Maandag 25 April 1898. PHOENIX-BROÜWERIJ. Specialiteit in Exportbier naar de Tropen No. 4765. 47e Jaargang. DE POTH. Stadsnieuws. H. MEURSING Co. AMERSFOORT. De ziel der dingen. üitgave Firma A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco per post f 1.15. Advertentiën 1G regels 60c3nt; elke regel meer 10 cent. Groote lettere naar plaatsruimte. Legale-, ofticieële- en outeigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseer kosten in rekening gebracht Bureau KORTEGRACHT 66. Telephoon 19. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gezien art. 5 der Wet tot regeling van den kleinhandel in sterkedrank en tot beteugeling van openbare dronkenschap Brengen ter openbare kennis, dat verzoek schriften om vergunning tot verkoop van sterke drank in het klein bij hen zijn ingekomen van R. Gramsma, in de wachtkamers van het sta tionsgebouw alhier van den Centraal Spoor weg, wijk G. no. '281van Geertje van Beek, weduwe van Evert Ruiter in het Pavil joen, gelegen aan den Utrechtschen weg alhier, wijk G, en van Wilhelmus Huurdeman in het woonhuis van het perceel gelegen aan den Naar- derstraatweg, wijk G. no. '248. Amersfoort, '2'2 April 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Do Burgemeester, F. D. SCHIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. liet gesticht „De Armen tic l'oth" te Amersfoort. Ken bijdrage tot de geschiedenis der liefdadige instel lingen, tloor mr. J. van der Leeuw. IV 127 pp. Prijs f 1.50. Gelijk hij in 180-1 de geschiedenis schreef van het »Sint Pietere- en Blorklandsgasl- liuis". heeft mr. J. van der Leeuw thans die saamgesteld van het Gesticht »De Armen de Poth" en evenals het eerstgenoemde zal ook dit geschrift zeer zeker een dankbaar onthaal vinden hij de beoefenaren der ge schiedenis van ons vaderland, niet het minst van die der liefdadige instellingen. Een ampele bespreking is in een bla I als dit niet op zijn plaats, maar toch willen we er even de aandacht op vestigen als van specifiek Arnersl'oortsch belang. Achtereenvolgens worden behandeld liet tegenwoordig gebouw, met de daarin be waarde historische gedenkstukken, waarbij gevoegd is een plattegrondde grondves ting van het gesticht vóór 1447, wellicht reeds voor 1411, aan de Heilige geest; het Be stuur en de Proven; het zoogenaamde Wan delhuis; het ontstaan der gebouwen van de huidige stichting waarbij een omstandig ver haal van den grooten brand van 1657; «le Sint Roc.hus-kapelhet Pesthuis en de Cel- zusters. Bepaald belangrijk is het, te lezen hoe het Wandelhuis bijna voortdurend aanleiding heeft gegeven tot klachten over de daarin ondergebrachte «vagabundeerende luyden", Feuilleton. van welke menigeen reeds met de justitie had kennis gemaakt, of wel »by den lieer Ol'ficyer daeruyt gehaelt en over haer qua le feyten iterativelick openbare straiïe" ont ving; weer anderen kwamen met geheel hun gezin 's ochtends in de stad, liepen dan den ganschen dag te bedelen, vroegen en kre gen nachtverblijf in liet Wandelhuis en zetten den volgenden dag hun bedelbedrijf voort. Met dit volkje werd soms heel vreemd omge sprongen. Als een der logés ziek werd, dan werd hij eenvoudig geëlimineerd en dat dit niet altijd even barmhartig girig, kan wel blij ken uit de volgende post: «10 Maart (1018) geeregen een vrouwe met een kindt in 't Wandelhuys,die haer 's anderendaagh heel sieck ende crunck vertoenden en sij eeli dach of ses ofte acht daer geweest had en ick se niet in 't sieckhuis (Elisabeth Gasthuis) en roste crijgen en als ic vreesden voor ster ven ende dat ons 't kyndtan de pandt soude hebben gebleven, heb ick de tijdt wacr ge nomen en haer met een turffwagen in 't Veen doen voeren en heeft gecost so an vragt en anders fl180." De barmhartige Dispensier schrijft, dat hij een ander, die ónk ziek was geworden, niet eer heeft Dcunncn quiet worden of hij heeft gecost l'ü—150" en vervolgt dan «Ken rnuendt hiernaer isser weerder een monster ingecomen daer ie groete moyten mede had en eer ic hein quidt worden coster. 1*0180". Ook uit deze aanhalingen blijkt dat het koekje zeer lezenswaard is en geenszins »al- leryslijkst (J'or en droog", gelijk meestal met dergelijke uit archivalia opgebouwde geschrif ten wel hot geval is. Hoogst Belangrijk zijn, behalve de zooge naamde Stichtingsbrief en de akte van 1460, beide in extenso meegedeeld, de door mr. Yaif der Leeuw met groote zorg uit de bescheiden gereconstrueerde naamlijsten der Regenten en der Penningmeesters. Slechts hij. die bij ondervinding, weet welken ontzaglijken arbeid noodig is om te komen tot een ongenschijnlijk zoo klein resultaat, kan ten volle beseffen welken grooten dienst deze kundige Regent alleen door die naam lijsten reeds van liet gesticht bewezen heeft aan de beoefenaren onzer gesch^deni^. De bevolking Ier provincie Utrecht be droeg blijkens «le opgave in de Staats courant op 1 Januari 1808: 120 892 man nen, 123 938 vrouwen, totaal 214830 zielen. Slechts twee gemeenten luidden boven de 10000 inwoners, Utrecht 08 434 en Amers foort 18310. Do bevolking «lezer provincie bedroeg op 1 .ta- IIOOÓÓ'M. 122123 V. en is ulzno toegenomen in den 1 837 M. 1 815 V. De loop der bevolking was it geboren werden 4 079 M. terwijl stierven 2 193 241 178 T. loop van 1897 mot: «52 T. 1897 als volgt: 4 018 V. 8 097 T. 2004 4 257 Verschil1886 M. 1 954 V. 3 840 T. Het aantal personen die zich gedurende 1897 in de gemeenten vestigden, bedroeg 8 614 M. 8 858 V. 17 472 T. terwijl vertrokken 8 6«'.3 M. 8 997 V. 17 660 T. Verschil.. 49 M. 189 V. 188 T. De bevolking van de gemeenten behoo- rende tot het Kiesdistrict Amersfoort, was Mnnnen Vrouwen Totaal Achttienhoven 322 30? 625 Amersfoort 9D27 9289 18316 Baarn 2952 3531 6483 De Bildt 1485 1410 2895 Bunschoten 1411 1371 2782 Doorn 1072 1058 2130 Eemnes 668 617 1285 Hoogland 1189 1097 2296 Leusden 1051 944 1995 Maarn 408 374 782 Maartensdijk 1235 1124 2359 Soest 2195 2055 4254 Stoutenburg 415 403 818 Westbroek 524 -409 993 Woudenberg 1361 1162 2522 Zeist -4019 4277 8296 De Maandelijksche Zendingsbidstond zal hier morgenavond om 8 uur worden gehou den in De Zaaier. Onze staiigenoot de heer W. Ph. van Munster heelt Donderdag te Utrecht met goed gevolg afgelegd het examen voor onderwijzer. Ons komt zoo schreef het Handelsblad Donderdag een ernstige klacht ter oore betreffende vergiftiging van de rivier «le Eem door den afval, welken een verfstoffen fabriek te Amersfoort daarin loost. Het water is op I sommige punten rood gevèrfd, terwijl alle visch (blei, baars, snoek enz.) naar zee ge- 1 trokken en aldaar bij groote hoeveelheden met netten gevangen is. Onze zegsman zou gaarne zien, «lat een onderzoek werd inge- steld of bet water van «le Eem ook voor de menschen, «lie er gebruik van maken, gevaar oplevert. Belanghebbenden vinden een zeer zeker volkomen afdoend antwoord onder de Inge- i zonden stukken in dit nutnmer. I Met de terreinopneming voor een tram door «Ie stad naar het nieuw te bouwen I station, naar het plan-Krieger, werd heden 1 een aanvang gemaakt door den heer P. J. I Balk, opzichter van den aanleg der lijn Baarn Soesterberg. liet plaatselijk Nuts-departement houdt Vrijdagavond 8 uur in Amicitia zijn Algo- mcene jaursvergadering, waarin, behalve «le Rekening en verantwoording, aan de orde wordt gesteld de benoeming van twee Be stuursleden en die van leden «Ier perma nente commission. Luitenant P. M. Oversluijs, van liet 5e re giment infanterie hier, is «lefinitief werk zaam gesteld bij de Militaire verkenningen en in verband daarmede naar's-Gravouhage I vertrokken. De bij Kon. besluit van I April 1808 tot i). „Beste Edith, Mijn inan heeft heden een bericht ontvangen, dat hem noodzaakt naar Parijs te gaan. Het schij nt, dat de Regeering hem meteen wetenschappelijke zending wil belasten. Nuzou ik het bijzonder aangenaam vinden, als je mij in mijn eenzaamheid eenigen tijd gezelschap z'oudt willen houden. Toen wij elkander de laatste maal spraken, heb je trouwens beloofd, spoedig eens een paar weken bij mij te komen doorbren gen zoek nu dus maar geen uitvluchten en kom lietst onmiddellijk na ontvangst van mijn brief. Steeds je zeer toegejmgene Blanche". Dit briefje ontving ik op zekeren ochtend uit Gervilly. Daar we in Augustus waren en het te Parijs bijna niet uit te houden was van de warmte, maakte ik onmiddellijk gebruik van de uitnoodiging van mijn vriendin om naar Savove te trekken en er de heerlijke boseh- en berglucht te gaan inademen. Pierre Dantrex en zyn vrouw wachtten mij aan het station en ik werd door beiden zeer hartelijk verwelkomd, terwijl het ook voor mij een groot genoegen was, mijn oude vrienden weer te zien. Pierre bestuurde zelf het lichte rijtuigje, dat met een mooi sterk paard wns bespannen, terwijl Blanche en ik achterin zaten en samen praatten als twee zusters, die elkander in geen maanden hebben gesproken. Na eerst eenigen tijd de Isère te hebben gevolgd, steeg de weg langzamerhand en voerde ons tegeD de hoogte op door lanen beplant met no- teboomen. Het gras werd korter en fijner, kas- tanjeboomen en dennen vervingen de noteboo- booraen en eindelijk zagen wij het roode dak van Gervilly, half verscholen tusschen het groen, voor ons. Het is een vierkant huis met aan weerszijden een torentjevandaar dat men het in den omtrek vrij algemeen „Het kasteel" noemt, hoewel hetdien naam overigens niet verdient. Alleen een groot terras, vanwaar men een prachtig uitzicht heeft, met de Alpen aan den gezichteinder, geeft een eenigszins grootsch aanzien aan deze woning, waar Blanche en Dantrex sedert langer dan twin- ntig jaar hun groot geluk als het ware verbergden. Pierre stond in de wetenschappelijke wereld zeer hoog aangeschreven door zijn onderzoekin- gen op geologisch gebied. Het was voor hem I echter een opoffering om voor korter of langer tijd zijn huis te verlaten en dat kan niemand verwonderen, die zag hoe aangenaam,gemakke lijk en gezellig dat huis was ingericht. Even vóór wij dien middag aan tafel gingen, stelde hij mij ecu zijner oudste vrienden voor, dokter Alius, die zich in een nabijgelegen dorp had gevestigd en voor de geheele streek letter lijk een voorzienigheid was. Ik kan niet zeggen, dat het uiterlijk van den dokter mij sympathiek was; bii was een groote man en z6o mager als ik niet uucht dat iemand wezen konZijn lange, harige handen maakten op mij den indruk van «le klauwen van oen roofvogel. Hij was naar Gervilly gekomen om afscheid to nemen van Pierre, die nog dienzelf den avond op reis moest gaau. Dantrex was er op gesteld om zelf mij in zijn huis rond te geleiden. En u zult zien, zeide hij, dat, al wonen wij hier stil en afgelegen, wij toch nog geen wil den zijn en dat ook zelfs de laatste wetenschap pelijke uitvindingen bij ons in toepassing worden gebracht. Wij hebben overal electrisch licht en olectrische schellen en onze badkamer laat niets te wenschen over. Ik moet erkennen, dat de geheele inrichting volmaakt was en uiterst gerieflijk. Maar dat is nog niet alles, hernam Pierre het beste bewaar ik voor het laatst, namelijk mijn eigen kamer. Hoe kom je er toe, die zoo op te heme len, zeide Blanche. Ik ben overtuigd, dat Edith er niets bijzonders aan zal vindenwant zij zal niet veel gevoel hebben voor je verzameling mine ralen en je opgezette vogels. 't Is waar, er zijn geen rariteiten of oude meubelen, geen schilderijen van groote meesters, maar looh moet u voor de aardigheid er eens even een blik in werpen, vóór we aan tafel gaan. Zooals Blanche gezegd had, kon ik aan die kamer feitelyk niets bijzonder vinden; tóch maakte zij een bijzondcren indruk op me. Dit is ir jjn heiligdom, zeide Dantrex, de deur openend, mijn home, waaraan ik bijzonder gehecht ben, een plekje dat mij dierbaar is Zie eens, daar stunt mijn bed, hetzelfde, waarin ik als jon gen thuis bij mijn ouders heb geslapen, daar mijn schrijftafel, mijn verzamelingen, mijn boeken. U weet niet hoe aangenaam ik mij hier gevoel, zoo volkomen thuis, het zijn allemaal oude be- kenden om mij heen«le plooien van mijn gor dijnen, de barsten in het plafond, Als ik op reis gu, als ik deze kamer voor korter of lunger tijfl moet verlaten, dan is het tue to moede alsof ik afscheid neem van den genius van dit gelief koosd oord, dat het hem ook leed doet mij to zien vertrekken en dat hij me in gedachte volgt en vergezelt op al mijn rondzwervingen. Altijd komt de dichter toch weer boven! zeiile dokter Artus, Pierre op den schouder klop pend. Geloof me, Dantrex, je hebt je roeping gemist Maar pus op, dat je nu ook den trein niet misten laten we tot afscheid een glas drinkon van je Montméliure van '65, een van do beste soorten, die ik ooit heb geproefd, Artus mag zeggen wat hij wil, riep Dantrex uit, maar prnatisch ben in de eerste plaats. Zie eens, Kditn, hier heb je er eer bewijs van: ik heb hier in den gang een bor«l aangebracht, waarop de dienstboden kunnen zien in welke kamer er gescheld is Maar. Dantrex, zulke borden vind jo in ieder hotel, hernam de <lokt«»r, en die maatregel heeft jo nu ook genoodzaakt om al je kamer» te nummeren, net als in de gevangenis. En zoo ben en blijf jij nu altijd hier no. s, en is mevrouw Amulti nu tijdelyk no. ...'t Is wat moois Ik moet zeggen, tis fraai! En mcl een gullen lach bood dokter Artus mij zijn arm om mij naar tafel te geleiden. Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1898 | | pagina 1