Maandag 20 m Januari 1902.
No. 5155.
51e Jaargang.
Stadsnieuws.
MIERSFOORTSCHE COUEAIT.
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond Abonnement per 3 maanden f\.franco per
post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Legale-, oflicieële-
en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels ƒ1.25; elke regel meer
f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers worden in rekening gebracht en kos
ten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9-
Telephoon 19.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
in de gemeente Utrecht een geval van miltvuur
is voorgekomen.
Amersfoort, den 17. Januari 1902.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad dezer Gemeente zal vergaderen op Dins
dag, den 21. Januari aanstaande, des namiddags
te l'/j ure.
Amersfoort, den IS. Januari 1902.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
Ds. De Bruin, van Apeldoorn, hoopt morgen-
avord te kwart over zeven in „De Zaaier" hier
vóór te gaan bij de godsdienstoefening der
Chr. Gereformeerde gemeente.
In de vergadering van den Raad dezer
Gemeente, welke gehouden zal worden op
Dinsdag 21 Januari des middags te half
twee, zullen aan de orde worde gesteld de
volgende Punten van behandeling
1. Request van H. G. Putman, aannemer
der turf-leverantie om kwijtschelding van
boete, met advies.
'2. Voorstel tot benoeming van een Raads
commissie van drie leden ter voorbereiding
van een herziening van het Reglement voor
het Burgerweeshuis.
3. Voorstel in zake de jaarwedde van den
Directeur der Hoogere Burgerschool G. J.
Buys.
4. Voorstel tot benoeming van een tijde
lijk Directeur der Burger Avondschool, en
vaststelling zijner jaarwedde.
5. Voorstel tot benoeming van een tijde
lijk leeraur in Wiskunde aan de Hoogere
Burgerschool (vacature J. W. de Koning)
6. Request van den leeraar aan de inrich
tingen voor Hooger-en Middelbaar onderwijs
W. N. Coenen om een verlof van zes weken
on gezondheids-redenen, met adviezen.
7. Request van de Commissie voor Kinder
voeding om' een subsidie uit de Gemeente
kas. met advies en ontwerp besluit tot toe
kenning van een subsidie van 1'75 voor het
jaar 1902.
8. Vaststelling van het 3e aanvullingsko
hier dor Inkomsten belasting, dienst 1901.
9. Advies der Reclame-commissie inzake
bezwaarschriften tegen aanslagen in de Id-
komsteu belasting.
Donderdag werd door den Gemeenteraad van
Utrecht na korte discussie zonder hoofdelijke
stemming aangenomen om in het Stcrrebosah
op te richten een Gemeentelijke Hoogere Bur
gerschool met 5-jarigen cursus.
Slechts do heer Oudegeest, die geen tijd had
gehad om do stukken te bestudeeren, pleitte
voor uitstel, tenzij er dringende haast waB, in
welk geval hij niet zou meestemmen.
Dringende naast was er niet, haast wel; bo
vendien de zaak was vrij eenvoudig, zei de Bur
gemeester, en de stukken zijn tijdig rondge
zonden.
Gevolg, motie-Oudegeest verworpen.
1'rinc.ipieele bezwaren bleken er tegen het
voorstel niet te zijn. Uit de overgelegde stuk
ken bleek duidelijk, dat er geen keus was. De
Regeering wenscht de Riiks Hoogere Burger
school althans voor de helft voor leerlingen van
buiten open te stellen, zoodat die uit Utrecht
op straat zouden staan en dat terwijl de Ge
meente indertijd f 60 000 in de bouwkosten had
betaald. Alleen was er verschil van gevoelen
over een mogelijk Rijks-subsidie. De Minister
van Binnenlandsche zaken, dr. Kuyper, heeft
toegezegd een subsidie te zullen voorstellen als
de noodzakelijkheid bleek, dat op de Gemeen
telijke school óok leerlingen van Duiten werden
opgenomen.
Dat stond volgens den heer Witteveen vrij
wel gelijk met de verzekering „go krijgt geen
Bubsidie van het Rijk", want de noodzakelijkheid
zou wel nooit blijken.
Hiermede was mep het over 't algemeen wel
eens, doch men liet zich toch door den Voor
zitter al heel gauw overtuigen, dat de Gemeente
in elk opzicht vrij bleef en dat die subsidie-
quaestie niet van zoo heel veel belang was. Hij
meende, dat er wel eerder subsidie zou gegeven
worden en bovendien daarover konden nadere
onderhandelingen worden gevoerd.
De heer Brondgeest zou maar liever in 't ge
heel geen subsidie vragen, dan was men ook
!aar wel subsidie of geen Bubsidie, de dis-
lie liep spoedig af en zonder stemming werd
het voorstel aangenomen. De heer Oudegeest
was heengegaan, de medeverantwoordelijkheid
ior dit besluit blijkbaar niet willende dragen.
De Minister van Financiën brengt ter alge-
ineene kennis, dat als kantoren waar de Neclcr-
landsche pasmunt mits voor niet minder dan
vijftig gulden voor de zilveren en tien gulden
voor de bronzen, kan worden ingewisseld
tegen rijksdaalders, guldens en halve gul
dens, zijn aangewezen, de volgende kantoren
der directe belastingen, invoerrechten en aceijn-
sen in de provincie UtrechtAmersfoort, Baam,
Driebergen, Harmeien, Loenen, Maarssen, Vee-
nendaal, Vreeswijk, Wijk-bij-Duurstede, IJsel-
stein, Zeist en het kantoor der registratie en do
meinen te Rhenen.
Te Amsterdam en te Rotterdam zijn valsche
gouden tientjes in omlooptot duBver alle met
den beeldenaar uan Willem III.
Opgepast dus.
Dr. L. van Lier heeft verzocht, als chef van
het Militair hospitaal te Dordrecht te mogen
blijven.
Als chef van het Militair hospitaal 2e klasse
hier zal nu optreden de dirigeerend officier van
gezondheid 3e klasse L. F. Boekelman, thans
chef van het Militair hospitaal 3e klasse te
Kampen.
De officier van gezondheid le klasse J. F.
Tuinstra, van het 5e regiment infanterie hier,
zal morgen naar Leeuwarden vertrekken, waar
hij optreedt als chef van het Militair hospitaal
3e klasse.
De officier van gezondheid 2e klasse P. B. van
Leggelo, van het 5e regiment infanterie te Amers
foort, sedert 15 November als chef van den ge
neeskundig dienst gedetacheerd in de Legerplaats
bij Milligen, wordt 31 dezer eervol van die de
tacheering ontheven en keert dan naar zijn gar
nizoen terug.
Voortaan zullen ook de onderofficieren-leer-
lingen van den Hoofdcursus vervoerd worden
in tweede-klasse waggons.
Hiermede worden deze adspirant-officieren
niet langer achtergesteld bij hun collega's van
Breda, Alkmaar en Willemsoord.
De in 1895 gebouwde en in 1899 het laatst
vergroote fabriek van zeeppoeder en harde zee
pen van den heer Chr. rleines is Donderdag
nacht in enkele uren tijds geheel verwoest en
in vlammen opgegaan; van het groote complex
van gebouwen staat nog slechts de schoorsteen
het woonhuis van den eigenaar en een deel van
den Btnl, die nog in aanbouw was. Het ove
rige is éen ruïne, een warklomp van pain en
gesmolten glas en verbogen balken, éen verwoes
ting.
Omstreeks half twaalf ontdekte een zeer toe
vallig passeerend kantoorbediende, dat er brand
was aan de zijde der machine-kamer. Hij
haastte zich de bewoners van het huis en de
buren in de Korte Bergstraat te waarschuwen
en spoedde zich naar zijn patroon op den Soes-
terwegonderofficieren, die van verlof terug
keerden, wekten de bewoners van den ouden
Vlasakkerweg en verwittigden de politie, die
helaas geen slangen wagen bezat en dus niet
aanstonds het vuur, dat vermoedelijk ontstaan
is door een gebrek aan de eerst onlangs voltooide
electrische geleiding, kon bekampen.
Eerst tegen half een werd de brandklok ge
luid, doch het duurde nog geruimen tijd eer
de spuiten kwamen, de no. 1 vooraan. Dat zij
niet vlugger ter plaatse waren, mag wel hier
aan toegeschreven, dat aanvankelijk niemand
wist waar de brand was. „Buiten de Utrecht-
sche poort" heette het ten slotte, doch zelfs hij
het Politie-bureau was nog niets te bespeuren
vun gloed of rookeerst voorbij de tram-remise
was, nog omstreeks kwart vóór een, eenige
brandluent waar te nemen en pas nadat men
voorbij de villa „Mignon" was gekomen, kon
men in de ruiten der huizen aan den overkant
der fabriek den gloed zien van de vlammen,
die toen nog Blechts in het onderste deel der fa
briek speelden.
En toen de spuiten waren aangekomen, moch
ten ze niets doen voor en aleer de opperbi and-
meester daartoe verlof had gegeven, want
'tis ongelooflijk, doch wanr, lezer zonder dat
uitdrukkelijk bevel mogen ze geen water ge
ven buiten de poort
Nu we hierop wijzen en de verandering
der instructie kan geschieden zonder eenige gel
delijke opoffering zouden we te gelijk willen
verzoeken, dat ingeval van brand „buiten de
poort" (en ook wel in de oude stad) aan een
der lantaarnopstekers, die het dichtst in de
buurt woont, bevolen wordt de lantaarns aan
te steken. Zeker een half uur lang bleef het
stikdonker, niettegenstaande de politie herhaalde
malen verzocht om licht en velen vergeefsche
pogingen deden om op haar verzoek de lan
taarns op te steken.
Tot overmaat van ramp kon men aanvankelijk
in de duisternis niet de standpijpen der water
leiding vinden en moest het bluscnwater middels
aanjagers gehaald worden uit de zoo diep gele
gen beek bij de voormalige Utrechtsche poort,
terwijl de waterleiding, ook door de hooge lig
ging van Amersfoort en wegens den brand den
dag te voren te Utrecht, slechts weinig water gaf.
Toen dan ook eindelijk tegen half twee de
spuiten te werk konden gesteld, bleek, dat de
fabriek reddeloos verloren was. De vlammenzee,
telkens opnieuw gevoed door vetten en oliën en
de vele lichtbrandbare stoffen der afdeeling
harde zeepen, was niet te bekampen. Deuren
en luiken vlogen open en de brand sloeg ook
van buiten over naar de bovenverdieping.
Een kleino paniek ontstond toen op eenmaal
de groote stoomketel, een van 240 paardekracht
en met 8 atmospheren, geweldig zich deed hoe
ren; onder het geroep „de ketel springt" stoof
alles achteruit. Later bleek, dat de heer G. Prang,
meesterknecht der fabriek, met ware doodsver
achting de veiligheidsklep had geopend en den
stoom had laten ontsnappen.
De opstekende wind en de geweldige vonken
regen deed het ergste vreezen voor de huizen
aan den Utrechtschen weg en zeer spoedig wer
den dan ook de trarnrijtuigen en de paarden
door de heeren Pels Rijcken, Krieger en Van
der Plank m veiligheid gebracht.
Zoodra de Burgemeester op bet terrein was
gekomen,' waar ook dra andere burgerlijke en
militaire autoriteiten aanwezig waren, nam deze
dankbaar het eerst geweigerde aanbod aan van
assistentie door het garnizoen. Aanstonds kwam
nu een brand-piket van de infanterie en weldra
volgden de spuiten uit de Infanterie-kazerne
en uit die der Bereden wapens. Zij konden
nochtans geen dienBt doen door deu grooten
afstand van het water en omdat bleek, dat zij
elkaar niet kunnen steunen, daar beider slangen
noch op elkaar noch op die der Gemeente passen
en er geen koppeleslukken aanwezig zijn.
Bij brand in een der militaire gebouwen kan
dus geen hulp worden verleend, doch nu dit
euvel ondekt is, zal daar stellig spoedig in wor
den voorzien.
Omtrent den brand zelve kunnen we geen
nieuws meedeelen. Onafgebroken was de stroom
der toeschouwers, die de reusachtige ver
woesting hebben gadegeslagen groot het aan
tal amateur-phothographen, zelfs des nachts,
dat kiekjes namen zelfs kon de heer Van de
Pol reeds Vrijdagmiddag goedgeslaagde photo's
en prentbriefkaarten van de ruïne etaleeren in
Valkhoff's boekhandel.
De fabriek is met al haar voorraden, óok een
groote hoeveelheid timmerhout, geheel vernield
de zware stalen balken zijn tot kui ketrekkers
gebogen en van een der gegoten ijzeren steun
pilaren is het bovendeel letterlijk weggesmolten.
De brandweer heeft 160 vaten vet, die geluk
kig achterin het terrein lagen, door gedurig nat
houden voor verbranding kunnen bewaren in
de pas gevulde kelder tanks ligt nog veel olie.
Waren beide in brand geraakt, de ramp zou
ongetwijfeld nóg grooter afmetingen hebben aan
genomen.
De heer Pleines, die eenige dagen geleden naar
Duitschland vertrok en wien geen telegrammen
bereikten, keerde Vrijdagmiddag omstreeks 4
uur terug en gaf aanstonds order tot den bouw
eener loods, waar de vaten geborgen en het be- 1
drijf voorloopig hervat zal worden. De 50 werk
lieden zullen dus niet geheel van verdiensten
verstoken blijven.
Men wil weten, dat fabrieksgebouwen, en in
ventaris voor slechts f107000 waren verzekerd
bij „De Nederlanden", ie Zutplien.
Slechts het woonhuis van uen heer Pleines is
gespaard door de brandmuur die het van de fa
briek scheiddede waterschade daarin is ech
ter aanzienlijk omdat men, om het te behouden
toen het dak begon te branden, de slangen door
het huis moest leggen. De trap geleek Vrijdag-
ochtend een roode waterval, zoo doorweekt wa
ren de kleeden der verschillende bovenkamers.
Vooral door het veranderen der windrichting
zijn de aangrenzende villa's gespaard al hebben
de eerste ook groote waterschade bekomen. Het
woonhuis van den heec Prang is mede totaal
vernield, evenals de inboedel, die voor slechts
f2000 was verzekerd.
Persoonlijke ongevallen zijn gelukkig niet te
betreuren.
De geweldige brand doet denken aan die van
den molen des heeren Wolff, nu bijna 29 jaar gele
der op nagenoeg de zelfde plaats voorgekomen,
die wel langer duurde, doch niet zóo hevig wis,
en brengt in herinnering de brand in de sif.llon.
De spuiten konden eerst te 8 uur 'sochiends
inrukken; Vrijdag en Zaterdag werden de 8'•-da.
weder opflikkerende vlammen bekampt met drie
stralen op de waterleiding.
Zaterdagnacht vatte het schuurtje achter de
villa van Mevrouw Agema vlam en gisteravond
omstreeks 6 uur sloegen de vlammen nog op
drie plaatsen in de fabriek weer lustig uit. Het
terrein blijft dan ook voorloopig bewaakt.
Uit het bovenstaande blijkt hoe de heer Prang
door zijn moedige daad groote onheilen heeft
voorkomen. Zichzelf geheel vergetend, dacht hij
alleen aan het gevaar dat de menschen en de
huizen in de nabijheid dreigde. Eén oog -nhlik
talmens en het ware te laat geweestdoch zelfs
dat moment van aaigeling bestond voor hem
niet. Zóo toen hij hoorde roepen „de ketel", holde
hij door de tram-remise naar het ketelhuis, ver
brijzelde een venster en sloeg bij de derde po
ging de veiligheidsklep open.
Velen zijn tot den dappere gegaan om hem
de hand te drukken. Zij en wij kunnen en moe-
lm meer doendaartoe spoort ons aan, nevens
onze bewondering voor ae kranige daad, ons
gevoel van dankbaarheid, nog meer opgewekt, I
nu uit Barcelona het bericht tot ons komt, dat
Zaterdag door het springen van een stoomketel
60 menschen gedood en 100 gewond werden.
,,'t Had bij ons zoo'n vaart niet geloopen, en
wie had niet gedaan als Prang," meende iemand,
dien we over een en ander spraken.
Al doet het ons goed te weten, dat we om
ringd zijn door zooveel helden, we zijn tóch blij,
dat Prang het heldenstuk heeft gewaagd, ter
wijl men thans gemakkelijk kan beweren, nu al
les goed en wel achter den rug en
afgeloopen is, dat het „zoo'n vaart niet zou
hebben geloopen."
Maar zegt eens eerlijk, wat zou men, op deil I
oogenblik toen de ketel op springen stond niet
gegeven hebben om het gevaar afgewend te zien;
welk offer zou te groot geweest zijn voor de
vrouw om haar man, voor den echtgenoot om
zijn vrouw, .voor de oudera om hun kind, voor
den eigenaar en de bewoners om hun huis vei
lig te weten?
Als we dat alles eens kalm bedenken, dan
moet het ons dringen om den heer Prang een
stoffelijk bewijs onzer erkentelijkheid aan te bie
den, met om hem te beloonen, maar opdat het
bij zijn kindereu en kindskinderen steeds de
herinnering levendig boude aan een mooi mo
ment van moed en menschenliefde in het leven
van een der hunnen, die daarvoor door hen en
door honderden steeds zal geacht en bewonderd
worden.
Als Prang het slachtoffer van zijn tegenwoor
digheid van geest ware geworden, dan zou men
niet achtergebleven zijn om zijn nagedachte
nis in eiken zin te eeren. Nu dat gelukkig
niet het geval is, moge men zich de woorden
herinneren van don grooton menschenvritnd'
A. C. Wertlieim ,,'t is goed lof en waardeering
te brengen bij iemands graf, maar oneindig
beter is 't, hem die niet te onthouden bij zijn
leven."
Gaarne zijn we bereid, aan ons Bureau, Ro+-'
tegracht 9, bijdrageu in ontvangst te nemen,
welke we in ons blad zullen verantwoorden.
Reeds zijn voor dit doel beschikbaar gesteld
door Red. Aft. Crt. f5.00, G. L. M. f 5.00, M.
f0.25, P. f 0.25.
De Ainersfoortsche Bestuurders Boud cat legen.
Donderdagavond 8 uur iu haar lokaal hij ie Appel
markt eeu vergadering belegd voor hét ■nichten/'
eener vakvereenigiug van dienstboden.
In haar uitnoodiging tot bijwoning dier bijeen-
komst schreef het Bestuur
„Op verschillende plaatsen in Nederland hebben
de dienstboden zich reeds vereenigdook bjeitaier
reeds een landelijke Bond. Zou Amerefoor achter
moeten blijven 7 Worden ook hier niet »1 tt dik
wijls de boden behandeld 't geen menaober wa-
ren 7 Is hier 't loon zoo hoog, de vrjje tjd no ruim,
dat er niets meer valt te verbeteren?
„Kom, sluit u allen aansteunt elkaar in dan strjid 1
om een menBcliwaardig bestaan.