Maandag 2
December 1895.
Een onbeheerde nalatenschap.
No. 4515,
45e Jaargang
BEDROGEN!
Uitgave
firma A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijiit Munndng- 011 PondertUtgnwiniddag met gratis Zondagsblad. Alionnemont por 8 mnandon ƒ1.Franco
per post ƒ1.15. Abonnement alleen op hot Zondagsblad voor Amersfoort 40 et., voor hot binnenland 50 ct. per
i.—'nt, Advertentiën 1—0 rogels 00 ot.elke regel meer 10 ot. Groot® lettors naar plaatsruimte. Legale-,
othcieele- en onteigemngsndvort. por regel 15 et. Reclames per regel 26 ot. Afzonderlijke nummers 10 cent.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stond, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel5 0ent.
Bij advertentiën van buiten do stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGR ACHT 56
Telephoon 10.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT
gevolg gevende aan eene missive van den heer
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
met ingang van 5. December a.s. de invoer in
Belgie «al worden toegestaan van Nederlaudsch
rundvee bestemd voor grootc abattoirs en ook
de invoe_r van schapen zal worden veroorloofd.
Amersfoort. 29 November 1S95-
De Burgemeester voornoemd,
i. D. SCHIMMELPENNINCK.
KOSTELOOZE INENTING.
ameKSRT™1 WETH0UDliRS
°P artikel 18 der wet van 4 December
18/2 (Staatsblad no. 184)
Brengen ter algemeen® kennis, dat voor een
ieder de gelegenheid tot Kostelooze Inenting
wordt gegeven op Maandag, den llï. en 28. De
cember 1895 des namiddags te drie ure in de
daartoe bestemde lokulit&t gelegen aan de Bree-
destraat wijk F. no. 133.
Amersfoort, 30 November 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. 1). SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SÜHELTU8.
NATIONALE MILITIE.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op do artt. 87 en 88 der wet betrekke
lijk de Nationale militie van den 19. Augustus
18(11 (Staatsblad No. 72) en de artt, 25 en 20
van het Koninklijk besluit van den 8. Mei 1802
(Staatsblad No. 40)
Gezien de kennisgeving van den heer Kolonel,
Militie-Commissaris in de provincie Utrecht, van
den 14. November 1895;
Doen te weten, dat do eerste zitting van den
Militieraad voor deze gemeente op Dinsdag den
17. December 1895, des voor middags te 10 nren
in het openbaar wordt gehouden In eene der
zalen van het stadhuis te UTRECHT, en bestuind
is tot het doen van uitspraakomtrent de ver
schenen vrijwilligers voor de militie, de lotelin-
gen die redenen van vrijstelling hebben inge
diend, de lotelingen die van den dienst uitge
sloten of daarbij voorloopig niet toegelaten
worden, en alle overige lotelingen, bohoorende
tot de lichting van het jaar 189(5.
Voorts, dat de tweede zitting van den Militie
raad, bestemd tot het doen van uitspraak om
trent alle in de eerste zitting niet afgedane zaken,
en ten opzichte van hen die als plaatsvervanger
of nuinmervcrwisselaur verlangen optetreden, ter
voormelde plaatse in het openbaar gehouden
wordt op Woensdag, don 15. Januari 189(1, des
voor middags te 10 uren.
En brengen ter kennis van de belanghebbenden,
dat de tijd en plaats der zittingen aan eiken
Feuilleton.
3). (Slot.)
Wacht maar! snauwde Willem nog altijd achter
de (leur hem toe en vatte krampachtig (leu re
volver, zoodat zijn vingers kraakten.
„Wel neende gociort heeft niet hel minste ver
moeden van mijn wandeling I Wat kun je die ge
trouwde mannen toch voor don mal houdenDat
zal me een verrassing zijn.' Wat was ik blij, toen ik
hoorde, dat hij zoo lang wegbleef."
„Open, open, genoeg.'" schreeuwde Willem van
der Wolk niet een stentorstem en sloeg mot de
greep van zijn revolver tegen do deur.
„O, wee.' mijn man.' Wij zijn ontdekt' duisterde
de trouweloozc daarbinnen.
Daar stortte haar heer gemaal de kamer binnen,
het dolkmes in de eene, don revolver in de nnderc
hand.
En wat aanschouwden 'smana oogen
In een leuningstoel, midden in de kamer, zat me
vrouw Van der Wolk, zijn echtgenoot®, keurig gekapt,
in groot toilet-
Iels links stond oen kleine, magere, ruim zestig
jarige man. juist geen type van schoonheid, een
kaal jasje, hovend over allo leden.
Op den ezel vóór hom slond l.ot hall voltooide
portret van Emma.
loteling zullen worden bekend gemaakt door
middel van een aan zijn woning of aan die van
zijnen vader of voogd te bezorgen biljet, alhoe
wel het niet-onvangeii van zoodanig biljet, niet
ontheft van de verplichting tot bet verschijnen
voor den Militieraad, of tot het indienen van
de tot staving der redenen van vrijstelling ge
vorderde bewijsstukkenzullende de loteling,
die vrijstelling verlangt wegens ziekelijke ge
steldheid, gebreken, of gemis van gevorderde
lengte, en de plaatsvervanger of nummerver-
wisaelanr in persoon voor den Militieraad moeten
verschijnen, ieder op het voor hem hierboven
vermeld tijdstip.
Amersfoort, den 2. December 1895.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
F. 1). SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHEI/fUS.
De BURGEMEESTER van Amersfoort,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad dezer gemeente zal vergaderen op Woensdag,
den 4. December aanstaande, des namiddags te
half acht ure.
Amersfoort, 2. December 1895.
De Burgemeester voornoemd,
F. I). SCHIMMELPENNINCK.
Twee belangrijke vergaderingen.
Woensdagavond herdacht de Afdeeliug
„Utrecht" derNederlaudsche Vereeniging
tot Afschaffing van Sterkedrank haar 50-
jarig bestaan in eeu openbare vergade
ring. De zaal in het gebouw van Kunsten
en Wetenschappen was te klein om het
aantal belangstellenden te bevatten, waar-
ouder ook verscheidene artilleristen. Prof.
P. J. van der Lith opeude den feestavond
met een kort woord oindat er voor dien
avond zoo vele sprekers waren, stelde hij
zijn bijdrage over de Geschiedenis der
afdeeliug liever uit tot een volgende
samenkomst der ledenhij heette har
telijk welkom de leden van het Hoofd
bestuur der vereenigingmevrouw Stel
lingwerf—Jeutink, uit Leeuwarden, en de
heeren opperrabijn Ghumaceiro en P. van
der Meulen, adjunct-inspecteur der belas
tingen, uit. Amsterdam, J. Schram, uit
Haarlem en dr. II. A. Middelhutg, uit
Amersfoort.
Achtereenvolgens werd het woord ge
voerd door mevr. Stellingwerf—Jentink
met een keurige schets over „de vrouw
als slachtoffer der drankellende", naar
een^edich^iloorj^
Bij (leze gezel'i
lezer ongetwijfeld
uirl.y
irdig
lolidige i:
wintermantel zitten.
Voor hoeren Weest nimmer of nooit mistrouwend.
Voor den lezer minder een moraal, dan wel eeu
mededing
Heeft iemand toevallig een goeden revolver
nooilig, dan kan hij goedkoop terecht bij den heer
mr. Willem van der Wolk, advocaat en procureur
to K.
Naar het Fransch.
li-
De 17 Juli 1880 was een heerlijke dag voor
Hcuïiöttc Bardounel, modiste to Kotiuau. Toen zij
tegen tien uur des oehtonds voor haar venster in
de rue des Uliarrottos was gezeten, druk nun den
arbeid opende, nuidaiuo Dufresnes, haar hospita,
plotseling de deur en sprong als hot ware do kamer
„Henriëlte.' Henriëttc.' Heb je bet nog niet ge-
zen Weet je nog niets?" riep zij uit. „Kijk
mis Zie eens bier/"
Eu zij legde haar de courant Lr Petit Rouennaia
,or, met den nagel wijzend op eon advertentie van
l' vierde pagina, luidend
„Mejuffrouw Ilciiriëtte Kmilienne Bardonnel, docli-
■r van Pierre Augustc Bardon nel, in leven p'
and-Po
i liou
irdt i'
haar belang verzocht haar adres te de
den heer Thicbuult, zaakwaarnemer, place du Vieux
Mnrché 53, te Havre. Erfenis."
„Ben jij dat?"
„Welzeker ja stamelde de modiste be
vend, en de regel; nog eens naspellend.
„Je moet hem dadelijk schrijvon, dien zaakwaar
dr. Middelburg over „de macht der vrouw
in de drankbestrijding" en een opwekking
tol de talrijk aanwezige vrouwen om door
vereeniging met elkaar den stryd geza
menlyk te voeren, nadat hy den eerbied-
waardigen, krassen 80jarigen voorzitter,
prof. - dr. Van der Lith een hartelijk woord
van 'hulde en dank gebracht had voor al
hetgeen hij 50 jaren lang voor de Ver
eeniging en haar Afdeeling gedaan had.
Prof. dr. J. van Uees, uit Amsterdam,
besprak de physiologische proeven van
dr. Smith, directeur van een asyl voor
drankzuchtigen, en dr. Führer, assistent
aan de psychiatrische kliniek te Heidel-
berg, over den „invloed van alcohol op
de werking der hersenen." Men is nl.
gaau twijtelen aan de bewering, dat de
alcohol opwekt, en ging proeven nemen
op personen, die iu het etmaal twee glazen
bier namen. Men ging na twaalf uren
na, de snelheid, waarmee men een aantal
cijfers kon optellen, men ging reageeren
op het verstaan van een bepaald signaal,
enz., en het resultaat dier onderzoekingen,
zich uitstrekkende over 27 dagen (door
spreker op eeu gekleurde graphische tabel
aangetoond) leidde tot de slotsom, dat
gedurende de eerste vier dageti de inten
siteit van het denkproces zonder alcohol
gebruik toenam en bykaus het toppunt
bereikte, doch na alcoholgebruik werd
de iuteusiteit aanmerkelijk kleiner en
nam de vaardigheid in het optellen af.
Hieruit bleek, dat het matig gebruik eeu
slechten invloed heeft op het centraal ze
nuwstelsel, waarin het denkproces wordt
opgewekt. Toen op den 19ilen dag het ge
bruik van den alcohol werd gestaakt, zag
men, dat de intensiteit van het denk
proces toenam. Evengoed als bij den
dugelijkschen omgang met lood, allicht
loodvergittigiug optreedt, kan ook gezegd
worden, dat de alcohol op deu duur op
het zenuwgestel werkt en feitelijk ver
giftiging intreedt. Op deze wetenschappe
lijke basis kan men meer steunen om de
geheelonthouding veld te doen winnen.
Toch zou die basis alleen weinig haten,
omdat allicht wordt aangevoerd, dat de
toegebrachte schade klein is, en men
dagelijks ook door andere zaken het
lichaam schaadt. Er is echter meerhet
matig gebruik reernteort telkens het on-
matig gebruik. Het meest matig gebruik
kan niet verhoeden, dat men zich nu en
dan schuldig maakt aan onmatigheid.
Dit onderzoek dient ons dan ook tot
een ernstig nadenkeu te brengen. Want
ontegenzeglijk staat het vast, dat het
matig gebruik schadelijk is, niet 't minst
voor de hersenen. Bier is hetallerkwaadate
wat er is. De matigheid geeft een onbe-
paalden grens aan, en niemand kan de
grens daarvan bepalen. Wij moeten ons
daarom onthouden van alle alcoholische
dranken. Het matig gebruik vergeleek
spreker met een gedrangwanneer er
iemand by een gedrang wordt doodge
drukt, is niemand de schuldige van diens
dood. Zoo is 't ook met het matig ge
bruik. Draukhestrndiug is alleen tnogelyk
als men geheelonthouder iö. De vruchten
ziet men in Noorwegen.
Du heer P. van der Meulen wees op
de ellende, die de alcohol over geheel
Europa gebracht heeft. Wat is daarom
liet streven det Vereeniging? Door.het
wnkku' schudden der volksovertuiging
te trachten een wet te verkrygen inhou
dende het verbad van drankhandel^ invoer
en productie.
Zoowel geheelonthouders als afschaffers
kunnen als lid van de Vereeniging toe
treden. Uitvoerig lichtte spreker het
nieuwe reglement der Vereeniging toe,
en wees er in het byzonder op, dat in
Noorwegen in zeer korten tijd de drank
bestrijding een ontzaglijk hooge vlucht
heeft genomen en de volksmeening geheel
tegen den alcohol is. Zoo kan het ook
iu Nederland gaan. Ten slotte spreekt
hjj den wensch uit, dat een lOOjarigju
bileum niet gevierd zal behoeven te wor
den, omdat het bestaan tier Vereeniging
dan niet meer noodzakelijk moge zyn.
De heer Schram wekte ieder op, het
politieke- en godsdienstige standpunt in
de drankbestrijding te laten varen. Met
vereende krachten moet de stryd worden
aangebonden. Tot hen die matig-gebrui
kers zijn, richtte spreker de vraag „of
zij wel met de drinkgewoonten kunnen
breken." Er zijn tal van personen die
zeggen, „o als ik T wil, dan laat ik 't,"
maar als 't er op aan komt, dan zyn 't
juist die personen, die van den drank
niet^emakkelijl^^
nemer, mijn kind dadelijk
..Zeker, ik zal zeker, madame Dufresnes
dadelijk"stamelde Henriëttc, zich naar de com
mode begevend, waar eon roestig on bestoven inkt
kokertje nebter een bandscboeucndoos stond.
Den volgenden avond ontving raujuilrouw Bardonncl
eeu antwoord van mijnbeer Thiëuuult, die bnaruit-
noodigde, onverwijld to zijnent te willen komen.
Tevens was oen postwissel van vijftig franc bij den
brief gevoegd. Dat beloofde voel, meende madame
Dufresnes dadelijk.
„•lij bent onder een gelukkig gesternto geboren,
lieve; ik bob 't altHd wel gezegd.' En meneer
Léonoe is ook gelukkig, niet? Guut hij mee
Hilvre
„Meneer LOoneo". Lëonoe Locurpontier wa
zoon van een groot linnenkoopman van de Qnai
aux Monies, oen ilinko jongen van acht en twintig
jaar, blond, forscli cu omstuiinig, maar touh zacht
als een lammetje en dio sinds vijfjaren met Hen
rietta verloofd was.
Hij was werkzaam op het kantoor zijn vaders maar
werd schrikkelijk „kort gehouden" en kon (lus zijn
liefde voor de mooie, kleine modiste uiterlijk slechts
zeer spaarzaam doen blijken.
Een bracelet of zoo op feestdagen, 'n enkele maal
een uitstapje dat was alles.
Toen luj van Henriëttc bot bljjdo nieuws hoorde,
was bij opgetogen.
„Wjinnccr je maar 'n honderdduizend franc hadi,
kind, minder zelfs, tachtig duizend, dan zou ik wel
mot vader sproken. Ik zou hem wel weten over (o
balen. Je zoudt mijn vrouw kunnen worden! Wij
konden bij elkaar blijven, O, dut zou bel paradijs op
aarde zijn
Henriëttc moest echter alleen van lintman naar
liAvi'o trekken.
Hot kantoor van deu zaakwaarnemer was gelogen
op de éoVsto verdieping van oen oud cu bouwvallig
buis. Een smalle en donkere gang, smerig, vies en
vunzig, leidde er been.
„Hij ontvangt zeker niet veel menscheu, die
meneer Thiëbnult; bij woont erg leclijk I" dacht
Henriëlte al tastend in de duisternis. „Mijn hemel.
Wat zal ik hooren Wolke erfenis
Zij ontwaarde nu een bordje op oen der dcuron
„Kantoor.— Binnen zonder kloppen."
/ij trad binnen.
Meneer Tbióbault, oen klein, mager, oud mannetje,
mot oou grootc bril op, en oen zwart mutsje woes
bet jongo meisje oen stoel aan, on noodde' baar te
gaan zitten.
„Juffrouw Bardounel?"
„Ja, meneer."
„Hebt ii uw geboorteakte b(j u, zooals ik u bob
verzocht 7"
„Om u te dienen, moueor,"
Do zaakwaarnemer las zoor aandachtig bot pa-
„Picrro Augiisto Bardounel Juist, juist 1
Meneer uw vader hooft Frankrijk in 187(1 ver
laten, niet waar jtilfrouw ging meneer Thióbmflt
voort.
„Ja, meneer. Ik was toon vyf jaar wy zoudon
bom naar Now-York volgun maar wij hoorden
niets meer van bom nooit. Mijn moeder is ze»
jaar geleden gestorven, on ik bob alleen nog muur
een nicht to Elbouf
„Wolmi, jijtlVoi.w, uw vader is don 22on Januari
18(9 in /uul-AmerikaleBnonos-Ayros, ovorleden, oen
vermogen nalatend van ongoveuröóO 000 franc, waar
van ii do couigo erfgenamen zijl."
„O, zeshonderd.
„Zeshonderdduizend franc," beraam meneer Thië-
bault, „Om dat. bedrag le kunnen ontvangen, zal
liet. noodig zyn, dat u zelve daarheen gain, en mijn
collega, meneer Guasialla, opzoekt, die mij van do
onbeheordu nalatenschap beeft bericht en er do
curator van is."
Wordt vervolgd)