Donderdag 10 September 1903. No. 5396. 52e Jaargang. Feuilleton. Stadsnieuws. AMEHSFOORTSCHE COUMT FIRMA A H VAN CLEEFF te AMERSFOOKT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden/"l. franco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 40 cent. Legale-, ofiicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. Reclames 45 regels/" 4.25; elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 40 cent. Bij advertentiën vaD buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. BUREAU KORTEGRACHT 9> Telephoon 19. KENNISGEVINGEN. Aangifte van verhuizing binnen do Gemeente. Do BURGEMEESTER on WETHOUDERS van AMERSFOORT, Overwegende, dat do bepalingen der door den Ge meenteraad den 20. Mei 1862 vastgestelde Verorde ning regelende de verplichting tot liet doen van aangifte van verhuizingen binnen du Gemeente, niet behoorlijk worden nageleefd Herinneren den ingezeteren do op hen rustende verplichting tot het doen van aangifte van verhuizing binnen de Gemeente en brengun daartoe bij deze ie hunner kenuis de bepalingen van gezegde Veror dening, welke luiden als volgt 1. De hoofden van huisgezinnen of afzonderlijk levende peraouen, binnen de Gemeente van woning veranderende, zijn verplicht daarvan binncu dene maand ten Raad huize aan den Ambteuaar, belast met net bijhouden van het Bevolkingsregister aan gifte te doen. 2. Zij die het voornemen hebben te kennen ge geven om de Gemeente te verlaten, en dientenge volge een getuigschrift van verandering van werke lijke woonplaats hebben ontvangen, zijn verplicht, indien zg van dit voornemen afzien, daarvan ter plaatse en aan den Ambtenaar, in art. 1 vermeld, binüen éene maand na do dngteekeniug van het afgegeven getuigschrift, kenuis te geven. 3. De overtreding van elke der bepalingen van deze verordening wordt gestraft met een geldboete van ten hoogste zeven gulden. Gedaan te Amersfoort, deu 8 Septembe 1903. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, B. W. TH. SANDBERG. vreemde of it Aangifte van Vertrek uit en van Vestiging in <lo Gemeente. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT. Gelet op het Koninklijk besluit van den 27steu Juli 1887 (Staatsblad No. 141) regelende de verplich ting der ingezetenen tot het doen van aangifte voorde Bevolkingsregisters Herinneren den ingezetenen de op hen rustende verplichting tot het doen van aangifte van vertrek uit en van vestigiug in de Gemeente, en breDgen daartoe bij deze te hunner kennis de bepalingen van gezegd Koninklijk besluit, welke luiden als volgt 1. Zij die op deu dag der volkstelling in deu LISKA. 39 (Slot). „Ik hoop" zeide Marshall „dat mevrouw VonGaf- front geen bezwaar heeft tegen mijn verlovingme vrouw is steeds zoo hoogst vriendelijk en hartelijk voor me geweest, dat ik niet anders kan doen dan vertrouwen, dat zij mijn keus zal goedkeurenook zeide mijn aanslaande gisteravond „Je aanstaande?" viel dc kolonel hem in de rede .je aanstaande 7 Maar wie is dat dan, dat je haar gisteravond hebt kunnen sproken 7" De kolonel bad het gevoel van een beschuldigde, die zijn voudïs verwacht uit den mond des rechters. „U zult mijn verzoek om discretie tot morgen middag billeken, kolonel; mijn aanstaande is freule Von Montserratb." Marshall was verbaasd over het onthutst gelaat vau den regiments-commnndaut. „Freule Von Montserrath? De dolle Liska? Hoe kom je daartoe 7 „Vreemde vraag" dacht Marshall, maar hij zeide „Och, dat gebeurt zoo van zelf, kolonel." „Ik heb altijd genieoud, dat je verliefd was op „Claire" wilde de kolonel zeggen, doch bij bezon zich gelukkig nog juist in lijtla en vervolgde: „een dame uit je vorige garnizoensplaats. Dat je je bier zóo spoedig zoudt verlieven en van die dame ook bet ja-woord zoudt krijgen, heb ik geen oogeublik kunnen denken. Werkelijk, ik ben totaal verrast over die ontknooping." Dat was ten minste een waar woord. Wie eeD meerdere beliegt, wordt gestraft de chefs mogen de minderen zooveel voorjokken als ze maar willen. „Wat znl mijn vrouw daarvan zeggen?" dacht de kolonel en die vraag hield hem ook gedurende de lange reis onafgebroken bezig. Hij zat doodstil in de hoek- der spoorweg-coupé en zat maar aldoor te peinzen 't was toch eeuwig jammer, dat die Liska hem zoo'n schoouzoou bad weggekaapt. De overste zag, dat den kolonel 't eeu of ander hinderde en bij dacht aan de famcuse critiek. „Ibï ubi, kom, niet lauderig zijn, kolonel; alles komt nog op z(ju pootjes terecht. Niets wordt zoo zont gegeten als het gekookt wordt, zegt het spreekwoord immers." De troostwoorden kwamen uit liet hart, doch de kolonel dacht: „Als ik Oen woord zeg, praat die man me de ooren van 'i hoofd." Uur na uur ratelde de trein door en eerst tegen middernacht kwam me terug in de garnizoensstad, waar echter de gansclie bevolking nog op de heen was. In kleine plaatsen leeft alles van hei garnizoen en daarom waren ook hier de kooplieden, de leve- eene der koloniën of overzeesche be zittingen van het Rijk hebben vertoefd, geven bin nen éeue maand na hunne terugkomst hiervan kennis aan het Gemeentebestuur. Zij die bij de telling zijn overgeslagen, geven biu- nen éene maand na den dag voor elke telling be paald, van dit verzuim kennis aan liet bestuur hunner werkelijke woonplaats. Voor de leden van huisgezinnen rust de verplichting tot kennisgeving op bet lioold van elk huisgezin. 2. Zij die uit een Nederlandsche kolouie, eene oierzecsche bezitting of uit den vreemde hunne woonplaats overbrengen in eene Gemeente binnen liet Rijk, doen hiervan eene verklaring aan hel Ge meentebestuur, vergezeld van het gebruikelijke ge tuigschrift voor lieu die uit de koloniën ol bezittingen, van een paspoort of reis- en verblijfpas of andere door de politic deugdelijk erkende bewijssltukken voor hen die uit den vreemde komen. Dezo verklaring geschiedt binnen dene maand na huunc aankomst in de Gemeente. 3. De kennisgeving in de twee vorige punten vermeld, gaat vergezeld vau de noodige opgaven om in de Bevolking-registers te worden ingeschreven. 4. Zij die hunne werkelijke woouplaats hinuen hei Rijk verlaten om die over te brengen naar eene Nederlamlsclio kolonie, eeno overzeesche bezitting of naar deu vreemde, doen hiervan eene verklaring aan het bestuur dor Gemeente, welke zij verlaten. 5. Zij die hunno werkelijke woonplaats uit eene Gemeente van het Rjjk iuw eene andere Gemeente overbrengen doen hiervan eene verklaring aan het bestuur der Gemeente die zij verlaten en waar zij in liet Bevolkingsregister zijn ingeschreven niet opgaaf der Gemeente, waar zij weaschen zich te vestigen. Zij ontvangen een kosteloos getuigschrift van ver andering van workelijke woonplaats. 6. Ter plaatse waar zij 1 unne werkelijke woon plaats overbrengen, doen zij uiterlijk binnen éene maand na hunno aankomst eene verklaring aan bet Gemeentebestuur, met overlegging van het getuig schrift in het vorige artikel vermeld. 7. Elk hoofd van een buisgezin geeft uiterlijk binnen éene maand kennis aan het Gemeentebe stuur van ieder lid dat in het huisgezin wordt op genomen of daaruit gaal, inwonende dienst- eu werk- boden daaronder begrepen. Omtrent die kenuisgeving geldt liet bij sub 3 bepaalde. De zelfde kenuisgeving geschiedt door afzonderlijk levende persoueu, wanneer zij andere persouon in hun huisgezin opnemen. Bestuurders vau instellingen, gestichten en inrich- tiugen, niet staande onder het bestuur of toezicht van het openbaar gezag, waar personen ouder eenig bestuur samenwonen, geven maandelijks aau liet soldaatjes bui Gemeentebestuur kennis van alle personen, die in de samenwoning zijn opgenomen of daarvan zijn uiigetredeu. De verplichting vervalt, wanneer langs een anderen weg de vereisohte kennisgeving voor het bevolkings register gedaan is, 8. Onverminderd de bovenstaande voorschriften is een ieder, door liet Gemeentebestuur daartoe op geroepen, verplicht tot het doen der opgaven, die vereischt worden om de Bevolkingsregisters in te vullen. Overtreding dezer bepalingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste veertien dagen of geld boete van ten hoogste honderd gulden. Geduun te Amersfoort, den 8 September 1903. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, B. W. TH. SANDBERG. meisjes, die aan een of wel meer hart te pand hadden gegeven, aan verwelkomden zij den troep met een hartgrondig hoeruh Met volle muziek trok het regiment, omstuwd door wel drie regimeuteu burgers, door do straten ach ter elk raam brandde nog licht en achter elke ruit keek nieuwsgierig eeu paar oogeu. Ook Ediih stond voor baar opengeslagen venster toen Knobelsdorf vrien delijk groette, bad zij bel gevoel dat hij moest gezien hebben hoe vuurrood ze werd. Het vaandel werd voor dezen nacht in de hoofd wacht gebrachtde kolonel wilde den eersten avond zijn huiselijken vrede niet gestoord zien. Het was hem niet zoo heel aangenaam te moede toen hij voor de eerste maal weer aan 't souper zat. Om zijn innerlijke onrust te verbergen en de cata strophe niet ul te vroeg te doen komen, praatte hij maar ill door en deed vreesclijko verhalen van zijn ervaringen, hier en daar nogal aardig aangedikt, waar 'tanderen don hemzelven betrof, natuurlijk, Ook in dienst zijn er „Oberförster''als maar lielit waar zou wezeu van hetgeen vele officieren tijdens de manoeuvres bebbou ondervonden en gemankt, dan moesten de herfstm.moouvres goed verboden worden. Ieder beeft natuurlijk dat avontuur meegemaakt, dat hem 't best paste de Don Juan heeft do bloemen geknakt, die met dozijnen op de landgoederen en iu de dorpen bloeiden en hem toefluisterden„We hebben nu juist op jou gewacht"; de likker heeft zeker twintigmaal een zijner chefs een onbetaalbaren dieust bewezende dienstklopper heeft, al liep hij zich een paar innieti meer dan half dood, nog zóo'n slappe manoeuvre gezien. Ieder liegt zich of ander bij elkaar. Mevrouw Von Gaffront was, nadat Claire naar bed was gegaan, in een leunstoel gaan zitten, de armen over de borst gekruist. De kolonel plag dan steeds te zeggen„Zij markeert Napoleon." Een spotachtig lachje zweefde om haar lippen en zij dacht„Hij snijdt wel aardig op; jawel, als ze in de benauwdheid zitten, weteu ze nog wel iets uit te vinden, maar zooraeteen moet hij toch alles op biechten alles wil ik weten, haarfijn, precies." Zij viel dan ook maar met de deur in 'thuis. Zij hield niet van lang geredeneer of oraweegjes haar lievelingshehl was maarschalk Voorwaartszijn por tret hing in haar boudoir, en „Voorwaarts, alsBlücher bij Waterloo" was steeds haar dev: „En 7" vroeg zij zonder eonigen hij met je gesproken 7 Ik wil, nee hoe 'i er mee staatprobeer maar te maken, dat helpt je tóch niet achter. Je hebt zijn naam nog in noemd ik vind dut heel correct v deedt in Claire's tegenwoordigheid, 't weten. Heeft hij met je gesproken 7' Kostelooze-Inenting. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT. Gelet op artikel 18 der Wet van 4 December 1872 (Staatsblad no. 134) Brengen ter kennis van belanghebbenden, dat voor een ieder do gelegenheid tot kostelooze-inenting wordt gegeven op den EERSTEN en TWEEDEN MAANDAG van de maanden Januari, April, Juli en October, telkens des namiddags te drie ure, iu de daartoe bestemde lokaliteit gelegen in wjjk F, Breedestraat No. 21. Gedaan te Amersfoort, den 8 September 1903. Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, B. W. Tri. SANDBERG. overgang. „Heeft ik koui er toch t geheel niet ge- ,ii je, dat je dat De heer J. D. Wijnkoop, die meer dun 30 jaar als rabbijn werkzaam is bij de Ned. Israëlietisehe gemeente te Amsterdam, heeft door ontslag te nemen als opperrabbijn van Amersfoort aan de veelbesproken quaes tie omtrent de vereeniging van twee geestelijke function een einde gemaakt. Een nieuwe quaestie is thans echter gerezen, waarbij ook de heer W. betrokken is en waarbij hij de medewerking heeft verzocht van den ker- keraad der gemeente om hem de waar neming van zijn geestelijk ambt mogelijk te maken, daar volgens hem het optreden van den opperrabbijn uiet strookt met de achting», aan de rabbijnen verschuldigd. De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Amersfoort zal Zaterdag 12 September 1903, des avonds 8 uur, ten Raadhuize een openbare vergadering houden. In ons nummer van Zaterdag vroegen we of 't niet mogelijk zou zijn, bij de Utrechtscüe- poortsbrug een handwijzer te plaatsen opdat wielrijders en automobilisten van elders niet langer den verkeerden weg zouden inslaan. De heer G, J. Slothouwer, consul van den A. N. W. B. hier ter stede, heeft er geen gras over laten groeien en nu reeds toezeg ging van het Hoofdbestuur gekregen, dat binnenkort wegwijzers zullen worden ge plaatst bij den spoorwegsovergang naast het oude station der N. 0. S., bij de Uirechtsche- poortsbrug en bij de Arnhemschepoortsbrug. Vlugger kan 't al niet. De temperatuur van het water in de nieuwe Bad- en Zweminrichting was gister en hedenochtend te 7 uur 60° F. Het diploma volgens art. 5 is alsnog uit gereikt aan jongejuffrouw V. W. van Vollen- hqven en jongenheer J. D. Rolandus Hage- doorn. De lieer Theod. Kuiper, surnumerair by de Posterijeu en Telegraphie hier, wordt 1 October overgeplaatst naar Weesp. De hoer H. Pomes, thans te Rotterdam, is benoemd tot leeruur in de Nederlandsche taal en de Aardrijkskunde aan de Hoogere Burgerschool te Brielle. Voor de betrekking van leeraar in het meubelmaken aan de Ambachtsschool hier „Ja." t antwoord Niets dan „ja"; korten bondig op de gewichtige vraag. „Ja?" jubelde zij. Zij sloeg haar armen om zijn I bals eu kuste hem. '(Mooiste komt uog" dacht hij, altijd nog een beetje boos op haar. „Dat doet me ontzaglijk veel genoegen" vervolgde zij „dat heb je goed gedaan." „Dat kon wel beter" dacht hij. Zij trok hem naast zich op de canapé „Toe, vertel nu eens alles wat hij zei. Weet je 't nog woordelijk? I Sprak bij niet je als den vader of eeratala koionel?" „Hoe langer ik haar in 't onzekere laat, des te 1 moeilijker zal zij er zich bij neerleggen" dacht hij en zeide daarom: „Marshall verzocht me, zijn engage ment reeds morgen publiek te mogeu maken „Maar Claire dan? Wat znl Claire er van zeggen7" viel zy hem in de rede. „Als die verstandig is, draagt ze het onvermijdelijke met waardigheid. Bovendien geloof ik niet, dat zij zooveel van hem houdt. Zij kent Klein veel te lang en te houdt veel van hem dan dat die nieuwe liefde de oude zou hebben verdrongen. Dat alles heb ik op de thuisreis rijpelijk overwogen; inde coupé heb ik geen woord gesproken, al die die uren achtereen. Morgenochtend zvl ik Klein laten roepen en eens een hartig woordje met hem spreken. Hij moet maar mot Claire trouwen zij hebben elkaar lief. Maar is wil, dat hij ontslag neotut als reserve- officier. Als hij maar geen reserve-officier meer is, wordt hij misschien nog wel een verstandig meuscb. Claire zal wel slag hebben, hem wat flinker te maken. Klein moet maar 't een of ander landgoed koopeu, oer. flink rentmeester nemen en dan krijgt hij vau lieverlede zelf wel aardigheid in een meer erustige bezigheid. Wat denk jij er van?" Zij zat uaast hem, star, onbeweeglijk met groote, holle oogeu keek zij hem aan, bleek als een doode. „Ik begrijp je niet", stotterde zij eindelijk. „O. ja I De hoofdzaak vergat ik je nog te zeggen. Marshall heeft zieli gisteravond verloofd mot Liska von Moutsorrath." Hij had bepanld plcizier in haar verbaasd gezicht. „Ja, moedertje, ditmaal heeft al je tactiek jo niets geholpen." Zij vloog op. Haar oogeu schoten vuur. Haar wangen werdeu vuurrood. „Isis 'twaar wat je zegt?" „Op mijn woord. Marshall is verloofd met Liska." Volkomen uitgeput viel zo terug op de canapé. „Dat heb ilc niet aan hem verdiend, dat niet, dat Hiel, dat had hij mij niet moeten aandoen. Daur zie je nu weer eens waar bet heen gaat als je on- waardigen protegeert. Maar neen" vervólgde zij met verheffing van stem „Marshall heeft geen schuld, 't Is jou schuld, de jouwe alleen jij bent niet ener giek genoeg opgetredeu, jy hebt niet voldoende op gepast, jjj bent er niet iu geslaagd zyn zijn liefde voor ons kind wakker tema ken. In eiken van mjjn vele brieven heb ik je ge beden: zorg, dat Marshall onze schoonzoon wordt. 'tWas een kleinigheid, dat in orde te brengen en töch heb je daar niet voor kunnen zorgen." „Jij eyenmin." „Ja, omdat ik niet mee op manoeuvre was" viel ze uit „was ik daar geweest, dan was dat niet ge beurd. Maar je geeft jo -.jeatemraiug tot die verlo ving niet. hoor je, nu niet en uooit. Ik wil 't niet." „Wees nu verstandig, moeder," antwoordde hij kalm. „Op Ireule Von Moutsorrath is ook het minste niet te zeggeuer is geld iu overvloed haar vader is hoofdofficier iu mijn regiment. Ik moet dus wel „ja" zegge. tenzij ik twee duels wil oploopen." „Dan duelleer je maar." Hy barstte in lachen uit. Toen legde by zijn arm om baar taille en ver volgde„Lieve Louise, wees nu verstandig. Ik kan 'luie best voorstellen, dat 'tje spijt; my spijt het óok, heel erg zelfs. Ook ik heb zoo gehoopt, dat 'tzoo mocht komen, want ik heb Marshall leeren hoogachten en hem leeren liefhebben als een eigen kind, 't Zou me heel wat waard wezeu als zijn keus op Claire was gevallen. Enfin, dat is nu niet gebeurd gun hem zijn geluk eu verheug je met hem." Toen weeude zij eu hy wist, dat haar beter Ik had gezegevierden by kusie haar op 't voorhoefd. Deu volgcndeu avond verkondigde het „Militair Weekblad" de engagementen van Claire von Gaft'rout met Hugo von Kleiu en van Liska von Montserratb met luitenant Vou Marshall. De kolonel hud met Vou Klein gesproken en wel zóo duchtig, dat deze op de communicaties niet eens liet drukken „Reserve-luiteiiam" Westphalen was „doodsbedroefd" geweest toeu Marshall hem had meegedeeld dat Liska niet van hem hield; eerst wilde lijj zich maar van 't leven berooven, doch al spoedig vond hij toch maar beter een dotaclieering by de Cadettenschool aau te ne men. Do nieuwe rcgiiuents-aljudant, die er volstrekt niet op gebraod was, een ouden vlam zijner aan staande zóo dicht iD de buurt te hebben, bad hem die onderscheiding bezorgd. Wel drie dagen achter elkaar sprak men over dese engagementen; toen werd aller aandacht gaande ge houden door een andere gebeurtenis ïederen middag zag men Knobelsdorf in een onberispelijk, uiterst chique sport-pak en met dc raket in de band naar het tennisveld stevenen. Edith had zich welwillend belast hem in to wijdon in de geheimenissen van het. schoone balspel. Toen wist men alras hoe laat het was en met ijver erd elk nummer van hot „Militair Weekblad" na- .■zicn tot men eindelijk vond wat men had gezocht.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1903 | | pagina 1