Maandag 12
September 1898.
No. 4805.
47e Jaargang.
Binnenland.
Zuster Alida.
PHOBNIX-BROÜWERIJ.
H. MEURSING Co. AMERSFOORT.
Specialiteit in Exportbier naar de Tropen.
Uitgave
Firma A. H. VAN CL E E FF
te Amersfoort.
Verschijnt Uarndag- en Donderdagavond. Abonnement por !J maanden f 1,franco por
post 1.15. Advertcntiën 1—6 regels 00 cent; elke regel moer 10 cent. Grooto letters naar
plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
Rij advertcntiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT 5 6.
Telephoon 10.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Brengt ter kennis der ingezetenen, dat belang
hebbenden ter Secretarie alhier inlichtingen
kunnen bekomen omtrent de voorwaarden, waar
onder aan verlofgangers van de militie te land
wordt vergund zich buiten 's lands te begeven.
Amersfoort, 9 September 181)8.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SCHIMMELPENNINtJK.
KOSTELOOZ E-IN ENTING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op artikel 18 der Wet van 4 December
1S72 (Staatsblad No. 184):
b'ehgen ter kennis van belanghebbenden, dat
voor een ieder de gelegenheid tot kostcloozc in
enting wordt gegeven op den eersten en tweeden
Maandag van de maanden Januari, April, Juli en
October, telkens des namiddags te drie ure, in
de daartoe bestemde lokaliteit gelegen aan de
Breedestraat F. No. 188.
Gedaan te Amersfoort, den 10. September '1898.
Burgemeester cn Wethouders van Amersfoort,
De Burgomoester,
F. D. SCIIIMMELPENNINCK
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
Bij den Burgemeester van Amsterdam,
tevens Voorzitter van de lloofd-Commissie
tot het aanbieden van een Nationaal Hulde
blijk aan II. M. de Koningin-Moeder, is in
gekomen het volgend schrijven:
's-Gravenhage, 4 Sept. 1898.
HoogEdel Gestrenge fleer.
Ik veroorloof Mij uwe bemiddeling in te
roepen om allen, die door hunne bijdragen
hebben deelgenomen aan het Nationaal ge
schenk, Mij bij het nederleggen van het Re
gentschap aangeboden, daarvoor Mijn oprech
ten en diepgevoelden dank te beluigen, in
het bijzonder ook dien te willen overbrengen
aan de commissies en personen, die in deze
hunne medewerking hebben verleend.
Het geschenk is grooter dan Ik Mij had
mogen voorstellen, de deelneming meer al
gemeen dan lk bad mogen verwachten. Het
stemt Mij tot groote dankbaarheid, en lk
gevoel behoefte U te verzoeken dit namens
Mij openlijk uit le spreken.
Moge de Stichting die lk wenscli in het
leven te roepen, niet alleen velen ten zegen
worden, maar een waardig gedenktceken zijn
van de liefde en trouw, waarmede liet Ne-
derlandsche volk Mij bij de vervulling Mijner
Feuilleton.
taak omringde en steunde, oen blijvend go
denkloeken tevens van Mijne oprechte en
innige dankbaarheid.
(get.) Emma
De Sehied. Cl. zegt de volgende bijzonder
heden uit «particuliere Hiuigscho bron" ver-
hommen to hebben.
Do proclamatie van 31 Augustus, waarmede
de Koningin de regeering aanvaardde, is ont
worpen door minister Pierson. In het ont
werp zijn echter op verlangen der Koningin
twee kleine, maar karakteristieke wijzigingen
gebracht.
Kr stond, dat H. M. aan Hare Moeder veel
verschuldigd is. Dit vond de Koningin te
zwak uitgedrukt; zij liet er van maken ^on
uitsprekelijk veel".
Eene tweede opmerking van de Koningin
was, dat mot geen woord gedoeld werd op
bestrijding van bol pauperisme, waarin toch
naar Hare opvatting een deel van Mare taak
moet bestaan. Daaraan is te gemoet geko
men door do woorden »Ik wensch naar
Mijn vermogen bij te dragen tot verinniging
van Uw geestelijk en stoffelijk welzijn."
Beide opmerkingen zijn, gelijk men ziet,
zeer kenschetsend. Dezelfde geest die or uit
spreekt, innige ouderliefde en diep besef van
de verplichtingen van den Vorst jegens zijne
onderdanen, wordt teruggevonden in do re
devoering, door do Koningin by de inhuldi
ging uitgesproken.
Die rede is geheel door Haar zelve gesteld
alleen heeft Zij haar vooraf aan liet oordeel
van Hare Moeder onderworpen. Treffend is
daarin de hartelijke toon jegens het Neder-
landsche volk en de Sinten-Generaal. De Ko
ningin «acht hot een groot voorrecht, dat het
Hare levenstaak en plicht is, al Hare krach
ten te wijden aan het welzijn en den bloei
van Haar dierbaar Vaderland". En Zij laat
er op volgen eene herinnering aan het ge
lukkigste woord, dat ooit door Willem 111
gesproken is: «Oranje kan nooit, ja nooit ge
noeg voor Nederland doen"
Het «zoo wijze en zegenrijke Regentschap"
van Hare «innig geliefde Moeder" had reeds
00
John Watford was een advocaat met een uit
gebreide praktijk en ecu grooten kring van vrien
den. Hij was acht en twintig jaar; zijn ouders
verloor hij, toen hij nog college liep. Slechte
eigenschappen bad hij niet, tenzij rnen voorliefde
voor sport daaronder rekende, want hij was be
kend om zijn hardloopen en springen en ver
maard om zijn boksen en wiolrijden.
Watford was vrijgezel. Hij was populair in
mannelijk gezelschap vrouwen kondon hein
niet bekoren. Nooit zocht hij de dames, tegen
wie hij, zelfs in zaken, nauwelijks beleefd was
onder zijn vrienden had hij den naam van
„vrouwenhater". Hier bestond geen bepaalde
reden voormisschien kwam het omdat hij
weinig van zijn moeders tegenwoordigheid had
kunnen genieten en nooit gezegend was geweest
met zusters; vandaar wellicht, dat hij een diepen
afkeer van do vrouwelijke sekse had.
Eens, op een Pietswedstrijd, kwam hij te val
len. Een diepe wond aan liet hoofd maakte hem
voor vele dagen bewusteloos. Men bracht hem
naar huis en stelde hem onder do zorg van zijn
bediende. De dokter oordeelde het echter noodig,
een pleegzuster to ontbieden om don patiënt een
zorgvuldige verpleging te verzekeren.
Zuster Alida, de eerste verpleegster van de
stad, was in den namiddag reeds op baar post. Ze
in den aanvang dor rode eene welverdiende
hulde ontvangen.
Een Vorstin, die op achttienjarige!) leeftijd
deti troon beklimt, pleegt ver boven hare jaren
ontwikkeld te zijn. Met onze Koningin isdat
zeker hot geval. Haar uiterlijk voorkomen
heeft al do lieftalligheid, aan Haren leeftijd
eigen; maar, zoodru men huur ziet handelen
en hoort spreken, vergeet men llare jeugd
en bekomt men don indruk, dat eene hoog
ontwikkelde en begaafde Vrouw optreedt,
eene ware Vorstin.
Aan de wijze waarop de rede in de Nieuwe
Kerk word uitgesproken, zoo dat geen der
aanwezigen een woord kan gemist hebben,
is reeds van allo zijden rechtmatige lof ge
bracht. Even algemeen verstaanbaar was de
toast, door do Koningin dienzelfden dag aan
bet diner ten Puleizc ingesteld. En dat, niet
tegenstaande acousttek en stilte in de groote
eetzaal natuurlijk meer te wensch cn over
lieten dan in hot kerkgebouw. Van den even-
daarna door den voorzitter der Eerste Kamer
uitgebraclUcn toast was, althans op eenigen
afstand, geen woord te verslaan. Do Koning
in heeft blijk buur leeren spreken en Haar
stem leeren gebruiken.
Op het oogenblik waarop H. M. de Ko
ningin het Paleis te Amsterdam verliet, op
weg naar de Nieuwe Kerk, daalde ecu witte
duif neder op den hoorn van overvloed aan
het fries, en bleef daar geruimon tijd zitten.
Dat dit een goed voorteeken zijn moge
voor II. M. Wilhclmina is voorzeker de vu
rige wensch van allen, die deze merkwaar
dige gebeurtenis aanschouwden.
Door H. M. de Koningin is aan den Bur
gemeester van Amsterdam ter hand gesteld
een som van 1'10000 voor de algemeeno ar
men der'i Hoofdstadeen som van 1'1000
voor het nolilie-porsorieel, en eon van f250
voor het Brandweerkorps,
Op de Tentoonstelling van Vrouwen-ar
beid schonken do Vorstinnen veel aandacht
aan de afdeeling Insulindc en Koningin Wil-
holmina verklaarde bii die golegenhold aan
den Prins van Solo, die onder (Ie bezoekers
was on namens 11. M. word uitgenoodigd
zich bij Ilaar te voegen, dat Zij dit gedeelte
van do tentoonstelling bet interressantst vond
en zich or eon, zij 't ook nijg zoo Hauw
denkbeeld van hut onmetelijk Ryk waarover
/.ij regeert, in een ver verwijderd wereld
deel, door kon maken.
Men zegt dat do Prins daarop zeer ad rem
zou hebben geantwoord hoe -grootsch dan
wel de indruk zou zyn, dien de Koningin
zou ontvangen van Insulindc, als 't Haar,
ooit, gelijk hij hoopte, mocht goeddunken
zelf or hoon lo komen om de bewijzen vun
eerbied en gehechtheid van al de millioenen
onderdanen daarginds to komen in ontvangst
nemen.
Het denkbeeld van een reis naarOost-In-
diö moot inderdaad niet zoo geheel door de
Koningin zjjn verworpen, al staat hut plan
niet vast, vool minder het tijdstip der uit
voering.
Het besluit, waarbij H. M. Koningin Wil
hclmina aan Haar Koninklijke Moeder het
Grootkruis van de beide Nederlundsche orden
toekende, werd bij de audiëntie ten Hove
dooi- Haar geteekend en 't stuk door Haar
zelf. mot oen hartelijke omhelzing, aan de
Koningin-Moedor overhandigd.
Hut moet eon 'ellend oogenblik zjjn ge
weest.
Beide Vorstinnen waren diep geroerd en
bleven lang in een teedere omhelzing ver-
eenigd. N. Gr. Cl.
Het landgoed «Oranje Nassau-oord", dat
H. M. de Koningin-Moeder schonk aan de
natie, heette vroeger «Grunsfoort" on be
hoorde aanvankelijk met den nabij gelegen
«WaaQningschon fierg" tol. de goederen van
liet door hertog Reinoud IV van Gelder in
14l5gestichto nonnenklooster der Augustijner-
orde. De Hervorming verbrak echt or de
eenheid.
Den 30sten Augustus 1881 sloot wjjlen Z. M.
Koning Willem 111 den koop met den toen
nam in een gemakstoel plaats on wachtte op i
eenig toeken van leven. Na verloop van eonige
dagen keerde hot bewustzijn weer. Hij had won- I
derlijk gedroomd en waando zich achtervolgd
door een zwart wiel, waar op een zwarte vrouw
zat, diehom wilde grijpen. Telkens sloeg hij do
oogen op en scheen het verradorlijke schepsel te
zoeken.
Tea laatste hief hij het hoofd op en scheen
zich volkomen van zijn toestand bewust, want
hij kermde van pijn en greep naar zijn hoofd.
Het vertrok was koud en (luister, maar toch
wist hij, dat hot zijn eigen kamer was. Ieder
voorwerp, ieder meubel, iedere schilderij, het
behang, alles was hem hekendmaar wie zat
daar in zijn gcmukstoel
De grijze gestalte stond op en naderde hot bed.
„Wat doot go hier?" gilde hij, zich afvragend
of het werkelijkheid was.
„Lozen," zei do zuster bedaard het ochtend
blad toevouwend.
„Maar wie is u?"
„Zuster Alida ik ben hier om n to verplegen."
„Om mij te verplegen Maar ik hob u niet
noodig. Ga weg! Ik heb er niot om gevraagd."
Tot eenig antwoord wondde de zustor zioh
naar do tafel cn goot een witachtig vocht in
een glaasje.
„Hier," zei ze, „drink eens. Ge zjjt opgowon-
den go moet u bedaard houden."
Watford zag do grijze vrouw aan on fronste
de wenkbrauwen. Mooi was zo niet, maar het
zou geen verschil gemaakt hebben, als ze hot
geweest was. Ilij kon vrouwen niet uitstaan en
nog voel minder wachtte liy complimenten van
hen af.
„Ik drink niet," zij hij ruw.
„Ge moet," zei ze beslist.
„Ik wil, dut ge weggaat," herhaalde Watford.
Zuster Alida legde haar hand vriendelijk op
zijn schouder.
„Ge moet dit innemendo dokter hooft hot
bevolen. Als go or op tegen hebt, dat ik u vor-
pleeg, zeg het dan straks aan den doktor. Ge
moet nu doen wat ik zeg."
„Moot?" herhaalde do zieke.
„Ja, ge moet. Uw horstel hangt er van af."
Herstel? Was hij dan ziek? Ilij bracht de
hand aan hot hoofd en voelde hot verband.
Hij trachtto zich op te richten, maar viel
machteloos in de kussens terug.
„Drink," beval rlo pleegzuster. „Dat is het
ccnige middel om weer Inter te worden."
Werktuiglijk dronk by on sloot do oogen
weer om tot zijn droom van straks terug te
koerenoen zwarte vrouw op een rijwiel, die
hem achtervolgde.
Na een paar uron geslapen to hebben, ont
waakte hij en zag den dokter voor zioh. Do
zuster was niet aanwezig.
„Spreek niet," voorkwam de dokter hom „go
moet u niet vermoeien."
„Ilebt gij die vrouw hier gebracht?" vroeg
hy, niettegenstaande het verbod.
De dokter knikte toestemmend.
„Zond haar dan terstond weer weg. Ik wil
haar niet hier hebben."
„Onmogelijk Zij gehoorzaamt mij. Wanneer
ge gezond zyt, kunt go doen wat ge wilt, nu
ben ik baasl
l)e ziolce antwoordde niot, maar koorde hot
gelaat naar dm muur m sloot de oogen.
Drie dagen gingon voorbij eer hij zuster Alida
weer zag. Zo zat bij het venster to naaien, in
oen zwarte japon en mot oen heldor witte
schort voor.
Hij ontwaakte met het gelaat naar haar ge
keerd en sloeg haar gade, terwijl do zon haar
lusonlco figuur bescheen.
Het was goon mooi gelaat, maar aangenaam,
oprecht, dacht hij. vorstand 'g en altijd opgewekt,
Zo zag er niet onder uit dan 25 jaar, terw'yl
hun" meisjesachtige gestalte dien leeftijd zelfs
loochende. Haar en oogen waren donker. Ze was
oon vrouw, meende Watford. die zich aantrek
kelijk zou kunnen maken, hoewel ze hot niet deed'
„Dut was oon verkwikkende slaap," zij zo op
staande. „Wat wilt ge nu eons gebruiken?
„Een paardzei Watford lachend.
„Dat is in allo geval beter dan een fiets," ant
woordde ze, eveneens lachend. „Maar go zult
iets anders moeten kiezen. Ken bord soep?"
„Liever twoo dan een."
„Ik bon blij, dat go trok hebt; dat is een
toeken van beterschap."
En zo verliet de kamer om de soep gereed te
maken.
I Watford zag haar uan, toon zo terugkeerde.
Hoe bedaard en flink bewoog zo zie'n Wat
mnakto ze do kamer gezelligZe liet hem do
I soep proeven en vroeg hoe hij zo vond.
„Ileerlyk," zoi hij, „maar 'tis veel te weinig."
„O, ge kunt meer krijgen. Ik ben blij, dat
I go mijn soep blieft."
I „Ze is heerlijk," zei hij, „maar go zijt er te
zuinig moo."
v, Wordt vervolgd.)