (Staatsblad no. 87), voor ait, j .ar in de Provincie Utrecht is vastgesteld op Maandag 2 September a.s., met zonsopgang, met uitzondering van de jacht op fazanten, waar van- de opening op Dinsdag 1 October a.s. is bepaald 2. dat de lange jacht alleen des Dinsdags en des Vrijdags van iedere week zal mogen worden uitgeoefenden het jagen in ongemaaid te veld staand koren, peulvruchten en klaverzaad, welke nog in 1895 moeten geoogst worden, verboden is, evenals het jagen in tabakslanden, zoolang het zoogenaamd best goed niet is geoogst. En, ten einde niemand eenige onwetendheid hiervan kunne voorwenden, zal deze worden af gekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is. Utrecht, den 2 Augustus 1895. De Commissaris der Koningin voornoemd, SCHIMMELPENNINCK v. n. O. v. NIJENREEK. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, doen te weten, dat de pro cessen-verhaal van inlevering en opeuing der stembriefjes ter verkiezing van éen lid voorden gemeenteraad in afschrift aan het Raadhuis zijn aangeplakt en gedurende veertien dagen op de Secretarie voor eenieder ter inzage liggen, alle werkdagen van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags. Amersfoort, den 7. Augustus 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, F. D. SCHIMMELPENNINCK. Do Secretaris, W. L. SCHELTUS. Feuilleton. 56). Naar het Engelsch. Zwijgend volgde de vrouw het haar gegeven bevel op, terwijl Kate zich ï.aar de kamer van den jong prins spoedde. Lalji, vroeg zij, gevoelt gij u sterk genoeg om met het rijtuig naar uw moeder te gaan? Ik zou liever naar mijn vader gaan, ant woordde de knaap, die sedert den vorigen dag zooveel beter was, dat hij heden op een sofa lag ik moet mijn vader spreken over iets heel ge wichtigs. Maar uw moeder heeft u in zulk een langen tijd niet gezien, lieve. Nu goed, dan zal ik gaan. Ik zal zeggen, dat men inspant. Kate wilde de kamer uitgaan. Neep, ik wil liever mijn eigen koets hebben. Wie is daar buiten? Ik ben het, zoon des hemels, antwoordde de zware stem van een soldaat. Achcha I Spoed u, en geef bevel mijn koets en mijn lijfwacht hier te zenden. Zeg aanSirop Singh, dat, als zij niet binnen tien minuten hier zijn, ik zijn loon zal intrekken, en zijn aange zicht zwart zal maken voor al mijn manschappen. Moge de zegen der goden neerdalen op het hoofd van den zoon des hemels, antwoordde de stem van buiten, terwijl de ruiter te paard steeg eu wegrende. Men zal zich herinneren, dat de kieswet- Tak in hoofdzaak strandde op de grondwet telijke bezwaren die daartegen werden ge maakt. Thans komt uit het kamp der Tak- kianen de eerste aanval waarbij met grond-, wettige wapenen het ontwerp-kieswet-Van Mouten wordt aangevallen. Mr. J. A. van Gilse levert in het Augustus nummer van Vragen des Tijds een eritiek op Van Mouten's kiesrecht-ontwerp. Z, i huldigt dit ontwerp, ondanks den schijn van een Kiesrecht-uitbreiding op groote schaal en op breeden grondslag te geven, feitelijk weinig anders dan den belasting-census als nagenoeg eenigen grondslag vaii kiesbevoegdheid. «Het is waar, naast den eisch van aanslag in een der -Rijks directe belastingen en beta ling van dien aanslag stelt art. 1 van het wetsontwerp niet minder "dan nog zeven ver schillende voorwaarden, aan éen waarvan de mannelijke 25-jarige Nederlander, tevens ingezetene, slechts heelt le voldoen om tot de stembus te worden toegelaten maar wordt het ontwerp-Van Mouten wet, dan zal tot zeer-veler verrassing, misschien, ten duide lijkste blijken hoe de schijnbaar breedu toe gang. daardoor tot de stembus geopend, in werkelijkheid maar een smalle poort is, waar door behalve de eensus-kiezers, slechts zeer weinigen zullen worden toegelaten." Wat de kiezei-s le klasse, (belastingbetalers) betreft, merkt de sciir. op, dat uitbreiding gegeven is aan de grondwettelijke uitsluiting van de uitoefening van het kiesrecht van hen, die hun aanslag niet hebben betaald. Be grondwet zou gedoogen, dat aan hem, die zijn aanslag in éen belasting heelt be taald, maar dien in een andere verschuldigd blijft, nochtans het kiesrecht worde toege kenddoor den eisch, dat de aanslag in alle belastingen moet zijn voldaan, wordt dè grond wettelijke uitsluiting dus uitgebreid. In da tweede plaats worden alle 23- en 24-jarigen geweerd. De overige categorieën van kiezers volgens het ontwerp nagaande, komt de schr. tot de slotsom, dat wat er na liet gros van het kiezerslegerde belastingbetalers, voorbij marcheert, slechts weinig talrijke al'deelink- jes zullen wezen, waarvan de laatste, die der verloopen sujetten met wetenschappelijk di ploma, waardiglijk hel leger sluit, aangewor ven door den heer Van Mouten, die niet moede werd den heer Tak en zijn aanhangers te beschuldigen, dat het hun om een proleta riëisriüesrechM^ioi^ Toen de prins gereed was, wachtte zijn koets voor de deur. Kate en mevrouw Estes droegen het kind er heen, afsehoon hij beproefde in de veranda te staan, en den groet zijner lijfwacht te beantwoorden, zooals dit een man betaamt. Ik ben zeer zwak, zeide hij onderweg, ik geloof, dat ik hier te Rhatore nooit beter zal worden. Kaste sloeg haar arm om hem heen, en trok hem dichter tot zich. Kate, zeide hij, als ik mijn vader om iets vraag, zult gij dan zeggen, dat dit goed voor mij is? Nog geheel vervuld van haar bittere gi dachten klopte Kate hem verstrooid op den schouder, en sloeg haar rood geweende r gen op, naar de hoogte waarop het paleis lag. Toen vroeg zij treurig glimlachende Hoe kan ik dat zeggen, Lalji Maar het is iets heel verstandigs. Waarlijk? Ja, ik heb alles goed bij mijzelf overlegd. Ik ben ecu Raj Kumar, en ik wil naar de Raj Kumar-school gaan; daar leeren de zonen'van Vorsten hoe zij regeeren moeten. I-Iet is te Ajmir; maar ik moet er heengiian om teleeren, te vechten en te rijden met de audere prinsen van Rajputana, en dan zal ik geheel en al een man zijn. Gij ziet dus. dat hot iets heel verstandigs is. Ik wil naar de Raj Kumar-school te Ajmir gaan om alles te leeren omtrent de wereld. Sedert ik ziek ben geweest, lijkt de wereld nnj zoo groot. Kate, hoe groot is de wereld, die gy ge zien hebt aan de overzijde van het Zwarte water? Waar is Tarvin Sahib? Ik verlang zoo hein te z.ien. Ia Tarvin Sahib boos op mij, of op u? sirtg zou de kiesrecht-uitbreiding naar het ontwerp-Van Houten, in de grootste gemeen ten bovenal, blijken verre van «finaal" te zijn, n.l. niet te gaan tot de uiterste grenzen der Grondweten alleen met uitzondering van de enkele gediplomeerden zonder inko men is daarin het bezit, in stede van het staatsburgerschap, als grond van toekenning der kiesbevoegdheid aangenomen. Nog iets wat het ontwerp-Van Houten onaannemelijk maakt, is, naar het oordeel van den schrijver, de regeling van het ge meentelijk kiesrecht. Mier heeft men in zijn vollen omvang den belasting-census hersteld. Mij besluit zijn artikel aldus: «Mij mijn kritiek van het wetsontwerp van den minister Van Houten is door inij vol strekt niet uit 't oog verloren, dat art. 80 der Grondwet een onmogelijk probleem ter oplossing geeft aan hem die een kiesrecht regeling, overeenkomstig «le behoeften van onzen tijd, zou willen ontwerpen. Hoe gering mijn sympathie ook wezen moge zoo schreef ik in October 1892 voor «ie theoretische grondslagen der kiesbevoegdheid van het ontwerp-Tak (liet uitvloeisel trouwens van een onmogelijk grond wets-arl ikel)toch wenscli ik liet een meerderheid foe in beide Kamers onzer Stuten-Generaal. En wel bovenal omdat het ontwerp-Tak getuigde van «kordaat en manmoedig optre den", van «een breed inzicht in de eiscben van onzen lijd". Ook voor het thans aan hangig kiesrecht-ontwerp is mijn sympa thie, blijkens de beschnnvdr.go.i der vorige bladzijden, zeer gering, maar tot dezelfde slotsom als in October 1892 kan ik thans onmogelijk komen ondanks den per soon des ontwerpers, wiens «kordaat, en man moedig optreden" en wiens «breed inzicht in de eischen van onzen tijd" in vroeger jaren zoo vaak de hervormingsgezinden met de heerlijkste hoop vervulde. Maar tempora vnutanter en met de tijden, helaasook wel dc mensch." Het al'deelingsverslag is verschenen over het wetsontwerp tot herziening der belasting op het Personeel. Het betoog van een aantal leden, dat Personeel en Kiesrecht gelijktijdig hadden moeten zijn ingediend, vond tegen- sprank bij hen, die het als een voordeel be schouwden, dat liet Personeel vóór het Kies recht werd onderzocht. Nagenoeg algemeen achtte men een directe verteringsbelasting onmisbaar, maar veel ver schil bestond over de vraag, of zij door Rijk dan wel door Gemeente moest worden ge heven. Zoo deed hij haar allerhande vragen, totdat zij stilhielden bij een der zijpoorten van het paleis die toegang gaf tot den vleugel der Koningin moeder. De vrouw der woestijn stond op van den grond, en strekte de armen uit. Ik hoorde de boodschap komen, zeide zij tegen Kate, en ik wist, dat ik zou kunnen helpen, Laat mij het kind maar binnen dragen. Neen, vrees niets prins. Ik ben van goed bloed. Vrouwen van goed bloed zijn gesluierd en spreken niet in de straat, zeide het kind aar zelend. Er is een wet voor u en de uwen, en een andere voor mij en de mijnen, zeide <le vrouw. Wij, die ons brood verdienen niet den arbeid onzer handen, kunnen niet gesluierd gaan maar onze vaderen leefden vóór ons, vele honderden van jaren, evenals de uwe, zoon des hemels. Kom dan, de blanke fee kan u niet zoo goed dragen als ik. Zij sloeg haar armen om hem heen en droeg hem niet evenveel gemak, alsof hij een kind van drie jaar geweest wareknarsend ging de poort open, en te zamen gingen zij naar binnen dfc vrouw, het kind en het meisje. In dit gedeelte van het paieis heerschte geen schitteronde pracht. Het. bonte metselwerk der muren was op verscheidene plaatsen gebarsten en weggebrokkeldde blinden waren verveloos en hingen scheef. Een koningin, die de gunst van den koning verloren heeft, verliest ook veel op materieel gebied. Een deur werd geopend. Zij betraden een lange, donkere gang, die naar de vertrekken der koning in voerde. De moeder van den Maharajah Kunwar hield zich bij voorkeur op in een lange, lage De vermindering der belastingopbrengst met 2 millioen achtte een aantal leden be denkelijk er had gecompenseerd moeten worden door hoogere belasting van weelde- uitgaven of scheppen van nieuwe grondslagen, waartegenover verscheidene leden een min der lage opbrengst berekenden. Men vreesde an ae verlaging der hoofdsom verhooging an opcenten door provinciën en gemeenten. Velen achtten inwerkingtreding der nieuwe belasting onmogelijk zonder kiesrechtwijzi ging /.eer velen hadden bezwaar tegen de geheele vrijstelling van winkels en wilden met deze de kantoren op gelijken voet be handelen en lager dan woningvertrekken. De voorgestelde classificatie tier gemeenten leidde tot velerlei bedenkingen, waartegen over de onmogelijkheid werd betoogd van een betere methode dan plaatselijk onderzoek. Op velen maakte de tabel een goeden indruk. Verschillende bezwaren werden geopperd te gen de onvoldoende progressie, door anderen slechts aanvaard als remissie voor lagere huurwaarde. Mailden vele leden bedenking tegen bepa ling der huurwaarde naar den werkelijken huurprijs, vele anderen zagen daarin afdoende verbetering in den legenwoordigen onhoud- baren toestand. De groote meerderheid was in beginsel vóór aftrek van kinderen en pupillen, maai' tegou de wijze van regeling werden velschil lende bedenkingen ingebracht, als de onbil lijkheid om aftrek te geven alleen voor lagere huurwaarde en de beperking tot inwonende kinderen. Veischeidene leden waren tegen oplegging van aanslagen beneden f 1het vervallen van den grondslag der deuren en vensters vond nagenoeg algemeene instemming, maar velen wenschen ook den grondslag haard steden al' te schallen, waartegenover het ge voelen stond, dat alleen het belasten vannet gebruik een verbetering is. De wijzigingen in liet mobilair daaren tegen ontmoetten vele bedenkingen. Zoo achtten velen de vrijstelling van schil derijen onverdedigbaar en de progressie bij dezen grondslag te gering en vond schatting van het mobilair bij de groote meerderheid geen bijval. Vereenvoudiging der dienstbo denregeling werd toegejuicht: daarentegen afgekeurd de verhooging voor landbouwpaar- den. Als nieuwe grondslagen werden in de af- deeliogen genoemd: rijwielen, weelde-rij- tuigen, pleiziervaartuigen, piano's en reisbe- lasting. ^^elet^neendeiuiogMa^ kamer op het Noordoostendaar droomde zij van haar eigen land, ver weg onder de Kulu- heuvels Hier. hoor men geen gegons van stemmen, zooals in den anderen vleugel van het paleis; slechtsde voetstappen van eenige weinige slavinnen verbraken de stilte. De vrouw der woestijn, met den prins aan haar hart gedrukt, bewoog zich door een doolhof van leege vertrekken, nauwe portalen en overwelfde gangen, als een gevangen tijgerin. Voor Kate had den de geheimzinnige duisternis en de drukkende stilte niets vreemds. Voor haar maakten zij een deel uit van het afschuwlijke leven waarin zij verkozen had zich te bewegen, voor haar wan het het dagelij ksch leven. Eindelijk waren zij aan hun doel. Kate lichtte een zwaar gordijn op en de prins riep zijn moe der de koningin stond op en riep hartstochte lijk Is het goed met het kind De prins liet zich uit de armen der vrouw op den vloer glijdende koningin drukte hem snik kend aan haar hart, liefkoosde hem, en gaf hem duizend teedere namen. Een oogenblik trachtte het kind zich te gedragen als een echte Rajput, dat wil zeggen, als ware dit uiterlijk vertoon van aandoening uiterst beleedigend voor hem inaar het gelukte hem nietlachend en weenend wierp hij zich in de armen zijner moeder. De vrouw der woestijn streek zich niet de band over de oogen en Kate keek uit het venster. Hoe zal ik u danken, zeide de koningin eindelijk. O, mijn zoon mijn zoon kind mijns harten «le goden en zij hebben u beter gemaakt. Maar wie is dat? Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1895 | | pagina 1