Zaterdag 19
September 1903.
No. 5400.
52e Jaargang.
Binnenland.
Feuilleton.
MUZIKALE BL0EMI1.
Stadsnieuws.
AMERSFOORTSCHE COURAIT.
UITGAVE
firma a h van cleeff
te AMERSFÜÜKT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden
iranco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale»,
ofïicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels/" 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseer kosten in rekening gebracht.
kortegracht »-
Telephoon ttt.
Wie zich inet ingang van
1 October oj> dit blad abon
neert, ontvangt de tot dien
datum verschijnende num
mers GRATIS.
KENNISUEVIKU.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dnt de
Raad dezer Gemeente zal vergaderen op Dins
dag, den 22. September aanstaande, des namiddags
te l'/j ure.
Amersfoort, den 18. September 1903.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
Een wetsontwerp is ingediend, tot ver
hooging der Oorlogsbegrooting met f 181 720
in verband met de in werking treding der
Wet tot regeling van de Landweer en van
de opheffing der Schutterijen. De aange
vraagde gelden zyn bestemd om de daaraan
voor het loopende dienstjaar verbonden uit
gaven te kunnen bestrijden.
Van de lichting 1895 zullen, naar schat
ting, op 1 Augustus 1903 ruim 7000 dienst
plichtigen voor Landweerdienst worden be
stemd. Deze zijn afkomstig van de: infanterie
5403, vesting-artillerie 1129, panserfort-arlil-
tillerie 87, pontonniers 04, genietroepen 191,
hospitaal-soldaten lil, totaal 7045. De land-
weerplichtigen zullen over de 48 te vormen
landweerdistricten verdeeld zijn. Er zal geen
sprake van kunnen zijn om in een van de
te vormen landweerdistricten een bataljon
infanterie te kunnen formeeren. De dienst
plichtigen van verschillende districten zuilen
daartoe voorloopig bij elkaar moeten gevoegd
worden.
Gerekend op een sterkte van 900 man per
bataljon, zullen in het geheele Rijk 6 bataljons
landweerinfanterie kunnen worden gevormd.
Het is de bedoeling, dit jaar een twaalftal
landweerdistrictscommandanten aan te stel
len en het wordt mogelijk geoordeeld, die
betrekking althans in tijd van vrede te ver
eenigen met dio van provincialen adjudant.
Behalve de 6 bataljons landweer infanterie
zullen uit de dienstplichligen, die op 1 Augus
tus 1903 voor landweerdienst bestemd wor
den, 8 compagnieën vesting-artillerie worden
gevormd, en de dienstplichtigen afkomstig
van de andere wapens voorhands tot deta
chementen worden samengevoegd.
Het is noodig te benoemen: 6landweer-
districtscommandanten (belooning l'GOO), 6
tijdelijke districtscommandanten provin
ciale adjudanten (belooning f200); 12
luitenants-adjudant (f300)12 adjudanten-
onderofficier (1200); 32 kapiteins, comman
dant van landweer-compagnieën (f 400)20
eerste en 20 tweede luitenants, van wie 32
bestemd voor landweer-compagnieën en 8
voor landweer-detachementen (f 300 en f250);
32 sergeanten-majoor (f 150).
Uit dien hoofde wordt voor dit jaar aan
gevraagd f8200. Voor kleeding wordt aan
gevraagd f 122 000 en voor uitrusting f38 000.
Het ligt in da bedoeling om de landweer
troepen bij vredes-oefeningen, voor zoover
zij niet in forten kunnen verblijven, in kam
pen te vereenigen.
Aan de zoogenaamde Millioenen-rede zij
het volgende ontleend:
»De aanzienlijke vermeerdering van uitga
ven voor de Oorlogsbegrooting is nagenoeg
geheel een onvermijdelijk gevolg van aange
nomen wetten. Als uitvloeisel van de Militie-
wet 1P01 moest meer worden geraamd voor
een nieuw regiment infanterie 182 000, voor
vergoedingen ingevolge de laatste zinsnede
vau art. 113 dier wet f150000 eu voor de
kazerneering f200200: de Landweerwat eisctit
een uitgaaf van f234 1 40 en de Pensioenwet
voor de landmacht f279000. Buitendien moest
wegens de buitengewone duurte der levens
middelen f180629 méér worden uitgetrok
ken voor voeding, terwijl voor verbetering
der officiers-traktementen f 188 000 wordt
aangevraagd."'
»Het zal eindelijk onvermijdelyk z(jn, nieu
we suppletoire kredieten aan te vragen, met
name ongeveer f425 000 op het Vlllste
hoofdstuk als eerste termyn voor de nieuwe
bewapening van de bereden artillerie, welke
uitgave in het geheel op f7 000 000 geraamd
wordt, en voorts op het zelfde hoofdstuk
omstreeks 11 ton hoofdzakelijk ter bestrijding
van de kosten, voortspruitende uit do bui
tengewone omstandigheden die zich in do
eerste helft van het jaar 1903 hebben voor
gedaan en in verband waarmede het tijdelijk
onder de wapenen roepen van enkele lich
tingen is noodig geweest."
«Intusschen, de zekerheid, dat pen herzie
ning van het tarief van invoerrechten, waar
aan aanmerkelijk hoogere baten voor de
Schatkist zijn te orilleenen, binnen zeer kor
ten lijd de Staten-Generaal zal kunnen be
reiken, doet mij vrijheid vinden, voorshands
van het beramen van andere mantregelon
tot versterking van 's Rijks schatkist af to
zien."
met een ontvangst van 1'123 036.61, een uit
gaaf van f 115 470.23 en een batig saldo van
f7550.38.
Heden verzenden wy aan de daarop ge-
abonneerden alle vering 24 van onze premie
sD e Muzikale R I o e m I o z i n g".
Deze aflevering bevat, behalve de gewone
Wenken van een ouden muziekmeester",
kunstenaurs-biographieën en berichten en
mededeelingen op muzikaal gebied, de vol-
gondemuziekstukken1. La petite coquette,
wals voor piano, van 1). Krug; 2. Traiirn
der Liebe, voor piano, van Wilhelmina Brink-
mann; 3. Das Lied der Rose, voor piano
en zang, van Oscar Kloso4. Home, sweet
Home, Engelsch volkslied, voor piano en
zang.
De cMuzikale Bloemlezing" kost voor de
abonné's op ons blad slechts 60 cent per
kwartaal, voor welk luttel bedrag men in de
drie maanden 6 afleveringen mot 30 A 35
muziekstukken ontvangt.
SCHAF Eft Co>
De firma Scbiifer Go. aloud als hoogst Bolied bo-
kend.
De beide associé's, Heiuricb Schater en Richard
llartwig, hadden zoowat vijftien jaar geleden de zaak
Seaticht en de fortuin was hun zóo gunstig geweest;
at zij reeds na vyf jaur eeu groot huis in vollen
eigendom hadden kunuen koopen en bn de eersto
bankiers als zeer credietwaardig stonden aange
schreven.
Zij wilden meerzij wenschten spoedig rijk te zijn
en daarom vestigden zü te Rio de Janeiro een our-
cureaal, waar Schiifer als chef optrad.
Algemeen werd beweerd, dat vooral na Sehitfer's
vertrek de zaak eeu ontzaglijke uitbreiding had on
dergaan en zelfs aan de Beurs wist men elkaar te
vertellen, dat het niet zoo heel lang meer zou duren
of de firmanten zouden beiden meermalen million-
nair wezen.
Toen zeer onverwacht het gerucht liep, dat Schiifer
binnenkort uit Brazilië zou terugkeeren en op zijn
lauweren zou gaan rusten, benijdde ieder de beide
firmanten, die zóo zeer door het geluk waren bogun-
stigd. Slechts zoor enkolen schudden het hoofd en
vonden het jammer, dat een zóo prachtige zaak, oen
ware goudmijn, geliquideerd zou worden. Tooh kon
don ook zy den beiden chefs geen ongelijk geven,
die na jarenlangen, onvormoeiden arbeid, ook nog
wat levensgenot wilden hebben, nu zij nog betrek
kelijk jong waren.
Men wist, dat Schiifer nog ongehuwd was en menig
vader van huwbare dochters droomde reeds den
nauwelijks veertigjarigen hoogst innemenden man
tot schoonzoon te krijgen.
Men wist ook, dat de boide firmanten nimmer al
te zeer geharmonieerd hadden en buiten de kan
tooruren elkaar om zoo te zeggen niet zagenzelfs
liep het gerucht, dat Eleonore, Hartwig's vrouw,
vroeger verloofd wns geweest met Schiifer. Zoo doken
de half vergeten praatjes over het minder gelukkige
huwelijk van Hartwig weer op en waren er hoe
langer zoo meer, die aat volstrekt niet vreemd von
den omdat Hartwig toch eigenlijk een heel zonder
ling, streng en woinig spraakzaam man was.
Maar toch wag or veel wat men niet wist omtrent
het vermogen en bet familieleven van de boide koop
lieden voor wie men zich thans zoozeer iuteresseerde.
Eerst later zou men dat vernemen.
Op een onvriendelijkeu, regenachtigen Suptembcr-
ochtend bracht een dor bedienden van do firma
Scbiifer k Go. met veel andere brieven er een met
het poststempel Havre. Het adres was door Soliafer
geschreven en de bedionde, die gewend was de brieven
te 8orteeron en die aanstouds hot eigenaardige schrift
had herkend, vertelde dan ook aanstouds aan de
overigen op het kantoor uit Brazilië dat de patroon
reeds te Havre waa aangekomen.
Als Hartwig bij het openen van den brief had
opgekeken, zou hij gezien hebben, dat hot geheele
personeel in gespannen verwachting uaar heiu zog.
Doch hij bemerkte het niet; zijn blik was onafge
wend op den briof gericht en zijn gelaat betrok
meer en meer.
Do jonge man, die achter het Grootboek tegen
over hem zat, meondo dat do hand die don brief
vasthield, trilde, (looh hij werd na deze ontdekking
nog meer getroffen door de vijandige uitdrukking
op het gelaat van zijn patroon.
Waarom nam dezo den nog vrjj onverwachte»
terugkeer van zijn firmant zóo vreemd op? Welke
beweegredenen zou hy kunnen hebben om dien nog
niet te wenschon? Wns men niet reeds weken ge
leden begonnen mei de liquidatie en moest Hartwig
er niet lioogen prya op Hellen, dat zyn associé
daarby tegenwoordig was?
Het schoon een voorbijgaande bui te zijn geweest,
die geen verband hield met den brief, want bijna
dadelijk waren de rimpels weer verdwenen en iets
van een lachje speelde om den mond van den patroon
toen deze mot een enkel woord meodeolde, dat
mijnheer Schiifer nog hedenavond zou terugkeeren.
Eu tooh, dat lachje op het andors steeds stroeve
gelaat van den patroon, wekte opuieuw argwaan bij
den boekhouder, die liet zeer gedwougon vond ou
er aanstonds dacht, dat het diendo om hot een of
ander te verborgen.
Maar wat dun tooh Nooit was or iu de corrospon-
dontio tussehen de boide firmanten uou hard woord
gewisseld en ofschoon Schiifer, van Rio Janeiro uit,
net eerst had geaohreven over liquidatie, dan kon
dit toch geen reden zyn tot vijandschap, te meer
omdat Hartwig aanstonds op den wensen van zyn
Bij Kon. besluit is goedgekeurd de Rekening
dezer Provincie over het dienstjaar 1901,
In de vergadering van den Raad dozer
Gemeente, welke zul gehouden worden op
Dinsdag 22 Soplomber, (les middags half twee,
zullen aan de orde worden gesteld de vol
gende Punten van behandeling:
1. Voorstel tot wijziging der retributiën
voor het steken van plaggen, enz.
2. Voorstel tot vorhooging der jaarwedde
van den Gemeente-architect.
3. Voorstel tot vaststelling van de som,
bedoeld in de laatsto alinea van artikel 13
der Pensioenverordening, ten aanzien van de
leeraren der Hoogere Burgerschool A. G.
van Os en A. M. Kerkkamp.
4. Voorstel tot vaststelling der jaarwedden
van het personeol, verbonden aan het Gym
nasium en de Hoogere Burgerschool.
5. Benoeming van een tijilolyk leeruur in
Geschiedenis, Aardrijkskunde en Neder-
landsch aan de inrichtingen voor Hoogeren
Middelbaar onderwijs.
0. Benoeming van leden der Commissie
van Toezicht op hot Lager onderwijs, inge
volge de nieuwe verordeuing, regelende de
samenstelling dier commissie.
7. Benoeming van twee loden der Com
missie, bedoeld by art. 100 der Gemeentewet,
wegens periodieke aftreding van de heeren
M. L. Celosse en mr. P. J. F. van Voorat Vader.
8. Benoeming van porsoneel der Burger
Avondschool.
Op de aanbeveling ter benoeming, in de
Raadsvergadering van a. s. Dinsdag, van een
tijdelijk leeruur in Geschiedenis, Aardrijks
kunde en Nederlandsch aan do inrichtingen
voor tiooger en Middelbaar onderwijs is ge
plaatst door Burgomoostur en Wethouders
de heer J. J. Vermeulen, te Utrecht, en door
Curatoren van hut Gymnasium de heeren
J. J. Vermeulen on J. L. Dijkhuis.
Blykons aankondiging in dit nummer zal
de Hulpbank voortaan haar zittingen houden
in hut lokaal van het Burgerlijk Armbestuur,
Westsingel.
compagnon was ingegaan.
Nadut Hartwig nog een en ander had geregeld
voor het vordore van den dag verliet hy he' kantoor.
Langzaam ging hij de breede met kostbare tapijten
belegde trap naar zijn woonhuis op on trad do kamer
binnen, waar zyn vrouw nog aan do onbijttafel zat.
„Hy komt vaudaag" zoide hy, zouder eenige in
leiding. ,,'tls maar goed, dat dit jagen en jakkeren
een einde noemt. Zoodra Ue zaak geliquideerd is,
gaan we voorgoed hier van daan naar do residentie.''
„Naar Borljjn?" vroeg zyu eolitgonooto verrast.
„Maar je hebt altijd gezegd, dat je niet tegen drukte
kon en hoopte buiten stil to gaan loven."
Hartwig haalde minachtend do schouders op.
„AIb ik 't gezegd heb, dau is dal zeker geen ernst
geweest. Ik heb me niet vyftiou jaar afgobeuid om
nu ergeuB in oen gat kool te gaan planten. We
§aan te Borlyn wonen, nemen équipage en zullen
aar wol met goode lamiliün kounis maken. De
ander mag do liquidatie afwikkelen en dus moetje
er maar op rekenen, dat we hier niet lang moor
blijven."
Zonder antwoord af te wachten, ging hij de kamer
weer uit on h\j verliet kort daarna hot huis on begaf
zich naar don rentenier Kasper Uube, om hem
Seübfer's terugkomst te melden, gelyk ilezo hem in
zyn laats ten brief had verzocht. Wuliswuur had hij
dat bericht heel goed door een jougsten bediende
kunnen laten brengen, te meor omdat h(j heel goed
wist dat Kabo eiken omgang mot hom meed, doch
hij had daarmee een bepaald dool.
Robe koi zyn ooreu dan ook nauwelijksgelooven
toon hem het even onverwaoht als onwelkom bezoek
werd aangekondigd en hy ontving Hartwig dan ook
juist beleefd genoeg om hem niet al te zeer te
toonen wolk een antipathie hij tegen hom had en
vroeg hom koel en afgemeten de reden van zyi
komst.
„Myu compagnon hooft me verzocht, u meo to
doelen, dut hy vauavoud terugkomt; hy is reeds te
Havre."
„Eeu aangenamer tijding hadt u niü niot kunnen
brongen. Ik zal myn oudeu vriend zolfaau den l
gaan halen."
„Dat is juist do reden waarom ik u persoonlijk de
mededoeling kom doen. Tot myu groot leedwezen
ben ik vorhinderd, myu associé zeif to ontvangen.
Ik heb mijn woord gegeven en moot hodonavond
met mijn vrouw een vriond buiten de stad bezoekon
en zal wol niet voor middornaoht kuunen terug tyu.
Ik kan me daarvan enmognlyk af makeu en zou U
daarom willen verzoekeu, my bij Schilfer to veront
schuldigen en hem voor vaunaoht gastvrijheid te
verleunen."
„Wol, heel gaarne. Ilij zal wel met den laatsten
trein van elvun komen."
„Dat denk ik ook en dan is 't toch te laat om nog
over zaken te spreken. Het spijt me intusscheu zeer,
dat ik hom niet kan ontvangen maur morgen is hij
myu gast. Laat dus zijn bagage mnur naar mijn huis
brengen."
„Ais hij dat wcnscht, zal ik er voor zorgen, andere
houd ik hem, tot hy kamers hooft govonden."
„Dat kon wel eens gevaarlijk worden", meende
Hartwig sarkatiach lachend.
„Iu hoovorre?"
„Hm, uw dochter Is hooi mooi en nu roods weot
men eikaar te vortollon, dut mijn uumpagnou hier
oon vrouw komt zookon."
„Nu, al» 'tgevaar niot grooter is; Hoinrioh is een
gentleman,"
„Zeker, maar ik moen te weten, dat hot hart uwer
dochter niet moer vry is."
Rabo zag Hartwig verbuusd aan.
„Niot moor vrjl?" vroeg hij nenigszinsgopiquoerd.
„Daar was mo nlota vau bokond."
„O, dat wist ik niot," horuam de ander onver
schillig. „Do iongolui zyn tegenwoordig erg lucht
hartig vem, vidi, vici of do oudere hot goed
vlndun, kan hun uiindor schelen."
„Ik bugryp u inderdaad niot", antwoordde Rabe,
die voelde dat hij hoos werd.
„Dat wil ik wel gelooven. Kent u Ernst Kuiten-
bom
„Neon."
„HU maakt uw dochter het hof; zUti kous moet
ik buwoudoren, want zij is mooi ou r|jk
„Mijnheer" viel Rubu hum in do rode en hü ver
volgde, na ueuigsziua gekalmeerd to zijn. „Ik verzoek
u dringend, biorover niet te sohortsou eu verzeker u,
dut ik or hoogeuaamd niets van weet on sterk be
twijfel of hotguen u beweert
„O, dus u twijfelt? li moet hom tooh wol oons
gezien hebben een tamelijk groote jongeman, slank,
zwarte Henri quntrodikwijls wuobi hy uw uoohter
hier af uls zy avonds do eeuo of andere vriendin
aat bezoeken. Dio vrioudiu is natuurlijk eeu wande-
ingetjo buiten de stad, maar dat kunt u niet woten."
(Wordt ottolffd.)