Donderdag 12 September 1895. No. 4492, 44e Jaargang gAKUNTALA. Binnenland. Firma A. H. VAN CLE E FF t.e Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagnmiiddag met gratis Zondagiblnd. Abonnement per 8 maanden ƒ1.Fran00 per post ƒ1.16. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 ot., voor hot binnenland 60 ct. nor 3 maanden. Advertentiën 1—6 regels 60 et.; elke rogul meer 10 cl. Groóte lettors muir plaatsruimte. Legale-, oHlcicële- en ontoigeningsadvcrt. per regel 16 et. Reclames per regel 26 el. A/aondrrlijke nummer* 10 ren/. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden etand, van minstens 5 regels, In het Zondagsblad, per regel8 oenb By luïverl. - u- 1 buiten de stad worden de 'kusten in rekening gebracht. Bureau KORTEORACHT 56 Telephoon 1». Wc pest te .imersfoort. in 1655. IV. Ziehier eenige nadere bijzonderheden. De heeren Hardevelt, De Goyer, Van Dam en Thiens, oud-Borgemeesteren en Schepenen, mitsgaders Rutger Evertzen i en de Deuverden, Raadeu, hadden gerap porteerd, dat zij, tengevolge van een commissie van den 2en October 11. voor haar ontboden hadden Mr. Herman, school meester ende voorzanger alhier. Aan dezen werd voorgehouden, ot hij sich bestandt soude vinden om don last van bedieninghe van 't sieckentroostersampt bij de pestsiecken te bedienen. Mr. Her man verklaarde, dat hij sigh conscien- tieshalve daevtoe plichtig ende willigh bevond. Hij hoopte dat. zijnen dienst tot dienst Godes en der siecken zou kunnen gedijen, exhiberende daerbij een verkla ring van l)ns Paun en Dns Enschede, ge- wezep predikanten alhier, van den 5en Mei 1650, dat hij als ziekentrooster zeer naerstigh, bequamlick ende getrouwelick en met alle vigilautie, bij uaght ende dage sijnen dienst, int aensprecken ende troosten van de siecken waergenomcn had, soo vóór de doot van Carel Chau- dron als nae deselvighe, iuvoegen, dat veel en verscheyden ledematen, en an dere in wiens dienst hij geweest is aen haar E. betuygt hebben, dat sij in sijnen dienst seer goet genoegeu gehadt heb ben. Dus. Crinius en Teeckmannus, pre dikanten, gaven alsmede goede getuige- uis. Op de vraag, hoeveel geld Mr. Her man voor den voorzeiden dienst wenschte te ontvangen, luidde het antwoord, dat hij sulks aen de discretie van de Heeren overliet. De Heeren weigerden echter hierop in te gaan. Op nader instantie werd de belooning geschat op 300 gld., jaarlijks, alle vierendeel jaarste betalen, in plaats van t 100 gld., die hij thans als ziekentrooster geniet, terwijl hij boven dien zijn schooldieust moet verlaten nog verlangt hij, dat, in het geval hjj zelf aan de pest mocht komen te over lijden, aan zijn weduwe een jaarljjksch tractement van vijftig gld. zal worden uitbetaald. Bij nader discours liet hjj zulks over aan de discretie van de Heeren Re geerders. Bij het cesseren van de pest ziekte zal hij tot zjju vorigen dienst en tractement wederkeeren. Hij verzocht, dat zjjn tractement alsdan met vijftig gulden geaugmenteerd mocht worden, enz. Ingevolge het- voorgaande werd Mr. Herman, schoolmeester en voorzanger, tot ziekentrooster van de pestzieken aan gesteld, op een tractement van drie hon derd gulden jaarlijks. Geregeld bleef de pest haaroöers eischen. Wel staan de bijzondere gevallen niet op- geteekend, maar uit,'t boven medegedeelde bericht, dat er een ziekentrooster ten dienste der pestlijders werd aangesteld, kan men zelfs besluiten, dat dezer getal niet onaanzienlijk was. Zulks wordt ins gelijks bevestigd door het Raadsbesluit van den VIII April, waarbij bepaald werd, dat aan de ordonnantie op de pest zou toegevoegd worden, wat blij ken mocht daaraan te ontbreken. Wat Aguiet, de huisvrouw van den paep van heijligenbergli gedaan of misdreven had, wordt niet vermeld, maar er staat toch opgeteekend, dat de Regeerders haar ge lastten zich in alles strictelick te regu leren nuer de ordonnantie opt stuck van de pest geëmaneert, op straffe van boven de boeten arbitrarlick te worden geeorri- geert. Waarschijnlijk had zij zich be zondigd tegen een of andere bepaling van de ordonnantie, want de heeren Regeerders bleven zorgen, dat deze werd onderhouden en nagekomen. Zooveel in hem vermogen was, gaven zij goed acht, dat de besmettelijke ziekte niet verspreid werd. Een opmerkelijk geval staat onder dagteekening van den XXUIsteu Mei, 1656 geboekt. Het zoontje van Jacob vau Vanevelt was te Amsterdam aan de pest overleden. Waarschijnlijk waren de ouders er op gesteld, dat hun kind hier te Amers foort ter aarde besteld zou worden. De schipper Jan Hoen had het lijk medege bracht. Zulks kwamen de Regeerders te vernemen. Terstond daarop hebben zjj denzelfden Jan Hoen geïnterdioeei't, gelijk zjj hein interdiceren bjj desen, sig int veer te begeven ofte te varen, voor ende al- leer hjj expres consent van haer Ed. ge- impetreert zal hebben. Verder werd hem Feuilleton. 04). Naar het Enyelseh. Wil gy »lo hevigste uitbarsting zien, die gij ooit heb bijgewoond? Wilt gij de aarde voelen beven en de rotsen om u been zien vliegen Het gelaat van den Maharajah helderde op. Kan men hot van bet paleis uit zien vroeg hy. Ja welmaar het beste gezicht i .lebt gy aan den oever dor rivier. Om vyf u geef ik de Ainet haar vroegere richting terug, liet is nu drie uur. Zult gij er zijn, Maharajah Hahib? Ja, ik zal komen, liet zal een groot ge raas zijn. Vijfhonderd pond kruit. De aarde zal doormidden worden geseheurdl Dat geloof ik ook. Ren dan ga ik trouwen. Maharajah Sahib, en dan ga ik weg. Wilt gij bij mijn huwelijk komen? Do Maharajah bracht do hand aan zyn oogen, ora ze tegen de zon te beschutten, en keek Tnr- vin van onder zijn tulband aan. Rij God, l'arvin Sahib, wat zijt gij voor een man Dus wil je trouwen met de dames- dokter en dan weggaan? Nu ik zal bij uw hu welijk komen. Ik en I'ertab Singh. Nooit zal het ons met juistheid bekend worden, hoe Nicholas Tarvin de twoe volgende uren zijr.s levens doorbracht. Hij gevoelde een on- wederstnndbaren drang in zich om bergen te verzetten en de polen van den aardbol te ver wisselen hij had een sterk paard onder zich en voelde, dat hy den ring en Kate gewonnen had. Toen hij, een meteoor gelijk, te midden van de koelies op den dum verscheen, begrepen zij, dat er groote dingen in aantocht waren. Hij riep hen tot zich en zoidc, dat het hovel voor dozen dag luidde: „vernietiging", het eenige woord dat deOostorling werkelijk begrijpt. Met woeste kre ten werd het kruit uit de sehuur gehuald, de assenkarren naar beneden gedreven, hetgeheele kampement der koelies omvergehaald. Terwijl 'l'arvin hen steeds tot spoed aandreef, hegroeven zij ile kruitvaatjes in de kruin van den half opgebouwden dum. stapelden daarop latten en daarop weder zand. Alles was haastig in zyn werk gegaun, maar al het kruit lag tenminste op éon plaats, en het zou Tarvin's schuld niet zijn, als de Maharajah niet genoot van het leven en den rook. Even vóór vijf uur kwuin hij aan met. zyn lijfwachtTarvin stak een lange lont aan en be val allen achteruit te gaan. Langzuatn baande het vuur zich een weg in de kruin van den daiu. Toen opende de dijk zich met een ver vaarlijken knal; een witte vuurzuil steeg ten hemel, de zon werd verduisterd door de massa's opgeworpen aarde. Even scheen het alsof de puinhopen zich van zelf zouden sluiten, toen baande de Amet zich een weg door de pas ontstane bres, vormde een oogen blik een bruisenden, kokenden maalstroom en nam toen haar gewone richting weer aan. Do opgeworpen massa's vielen neer op don grond en in liet water. Er bleef niets over dan rook en de zwarte puinhoopen van den dam, gelust, zijn schip van de andere schepen alhier voor de stad liggende, te separeren, op poene dat daerinne zoodanigh sail worden version ende ordre gestelt, als men bevinden aal te behooren. Aan de haven meesters werd last gegeven hierop wel naeuw regard te nemen ende te letten off dese interdictie punctuelick geobserveert en naegecoinen wert, op geljjcke poene als boven. Op den zelfden dag relateerde de deurwaarder Jacok Wulpherts, dat hjj den insinuatie van deze interdictie aan de huisvrouw van van Jan Hoen en aen de hu ven meesters had gedaen. Het duurt tot. den 11 Augustus, oer wjj weder iets omtrent ons onderwerp ver- nemen. Op dien dag werden door de Regeerders der stad gecoraitteerd de j Heeren Borgermeesters Hendrick Both en Mr Hendrick van Schaeck, en oud-Burge meesters (Mr. Henvick van Outerff en Henrick Both), omme het concept Or donnantie op den l'esthuyse alhier, bjj de heeren Regenten van de armen ge- naemt De Poth, overgelevert.te resume ren, examineren en rapport te doen. Op den XVIllden Augustus werd door den Raad een Ordonnantie ende Regel over de bedieninghe ende ordre in den Pest- huyse alhier binnen Amersfoort en de annexe Borger huyskens bjj de Regeer ders van dien gemaeckt en gea.rresl.eert. Die ordonnantie bevat 1 bepalingen voor het bestuur van het Pesthuisvan de pesthuiskensvoor den binnenvader en binnenmoeder van den Pesthuijse. Het stuk bevat niet minder dan dertig Arti kelen. Een en ander zullen wjj een volgende maal van die ordonnantie mededeelen (Wordt vervolgd). lill. MM. de Koninginnen zullen Maandag 16 September a.s. omstreeks vier uur ie 's-Gravenliage torugkeoren en een tiental dagen in Ie Hofstad verblijven. De Tweede Kamer der Stuten-üeneraal kwam Dinsdagmiddag om half' drie bijeen. Na mededeeling «Ier ingekomen wetsont werpen en regeeringsbescheiden werd over gegaan tot bet trokken van de afdeelingen, die vervolgens, terwyl de openbare ver gadering geschorst, werd, hun voorzitters en ondervoorzitters kozen. Tot voorzitters werden gekozen de heeren Kerdijk, Rutgers, Veegens, Tak en Ilalfmans; tot ondervoorzitters de boeren Beelnerta, Rastert, Viruiy, Rorgesius en Savornin Lob man. Daar deze bijeenkomst vermoedelijk de laatste openbare in dit zittingjaar is, werden de notulen gelezen en goedgekeurd, waarna de vergadering is gescheiden. Tot rapporteurs over bet Kieswet-ontwerp zijn benoemd de heerenRink, Vlees, Hint- zen, Tak van Poortvliet en Middels van Verdunnen. In den ouderdom van ruim OS jaar is Maandagnacht, to Amsterdam overleden de heer David van der Keilen, directeur van het Nederlandsch Museum voor Geschiedenis en Kunst, ook nis kuntsclüMer zeer gunstig be kend, maar die zich vooral verdienstelijk maakte tegenover onze oude kunst toen deze nog niet in eon bepaalde richting werd be oefend. In den ouderdom van 07 jaar overleed mede daar de bekende diorenseliilder Con- radyn Cunaaus. 't ls my gebleken dus schrijft, de heer De Ras in den Limb. Koerier duf niet do Minister van Oorlog oorzaak is van liet afbreken der onderhandelingen. Wel beeft hij zich aanvankelijk niet toeschietelijk be toond en veel bezwaren geoppend, doch ten elolte heeft hü toegegeven. Toegegeven aan het bezwaar van hem of lion, die namens net syndicaat optraden, dat door de bmnenlundschn industrie meer dan 100 geweren daags zouden geleverd moeten worden. Dit is mij gebleken uit de schrifte- 'yke bekentenis van iemand, die in deze aangelegenheid nauw betrokken is. Voor deze daad verdient dus de Minister eer een woord van lof dun een interpellatie. Jammer slechts, dat, zyn mijn inlichtingen juist, en- ik heb geen reden daaraan te twijfelen, de Minister eerst zijn concessie deed, toen het syndicaat zijn aanbod reeds ingetrokken liait. Eenmaal echter deae hinderpaal uit den weg geruimd, bestond er geen aunleiding meer, het gedane aanbod niet gestand te doen, Toch is zulks niet geschied, en daarvoor bestaun naar mijn vaste overtuiging, geheel andere uorzukon. dia langzamerhand opgezogen werd door het water, tot er geen spoor restte van de werken dio aangelegd waren. En nu, Maharajah Sflhih, wat ben ik u schuldig? vroeg Tarvin, nadat hjj zich overtuigd had. dat geen der koelies gedood was. Het was mooi, zeido de Maharajah, zoo iets heb ik nog nooit gezien. Het is juin mor, dat het niet nog eens kun gebeuren. Wat bun ik u schuldig? herhaalde Tarvin. Daarvoor? O, het was mijn volk. Zy heb ben wat koren gegeten en er waren veel veroor deelden bij. Het kruit was uit het arsenaal. Waarom spreekt gy over betaling? Hen ik een koopman, dat ik weet wat er betaald moet wor den? Hot was een mooie slag. Er is niets tneer van don dam te zien. Ik kan de onkosten dragen, antwoordde Nick koel. Tarvin Sahib, r,is gij nog i en, of misschien twee jaar wacht, zult gij een rekening krijgen, en al gauft gij geld, dan zouden de mannen, die do veroordeelden betalen, alles nemen, en ik zou er niet rijker om zyn. Het was inyn volk het koren was goedkoop, en zij hebben de grap gezien. Genoog, liet is niet goed te spreken over betaling. Laten wij torugkeoren naar de stad Hij Indur, Tarvin Sahib, nooit zag ik een man als gij. Nu heb ik niemand ineer om met mij paehtm te spelen en mij nan hot lachen te maken. En het zal den Maharajah Kunwurook spy ten. Maar hot is goed, dat een man trouwt. Ju, hut is goed. Waarom ga je weg, Tarvin Sahib? Is liet op bevel van uw gouvernement Ja, van het Ainorikunnsohe gouvernement. Men heeft mij daar noodig om te helpen den Staat te regeeren. Er is geen telegram voor u gekomen, zeide de koning eenvoudig, maar wat zyt gij voor oen man Tarvin lachte even, wondde zyn paard en ver dween, torwfjl hij den koning zeer bcduurdach terliet. Deze had geloerd Taivin te beschouwen als een natuurverschijnsel, w.uirovor hy geen macht had. Niek bracht instinctmatig zyn paard tot staun tegenover bet huis van den zendeling, en terwyl hy een blik wierp op de stad in de verte, scheen hy nu pas ton volle te beseffen, hoe alles was uitgekomen golyk hy zich had voor gesteld. Hy huiverde even. Het was een droom, mompeldo hij, en het ergste is, dat de jongens to Topaz or nooit de helft van zullen gelooven. Weer zwierf zijn blik over hot dorre landschap, dat zooveel herinneringen by hem opwekte. Weer wierp hy eeu blik op den bronskleurigen horizon, en lachte luid. Hot kleinestudje,uutop oen afstand van tienduizend mylen aan de voet van den Rig Chief lag, en niets wist vun al de mnohinatifin, dieom haar in beweging waren ge steld, zou zich wollicht beleedigd nebben gevoeld over dien lach want Tarvin. nog geheel ver vuld van de gebeurtenissen, die Rhutore op haar vesten luid doen dreunen, nam een beschermend air aan tegenover hot kind zijner eerzucht, lly liet zyn hand mot oen smak op do dy vullen, on reed naar hot telegraafkantoor. De bruinhuidigo post- en telegruafdireoteur herinnert zich tot op den huldigen dag, hoe de Engelschman, die eigenlijk geen Engelselimau was, en daarom nog veel onboprijpolyker, bin nenstormde. (Slot volgt)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1895 | | pagina 1