Donderdag 13
September 1900.
No. 5014.
49e Jaargang.
UITGAVE
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Dost /'1 4". a 7. en ^onc^er^a9avond. Abonnement per 3 maanden fi.franco per
en onteiapninos^H ^•..6n re8e's cent; elke regel meer 40 cent. Legale-, ofiicieële-
f 02r> 'p rnnfc i en 'eD *)81> re^e.' cent" delaines 15 regels f 1.25elke regel meer
ten pvemlc of6 u e]S-, Daai P'aatsruimte- Bewijsnummers worden in rekening gebracht en kos
ten evenals afzonderlijke nummers 40 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRAGHT9
Telephoon 19.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER eu WETHOUDERS vau
AMERSFOORT,
Gelet op art. O «lor HINDERWET,
Brengen ter Konnis van het publiek, dnt een door
k, J. van OMMEN ingediend verzoek, met bijlagen,
om vergunning tot bet oprichten van eone rookerij
van vlocschwaren in bet perceel alhier gelegen aan de
Ai'iihomse.hc straat No. IS, bij het Kadaster bekend
oinli'r Sectio E. No. 1790, op do Secretarie der ge-
niren'.e ter visie ligt en dat op Maandag, den 24
September aanstaande, des voormiddag* te hall elf
uren gelegenheid to11 Raailbuizn wordt gegeven om,
ten overslaan van bel Gemeentebestuur of van öen
uf meer zijner leden, bezwaren togen liet oprichten
vu» «Ie inrichting in te brengen,
Amersfoort, den 10. September.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
T. A. J. van ASCII van WIJCK.
De Secretaris,
B. W. Tn. SANDBERG.
Een Transvaler over den oorlog.
Wilt we tot dusver weten over den oorlog
hebben we uit niet altijd even juiste telegram
men en uit brieven die niet het oog op de En
gelsche censoren niet alles meldden wat we wel
wilden weten. Zeker zal het nog lang duren
oer de geschiedschrijver een juist beeld zal kun
nen schetsen van den krijg, die aller aandacht
zoo zéér terecht gaande houdt.
Toen het dan ook hier ter stede bekend werd
dat een Transvanlsch burger, de thans met „ge
dwongen verlof" naar Nederland teruggezonden
(iou vernem en ts-on der wijzer J. Endendijk, gehoor
had gegeven aan den drang zijner vrienden om
van zijn ervaringen op bet oorlogsterrein in
ruimer kring mee te deelen, toen stroomden
velen Dinsdagavond naar de groote zaal van
„Ainicitia" die zeer goed bezet was.
Klokke acht betrad de Commissie met den
spreker «le zaal.
Nu een zeer kort gebed door da. Donner leidde
du heer Kollewijn den spr. in en zeide ongeveer
Kr is een wederzien, dat soms pijnlijk aan
doet. Slechts weinige jaren geleden vertrok de
heer Endendijk van hier onder de beste voor
uitzichten en met de goede wenschen van de
zeer velen die hem hier hadden loeren waar-
deeron om zijn warme deelneming in de publieke
zaak. Het is hier niet de plaats om te herin
neren hoeveel Endendijk in Transvaal deed voor
het behoud der Nederlandscbe taal en welk warm
strijder hij was voor de Hollandsche beweging.
Hij kon het beat vinden met de bevolking van
zijn nieuw vaderland, waarvan hij Burger ia
geworden, en aan de school te Amsterdam (dis
trict Eruielo) waarvan hij alras Hoofd werd,
wijdde hij al zijn zorgen.
In Juli 99 bleek, dat de Engelsche Regeering
den oorlog wilde; na het beroemde Ultimatum
ging Endendijk mee op commando en streed
acht maanden mee in Natal en den Oranje-Vrij
staat. Ware hij niet te Pretoria gevangen ge
nomen, toen hij daar een nieuw paard wilde
koojien, Endendijk had thans behoord tot het
Feuilleton.
De beleende Juweelen
«Zooveel ik mij bezinnen kan, heb ik u vroeger
nooit gezien," zeide zij, met toonlooze stem terwijl
zij hot niet waagde haar oogen op te slaan.
Ik was van plan, de jonge vrouw naar mijn bu-
reau jn Scotland-Yard te brengen en mij daar baar
geschiedenis te laten verhalen bij rijpere overwe-
8>"g echter zag ik om harentwille daarvan af en
frad binnen in een koffiehuis in Cbaring-Cross, waar
~,.men kende mij mij een kamer liet wijzen
cc mijn verlangen te kennen gaf oni niet te worden
Koatonrd. Hier verzocht ik mijn geleidster plaats
,l® "omen en zij zakte letterlijk op den stoel ineen,
'crwijl zij het hoofd op de handen steunde en zóo
weende en snikte, dat ik voor haar toestand vrees
'"egon te krijgen.
Ik zag in, dat het in dien toostnnd vorgeefs zou
"J", baar te troosten of deelneming te betoonen
'k wilde haar derhalve laten uilweenen en bestelde
intuauchon een eenvoudig souper. Eindelijk, toen
Z'J "sar verdriet eenigszins had overwonnen en uit
geweend was, deed zij haar sluier af en toonde mij
"tar klassiek schoon gelaat, dat wol is waar thans
J*n "et woenen gezwollen was, maar een uitdruk-
weemoed en ellende droog, dio den be-
kinj
ncciuuuu «JII 11 H l
sctiouwer waarlijk ontroerde.
..Ac-li, Mr. Forrester, heb medelijden mot my,
mftur veroordeel, veracht, mij niet; want als gij al-
wist God vergevc bet mijDit zeggende,
wak zij opnieuw uit in een hevig weenen, dat baar
hcriuucring aan hot verleden en de schande van
commando Botha. Than, ia hij door ie
Lngelscben per „Howarden Cnstle" naar Neder
land gezonden, waar hij slechts wacht om terug
te kunnen keeren. 8
Een storm van verontwaardiging is opgesto-
k? aijhen hot jeweten
der volken beleedigden, het rechtsgevoel ver
krachtten doch de volkeren zijn machteloos en
kunnen slechts protesteeren de Regeeringen zien
toe en .schijnen geen eind te willen maken aan
dezen schandelijken ooi log uit welken ons klein
volk een ernstige les moge putten
Do heer Endendijk betrad rai het podium
en werd met een luid applaus begroet.
«Spr. begon mot te herinneren ann den „Open
brief aan den hertog van Devonshire" en zeide
reeds bemerkt te hebben dut niet alleen de l'loi-
lundselie journalisten maar wellicht hetgeheele
I lollandsche volk dezen oorlog onnoodig en'schan
delijk achtten. .Spr. zou zich niet uitputten
11! uitvoerige beschrijvingen van de gevechten
bij Magersfontoin of Colenso, doch van zijn ei
gen ervaringen mcedeelen, vertellen wat niet
uit couranten kon bekend zijn en spreken over
den oorlog in zijn geheel, als historisch feit.
Onverklaarbaar was het allen Uitlanders, «lat
Chamberlain zoo voor hen ijverde. Spr. zelf
was tot kort vóór den oorlog Uitlander en do
Uitlanders luidden het werkelijk zoo goed in
Transvaal. Zouden de duizenden die er heen
gingen allen verdrukt zijn door de Regeering?
Allen kwamen uit vrijen wil, alleen om hun
positie te verbeteren en de Regeering steunde
allen en hielp allen.
De oude Roeren, veehouders en landbouwers,
waren meer wantrouwend; maar houden wij
zooveel van de Uitlanders in onze handels-cen
tra En brachten de Europeanen niet te veel
de hun eigen ondeugden mede, vooral drank-
lust, gouddorst en eigenwaan
En bovenal, de vermenging met het niet-
blanke ras; de grootste gruwel in het oog der
Roeren.
De Uitlanders hadden geen stemrecht en dit
was hoogst natuurlijk wij geven vreemdelingen
in ons gezin óok maar niet aanstonds een stem
in 't kapittel. Na 14 jaar in 't land gewoond
te hebben, konden de Uitlanders stemrecht
krijgen. Chamberlain meende, dat 5 jaar ver
blijf genoeg was, doch Chamberlain had daar
niet over te oordeelen, wat wel 't best blijkt
uit de nieening van Lionel Philip, den mede
plichtige in den Jameson-raid, die zeide, dut
net stemrecht hem geen oortje waard was. Hij
kwam ook slechts om geld te verdienen.
Dat de Uitlanders het werkelijk goed hadden,
bleek uil htm deelneming aan den oorlog in
welken zelfs Engelschen meevochten tegen de
Tommies. Zij leefden hun gewoon leven, meest
in betrekkingen ea ambten welke door de Boeren
niet konden worden bekleed, door de Roeren
die al hun zorgen moesten wijden aan hun land
en aan hun vee, dat zoo ontzettend had geleden
door de runderpest van 1896.
De Roeren zijn sterk in binnenlandsc.be politiek
met de buitenlandsche bemoeien zij zich in 't
geheel niet.
Vooral een jaar vóór den oorlog stonden de
partijen sterk tegenover elkaar.
Het zijn de conservatieve en de progressieve;
de conservatieve is niet-conservatief, de progres
sieve, niet-progressiefbeter ware het te spreken
van een Joubert- en een Kruger-partij en steeds
was het. Joubert contra Kruger, nimmer omge
keerd steeds trachtte de Joubert-partij de Kru
ger-partij te benadeelcn, vooral nadat de in
vloed van het Engelsche kapitalisme zich bij de
Joubert-partij had aangesloten.
Een eerste gevolg was de strijd tegen de Hol
landers en een zeer sterk sprekend bewijs daarvan
liet ontslag van De Jonge, eerste Secretaris van
het onderwijs-departement, omdat deze zijn mee
ning uitsprak over zekere kerk wier predikan
ten de Engelsche taal voortrokken.
Toen bleek eerst recht hoe gespannen de ver
houding was, want toen de Volksraad den heer
De Jonge wilde ontslaan, weigerde de Regeering
dat ontslag te verleenen een ongehoord feit
in de geheele geschiedenis van Transvaal.
Spr. herinnerde nu aan de correspondentie met
Chamberlain, den Secretaris van Koloniën, hoe
wel Transvaal in 84 vrij verklaard en dus geen
Engelsche kolonie was, en hoe allen na de con
ferentie te Bloemfontein wisten dat Chamberlain
oorlog wilde.
Wij hielden Burger-vergaileringen in deze be
sliste Republiek. Het meerendeel wilden geen
oorlog; enkelen wilden hun Mauser wel eens
probeeren. Maar bovenal bleek de onbegrensde
achting voor Oom Paul. Heel het volk, zelfs de
sterkste Joubert-man, vertrouwde op Kruger en
ieder hoopte, dat hij zou „reg kom" met Cham
berlain.
Om te toonen welk een helder hoofd Kruger
heeft, vertelde spr. nu enkele anecdoten over den
Staatspresident, van welke er hier éen willen
herhalen.
Een oude Boer, een goede vriend van Kruger,
was gestorven en alras kregen zijn twee zoons
kwestie over de nalatenschap. Kruger wilde
niet, dat de rechter zich met het geval bemoeide
en riep beiden bij zich. Tot den oudsten zoon
zeide hij nu: „verdeel jij die plaas" en, toen
j dit geschied was, tot den jongste„Kies jij nu
J welk deel je wil hebben." Een bijna Salomo-
nisch oordeel.
Het Ultimatum moest komen, toen, óok nadat
gehoor was gegeven aan het verlangen om stem
recht toe te kennen reeds na 5-jarig verblijf, de
eisch kwam om Engeland's suzereiniteit te erken
nen.
Jammer was het, dat Transvaal als echte
Republiek geen soldaten had en slechts 600 it
800 artilleristen.
De Boeren-zelf konden niet naar de grenzen
worden gezonden zonder dat men groot gevaar
liep dat zij zouden gaan „skiet". Doch de toe
stand werd onhoudbaaralle zaken stonden stil.
Prachtig was de smeekbede van de „Volks
stem": „stoot toe; wij bidden u, stoot toe en
martel ons niet langer". Koningin Victoria wist
welke oil'ere gebracht zouden worden om de
paramouncy in gansch Afrika te bewaren, doch
Chamberlain bleek niet gereed te zijn en de be-
het oogenblik afdwong.
Ik liet baar begaan en wachtte geduldig, tot zij
weder in staat zou zijn, mij haar mededeelingen te
doen. Inderdaad riehttezij zich plotseling op, wischte
zich de tranen uit de oogen, zag mij opmerkzaam
aan en zeide tocu zenuwachtig„Ik geloof vast, ja,
ik beD overtuigd, dat u een man van eer en be
ginselen is. Ik hoop mij te mogen vleien, dat u
niet gelooft, dat ik mij vrijwillig wilde overgeven
tot hetgene, waarin gij mij hedenavond hebt ver
hinderd tot verderf van lijf en ziel
„Neen. Ik wil het goede van u denken eu u tot
zulk een gezonkenheid niet in staat achten, miss
Vermont. Ik beken u, dat eenige verklaringen van
dcu heer Simpson omtrent u, nadat u zijn kantoor
hadt verlaten, mijn belangstelling voor u hebben
opgewekt. Ik beken u zelfs, miss, dat ik daarvoor
reeds in uw huis ben geweest. Ja, ging ik voort,
toen zjj mij hierop verwonderd aanstaarde, ik stelde
destijds zooveel belang in u, dat ik mij voornam
meer van u te vernemen en, indien mogelijk, u te
8„?jnhebt ons huis werkelijk bezocht f" vroeg zij
belangstellend.
Dat eigenlijk metik kwam slechts op den
drempel der huisdeur, onder het voorwendsel daar
iemand te zoeken, eigenlijk echter, voegde ik er
lachend bij, toen ik haar in haar opgewektheid zelf
haar verdriet vergoten zag ctgeuhjk echter slechts
om te onderzoeken of u aan den heer Simpson wel
uw waren naam en adres hadt opgegeven
O zoozeide zij en scheen hierdoor gerust ge
stold een oogenblik zag zij mij ernstig en met uit
drukking aan. glimlachte toen weemoedig en bood
mij de hand met de woorden„Ik had dus een on
bekenden, onverwachten vriend in u?"
Dat hebt u nog, miss Vermont, en vertel my nu
al "uw bekommeringen; wat gü my ook r——
zal ik trouw geheim houden en u kunt mijn ver
zekering gelooven, dat het mijn oprechte wensch is,
u van dienst te zijn, indien u het goede wilt."
„Dat gelonf ik volgaarne, Mr. Forrester zeide zij
levendig, leunde achterover in haar stoel en legde
de handen gevouwen in den schoot. „Herinnen gij u
nog het bankiershuis Barleigh, De Vermont en Huil?"
„Zeker, antwoordde ik, het was een tijd lang een
der bloeiendste, eu de opvolgers dier firma zijn zeer
„Mijn vader was deelhebber in dat huis," zeide zjj.
„Werkelijk? Is dat mogelijk
„Niet alleen mogelijk, maar volkomen waar."
„Slechts een oogenblik geduld riep ik nadenkend,
want ik wilde mij bezinnen. Is het werkelijk waar,
dat u een dochter is van Henry de Vermont, die
„Ik weet wat u zeggen wilt, ninar niet durft uit
spreken Ja, ik ben de ongelukkige dochter van
dien man en heb twee broeders, die nog minder in
staat z\jn voor hun onderhoud te zorgen dan ik."
Ik was van ontzetting van mijn stoel opgespron
genzij bemerkte de diepe ontroering die baar woor
den bij mij hadden veroorzaakt, wierp mij een wee
moedig dankbaren blik toe en vervolgde:
„Ja, Mr. Forrester, van mijn ongelukkigcn vader
hebt u wel gehoord, maar niet van de kinderen, nog
minder misschien van zjjn dochter, en ik bon ver
zekerd, u hebt wel nooit kunnen denken, dat gij
ooit zijn dochter ouder zulke omstandigheden zoudt
aantreffen, als die waarin u haar hedenavond hebt
ontmoet,"
Ik antwoordde slechts door een stomme buiging
haar mededeelingen klonken mij nauwelijks goloof-
lijk, en tileli gevoelde ik, dat zy waar waren.
„Ik beloofde u alles te bekennen en nu zal ik u
ook niet het minste verzwijgen, ging zij bewogen
voort. In den tijd der Franscho omwenteling kwam
mijn vader, destijds nog een kind, met zjjn ouders
richten van Reuter bleken louter bluf.
In October had Engeland nog geen 35 000
man in heel Zuid-Afrikade Engelsche bladen
spraken later van 18000 man, doch dit slechts
om de verliezen goed te praten. En dit over een
oppervlakte van meer dan de helft van Europa
doch het was de bloem van het dappere Engel
sche leger, evenwel aangevoerd door onbekwame
bevelhebbers die gewend waren tegen Kaffers
en onbeschaafde volkeren te vechten, voor wie
de geschiedenis niet geschreven was en die den
vijand minachtten, terwijl in Engeland werd ge
sproken van „een reisje naar Pretoria in ze9
weken".
Het aantal troepen in Transvaal en den Vrij
staat werd bij het begin van den oorlog ge
schat op 50 a 60 duizend op zijn hoogst, doch
er zijn er tot November weinig meer geweest
dan 35000.
Zeer jammer was het, dat de vereenigde Repu
blieken toen niet konden beschikken over kanon
nen Transvaal had slechts enkele Long-Toms,
een paar Kruppjes en eenige Creusot's, te samen
twintig vuurmonden, die vooral in den Vrij-
straat zoo hoog noodig waren.
Dat er geen kanonnen waren, was een gevolg
van den twist tusschen de Staats-partijen, waar
door de leening van 60 millioen, die te Amster
dam zou gesloten worden, misliep. De Regeering
kon niet zeggen waarvoor zij aat geld noodig
had en de Volksraad eischte een openlijke ver
klaring. Doch wij hadden onze nieuwe geweren,
in handen van „gezouten" schutters en bovendien
het voordeel eener hoogst eenvoudige en snelle
mobilisatiewe waren dus zeer in het voordeel.
Maar nu de keerzijde.
Bijna alle Bocren-nan voerders waren onbekwaam
en meest allen ongeoefendhun commando dank
ten ze aan hun verkiezing tot lid van den Volks
raad en ook in Transvaal is niet elk Kamerlid
een goed troepenaanvoerder.
We hadden alléén Joubert en deze was eigenlijk
slechts een uitstekend administrateur.
Daarbij kwam nog verraad, zelfs in de hoogste
kringen. De latere geschiedschrijver van dezen
oorlog zal namen noemen en verrassende ont
hullingen doen.
Doch al deze nadeelen werden niet aanstonds
gevoeld, omdat de aanvoering der Engelschen
zoo ontzettend slecht was, en de aanvankelijke
voorspoed deed de Boeren hun gewonen ernst
verliezen. In plaats van Lady-smith te nemen,
waarin 9C00 geharde Engelsche soldaten zaten
opgeslotenin stede van aan gene zijde der
Tugela te trekken, spotten de Boeren met de
Europeesche bladen over hun vijand.
Waarom zijn Ladysmith, Mafeking, Kimber-
ley niet genomen Waarom werd met die plaatsen
eigenlijk slechts een morgen- en een avondschot
gewisseld Waarom zijn die plaatsen bijua in
't geheel niet beschoten, niet ernstig berend?
Waarom werd den Engelschen zooveel kanB ge
geven
Eerst na 27 Februari, de gevangenneming van
Cronjé, begonnen de Boeren te zien dat het ernst
was. Na het ongeluk met Cronjé, het verlies
van Ladysmith, den ramp van Colenso, eerst
als vluchteling naar Engeland. Dezen hadden de
overblijfselen van hun vermogen medegebracht en
gaven hun adel op om door een burgerberoep in
hun onderhoud te voorzien. Mijn vader iverd koopman
en nam later deel in genoemd Bankiershuis, huwde
toen een Iersche vrouw eu leefde met haar vele jaren
gelukkig en in welstand. Do positie van mijn vader,
als lid eener zoo aanzienlijke firma, bracht hem en
zijn familie in gezellig verkeer met do welgesteldste
en voornaamste kringen der Hoofdstad. Hy leefde
op een voet die met zyn stand en zyn vermogen
overeenkwam en zyn huis was open voor allen, die
hem hekend en voorgesteld waren. Ik, die lang het
een ine kind mijner ouders was, genoot al de voor
deden die de positie mijner ouders mij kon geven;
de beste leermeesters gaven mij onderricht, en vader
spaarde voor mijn opvoeding geen kosten.
„Toen ik den gevorderden leeftijd bereikt had, werd
ik in de gezelschappen ingeleid, waarin ik tot nu
toe, God alleen weet met welke offers (voegde zy
er smartelijk by, toen zij mijn verwondering be
merkte) mijn positie heb volgehouden met op
offeringen die mij bijna aan den randstamelde
zij en verborg het gelaat in de handen.
„Het ging ons goed, vervolgde zij na een korte
wijle, tot voor eenige jaren vider in handen viel
van een bende adolyke en voorname bodriegers en
oplichters, die hem aan de speeltafel brachten. Het
wnren lieden uit do voorname, deftige wereld man
nen met beroemde namen waren er onder. Lang
zamerhand werd hot snel een alles bchecrschende
hartstocht bij mijn ongelukkigen vaderen het.gevolg
daiirvnn was, dat hy hij Croekford en in andere fa
shionable speelholen zijn geheele vermogen verloor,
of daarvan bestolen werd. Hij hield niet op vóór
hy alles verspeeld had, wat hij slechts het zijne kon
noemen. Toen overviel hem de vertwijfeling het
overige weet gy. Wordt vervólgd).