Maandag 6
Januari 1896.
No. 4525,
45e Jaargang
Buitenland.
DE WONDERKUUR.
Stadsnieuws.
O it gave
Firma A. H. VAK CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdag namiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 8 maanden ƒ1.Franco
per post ƒ1.15. Abonnement alleen op bet, Zondagsblad voor Amersfoort 40 ct., voor het binnenland 50 ct. per
3 maanden. Advertentiën 1—6 regels GO ct.; elke regel meer 10 et. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
ollicieële- en ontcigeniiigsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ct. Afzonderlijke nummers 10 cent.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regelt, In het
Zondagsblad, per regel5 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
K ORTE6RACHT 56
Telephoon 19.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gezien art. 8 dor wet van den 2, Juni 1875 (Staats
blad no. 95),
Brengen ter kennis vaq het publiek, dat door hen
vergunning is verleendaan W. L. tik PETIT en
zijne rechtverkrijgenden om ecne schietbaan voor
revolver opterichten in het perceel, alhier gelegen
aan den Leusderweg, kadastraal bekend onder sectie
C. Nó 841
aan G. VINK en zijne rechtverkrijgenden om eene
varkensslachterij en rookerij opterichten in het per
ceel alhier gelegen aan den Zuidsingel, wijk A.no.
2G0, kadastraal bekend onder sectie E. no. 2945
en nan W. KOMMER en zijne rechtverkrijgenden
om eene varkensslachterij opterichten in het perceel,
alhier gelegen aan de Appelmarkt, wijk F. no. 380,
kadastraal bekend onder sectic E. no. 692.
Amersfoort, den 4. Januari 1895.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMBLPENNINCK.
De Secretaris.
W. L. SCIIELTUS.
WAARSCHUWING.
De INSPECTEUR der DIRECTE BELASTINGEN,
ACCIJNZEN to AMERS-
."olgende wettelijke bepalin-
„Zij. welke personen bij zich hebben inwonen,
„buiten liun eigen huisgezin, en dienst- en werk
loden, zullen gehouden zijn daarvan bij het be-
„schrijvings-biljet opgave te doen op eene boete van
„Hen gulden,"
Art. 30 i 3 der Wet van 29 Maart 1833 (Stbl. no. 4).
„Belastingplichtig in de Bedrijfsbelasting zijn allen,
„die binnen dit Rijk wonen en wier inkomsten uit
„bedrijf, ambt, waardigheid,, pensioen, wachtgeld,
„lijfrente, enz. gevoegd bij 4 percent van hun ver-
.mogen, f650 of meer per jaar bedragen."
Art. 1, in verband met art. 2 en 9, der Wet van
20 October 1893 (Stbl. no. 149).
„Allen, die op 1 Mei uit eigen hoofde of als ge-
machtigde vertegenwoordiger of tussohenpersoon,
„belastingplichtig imjn, zijn gehouden uiterlijk bin-
•„nen tien maanden na den dag, door den Commia-
„saris der Koningin in de Provincie voor het begin
„van de uitreiking der beschrijvings-biljetten bepaald,
„hunne aangifte in den voorgeschreven vorm op
„biljet .1 in te dienen, bij aldien zij dit biljet A niet
„hebben ontvangen, of het niet is terug gehaald. Dit
„verzuim wordt gestraft met eene boete van hoog
stens f50."
Art. 14 't 1 in verband
2 October .1893 (Stbl. i
Aangezien 1
gen zijn ingesteld, wordt n
aangaan, tor voorkoming
geraden zich lol het. doen
ming van informaties te
nu t art. 47 4 der Wet
o. 1491.
u lil (leze reeds bekenrin-
i) ieder, wien zulks kan
m kosten en moeite, aan-
•an aangifte of ter beko-
rvoegen ten kr
den- lieer llijks-ontvanger of bij den ondergeteekeude.
hskoort, 6 Januari 1896.
De Inspecteur voornoemd,
DUBOIS.
Het nieuwe jaar begint met, een veront
rustende tijding uit de Transvaal, welke zoo
zeer verwant is aan Nederland. Men weet,
dat de regeering van Oom Paul bestookt
Feuilleton.
Naar hel Duitsch.
9).
„Nu mijnbeer, hoe voelt u je vandaag?" vroeg
Joinin mot ernstig gelaat.
„Slecht, Ik voel me akelig mat," antwoordde de
zieke.
„Wonderlijk!" riep Johan verrukt uit, „juist zoo
als de dokter gezegd heeft: als de patiënt morgen
ontwaakt en zich erg koortsig-warm voelt, zei hy,
dan is hij gered!"
„Zei hij dat?" vroeg Quirl angstig. „Ach God, als
dat waar is; ik geloof, dat ik weer koud word!"
„Onmogelijk I" lachte Johan half verlegen. „Ziet
u mnar, u is zoo rood als een gekookte kreeft," on
tegelijkertijd lichtte hij daarbij hel dek eeu weinig
op oin don kranke diens door de zweetkuur rood
geworden bccnen te tooncn. „De dokter zei, als de
patiënt ontwaakt en h(j is zoo rood als een ge
kookte kreeft, dan is het gevaar gewekeu."
„Werkelijk?" vorschte mijnheer Quirl, terwijl hij
sich oen weinig oprichtte. „De dokter is dus hier
lak nick.
„Gisteren Hoe zoo gisteren Is do doktor dan
reeds bij mij geweest?"
„llérèjé. weet tt daar dan niets moer van?" riep
Jolmn verwonderd. „Natuurlijk was hij hier!" ging
bij «enigszins kwaad wordend voort. „Vandaag en
gisteren is de dokter eenmaal hier geweest en eer
gisteren zelfs tweemaal."
„Eergisteren riep mijnheer Quirl ongeloovig
wordt door een beweging der uitlanders, waar
aan 't perfide Albion weer debet, schijnt te zijn.
Algemeen was men van oordeel, dat de
vastberadenheid van de Transvaalsche re
geering en de bezadigdheid van het betere
deel der bevolking van Johannesburg de uit
barsting van den opstand zou voorkomen,
zoodat voorloopig het gevaar als geweken
kon worden beschouwd; doch nu wordt
eensklaps uit Pretoria geseind, dat een bende
van 800 man uit liet land der beruchte
Britsche Zuid-Afrikaansclte Maatschappij, niet
6 Maxim- en andere kanonnen Transvaal is
binnengedrongen. De bende bevond zich reeds
in de nabijheid van Rustenburg en rukte op
Johannesburg aan toen de mannen van Ma-
jubabill, van nu 15 jaar geleden, hen terug
joegen, en 550 ge vangenen maakten, waaronder
dr. Jameson, de aanvoerder der vrijbuiters,
die 80 dooden en 40 gewonden kregen.
De President riep alle burgers ter verde
diging van het land op.
De agitatie te Johannesburg is waarlijk
een bedroevende zaak en kan noodlottige
gevolgen hebben, vooral voor het mijnwezen
en den handel. Volgens een gerucht zal de
Duitsche regeering, welker koloniën aan
Transvaal grenzen en die derhalve belang bij
de zaak heeft, zich onthouden in de binnen-
landsche politieke beweging van Transvaal,
maar zij zal optreden tegen elke verandering
vtin Transvaal's politieke verhouding tot liet.
buitenland, waardoor de tegenwoordige poli
tieke onafhankelijkheid van Transvaal zou
verkort worden. Die onafhankelijkheid tnoet
naar Duitschland's meening bewaard blijven
en een daad van een vreemde mogendheid,
die dit status quo bedreigde, zou te rekenen
hebben met een krachtigen tegenstand van
Duitschland tot bescherming van de aanzien
lijke Duitsche belangen aldaar. Keizer Wil
helm zond reeds een tegraphischen geluk-
vvensch aan president Kruger.
Particuliere berichten uit Transvaal druk
ken voorloopig het vertrouwen uit, dat de
regeering den toestand meester zal blijven,
aangezien de niet-Engelsclie elementen, die
de regeering ondersteunen, daartoe sterk ge
noeg schijnen. De orde te Johannesburg is
trouwens reeds hersteld.
De berichten zijn iutussclien alle van Engel
sehen kant en de Engelsche regeering schijnt
bovendien te trachten de wereld geleidelijk
voor te bereiden op den omvang der geleden
nederlaag.
Sir Hercules Robinson, de-gouverneur der
Kaapkolonie, seinde o. a. aan den minister
Chamberlain, dat bet gevecht werd geleverd
bij Krugersdorp op Nieuwjaarsdag, van 's mid
dags 3 tot 's avonds 11 uur, en dat van tie
zijde der Transvaal groote gematigdheid en
lankmoedigheid aan den dag wordt gelegd.
Cecil Rhodes zou te Buluwavo, den hoofd
zetel der Chartered Company, een tweede
expeditie-korps bijeenbrengen. De bekende
Duitsche reiziger Ettgen Wolf, die geruimen
tijd in Zuid-Al'rika doorbracht en de toestan
den daar goed kent, acht bet builen kijf, dat
Sir Cecil Rhodes dr. Jameson tot zijn rooftocht
heeft aangemoedigd. Met belangstelling z(et
men nu tegemoet, wat Rhodes, de Kaapsche
Napoleon, tot zijn verdediging zal inbrengen.
Zoowel uit Amsterdam als uit Rotterdam
zijn telegrammen gezonden aan president Kru
ger om sympathie te betuigen en geluk te
wenschen met het behaald succes.
Te Hamburg ging met meer practiseh te
werk: daar is reeds 40 000 Mark ingezameld
voor de eventueel gekwetste Boors; uit alle
plaatsen in Duitschland komen daar nog bij
dragen in.
„Mnar hoe lang l>en ik dan reeds ziek?"
„Wacht eens," zei Johan en telde even op de vin
gers, „juist drie dagen; van daag is het de vierde,
en als de zieke op den vierden dag niet gestorven
is, dan is hy gered, zei de beroemde dokter Rau-
penstecher."
„De vierde dag? Hoe is dat mogelijk? Eu ik
meende, dat ik eerst van morgen hier aangekomen
was."
„O, o, niets van dat alles!" antwoordde Johan op
uiedelijdenden toon, terwijl hy daarbij met 't hoofd
schudde. ,,Heden is het Donderdag de 18de."
„Neen ja, jawel, ben ik dan niet op Donderdag
den 18den met de diligence van 't slation naar hier
gekomen vroeg de zieke vol verbazing,
„Neen, mijnheer. U verwisselt de dagen dat komt
bij dit soort ziekte ook dikwijls voor, als de beter
schap aanvangtlachte Johan.
„Maandag dei» 15en is u hier aangekomen, het
staat bencuon in hel vreemdelii.genboek opgetee-
kend, en gisteren hebt u zelf mot tlr. Rauponstechcr
gesproken; weet u dat niet meer?"
„Dr. Heb ik hem dan zelf gesproken t"
„Natuuriyk hebt tt hem zelf gesproken I Maar,
beste mijnheer, weet u dat dan niet meer Nu ziet
u hei zelf hoe alles uit uw geheugen gegaau is."
„Ja alles! Merkwaardig! Ik weet erabsoluutniets
van, en zelf zou ik hem hebben gesproken
„Tweemaal, gisteren en eergisteren. Elke maal
drie kwartier lang in delirium en 17 minuten by
het volle verstand. Maar zwak was het."
„Wie, wat, tic doktor?"
„Neen, het verstand,"
„Ach zoo I Ja dat geloof ik welEn het was dus
worlcolyk de dr. Run Rtiu Raupenstecher
zelf?"
„Natuurlijk was hij hel zelf! Hier is nog het
recept, dat hy zelf voorgeschreven heeft, hoort u
maar h'atapulta-jurisprudinitia 3 om,polutrophon hos
I nuila pollu 75 gram, octaëder paralclopipednm, ziet
Vergadering van den Raad der gemeente
Amersfoort op Dinsdag, den 7. Januari 1896,
des namiddags ten 41/2 ure.
Pnnten van behandeling
4. Voorstel van Burg. en Weth. tot uit
breiding van het onderwijs aan de school 1e
soort voor jongens, tot benoeming van een on
derwijzer en verhooging van het schoolgeld.
2. Ontwerp-besluit tot verhooging der jaar
wedde van eene onderwijzeres.
3. Ontwerp-besluit tot vaststelling der jaar
wedden van het onderwijzend personeel.
4. Missive van Ged. Staten van Utrecht
ten opzichte der bouwverordening, metont-
werp-verordening tot vaststelling van het ge
deelte der gemeente waarop die verordening
van toepassing is.
5. Bestek van aanbesteding der gebouwen
voor de tweede Algemeene begraafplaats.
0. Voorstel van Burg. en Weth. betrek
kelijk de kosten van het aanschaffen van over
jassen voor de agenten van politie 3e klasse.
De maandelijkscbe Zendingsbidstond zal
morgenavond om 8 uur gehouden worden
in »De Zaaier".
Men moge van het Leger des Heils denken
wat men wil; dat het krachtig aanpakt, waar
anderen schromen door te tasten, en dat het
practischen zin heeft, zal ieder toegeven.
Maar wat baat de goede wil, als de steun
ontbreekt Juffrouw Eijkenaar toch heeft be
halve een heel klein beetje wol' en sajet nog
slechts zeven gulden on vangen voor het onder
wijs aan verwaarloosde kinderen.
Hoe kan ze daarmee nu iets uitrichten
Luitenant J. L. ten Bosch, van het Ie
regiment veld-artillerie hier, die thans de
lessen aan de Hoogere krijgsschool te 's-Gra-
venhage volgt, wordt 1 Klei gedetacheerd
bij het regiment grenadiers en jagers,
Aangaande de stukken welke hier Woens
dag door tusschenkomst van de Garanten-
vereeniging zullen worden opgevoerd door
de Vereenigde Rotterdamscho Tooneelisten
onder directie van Le Gras en Haspels, le
zen we in Het Tooneel:
Het blijspelletje De Nieuwe Knecht (uog
door Jean Valjean vertaald) is een van die
aardige Fransche romanstukjes, die een kijkje
geven in een leven dat ons vreemd is. een
kijkje om den hoek van een verboden deur.
In dergelijke blijspelletjes zie ik mevrouw
Van Eysden-Vink altijd dolgraag; de woor
den ratelen haar dan van de lippen en bet
gaat haar alles zoo handig en gemakkelijk,
af. Daarbij kleedt zij zich uitstekend. In dit
laatste opzicht is mej. Klein niet altijd even
gelukkig en dat, is jammer, want ook zij is
voor dat vlugge, Fransche spel wel geschikt.
Alleen nog wat meer vroolijkheid moet zij
zien weer te gevenzij houdt haar lachjes
te kostbaar, of liever want heel veel had
zij in genoemd nastukje niet te lachen
zij toont zich te weinig luchthartig.
Weer trad de heer Willem vauZuylenop
in deze maand; nu in Altijd de Vrouween
grappig Fransch blijspel. Hierin vertoonde
Van Zuylen zich weer in zijn volle kracht.
Het was dan ook juist iets voor hem, den
slimmert in eigen oogen, «lie zoo heerlijk
voor den gek gehouden wordt. Niemand zal
dit stuk en dit spel kunnen gaan zien zonder
zich te amuseeren. Het samenspel van de
heeren Van Zuylen en Faassen is altijd zot»
heerlijk komiek de heer Faassen heelt oogen-
blikken die men veel langer onthoudt dan
don titel of den inhoud van het heele blijspel.
Ook mevrouw Rurlage bezorgt het publiek
voortdurend de grootste pret door haar char
ges van de oude vrijstereen geliefd emplooi
van deze verdienstelijke actrice, en waarin
zij herhaaldelijk succes gehad heeft.
Madame Thénard, van de Comédie frangaise,
olïicier d'Académie, de zeer bekende con-
férencière, beeft liet voornemen met made
moiselle Lepage den 16en dezer hier- ter stede
een soiree litteraire et dramatique te houden.
Het muziekkorps onder directie van den heer
Van Aaken zal tot afwisseling eeuige van'zijn
beste numme'-s ten gehoore brengen. Een
avond dus vol kunstgenot.
Op delijsten, welke de Garanten-vereeniging
voor deze soiree doet circuleeren, zal zekei
druk geteekend worden, eensdeels wel uil
u, pipedum beteekent om de drie uur in te nemen
recte fecit. Dr. Raupenstecher. Gelooft u het
„Ja geen twijfel meer!" zei mijnheer Quirl zeer
bedrukt. „Eu nu geloof je, dat ik gered ben 1"
„Dat zou ik meenen, dat laat zich niet wegrede-
neeren," riep Johan triomfantelijk uit.
„Maar ik voel me nog zoo vreemd, ik heb pijn
in mijn hoofd,"
„Hoofdpijn? Hoeral" schreeuwde Johan, „als de
patiënt ontwaakt en hij heeft hoofdpijn zei de
dokter dan is zijn toestand bestzegt hij echter
dat hy een vreemden druk in zyn hoofd voelt, dan
is dat eeu teeken, dat hij nog lang niet goed is, en
dat de pleister niet geholpen heeft."
„De pleister
„Ja, de IJslandsche mosterdpleister, die de dokter
u eergisler op het hoofd heeft gelegd, weet u dat
dau niet meer? U hebt hem toch up uw hoofd?"
Quirl bracht zijn hand zeuuwnehtig naar zijn blon
den schedel en voelde, terwijl een lichte beving zijn
lichaam deed triller., den grooten pleister.
„Ja, het is zoo," zeide hij verbluft, „'tis zoo, of
schoon ik tuij toch werkelijk niet heriuner
„Niet herinnoren vroeg Johan, met eeu naden
kend gelaat. „Hm, dat is werkelijk onaangenaam.
De dokter meende, dat zoo lang uw verstand nog
niet heelemaal helder was, er nog vrees bestond, dat
misschien weer een aanval
„Om 'b hemels wil maak me niet bang, man 1"
riep dc arme Quirl angstig uit. „Ik geloof werkelijk,
dut ik het mij begin te herinneren," ging hy voort.
„Ja, ik geloof het... niet waar, zwart ziet het er
uit en het trok myn haren een beetje by elkaar,
toen liet er op gelogd werd, dat zei ik immers ook
tegen den dokter, is 't niet zoo?"
„Jawel mynheer!" riep Johan juichend uit. „En
toen drukte tt den dokter de hand en zei u tegen
hem, dat do pleister u goed deed en dat u den
doktor dankbaar was voor zyn hulp en
weer gezond zou wezen overal vertellen welk eet
reddende engel de dokter was, herinnert u zich da
niet meer?"
„Ja ja, jawel!" antwoordde Quirl een beetj
verlegen.
„Nu ziet u 't," zei Johan verklarend, met een bl!
gelaat. „Nu keert de herinnering terug, en u mot
u daar een beetje voor inspannen en haar verstel
ken. Ik zou u nu ook heelemaal voor genezeu hoi
den, als er niet... eeu omstandigheid was..."
„Een omstandigheid Welke dau vroeg Qui1
angstig.
„Ach ziet u, als er nog maar niet- iets ontbral
Wanneer, zoo zei de dokter, de patiënt outwaal
en hij heeft geen trek om iets te eten, dan is di
een bedenkelijk teeken."
„Geen trek, mensohschreeuwdeQuirl vol vreu
de, „ik heb een honger als eeu paard! Ik heb-o<
in drie dagen niets gegeten, weet je dat dan ui
„I-Ionger Iloera, ik feliciteer u I" juichte Jobs
„Zei nietwacht eenszei .le dokier ni
eergister, dat als de ziekte over was, ikhè,
begin me meer en meer te herinneren, dat
ik dau een biefstuk moest eten?"
„Aceoord mynheer, zoo is hetziet u nu wel, l
het geheugen terugkeertHier aan de tafel sto
do dokter, weet u nog wel?"
„Ja, juist nu weet ik alles host!"
„Wil ik dan nu mnar een biefstuk voor u
stellen, mynheer Liilfelstiel zoo heet u imrn
niet waar?"
„Neen, ik heet Quirl 1"
„A. ja juist, gisterochtend vertelde u dut ooki
dokter! Wil ik dan nu mnar eon biefstuk voo
khuir laten maken, mijnheer Quirl?"
„Ja, met wat uien or bij."
Wordt