Donderdag 3
Maart 1898.
No. 4750.
47e Jaargang.
VERGIFT.
88>.
Binnenland.
Uitgave
A. H. VAN CLI
te Amersfoort.
Vei'schijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco per
post f 1.4ü. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KO'BTEORAOHT 56
Telephoon 19.
K K N N I S G E V I N (if E N.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gelet, op art. 6 der Wet van den 2. Juni 1875
(Staatsblad No. 95),
Brengen ter kennis van het publiek, dat een
door W. F. van WOUDENBERG ingediend ver
zoek, met bijlagen, om vergunning tot het op
richten van eene Varkenslachter!) en rookerij in
het perceel alhier gelegen in de Lieve Vrouwe
straat, Wijk F. No. 97a, bij het kadaster bekend
onder Sectie E. No. 427, op de Secretarie der
gemeente ter visie ligt en dat op Maandag, den
14 Maart aanstaande, des voormiddags te elf
uren gelegenheid ten Ruudhuize wordt gegeven
om, ten overstaan van het gemeentebestuur of
van een of meer zijner leden, bezwaren tegen
het oprichten van de inrichting in te brengen.
Amersfoort, den '28 Februari 1898
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
F. D. SCHIMMELPENNiNCK.
De Secrlaris,
W. L. SCHKLTUS.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gelet op art. 15 der Wet van den 2 Juni 1875
(Staatsblad No. 95),
Brengen ter kennis van het publiek, dat een
door t'. van NIBUWENHUiZEN ingediend
verzoek, met bijlagen om vergunning tot het
oprichten van eene Varkensslachterij in het
perceel alhier gelegen aan den Lcusderweg, wijk
G. No. 79e, bij hot kadaster bekend onder
Sectie B. No. '2239, op de Secretarie der gemeente
ter visie ligt en dat op Mnundag, den 14 Maart
aanstaande, des voormiddags te elf uren, ge
legenheid ten Raadhuize wordt gegeven om ten
overstaan van het gemeentebestuur of van een
of meer zijner leden, bezwaren tegen het op
richten van de inrichting in te brengen.
Amersfoort, 28 Februari 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
Do Secretaris,
W. L. SCHKLTUS.
AANGIFTE VAN VERHUIZING BINNEN
DE GEMEENTE.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Overwegende dat do bepalingen der door den Ge
meenteraad den 20. Mei 18(52 vastgestelde Verorde
ning regelende de verplichting tot het doen van
aangifte van de verhuizingen binucn de gemeente
niet behoorlijk worden nageleefd
Herinneren den ingezetenen de op hen rustende
verplichting tot het doen van aangifte van verhuizen
binnen de gemeente, en brengen dnartoo b(j deze te
hunner kennis de bepalingen van gezegde Verorde
ning, welke luiden als volgt
1. Do hoofden van huisgezinnen of afzonderlijk
Feuilleton.
Stil en treurig was het in het huis, waar de
misdudige vrouw gedurende zooveel jaren haar
liefde had verborgen. De avond van denderden
dag begon reeds to vallen en Adrian liet nog
steeds op zich wachten. De Beauoourt durfde
niet bij den stervenden vader komen, die hem
zeker naar zijn zoon zou vragen. Daar kwam
de huishoudster bij hem binnen en duisterde
hem toe, dat mijnheer hiermede bedoelde zij
Benedict hem wilde Bprekcn.
«ik geloof, dat u zich haasten moet om
aan het verzoek te voldoen, voegde do huis
houdster er bij.
Do ongelukkige zal dus moeten sterven
zonder dat hij zijn zoon heeft weergezien! riep
Beaucourt uit.
Bevend van angst trad hij de ziekenkamer
binnen. Bijna vreesde hij den blik naar den
stervende op te slaan. Toen hij het eindelyk
waagde, voelde hij zich beklemu om hot liart,
want hij werd dadelijk gewaar, dat de doodsen
gel zich reeds over Benedict uitstrekte en gereed
stond, hem weg te voeren. Do oogen van den
stervende waren strak op de deur gericht.
Zacht, begon Beaucourt:
U hebt mij laten roepen, mijnheer Keiler,
en ik heb mij gehaast om hier te komen, want
levende personen, binnen de gemeente van woning
veranderende, zijn verplicht daarvan binnen écne
maand ten Raadhuize aan den Ambtenaar, belast
met liet bijhouden van bet Bevolkingsregister, aan
gifte te doen.
2. Zij die hot voornemen hebben te kennen ge
geven om ile gemeente te verlaten, en dientenge
volge een getuigschrift van verandering van werke
lijke woonplaats hebben ontvangen, ziju verplicht
indien zij van dit voornemen afzien, daarvan ter
plaatse en aan dou ambtenaar, in art. 1 vermeld,
binnen éene maand na de dagteekeuing van bet
afgegeven getuigschrift, kennis te geven.
8. De overtreding vati elke der bepalingen van
deze Verordening wordt gestraft met een geldboete
van ten hoogste zeven gulden.
Gedaan te Amersfoort, don 2 Maart 1808.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
Do Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
AANGIFTE VAN VERTREK UIT EN VAN
VESTIGING IN DE GEMEENTE.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op het Koninklijk besluit van den 27. Juli
1887j (Staatsblad no. 141), regelende de verplichting
der ingezetenen tot het doen van aangifte voor de be-
volkingaregisters
Herinneren den ingezetenen de op hen rustende
verplichting tot het doen van aangifte van vertrek
uit en van vestiging in de gemeente, en brengen
daartoe bij deze te hunner kennis de bepnlingen
van gezegde Koninklijk besluit, welke luiden als
volgt
1. Zy die op den dag der volkstelling in den
vreemde of in eene der koloniën of overzee-
sehe bezittingen van het Rijk hebben ver
toefd, geven binnen eene maand na hunne
terugkomst hiervan kennis aan het Gemeente-
Zij die by die tellingzijn overgeslagen geven
binnen dene maand tin den dag voor elke
telling bepaald, van dit verzuim kennis aan
liet bestuur hunner werkelijke woonplaats.
Voor de leden van huisgezinnen rust de ver
plichting tot kennisgeving op het hoofd van
elk huisgezin.
2. Zij die uit een Nederlnndsche kolonie, eene
overzeesche bezitting of uit den vreemde hunne
woonplaats overbrengen in een gemeente
binnen het Ityk, doen hiervan eene verklaring
.uin liet Gemeentebestuur vergezeld van het
gebruikelijke getuigschrift voor hen die uit
de koloniën of bezittingen, van een naspoort
of reis- en verblijf pas °f ander door de politic
deugdelijk erkende bewijsstukken voor ben
die uit den vreemde komen.
Deze verklaring geschiedt binnen éeno maand
na hunne aankomst in de gemeente.
3. De kennisgeving in de twee vorige punten
vermeld, gaat vergezeld van do noodlge op
gaven om in do bevolkingsregisters te worden
ingeschreven.
4. Zij die hunne werkelijke woonplaats binnen
het Rijk verloten om die over te brengen naar
een Nederlnndsche kolonie, eene overzeesche
bezitting of naar den vreemde doen hiervan
eene verklaring aan het bestuur der gemeente
ik wil u gaarne gezelschap houden gedurende
den korten tijd, dien wij nog op de aankomst
van Adrian moeten wachten.
Hot is te vergeefs, steunde Benedict, ik zai
myn zoon nimmer zien.
Op hetzelfde oogenblik hoorde De Beaucourt
het ratelen van een rijtuig, dat het huis nader
de. Inderdaad, het stond voor het buis stil
reeds hoorde men het tuinhek knursen en voet
stappen kraken op het kiezelzand in don tuin.
Daar is Adrianriep de ridder verheugd uit.
De stervende vader trachtte nog het hoofd op
te heffen, opdat hij zijn zoon bij het binnentre
den beter zou kunnen zien, maar de kracht ont
brak hem. Daar klonken reeds voetstappen in
de gang. de deur werd geopend en aan tien ont
stelden blik van Do Beaucourt, aan de brekende
oogen van Benedict, vertoonde zichLcontine.
De waanzinnige zag er afschrikwekkend uit.
Zy verkeerde in een aan razernij grenzenden
toestand. In de bovendo hand hield zij een
brandende kaars en in haar lane, wit kleed,
waarmee zy het bed verlaten had, met het ver
warde haar, dat in die weinige dagen geheel grijs
geworden was en hnur langs rug en schouders
viel, geleek zij meer opeen spookgestalte dan op
een levend wezen.
Benedict kromp van sehrik ineen toen hij
haar zag.
Weg, weg met haar, kermde hij, zij ia het
onzalige spooksel van mijn geheele leven, dut
my nadert om mij opnieuw van het verstand
te berooven weg, weg methaar 1
Do waanzinnige nuderde Beaucourt, die beefde
als een populierblud. Zij greep hem bij den
arm en trok hem voort.
wi verlaten.
5. Zij nnne werkelijk woonplaats uit eene
gemeente van hot Rijk naar een andere go-
moente overbrengen doen hiervan eene
verklaring aan het bestuur der gemeente
die z(j verlaten en wnar zy in hetbevolkinp
register zijn ingeschreven, tuut opgaaf der j
gemeente, waar zij wenschcn zich té vestigen,
Zij ontvangen een kustelouos getuigschrift j
van verandering van werkelijke woonplaats.
6. Ter plaatse, waar zy hun werkelijke woon-
plaats overbrengen, doen zij uiterlyk binnen i
■'cm- maand na hunne aankomst een verklaring j
aan liet Gemeentebestuur, niet overlegging van
het getuigschrift in het vorige artikel ver
meld.
7. Elk hoofd van ecu huisgezin geeft uiterlyk
binnen t'eiie maand kennis aan bet Gemeen
tebestuur van ieder lid dat in liet huisgezin
wordt opgenomen of daaruit gaat, inwonende
dienst- en workboden daaronder begrepen.
Omtrent die kennisgeving geldt het b(j sub.
3 bepaalde.
Dezelfde kennisgeving geschiedt door af
zonderlijk levende personen, wanneer zij andere
Demonen in hun huis opnetneu.
Bestuurders van instellingen, gestichten
ander bestuur of
gezag, waar per-
iieuwonon, geven
tcbcstuur kennis
de samenwoning
zyn uitgetreden,
langs een
■richtingen, niet staande
toezicht van het openhaal
nonen, onder ccnig bestuur
maandelijks aan het Ge met
van alle personen, die in
zijn opgenomen of doarvn
De verplichting vervalt
anderen weg de vereischtc kennisgeving voor
het bevolkingsregister gedaan is.
8. Onverminderd de bovenstaande voorschriften
is een ieder, door het Gemeentebestuur daar
toe opgeroepen, verplicht to', het üo.-n der
opgaven, die vereischt worden om de be
volkingsregisters in to vullen.
0. Overtreding dezer l>epnlingen wordt gestraft
niet hechtenis van ten hoogste veertien dagen
of geidboetc van ten hoogte honderd gulden.
Gedaan t<- Amersfoort, den 2. Maart 1808.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
Do Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
Kosteloozo inenting.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op artikel 18 der Wet van 4 December
1872 (Staatsblad no. 134)
Brengen ter algemeene kennis, dat voor een
ieder de gelegenheid tot kosteloou Inenting wordt
gegeven, op Maandag, 21 en 28 Maart 1898, tel
kens des namiddags te drie ure, in de daartoe
bestemde lokaliteit gelegen aan de Breedestraat
wijk F. no. 133.
Amersfoort, '2. Maart 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
I)c BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT.
Gezien urt. 5 der Wet tot regeling van den
kleinhandel in sterkedrank en tot beteugeling
van openburo dronkenschap;
Brengen ter openbare kennis, dat oen verzoek
schrift om vergunning tot verkoop van sterke
drank in het klein bij hen is ingekomen van
MARTINI S van HAMERSVELD in de voor
kamer van hot perceel, staande aan de Beesten
markt, wijk no. 135.
AMERSFOORT, den 2. Maart 1898.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De KAMER van KOOPHANDEL en FA-
BRIKKEN heeft ontvangen
Jaarverslagen van do Kamer van Koophandel
en Ftibtieken over 1897 van do Nederlnndsche
Kamer te Londen.
Consulaire verslagen no. 1, 2, 3 on 4, mound
Januari 1898.
Tijdschrift der NederlandBcho Mantschappy tot
bevordering van Ntjvcrhoid 1 ex. Januari 1898.
Statistiek in-, uit- en doorvoer overdemuund
December 1897 van de Centralo-commissie voor
de Statistiek, 1 exemplaar maandcijfer uo. 9.
Tarieven vun invoei rechtenZwitserland, Sa
moa, Venezuela, Britsoh-Indië, Bulgarije, Kaap-
Colonie et) Oranje-Vrijstaat. België.
Belangstellenden kunnen bovengenoemde stuk
ken voor eenige dagen ter lezing ontvangen; aan
te vragen by den ondergeteekonde
De Secretaris.
Hrrm. P. van HASKLEN,
Amersfoort, 28 Februari 1H98.
Kom, kom, zoide zy, daar ginds fonkelt
reeds de valbijl van de guillotine en de boul
wenkt ons. Kom dan toch, lafaard, moordenaar.
En met de onweerstaanbare kracht, die slechts
de waanzin kan verleenen, sleepte gravin Leon-
tine den tegenstrevenden ridder naar het venster.
Daar daar de guillotine do beul.
Ilaar stem ging over in een akelig gehuil.
Het licht, dut zij droeg, deed eensklaps do
lichte stof der venstergordijnen vlam vatton, het
vuur deelde zich mee aan haar nachtgewaad.
Beaucourt gilde van angst, maar Leontine liet
hem niet loshuur handen klemden zich voet
aan zijn kleuren en grepen in zijn haren. Do
ridder bruldo van pijn, want hy lag reeds goheel
door do vlammen omringd op den grond, togen
de krankzinnige aangedrukt, die hom in con
vreeselijke omhelzing gevangen hield.
Met dat ontzettende tooneel voor oogen, blies
Benedict den lnatston adem uit.
Terwyl dio twee menschon zich daar op den
grond in de vlammen kronkelden, werd do deur
nogmaals geopend en Adrian verscheen op den
drempel.
Noch gravin Leontine, noch de ridder konden
gered worden. De gravin overleed een ouar mi
nuten nadat hot vuur door Adrian on aedienst-
bodon was gebluscht, Beaucourt leed nog vulo
uren aan zijn brandwonden.
De misdaad van het verleden was geboet.
Het buis aan deu landwog was een sterfhuis
geworden.
Adrian bleef er totdat zyn ouders en zyn
lecrtTt' ,>ster begrnvon waren, maar toen keerde
hij terstond naar Munchen terug, waar Gabrielle
of Hedwtg, zooals huur doopnaam wus
J)e Algemeene Synodale Commissie der
Nederd. Hervormde Kerk heeft zich tot do
Ministers van Binnettlandscho Zaken, Oorlog
en Marine gewend met een adres, waarin
zy er de aandacht op vestigt dal de aan
staande studenten in de theologie, die nog
hun voorbereidende studiën volgen, volgens
het ingediende wetsontwerp op den Persoon
lijken dienstplicht niet in dezoltde conditie
verkeeren /.tillen als de zendoling-kweekelin-
gen en de kweekelingen der Hoomsch-katho-
Reke semitmriën, wat de tydelyke vrijstelling
van den militairen dienst betreft. Zij verzoekt
den Ministers deze «grove onbillijkheid" weg
te nemen en door hot «doen nemen van .te
noodige maatregelen door uitbreiding van de
bedoelde bepaling, dit euvel te verhelpen".
Aan het Ministerie van Hinncnlandsche
Zaken is men bezig, bouwstoffen te vei-zame-
hem tuet verlangen tegemoet zag. Niets scheidde
hen nu nog van hot geluk en weldra boho rdon
zy elkandor voor het geheele leven toe.
Het atelier waarin Max Adolphi vroeger zyn
hoorlyksto uren had doorleefd, wuarin hy zich
met geheel zijn hart hud overgegeven nan de
kunst en don edelen drang van scheppen,
dat atelier kwam hom thans zoo droevig voor
als oen sterfkntner.
En ik zelf bon do doode, die hier is neer-
gelogd, mompelde hij.
Hij drukto de hunden tegen zijn slapen.
Zijn golunt was bleek en toch gloeide het koorts
achtig. Zijn oogen voorspelden niets goeds.'
Toen Urban, de bediende, binnentrad, slaakte
Mux een kreet van schrik.
Ik bon het, mynheer, zoide de bediende
terwijl hij hot hoofd schudde.
Het ge.lrag van zyn moester kwam hom raad
selachtig voor en de trouwe bediende mompel
de voor zich
Het gelijkt wei ol hij bohokst is en dut
wol sedertsedort nu waarom zou ik
het ook niet ronduit zeggen, Hodcrt hij die vrouw,
heeft loeren kennen. Zij is een schoone vrouw,
eeu geestige vrouw, die men beminnen moet,
dat alles is wuar maar daar steekt een gehnim
achter, dut zyn schaduw op dit huwclyk werpt
en dat mijn goeden meester nog ongelukkig zul
mnken. llij is diep to beklagen.
Eeti!kluist riep de schilder:
Urban 1
Mynheer
Wordt vervolgd).