Ad-vertentiën.
E. J. RUITENBERG,
heid niet alléén dragen, doch een groot gedeelte
daarvan kannen schuiven op de schouders van
heeren Commissarissen.
En hoe sol 'tgaan voor 't vervolg met de
curators in faillissementen? 'tls noodig, dat
ook daarin een verbeterde toestand intrede.
Het gebeurde te Delft met een curator kan tot
leering strekken. Maar er is meer.
We hebben deier dagen nog in een Ingezonden
stuk in 't „Handelsblad" kunnen lezen, dat een
crediteur zijn rekeningen had ingediend op aan
drang van den curator en daarbij het versoek
had gedaan, de rekening voor hem te willen
verifieeren, doch zonder hierop antwoord te
hebben ontvangen en raeenende, dat in zijn be
lang in 't bewuste faillissement was gehandeld,
kwam hij later tot de ontdekking, dat hij niet
alH crediteur was ingeschreven en hij, wat men
noemt, kon viechen achter 't net. Persoonlijk
heb ik 6ok zoodanige ervaringen gehad. Ja, nog
sterker, 'tis my voorgekomen, dat ik iD kennis
werd gesteld dat de vordering was erkend, maar
later toch nooit eenig bedrag daarvoor heb kun
nen ontvangen.
Ziet, M. H., wanneer dergelijke toestanden
verbetering mochten erlangen, dan is het leer
geld wel hoog, maar niet totaal nutteloos ge
weest.
Aan de verschillende Handelsvereenigingen
is de stilzwijgende taak opgedragen, niet te rus
ten vóór en aleer hierin door de Hooge Regee
ring, bij wettelijke maatregelen, verbetering is
gebracht. Dit zal echter nog wel lang duren,
want op 't gebied van wetgeving, of beter rechts
spraak, werkt in ons land de Staats-machine
zeer langzaam.
Maar wanneer maar telkens weer op 't zelfde
aanbeeld wordt gehamerd, zal de klinkende klank
wel doordringen tot in het Binnenhof. Doch
daarvoor is noodig: aaneensluiten.
Hier, in onze stad b.v., zijn nog velen die niet
alleen hier lid konden, maar als ze doordrongen
waren van de kracht die van eene goedgeorga
niseerde vereeniging kan uitgaan lid moesten
zijn.
Bij de intrede van dit jaar heb ik een verzoek
aan alle leden, dat ik hoop dat se ad notam
willen nemen met mijne beste wenschen voor
hunne zaken, nl. ieder voor zich te trachten,
onze vereeniging sterker te maken, opdat, met
eenige wijziging van de woorden van den heer
Fiedeldy Dop op 't jongste Congres, van ons
gezegd kan woraen, niet alleen de Amersfoort-
sche middenstand is ontwaakt, maar de Amers-
foortsche middenstand is wakker.
Alleen een wakkere middenstand, in de goede
beteekenis van 't woord, zal slagen.
Ik hoop, M. H., dat we slagen mogen I
Een levendig applaus dankte spr. voor zijn
behartenswaardige woorden.
De notulen der maandvergadering van 10
December werden hierna gelezen en onge
wijzigd vastgesteld.
Naar aanleiding dier notulen merkte de
heer Waterschot op (de vorige maal
werd gesproken over het adres der Slagers-
vereeniging in zake de ontwerp-verordening
op den vee- en vleeschkeur) dat keuring van
nuchtere kalveren bier geen reden van be
staan beeft omdat er, behalve voor export
waar is toch hier ter stede die export
slachterij Red. hier per jaar ten hoogste
tien nuchtere kalveren worden geslacht.
Hierop werden 2 nieuwe leden aangeno
men, ten gevolge waarvan het ledental ge
stegen is tot 153.
De Voorzitter deelde hierna mede, dat tot
dusver de gewoonte was, een voorstel van
eeuig lid in de eerstvolgende Bestuursverga
dering t6 onderzoeken en het daarna al dan
niet over te nemen. In de jongste Bestuurs
vergadering nu is bepaald, zulk een voorstel
niet meer over te nemen omdat, wordt het
niet door bet Bestuur overgenomen, zulks
eenigermate den schiyu geeft alsof het Be
stuur bet vrywel veroordeelde, terwyl, als
het wel wordt overgenomen door het Be
stuur doch de bedenvergadering het verwerpt,
het Bestuur in een eenigszins scheeve positie
geraakt.
Vandaar dan ook, dat tbans op bet con
vocatiebiljet werd gesproken van een voor-
stel-Van der Meelij luidende: zBespreking
of de afschaffing van de kermis uit een zui
ver financieel oogpunt voordeelig of nadeelig
is voor de neringdoenden in onze stad."
De voorsteller leidde het nu in en begon
met te zeggen, niet te weten of by het Be
stuur al dan niet moest danken voor de
nieuwe gedragslijn, doch wilde beginnen met
buide te brengen aan den Secretaris, den
heer Oosierveen, die spr. bedoeling in
de notulen juister bad geformuleerd dan op
de convocatie, niettegenstaande een der
plaatselijke bladen juist de daarop gebruikte
bewoordingen vermeldde. Spr. vroeg slechts
of er mogelykheid bestond, dat in een spoe
dig te beleggen vergadering de zuiver finan-
cieele zijde van dit vraagstuk eens werd
bekeken en vervolgde, dat toch wel niemand
van hem zou verlangen, dat hij cyfers gaf
en daarmee de zaak uitmaakte. Of de ne
ringdoenden voordeel hebben van de kermis,
vrage men hunzelven. Voor de Gemeentekas
acht spr. de kermis stellig voordeelig.
Wy zijn zoo gelukkig, in ons midden een
der jgjte voorstellers te hebben van het
ÉdTBsaan den Raad, waarin met absolute
zekerheid op den voorgrond wordt gesteld,
dat afschaffing der kermis in het financieel
nadeel der Gemeente is en spr. meent niet
onbescheiden te zyn als hy, namens de ver
gadering dien voorsteller (den heer Ooster-
veen) uilnoodigt, zyn cijfers tot staving van
zyn bewering te geven."
De beer Oosterveen verklaarde geen
cyfers to kunnen geven en bij dezen zin in
het voorstel meer het gevoelen dor voorstellers
te hebben gelegd. Zoowel de heer Veis Heyn
als spr. ziju ran jongsaf in den handel en
spr. herinnert zich nog zeer goed hoe in
zyn jeugd juist als de kermis op haar drukst
was tijd werd gevonden om de pakhuis-
zoldeis schoon te maken. Spr. wil aannemen
dat enkelen, die dicht bij het kermisterrein
wonen, profijt er van hebben, door bijv.
bloera voor koeken aan kermisgasten te ver-
koopen, doch is ook ingelicht dat dezen en
andere neringdoenden weken vóór en weken na
de kermis slechte dagen hebben. De minder
bedeelden geven in de kermisweek hun
laatsten cent uit en moeten dan borgen;
spr. heeft dit meermalen ondervonden in
zijn filiaal aan de Arnbemsche straat en dat
overkomt vooral kleine winkeliers, die daar
door vaak groote schade lyden.
Juiste cijfers kau spr. echter niet ver
strekken en hij meent zelfs, dat deze niet
te geven zijn.
De een zal ruimer blik hebben dan een
ander; de een zal alléén letten op de ont
vangst in de kermisweek, terwyl een ander
meer doordenkt en ook den omzet van de
voorafgaande en de volgende weken zal
nagaan.
Bekend is toch, dat toen eenige jaren ge
leden er geen kermis werd gehouden, wegens
een epidemie, dat jaar beter voor den winkel
stand was dan wanneer er wel kermis is.
Vooral dat de kermis in het late najaar
wordt gehouden, is zeer nadeelig; nu wordt
vlak vóór den winter veel geld vermorst,
terwyl de menscben geen waarde daarvoor
terugkrijgen.
De Voorzitter meende, dat men voor
deze vereeniging te ver ging als men de voor-
of de nadeelen voor de gansche Gemeente
ging bepleiten. Reeds den vorigen keer heeft
spr. verzocht, zich te bepalen totden handels
stand. Spr. vermoedt dat we niet tot een
zuivere conclusie zullen komen zonder een j
vry uitgebreide enquête, waarbij 't nog al
tijd de vraag zal zijn of deze wel de waarde
zal hebben die men er van verwacht. Enke
len, die schade hebben, zullen dat toch ont
kennen uit beweegredenen welke spr. liever
niet noemtanderen, die winst hebben, zul
len evenzoo dat niet willen erkennen uit
anderen hoofde.
Spr. noemt dit de neteligste quaestie
welke tot dusver in deze vereeniging is
behandeld en zegt dat het hem spijt, dat de
voorstellers hun persoonlijk inzicht in hun
Memorie van toelichting hebben doen gelden
als bewijs voor hun beweren. Het wil spr.
voorkomen, dat de heeren meer wilden too-
nen hun goeden wil en sturen in een be-
paaldn lichting dan dat zij kalm overlegden.
De heer W a t e rsc h o t zegt, dat de heer
Oosterveen sprak van directe voor- en na
deelen. Maar men leeft toch niet voor zich-
zeiven, doch óok voor anderen. Velen heb
ben wel voordeel, door de vreemdelingen
die alléén om de kermis komen. Waarom
het vreemdelingenverkeer tegenwerken
Wil men toch iets aan de kermis veran
deren, men houde die in de zomermaanden,
als wanneer nóg meer vreemdelingen zullen
komen.
Spr. wil de moreele zijde niet aanraken
doch wil wijzen op drankmisbruik.
De Voorzitter verzoekt spr. zich te
houden bij het financieele deel.
De heer Oosterveen antwoordt den
heer Waterschot, dat het vreemdelingenver
keer juist is afgenomen. Op Dollen Vrijdag
komen thans lang zooveel boeren niet meer
als vroeger. Velen uit de omliggende plaat
sen mijden juist de stad om de kermis.
De heer Van der Meiden zegt, dat
we geen gegevens hebben, doch nu eenmaal
begonnen zijn en nu óok de zaak moeten
beëindigen. Spr. stelt daarom voor, een
enquête te houden, byv. door circulaire*.
Spreekt men zich dan niet uit, dan deed
toch de vereeniging baar plicht.
De heer Van Ede acht dit een langebaan-
quaestie. Spr. meent dat hier voldoende
neringdoenden byeen zijn om zich te kun
nen uitspreken. Spr. beeft al heel weinig
met de kermis op, maar meent dat het
staangeld voor de Gemeentekas toch óok niet
is weg te cijferen. De geheele Straatbelas
ting plus f500 gaat weg aan tractementsver-
tioogingen schaft men nu de kermis at, dan
zal naast de Straatbclasting ook nog een
Gootbelasting dienen uitgevonden. Is er
echter iets in de plaats te geven, dat het
zelfde geldelijk voordeel aan de Gemeenlek is
biedt, schaf dan de kermis af.
Dat de handel een voordeeliger jaur had
toen er geen kermis was, kan spr. moeilijk
gelooven, óok omdat men by epidemieën
groote kosten heeft voor dokter en verpleging.
Zijn er werkelyk zooveel minder vreem
delingen op Dollen Vrijdag? Spr. meent, dat
men thans veel kalmer te werk gaat dan
vroeger en weet zeer wel, dat tal van ne
ringdoenden zich in de handen wry ven als
't kermistijd wordt. Indien de kermis wordt j
afgeschaft, zal den handel, die toch al zooveel
te lyden heeft van de goedkoope treintjes,
groot nadeel worden toegebracht en daartegen
moet deze vereeniging wakeu.
De heer Van der Meer constateert,dal
de fiuancieelo argumenten alleen steunen op
S een der voorstellers tjj» bewering met
heeft kunnen staven door cyf®|9-
De heer Oosierveen dupliceert, dat <le
voorstellers ook beta gedacht san Ie s
meentenaren die bet minst keoptrs. Itl, njo.
ls bet beling vin des handel IM'-WJ»'*'
groot! Spr. kar. ziet. dat voorste beo >a»
groote tentoonstelling, byy. gelijk die.,
Het voorslob Ver. .Ier Meiden «or.lt nu
aangenomen met 10 legen 10
tegenstemmers deden sulks meestal ter w.lle
,ai)edetSe wordt dus met grooten spoed
en over allo handelaren en mjveren gehou-
d"Lekome.. -varen drie n.aandlijsten vin
wanbetalers en wel van de Hnarlemsube-, de
nehVrlu" eu de Zianlindsol.e handelsveree-
niing. Zn liggen, e.enils de bilfjairlljksche
dm- plaatselijke vereeniging, uitsluitend voor
He leden ter iesige iu het bureau der ver-
groom I7.
Groningen gehouden, doch begrypi niet -lat de leden ter ïazagc n. ..Dk uu,...u
deze Handeïsvereeniging kun spreken van oen j eeniging, Appelmarkt 15.
nirramoan l.an.lelsbelaiiB waar het een voor- De Penningmeester zag zich
plicht te herinneren aan geheimhouding van
die lijsten ten einde der vereeniging geen
L-J«- lva»/vlf Ironfin
ïlgëmaan '^[^^"kMtaia'helK1*-
"ts'VÓ'orsiu.r meent, dat niemand
daarover (-«sprokenbee"; k et belang,
De heer Van Ede spiai Jer
dat de handel heeft b» ïer3Cl,eiJe„e en
voorn? de Idelne neringdoenden te niet zullen
gaan als Zij w°rdt afgesrhlft.
OosLtadt.' gojodfde énjkt tande.
ze'53" d.r'do voorheen "en' gaf
Spr. kan du weizbhjven eu de
Erdoor het geen soort ge-
'doch' een be.
De heer S c b w e n. m e rhe„
lastiogsebuldige te I) V00wUmter «o de
afSing der kimi%ta tat mg.
S/L^rS-r'deTm-m hm- ka,
r'ur'em antwoordt, dat
heer S c°h w e mme. antwoordt, dat,
als men er niels voor in de plaats geeft, men
6üD.nVoo?gsiUC.h?'int, datdesebespre-
kingen niet hier, docb in den Raad tbms
"Tbeer O o s t e r v e e n zegt, dat als de
Raad van oordeel is de kermis met te kun-
""S.'vw z'i u', r*herinnerde,'dit de heer
Van Ede seide, dot hier voldoende handelaren
aanwezig wareo om het vraagstuk uitte
maban slechts van liet aantal leden is
hier aanwezig en helaas! zijn alle muide"-
standers geen lid van de vereemgiog. Stero-
?:rvfn"deelden zeg,, dat
praten evenmin helpt. De
Uitspraak doen en daarom handhaaft spr. zijn
voorstel om een enquête te houden.
De heer E d. KI a s s e r stelt voor, dedeb»""°
te sluiten. Een enquête kau lugesdeld. Joch
zal zij zuiver zijn en den Raad tot lichtsnoer
kunnen dienen t De meeste sprekers acht.
ten do kermis een financieel voordeel, oen
zeer enkele meende, dat zij financieel nadeel
brD°eB,heer Van Ede wil het voorstel-Van
der Meiden steunen. De vel?e"'|'"bg o1®
om de belangen van den handel te behaitl
gen. Spr. zou wenschen dat per gedrukt
formulier aau de leden werd gevraagd ofig
de kermis al dan niet in het belaug hunnei
financiën achten.
De heer Schwemmer meent, dat in de
vorige vergadering werd besloten, achi niet
verder met de kermis-quaeslie in te laten
We kunnen toch nu niet weei dat oesluit
46 Damheer"Van der Meiden antwoordt,
dat besloten is, de moreele en godsdienstige
zyde van bet vraagstuk te laten ruiten, doch
de financieele te bespreken. We moeten
thans afwerken en de enquete rustig afwach-
10 De Voorzitter wil den knoop doorhak
ken en vraagt daarom, dat de vergadering,
om tijdverlies te voorkomen, het Bestuur
machtige, de enquête in te stellen.
De heer B e r n s moet, als Penningmeester,
aanraden zuinig ie ziju met de geldmiddelen.
De heer L. Houbaer meent, dat, waai
de Raad voorlichting wenscht, de enquule
moet gehouden.
De heer Ed. Kl&sser is tegen een
enquête. Spr. meent dat men weinig zal
hereiken voor veel geld. Tal van invloeden
van buiten zullen meewerken om de ant
woorden niet zuiver te doen z\Jn. Spr. acht
het 'tbest, de zaak maar als afgedaan te
beschouwen.
De heer Van Ede persisteert by zyn
voorstel om alleen de meening der leden te
vragen de leden toch dezer vereeniging
stellen het meeste belang in handel en nij
verheid. Ter wille van de onkosten zou spr.
wenschen, dat een commissie uit do leden
het onderzoek instelde.
Do Voorzitter verwacht weinig heil
van een commissie. De Propaganda-commis-
sie ligt hem nog te versch in 't geheugen.
Ook is daartoe de tyd te kort.
onaangenaamheden te herokken6n.
De Voorzitter deelde hierna mede,
dat de in een vorige vergadering besproken
quaeslie der eenheid van lijd een gunstiger
phase schynt ingetreden. Behalve ae groote
ïNed. Maatschappij van Ny verheid", de Ka
mers van Koophandel te GroniDgen en te
Leeuwarden, den Bond van Hotelhouders en
den Bond van Handelsreizigers heelt ook de
Algemeeno winkeliersvereniging te Amster
dam de zaak ter hand genomen. Maar vooral
heelt de Minister van Binnenlandsche Zaken
steun toegezegd en hierdoor meent spr. dat
men veel verder is gekomen.
Hierna deelde spr. mede, dat hij iufor-
muliën heeft ingewonnen omtrent de Kamer
van Koophandel. Spr. deelt mee win kiezer
kunnen zijn en vindt hun aantal (190) zeer
gering in vergelijking met kiezers voor den
Raad (1li00). Einde Juni of begin Juli wordt
de Kiezerslijst herzien en worden oproepingen
gedaan voor kiesgerechtigden. Het aantal
leden is nóg (5 ofschoon de bevolking zoozeer
is toegenomen.
De heer L. Luycx meende, dat allen
hel aanvangswoord van den Voorzitter met
genoegen en belangstelling zullen hebben
aangehoord en hein dankbaar zullen zijn
voor de retrospectie en de zeer pructische
wenken. Hij dankt den Voorzitter namens
de vergadering en verzoekt hem, de rede
in druk te doen uitgaan.
De Voorzitter zal gaarne aan dit ver.
zoek voldoen en sluit hierna de vergadering-
Zie vervolg Stadsnieuws in hel Tweede Blad.
V De Heer en Mevrouw SPOOK—
Krudop betuigen hunnen hartelijken
dank voor de vele blijken van belang
stelling, bij de geboorte van hunnen
zoon ondervonden.
Hendrik-Ido-Amdacüt, 11 Januari 1904.
V Bij acte M. 8 Januari 111104 voor den
ondergeteekende ADRIAAN N1COLAASJAN
VOS, Notaris ter standplaats Amersfoort,
verleden, is tusschen de heeren JACOB JO
HANNES OTTO en JOH AN GEORGE van
ARKEL, beiden wonende te Amersfoort,
aangegaan eene VENNOOTSCHAP onder
firma ten doel hebbende liet uitoefenen van
eene Chemische Ververij en Wussr.herij in
deu uitgebreidste» zio, inet al wat daartoe
bohcort.
De Vennootschap zal worden gedreven
onder de firma »Van ARKEL OTTO" en
is gevestigd te Amersfoort.
Zij zal aanvangen op den 1 Januari 1904
en loopt tot en met 31 December 1913,
tenzij zij door de Veonooten ot éen hunner
vóór dien tyd is opgezegd, welke opzegging
alsdan schriftelijk moet geschieden drie maan
den vóór dat zij de Vennootschap willen
doen eiudigeD.
Heeft gedurende dit tijdvak geen opzeg
ging plaats, dan zal de Vennootschap daarna
stilzwijgend geacht worden telkens met éen
jaar te zijn verlengd tótdat zij door de Ven-
nuoten of een hunner wordt opgezegd, welke
opzegging schriftelijk moet geschieden drie
maanden vóór den aanvang van eenen nieu
wen termijn.
Het beheer wordt opgedragen aan beide
Vennooten.
De Vennooten zullen voor alle zaken de
Vennootschap betreffende, moeten teekenen
Van ARK EL OTTO.
Beide Vennooten hebben het recht om
voor de Vennootschap te teekenen, docb
alleen in zaken de Vennootschap betrellënde,
welker onderwerp de som van f 100 niet te
boven gaat.
Voor het doen van inkoopen boven dat
bedrag en voor het geven van kwytingon
boven gemeld bedrag, het aangaan vau geld
leningen, liet verleonen van borgtochten,
het doen van speculation en het aanknopen
on vervreemden of bezwaren van onroerende
goederen zal de handteekening van beide
Vennooten met vermelding van do firma
worden vereischt.
Namens de Vennooten,
ft' J ros
Makelaar, WEYKKN81NUKL No. 11,
huren en verhuren van huizen.