Donderdag 9 December 1897. No. 4726. 47e Jaargang. VERGIFT. ültgave A. H. VAN CLEEPP te Amersfoort. f f an<*a9~ en donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f franco per i°S,.( 'tentiën. regels 60 cent: elke regel meer 10 cent. Groote letters naar p aa 1,1 ro e. egale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke nummers 10 cent. re ij Rij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau KORTEGRACHT 56 Telephoon 19. KENNISGEVINGEN. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT Gelet op de Verordening op het gebruik van de haven, grachten en beken in de gemeente Amersfoort, van den 8. Mei 1897. Vestigt de aandacht op de navolgende be palingen dier Verordening Art. 17. liet is verboden op het ijs van rie haven, grachten, of beken binnen het grond gebied der gemeente zich te bevinden. Art. 18. De Burgemeester is bevoegd, indien zijns inziens het ijs een voldoende draagkracht heeft bereikt, bij publicatie een irnmei her roepbare dispensatie van voormeld artikel (of een gedeelte daarvan) voor een daarbij te be palen tijd te verleenen. Overtreding van het verbod wordt gestraft- met een geldboete van ten hoogste vijf en twintig gulden. Amersfport, den 6. December 1897. De Burgemeester voornoemd, F. D. SCHIMM ELPENNINCK. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer Ge meente, dat de door den Directeur van 's Rijks directe belastingen enz. te Amsterdam executoor verklaarde kohieren No. 7 en 8 van de l'crso- neele belasting over het dienstjaar 1897 aan den Ontvanger van 's Rijks directe belastingen alhier zijn ter hand gesteld, aan wien ieder verplicht is zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaat sen aangeplakt te Amersfoort, den 7 December. 1897. De Burgemeester voornoemd, F. D. SCHIMM ELPENNINCK. Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid. Naar uanleiding van hel eerste jaarverslag). Een boekje van ongeveerzestig bladzijden, dat in het kort een overzicht geeft van de volbrachte werkzaamheden van óen jaar, »een jaar van hard werken", zooals de presidente zegt, en waarop een jaar van nóg harder werken zal volgen, want ook de tentoonstel ling van vrouwenarbeid zal ook daarin eene uitzondering zijn op de vele andere tentoon stellingen, nl. dat zij op den dag der opening klaar is, en dat niet de bezoekers zullen wandelen langs onafgewerkte afdeelingen, waar het kloppen van den hamer zelfs nog wordt vernomen. Als 1 Juli 1898 de deuren zich zullen openen, dan zal de tentoonstelling Feuilleton. Adrian had nauwkeurig naar elk woord ge luisterd. Hij kon nu zeer gemakkelijk begrijpen, hoe de vork in den steel zat. Gabrielle was gedwongen geworden tot een huwelijk met een man dien zij niet liefhad en die haar evenmin beminde; of dat huwelyk in derdaad was doorgegaan, dan wel of zij zich tegeD den wil harer tante had verzet en zoo doende niet gehuwd wa9, kon Adrian uit haar woorden nog niet opmaken, maar hij vreesde dat het eerste gebeurd was. Hij was heftig ontroerd door deze ontdekking. Wat zou hij doen De angst, waarmee Gabri elle zich tegen nasporingen in deze geheimzin nige zaak verzette, was voor Adrian bijna een bewijs, dat het gedwongen huwelijk plaats had gehad. Nn rees bij hem dc vraag of hij de vrouw van een ander nog langer onder zijn be scherming mocht houden. Al was de betrek king, waarin hij tot Gabrielle stond, ook vol komen rein en eerlijk, de kwaaddenkende wereld zou daar toch niet aan willen gclooven, wanneer ruchtbaarheid aan deze zaak gegeven werd. Het was een moeilijke toestand waarin hij zich be vond. Gabrielle had nog steeds de koorts, maar zij ijlde niet meer en Adrian luisterde geruimon tijd te vergeefs. De dokter kwam en voelde den pols van de zieke, schudde met bedenkelijk gelaat het hoofd daar ziju, als een tastbaar geworden daad, eene daad, die als een bliksem zal inslaan in alle harten, die haai' zien en aanschouwen, de daad bij uitnemendheid der werkende vrouw, de daad van moreelen en physieken arbeid. En die daad moet de motor zijn, die de groote vrouwen-beweging een enormen stoot voorwaarts geeft. Zij doet zien wat de vrouw kan, wat er door haar wordt ge wrocht in de maatschappijmaar zij toont ook alle wonde plekken en de groote leem ten, die in het vrouwenvraagstuk uog ver beterd en aangevuld moeten worden. Daar ziel ge bloed werk, gemaakt in maximum arbeidstijd voor minimum loon, ginds de uitkomst der slechte Arbeidswét, die het werk voor vrouwen zoo bemoeilijkt. Zij doet zien, hoe groot het arbeidsveld voor vrouwen is, maar ook, hoeveel meer er in sommige vak ken door vrouwen nog verricht kan worden; er zijn rubrieken, waarin vrouwen werkzaam zijn, waarvan het gros der buitenwereld niets vermoedt, en waardoor aan vele vrouwen, die haar eigen onderhoud moeten verdienen, nieuwe wegen worden geopend, waar zij nu tobbend neerzitten en zuchten»lk zou wel wat willen worden, maar een hoofd voor examens heh ik niet, en van kinderjullrou- wen en huishoudstei-s is de markt al over voerd". Welnu, daar zult ge zien, daar kunt ge u overtuigen van hetgeen een vrouw doen kan. Kiest! De tentoonstelling is veelzijdig en daar door doet zij, kan zij ontzettend veel nut doen. Er zijn twintig rubrieken, die ieder onder eene aparte commissie staanindustrie, han del, huisvlijt, onderwijs, kook- en huishoud scholen, pharmacie, hygiëne, zieken-en wijk verpleging, maatschappelijk werk, letteren en wetenschap, beeldende kunsten, muziek, tooneel, textiele kunst, fotografie, bloemen- vak, landbouw en zuivelbereiding, hoender en bijenteelt, historische afdeeling, sport. Al deze rubriekeu zullen zóo geplaatst worden, dat zij hel best tot hun recht komen in het gebouw, waarvan het plan op waarlijk meesterlijke wijze door mej. .lungius is ge- teekend. Verder wordt aan de tentoonstelling toegevoegd een statistiek-afdeeling, die zoo veel mogelijk overzicht zal geven van hetgeen tot heden is gedaan op het gebied der vrou wenarbeid, benevens statistieken over sala- riecring, arbeidstijd, enz. En er zullen con gressen gehouden worden tot het bespreken en vreesde, dat deze koorts de voorbode eener ernstige ziekte zou zijn. Nog nooit was het Adrian zóo zwaar gevallen, naar den schouwburg te gaan voor derepetitie. Voor de eerste maal in zijn tooneelloopbaan vond hij, dat hetgeen er voor het voetlicht ver toond moest worden, eigenlijk een schrille tegen stelling was met de werkelijkheid. De directeur, die ditmaal de regie had, moest Fels dien middag herhaalde aanmerkingen ma ken, want de anders zoo nauwgezette tooneel- speler was in het geheel niet met het hoofd bij zijn rol en maakte telkens fouten. Het was een herademing voor Adrian, toen de repetitie, geëindigd was. Toen hij door het tooneeldeurtjo den schouwburg wilde verlaten, voud hij daar een heer, die op hem stond te wachten en hem vol blijdschap toeriep Adrian! Ben je het werkelijk, mijn jongen? Adrian herkende den bejaarden, netgckleeden heer in een oogopslag als Do Beaucourt. Nu u mij toch gevonden hebt, beboet ik niet langer te ontkennen, ridder, antwoordde hij. De ridder legde zijn van aandoening bevende handen op de schouders van den jongen r— "'-I Goddank, dat ik, oude man, niet behoef te sterven zonder je weergezien te hebben, mijn beste jongen, en wat ben je flink en torsch ge worden. Als knaap verloor ik je en ik vind jc terug als man en bovendien als kunstenaar van naaui. Het verheugt mij ook, u weer te zien, maar toch mengt zich een druppel alsem in dien beker van vreugde. De ridder keek hem verbaasd aan en vroeg Wat dan Mama zal nu eveneens vernemen, dat Ut bier ben van alles wat de vrouw aangaat, hoofdzakelijk onderwijsbelangen en maatschappelijk werk. En nu wij dit alles zoo langzamerhand zien worden, nn wij die kleine heken zien samengroeien tot eene groote rivier, die donderend en overweldigend zich zal neer storten in de zee der groote maatschappij, nu vragen wij, en wij zien verwonderd om ons heenWaarom zijt gij zoo traag? Waarom juicht gij niet allen, vrouwen van Nederland Waarom komt ge niet allen aandragen met uw penningske, hoe beschei den ook -Gij ziet wat er voor u gedaan wordt, gij, die uw eigen brood moet ver dienen gij ziet, wat men doet voor uwe arme zuster, gij, vrouw van de wereld, die u wèl voelt in uwe weelde, en gij laat al de energieke vrouwen hun arbeid verrichten, dien gij kunt verlichten met uw geld. Want geld is bij alles noodig en ook deze mooie daad zal niet worden zonder ^eld. Gij hebt sympathie voor het doel, gij leest af en toe er iets over in uw courant, ge praat er over met een kennis op uw after- noon-tea, maar verder komt ge niet. En in de sleur van uw gewoontetjes-lsven ver geet ge om de pen op te nemen en aan een der commissieleden te schrijven »ik wil lid wordeu. Anderen is het te duur". Wat is f20 voor een goede zaak? Wat is f20 voor eene vrouw, die drie a vierhonderd gulden per jaar aan hare kleeren besteedt? Wat is f20 voor de vele rijken, die nog niet zijn toegetreden En wel ziel ge niet onmiddellijk de uitkomst uwer goede daad, maar uwe bijdrage zal langer vruchten dragpnna jaren nog zal de werking van deze motie gevoeld worden. En gij, die bescheidener moet leven, maar wie het lidmaatschap wer kelijk te veel geld is, weet, dat iedere gift, hoe klein ook, welkom zal zijn. In haar ver slag roept de presidente het allen toe: «Als iedere vrouw ons óen dubbeltje gaf, waren wij immers klaar!" En er zijn nog vele, vele vrouwen, die zelfs niet óen dubbeltje hebben gegeven. Hebt gij alleu geen sympathie voor het doel, koestert ge een of ander vooroordeel Er zijn er, die beweren dat de Ver. dei- Nat. Tent. v. Vr. «rood" zou zijn. Zij draagt geen politieke kleur, omdat vrouwen van allerlei kleur en gezindte haar (de vereeniging) aanhangig zijn. Anderen nieenen, dat zij tegen den gods dienst is. «Hoe kan dat zijn, waar /.ij óen groote beweegreden tot grondslag heeft: liefde tot den naaste, het eerste godsdienstig beginsel is de waardige wedervraag der presidente. Door bet openstellen van meer betrek kingen voor de vrouw, wordt de concurrentie voor den man zwaarder, redeneeren anderen. Volkomen waar, doch daar er in Neder land 60000 meer vrouwen zijn dan mannen, die toch ook moeten leven, vragen wij wie heelt bepaald, dat de vrouw minder recht heeft op kleeding, voedsel en woning dan de man, en wordt ook zijn zorg niet verlicht als er minder vróuwen genoodzaakt zijn om afhankelijk te wezen van broer of neef, of oom, die tiaar nu te onderhouden heeft? Neen, gij zult al deze bezwaren zelf weg vagen. Zoo ge u eenmaal goed indenkt in hetgeen deze tentoonstelling wilLotsver betering der arbeidende vrouw. Er worden nog vele, te veel namen ge mist. onder de leden en geefsters. Waar blijven de militaire vrouwen ?Slechts zeer enkele namen treilen wij onder haar. En toch zijn er onder de arbeidende vrouwen in Nederland vele dochters, zusters, weduwen van gepensionneerde en overleden militairen. Voelt gij niets-voor het doel? Zijn eronder u geen intelligente, ernstige vooruitstrevende vrouwen, die meevoelen voor de groote be weging van hun tijd, die weten wat het zegt. in den vollen zin van het woord vrouw te zijn, vrouw, die niet alleen haar huis houden doet en hare kinderen opvoedt, maar die ook nog belangstelt in het vele, dat er omgaat buiten baar klein kringetje van dagelijks gewoonte-werk. Komt, toont wie gij zijt, werpt haar van u, de laksheid, die u verhinderde tol nog toe uwe sympathie te toonen. Neemt de pen op en vraagt aan een der commissieleden om een inschiijvingsbillet. Daarop kunt ge invullen zoo veel en zoo weinig als ge wilt, zjj 't ook maar éen dubbeltje. Het helpt het groote doel en de rest doet uwe sympathie. De ondergeteekende is gaarne bereid tot het geven van inlichtingen en het verkrijg baar stellen der biljetteD. Mogen er vele aanvragen inkomen. E. C. de WIJSVan der Mandele. Correspondente rubriek Letteren en kunst. Amersfoort, 3 December 1897. Inteekenlijsten liggen bij de boekhandelaren Valkhoff en Slothouwer, alwaar jaarverslagen verkrijgbaar zijn a 25 cent. Wil je dan je geheele leven van je moeder gescheiden blijven 7 vroeg de ridder. Het zijn zeker zonderlinge verhoudingen waarin je op gegroeid en je kunt ie dan ook niet verheugen ooit liefde van je ouders ondervonden te hebben, maar je moet toch ook Adrian viel hem in de rede: Dat stemt u dus toe. Ik sta niet alleen in mijn ineening, dat ik een treurige jeugd heb doorgebracht Maar je hebt je door eigi.n kracht langs den ladder der kunst omhoog weten te werken. Het i9 mogelijk, dat ik een m joie carrière heb gemaakt, mompelde de jonge man, maar gelukkig bon ik toch niet. En wat ontbreekt er dan aan je geluk vroeg Beucourt vol deelneming. Kan je mij je vertrou wen niet meer schenken De eenvoudige toon, waarop de grijsaard had gesproken en het terugzien van een gelaat, waar aan hij sedert zijn vroegste jeugd was gewend geweest, maakten een overweldigenden indruk op Adrian. Hij greep de hand van den ridder en zeide Ga mee naar mijn huis, daar zal ik mijn hart voor li uitstorten. De Beaucourt liet zich dit geen tweemaal zeggen. Trots liep hij naast zijn voorraaligen leerling door de straten en glimlachte vergenoegd wan neer de voorbijgangers den tooneelspeler Adrian Fels vol belangstelling aankeken en beleefd groetten. Een half uur later wist hij alles. Wat zal ik nu met Gabrielle aauvangen vroeg Adrian. Geef mij weer eens een vaderlij- lijken rand. Beaucourt was echter al even radeloos als Adrian. Bemin je Gabrielle? vroeg hij. Oprecht gesproken, ja, zeide Adrian, doch u zult nu wel kunnen begrijpen wat mij er tot dusverre van teruggehouden heeft, haar tot mijn vrouw te maken. Je weet nog niet wie zij eigenlijk is, her nam Beaucourt, en de dame zelf heeft, ten ge volge van de vreeselijke gebeurtenissen, het ge heugen verloren,^oodat zij je geen opheldering kon geven over haar afkomst en familie. En nu zij het geheugen teruggekregen heeft, wil zij het niet doen riep Adrian in ver twijfeling uit, maar dat is niet net eonige, wat mij van een huwelijk terughoudt. Wat dan nog meer? Weet ik.iets met zekerheid omtrent mün ou ders? Is mijn moeder niet steeds een geheim zinnige persoonlijkheid voor mij gebleven? Beaucourt schudde het hoofdhij moest daarop het antwoord schuldig blijven. Eerst na een lange pauze hernam hij Alles zal wel geschikt worden, mijn jongen, maar in de eerste plaats moet de duisternis, die Gabrielle omgeeft, verdreven worden. Maar hoe? riep Adrian uit, hoe wilt u de duisternis verdrijven on licht brengen in deze zaak, die ongetwijfeld met een misdaad in ver band staat? Wij moeten een spoor zoeken, zeide De Beaucourt peinzend. Waarschijnlijk kunnen wij een spoor vinden door dien baron nauwkeurig te bespieden. Oik ben overtuigd, dat hij niet vreemd is aan de geheimzinnige misdaad, riep Adrian uit, zelfs zou ik durven zeggen, dat bij er het middelpunt van is. Wwdl vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1897 | | pagina 1