Maandag 12 Februari 1900. «lo. 4953. 49e Jaargang. DE TRAM. Phoenix-Brouwerij H. MEURSING <fe Co., Amersfoort PHOENIX-BOC KR 1 E R. iMERSFOQRTSCHE Ditgave Firma A. H. VAN CLEEFF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 4.franco per post f 4.45. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 40 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. Afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau KORTEGRACHT 9. Telephoon 19. KENNISGEVING. De COMMISSARIS der KONINGIN in de Provincie UTRECHT, Gezien het besluit van Heeren Gedeputeerde Staten der Provincie Utrecht, dd. 1 Februari 1900, n° 24 Gelet op art. 11 der Wet van 13 Juni 1857 (Staatsblad n° 87), Brengt bij deze ter kennis van belangheb benden Dat de Visscherij in de binnenwateren waaronder ook worden verstaan rivieren, door sluizen afgesloten binnen de Provincie Utrecht wordt gesloten van Zaterdag 10 Maart aanstaande met zons-ondergang tot en met 31 Mei daaraanvolgende, met uitzondering a. van de Visscherij door middel van paling fuiken, anlkorven en aaldobbers, van die met het schepnet of de gebbe, om kleine vischjes vangen tot aas voor do aaldobbers; j. van de Visscherij op spiering met het kruis- net, welke geoorloofd blijft tot en met 21 April aanstaande, doch slechts zal mogen worden uit geoefend te Utrecht buiten de Weerdbarrière, tuBSchen de Groote sluis en de Roode brug te Amersfoort van de Koppelpoort tot aan het gebouw, genaamd „de Spijker", en te Vreeswijk tusschen de groote sluizen, van des middags 12 tot des avonds 10 ure 2". Dat de jacht op eenden in de Provincie Utrecht voor dit jaar zal worden gesloten op Zaterdag 10 Maart e.k., met zons-ondergang, na welken tijd ook het kooien niet meer zal mo gen worden uitgeoefend, terwijl de kooieenden opgesloten of gehokt moeten zijn tot 1 Mei aanstaande Dat de jacht op ander waterwild, zoo mede op houtsnippen, in de provincie Utrecht zal worden gesloten Zaterdag 7 April 1900, mot zons-ondergang 4". Dat het weispel van kwartelen met steek garen of vliegnet zal mogen worden uitgeoefend van 1 Mei e.k., tot en met 30 Juni daaraanvol gende. En, ten einde niemand eenige onwetendheid hiervan voorwende, zal deze worden afgekon digd en aangeplakt, waar zulks te doen gebrui kelijk is. Utrecht, den 6 Februari 1900. De Commissaris der Koningin voornoemd, SCHIMMELPENNINCK v. d. O. v. NIJENBEEK. Reeds geruimen tijd geleden werd onzen stadgenoot, den ingenieur A. J. Krieger, door eenige ingezetenen aanbevolen om, met het oog op de meer verwijderde ligging van het eerlang te openen nieuw vereenigd station, werk te inaken van een geschikte tramver Feuilleton. EEN SPAANSCHE VROUW. i Sherlock Holmes). 18). „Nog éen vraag. Op welken dag is het meisje verdwenen?" „Den 3 Juli 1886". Óp dit oogenblik bracht de post een aange- tcekonden brief. Mile Pottier opende hem. „We ontvangen dit geld geregeld elk kwartaal uit New-York", zeide het jonge meisje. „Soms denk ik, dat het met de kleine Claire in ver band staat, want het is een maand na het ver dwijnen begonnen". „Weet u dan niet van wien het komt? vroeg Holmes verwonderd, „We weten het niet", antwoordde het meisje blozend. „We zijn arm, meneer, en voor mijn moeder kan ik het niet inisBen, anders zou ik bet niet aannemen, Zij heeft zooveel goed ge daan in haar leven, dat ik soms denk. dat de Heilige Maagd haar op deze wijze beloonen wil". Holmes lachte niet. Er was iets zóo roerends in hot naïeve geloof aan de macht van het goede bij dat jonge meisje. Hij bekeek den brief. Van welke hand was dat adres? Eensklaps bezon hij zichhet was de hand van Van der Street. „Een oogenblik duizelde het mij", vertelde bij me later, „maar ik heb geleera, dat altijd binding door de hoofdstraten onzer stad, daarheen. Na ernstig overleg besloot de beer Krieger aan dit voorstel gevolg te geven en dus een onderzoek naar de levensvatbaarheid van zulk een onderneming in te stellen. Hij richtte zich echter allereerst, op 4 Januari 4898, tot den Gemeenteraad, ter verkrijging eener voorloopige vergunning tot het leggen van spoorstaven in Gemeentegronden tusschen de Buiten Kamppoort en het in aanbouwd zijnd station. Nadat de Raad op 45 Maart daaraanvol gende goedgunstig op zijn adres had be schikt, werd aan het werk gegaan en een tramverbinding ontworpen, die tevens zoo veel doenlijk de meest bevolkte buitenwijken der Gemeente zou doorloopen. Omtrent de beweegkracht was de uitslag van het onderzoek, dat, op de tegenwoordige hoogte der techniek, in lengte van jaren alleen een paardentram oeconomisch aanbe veling verdient. De kosten van aanleg en inrichting eener electrische tram met boven grondgeleiding alhier zouden ongeveer het viervoud, en die harer exploitatie, met inbe grip van afschrijving, minstens het dubbel bedragen van die eener op flinke leest ge schoeide paardentram. De informatie naar de toepassing van gas-tractie gaf eveneens geen geschikt resultaat, als toch nog aan merkelijk duurder in aanleg en inrichting en niet goedkooper maar bezwaarlijker in exploitatie dan de tractie door paarden, zoodat op 2 Mei 1.1. aan den Gemeen teraad door den concessionaris werd kennis gegeven, het te willen beschouwen, dat de aanvraag betrekking had op een paarden tram, als bereikbaar en voldoende. Inmiddels brachten eenige opmerkingen van belangstellenden hem tot het besluit, een tweede ontwerp te vervaardigen, waar door tusschen twee ontworpen lijnen kan worden gekozen, en wel tusschen een route, lang 2260 M. en af te rijden in 16 minuten: Kampstraat LangestraatVarkensmarkt A rn hemschesl raat A rnh emsch estraatw eg BergstraatKorte BergstraatOude Ylasak- kerwegNieuwe .Stationsweg—Nieuw Stati onsvoorplein en een andere route, lang 4910 M. en af te rijden in 44 minuten KampstraatLangestraat Varkensmarkt UtrechtsehestraatUtrechtschewegSoester- weg—Nieuwe Stationsweg—Nieuw Stations voorplein. Aan den Gemeenteraad werden, bij schrij ven d.d. 29 September I.I., beide ontwerpen ingediend en verzocht, het te willen be schouwen, dat de aanvraag betrekking heeft op éen der beide lijnen, Ier keuze van aan deelhouders in een op te richten Naamlooze Vennootschap. Op 29 Januari 1.1. werd door een missive van Burgemeester en Wethou ders geconstateerd, dat dezen geen bezwaar hebben tegen de ingediende plannen en zij voornemens zijn, aan den Gemeenteraad in overweging te geven op bereids daartoe op gemaakte voorwaarde;» definitief concessie voor den aanleg en de exploitatie van een paardenspoorweg door de Gemeente te ver- leenen. Van algemeene bekendheid kan het worden geacht, dat het nieuwe station alhier niet zoo gemakkelijk door het reizend publiek kan worden bereikt, als de beide nu nog bestaande stations. Een langer traject zal moeten worden afgelegd van of naar de stad, waarin een niet, onbeduidende helling zal voorkomen, omdat het nieuwe voorplein en de ingang van dit station (plaatskaarten bureau) hoog moeten liggen, ten einde, door middel van een over de sporen te bouwen voetbrug met trappen, zonder gevaar de perrons en wachtkamers te bereiken. Al worden deze brug en de perrons overdekt, de weg tusschen de in- en uitgangen en de standplaatsen der treinen wordt bezwaar lijker en gemiddeld niet zoo kort als op de oude stations. Onze lezers weten uit de opgaven, dje af en toe in ons blad werden gedaan, dat ha nauwkeurige waarneming geconstateerd is, dat in hei vorig jaar het aantal aan de beide spoorwegstations hier aangekomen niet doorgaande reizigers bedroeg van 11 Juli tot 25 Juli 15C05 of 1080 per dag 10 Oct. 24 Oct. 12 304 880 27 Nov. 11 Dec. 10 340 Deze aangekomen reizigers hebben weder moeten vertrekken, of waren te voren van hier vertrokken, zoodat het reizigersverkeer tusschen de stad en de stations juist dubbel zoo groot moet worden geacht, als deze no- litiën aangeven. Niet in rekening zijn ge bracht de personen, die reizigers afhalen of wegbrengen. Rekent men nu het grootst waargenomen verkeer (d. i. 2 X 1080 2160) reizigers per dag g.durende 3 maanden of 90 dagen van het jaar, en gedurende de overige 276 dagen van liet jaar een reizigersverkeer twee maal zoo groot als het gemiddelde der beide laatste cijfers (d. i. 2 X 340 1620) dan geeft dit tot afgeronde uitkomst een getal van 639900 menschen, die per jaar ge heel of gedeeltelijk de wegen tusschen de stations en de stad eenmaal afleggen. Aan overdrijving zal men zich wel niet schuldig maken door te veronderstellen dat */6 van dit door waarneming en becijfering verkregen getal personeneenheden (127 980) bij het lage tarief (8 cent per rit of gedeelte van een rit) van den voorgestelden tram- dienst gebruik zal maken. Het bovengemelde en de onbeschutte, hooge ligging van het nieuwe voorplein (waarbij o. m. de reizigers na aankomst zich niet kunnen verspreiden, maar genoodzaakt wor den, aanvankelijk de richting der tram in te slaan) doet de veronderstelling niet ge waagd zijn, dat gemiddeld meer personen dan een vijl'de van het cijfer der aangekomen en te vertrekken spoorwegreizigers van een tramdienst met goedkoop tarief zullen gebruik maken. Het ligt niet op den weg van den heer Krieger, bepaalde voorliefde met betrekking tot een der beide lijnen te laten blijken; alleen moet hij sterk ontraden, hen nü reeds te combineeren, door de risico, aan welke men dan blootgesteld raakt, dat het tram verkeer, alvorens tot groote ontwikkeling gekomen te zijn, te zeer zal worden versnip perd om met winst te kunnen gedreven worden. Elke der hier voorgestelde richtingen, alleen uitgevoerd, is echter dadelijk levensvatbaar. «o c-J" weder verkrijgbaar het zoo gunstig bekende ■bet meest onverwachte en onwaarschijnlijke ge- beurt, en ik herstelde me dadelijk." De brief bevatte een banknoot van tien dollar. HolmeB nam afscheid van het jonge meisje. Zij vroeg hem, wie haar eigenlijk de eer van dit bezoek bewezen had. „Mijn naam is Sherlock Holmes", zei hij. „Is u de beroemde Sherlock Holmes Ik heb veel over u gelezen. U was voor mij al tijd als een ridder, die de draken en reuzen be strijdt en de onschuld beschermt. Un vérita- ble chevalier, quoique un peu modernise", voegde ze er lachend bij, en ze plukte een rozenknopje van een bloeiende rozenstruik, die voor het raam stond, en gaf hem die blozend, waardig en schroomvallig tegelijk. Wat Holmes toen deed, weet ik nietik vrees, dat hij de beleefdheid met een stijvebui- ging beantwoordde, maar een feit is het dat bij even bloosde toen bij het me vertelde. Het is misschien de eenige keer geweest, dat hij iets gevoelde voor het echt-vrouwelijke. en wellicht dacht hij later dikwijle aan de bevallige Pa- risienne. Holmes ging heen, peinzend over de nieuwe raadselen, die hij op zijn weg vond. Wat had Van der Street met bet geheimzinnige verleden van mevrouw I)el Mauro te maken Waarom zond hij anders geld Of had het een andere reden De zaak was waarlijk geheimzinnig ge noeg. Hij wilde Van der Street om inlichtin gen telegrapheeren, maar bij intuïtie gevoelde hij, dit niet te moeten doen. Óf waB de zaak eigenlijk niet eenvoudig Deze O'Patrick was immers, zei men, naar Ame rika gegaan. Wat lag meer voor de hand. dan dat bij nu voor de verpleegster van zijn kind wilde blijven zorgen? En daar hij wel reden scheen te hebben, zijn verleden te verbergen, deed hij dit door een bankier, en niet per soonlijk. Dit was althans een oplossing. Of kon het wellicht mevrouw Del Mauro zijn, die het geld zond Dit was zeer onwaarschijnlijk. Zij was met wrok in het hart van de oude vrouw weggegaan. Intusschen, Plolmes wenschte te onderzoeken wat er van Ó'Patrick geworden was, en bij be sloot zich den volgenden ochtend te begeven naar het hospitaal- St. Jean. Zoo bracht die raadselachtige geschiedenis, die ons toen bezig hield, hem naar bet huis der smart. Ze zou ons nog heel wat verder voeren Geen plaats trouwens kon beter in overeen stemming zijn met den gemoedstoestand van Plolmes. dan een hospitual in een groote stad. Wie heeft nooit in de stille marmeren gang van een gasthuis gewandeld en al de deuren, die er op uitkomen, gezien, waarachter zooveel ellende geleden wordt, zooveel ontzettends moet gebeuren 1 Wie heeftniet die opschriften ge lezen ii.et „Voorzichtig open maken niet spre ken," en wie stelde zich niet de angstige blecke gezichten van de arme lijders voor. Wie voelde niet heel die atmosfeer van smart, en hoorde niet de wieken van den doodsengel ruischen Het is dat geheimzinnige, dat ongekende lijden, het mysterrieuse van den dood, die nabij is, dat ons dan zoo drukt. Waar kan men heter zijn als men zelf een geheim begint te ontraadselen, zooals Holmes, en iets begint te gevoelen van het vreeselijk tragische dat men zal ontdekken I Doch <k buit ine wat veel door herinneringen uit mijn prskiijk meeslepen. Ik moet hier nog vermelden, dat Holmes on derweg een portret van Van der Street had ge kocht, uit een prachtwerk: „Les rois de la Haute Finance". Aan bet hospitaal Saint-Jean gekomen, liet mijn vriend zich bij den Directeur aandienen, waarbij bij den bediende een kaartje meegaf van Pignud, dat deze htm ter aanbeveling had ter band gesteld. Hij werd dadelijk toegelaten. „Ik geloof, dat u vanochtend later is dan gewoonlijk, mijnheer de Directeur", zei HolmeB na de eer6te begroeting. „Wat weet u daarvan, mijnheer?" vroeg deze eenigszin8 gebelgd. „Het is niet zoo moeilijk na te gaan. U was nog bezig, de ingekomen brieven te lezen, toen ik binnentrad. Het zijn er maar twee, zooals ik aan de enveloppen in uw papiermand zie. Daar dit natuurlijk uw eerste werk is 'smor gens, en "o, volgens het bericht dat ik buiten zag aangeplakt, om negen uur reeds te spreken is, hebt u zich blijkbaar wat verlaat. Ik zie dat trouwens ook aan uw schoen u hebt bij het dichtknoopen een knoop overgeslagen, en u dus bij het aankleeden aebaast. Dat is an ders uw gewoonte niet. want aan de orde-en netheid die hie-r op uw kantoor heerschen, zie ik, dat u zeer punctueel is". „Komaan", zeide de Directeur, half glim lachend en half geërgerd, „dit was zeker niet de reden van uw bezoek". Wordt vcnolytl).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1900 | | pagina 1