Donderdag 17
Maart 1904.
Zij,
No. 5476.
53e Jaargang.
Feuilleton.
SLATEIt P A L UI E11 te Londen,
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
iranco per post /'4.45. Advertentiën 1—<5 regels 00 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
officieële- en onteigeningsadvcrtentiën per regel 45 cent. Reclames 45 regels/" 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote lettere naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 40 cent.
Bij advertentiën var buiten de stad worden de incasseerkoston in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACHTt
Telophoon 19.
die zich met ingang
I, van 1 April a.s. op
dit blad abonneercn,
ontvangen de tot dien datum
verschijnende nummers
gratis.
Pro Juvontute.
Zooals men waarschijnlijk weet, beteekent
»Pro Juventute" niet anders dan «voor de
jeugd". Met opzet heeft men dien naam
gekozen voor de vereeuiging, die eigenlijk
zou moeten heoteu »Voor de misdadige
jeugd", omdat haar bedoeling juist is, te voor
komen dat de jeugd misdadig wordt, en wel
door in te grypen zoodra er gevaar is, dat
een kind tot een misdadiger zal opgroeien.
Want, gelukkig, de meeste kinderen, die een
misdrijf plegen, kan men nog niet misdadi
gers noemen. Telkens blykt het weer wan
neer zulk een jongen, die «en aartsboef
scheen, maar eens uit zijn slechte omgeving
is weggenomen en onder goede leiding
gesteld, dat er een geheel andere aard in
schuilde, dat er althans een geheel ander kind
uit groeit. De kleine, ondeugende schelm
wordt een onherkenbaar veranderde aardige
jongen, een jongen «waar wat in zit". Zoo
§aat het niet altgd, maar zoo gaat het wel
ikwijls, en er zijn er velen met naam en
toenaam te noemen met wie het nog zeer
onlangs zoo is gegaan. Maar had zoo'n
jongen nu eens gelaten in zijn omgeving,
verwaarloosd, iederen dag afgeranseld door
een dronken vader of door een slordige
moederOf had hem naar de gevangenis
gestuurd en daarna terug laten komen in
zijn oude omgeving, en gy zoudt gezien
hebben of die aardige jongen, die nu een
steun voor zijn omgeving is geworden (men
zou het niet gelooven, maar het is zoo), uit
wien een degelijk werkman zal groeien en
waarschijnlijk een goed huisvader, die zijn
kinderen goed opvoedtof die jongen niet
tot een gevaarlijke schelm of tot een bede
laar en landlooper zou zijn opgegroeid. En
ook dan zou hij wellicht aan de maatschappij
kinderen hebben geschonkenmaar welke
Joan van Oldenbarneveld
in de lijst van zijn tijd.
DOOR
4.) A. M. KOLLEWIJN Nz.
Oldenbarneveld nam de benoeming aan, onder
uitdrukkkelike voorwaarde, dat ingeval er een
onderhandeling werd geopend met net doel om
de provincie Holland weer onder de heerschappij
van de koning van Spanje te brengen, hij zieh
van dat ogenblik af als landsadvokaat ontslagen
zou achten.
Als advokoat en grootzegelbewaarder van Hol
land was Oldenbarneveld sedert 1588 feitelik
eersto minister, president, prokureur-generaal,
minister van financieën en van buitenlandse
zaken van de gehele republiek. Hij leidde de
beraadslagingen zowel in de Stalen-Generaai als
in de staten van Holland, stelde besluiten voor
en hield, als rij aangenomen waren, toezicht op
de uitvoering ervan, nam de stemmen op, hield
briefwisseling met, en gaf instrukties aan de
afgezanten van do Republiek, ontving vreemde
gezanten en onderhandelde met hen, en eindelik
hield hij de draden in handen van het binnen
lands Btaatsbeheer en van het zich snel ontwik
kelende koloniale stelsel van de republiek. Zijn
krachtig optreden stuitte de kwade gevolgen van
't verraad van Leicesters onderbevelhebbers en
de plunderzucht van do slecht betaalde Engelse
soldaten.
Het was voornamelik aan Oldenbarnevelds
grote invloed te danken, dat toen de stadhouder
schappen van Gelderland, Overijsel en Utrecht
openviolon, do 23-jarige l'rins Maurits tot die
hoge betrekkingen werd benoemd.
Tot recht begrip van de toestanden moot hier
kinderenZoo dikwijls heeft de eerste aan
raking mot de gevangenis een jongen tot
misdadiger gemaakt.
Op dat belangrijke moment van den
eersten misstap in te grijpen, wil nu de
Vereeuiging »Pro Juventute".
In zulk een geval nu, wanunoer de ver-
eeaiging, na onderzoek, meent dat een kind
uit zijn omgeving verwijderd en naar een
gesticht of een gezin op het land gezonden
moet worden, verzoekt de vereeuiging den
Officier van justitie de zaak niot te vervolgen,
maar het kind aan haar zorg toe te vertrou
wen. Dan zoekt men naar een gesticht of
een gezin, voor dat kind geschiktin de
vergadering wordt dit uitvoerig besproken
en aan het Hoofdbestuur wordt geld gevraagd.
Dit is eon moeilijk punt; ieder kind dat
weggezonden wordt, kost minstens f 100 per
jaar, behalve nog de kleeren. Meestal kun
nen de ouders niets bijdragenmen heeft
dikwijls al moeite genoeg, hun toestemming
te verkrijgen om de kinderen weg te zen
den. Wanneer men nu nagaat dut wij niet
alleen misdadige kinderen uit de stad Utrecht
voor onze rekening krjjgen, maar ook uit
Amersfoort, uit Zeist, uit Baarn, uit de ge-
heele provincie, dan begrijpt men wat er
gecollecteerd moet worden 1
Een ieder weet wat collecteeren een on-
aangenaam en stuitend werk is
En toch moet het gebeuren, want telkens
zit men weer met zoo'n geval; een onge
lukkig kind dat men ziet te gronde gaan,
en het kan anders, het is niet noodig, men
weet het by ondervinding. Dan heeft de
Officier van justitie ons het kind afgestaan
de ouders hebben eindelijk toegestemdmet
veel moeite is een aardig gezin gevonden,
of een plaats in een goed gestichtalles in
orde, alleen geen geld, dat ongelukkige geld
Vele leden hebben nog onlangs gecollecteerd,
durven niet meer, en daar zitten wy dan
Is het dan niet billijk dat iedere Gemeente
voor haar eigen kinderen wat bijdraagt, en
niet alles laat betalen door de ingezetenen
van de stad Utrecht, die reeds genoeg voor
haar eigen kinderen moet geven. Het is toch
ook wat waard dat men in oen Gemeente
bevrijd wurdt van stelen, oplichten, land-
loopen, enz. enz. En is daarvoor niet het
meest doeltreffende middel, die kwalen in
den wortel, daar waar zij beginnen te groeien,
te bestrijden?
De lezer zal nu vragen, wat zijn de resul
taten van dit werk? Omdat ik een eerlijk
antwoord wil geven en niet de zaak mooi
maken, antwoord ik hierop: wij kunnen daar
nog niets van zeggen wij zijn nog te korten
tijd aan bet werk. Tot nu toe zijn de resul
taten in 't geheel genomen schitterend, en
het laat zich aanzien dat het met de groote
meerderheid der kinderen ook later goed
zal blijven gaanmaar ik herhaal, het is
niet met zekerheid te zeggen. Er is een
jongen die reeds 18 jaar is, die wy aan de
maatschappij als een bruikbaar mensch
hebben afgeleverd, die nu vast werk heeft
gekregen by den smid waar hij in de leer
was, die zyn eigen brood verdient, een goed
ambachtsman zal worden. Hij is bg dien
smid de vriend des huizes geworden's avonds
speelt hg met de kinderen en 's Zondags
gaat hy met hen wandelenhet is een jongen
dio belooft een van die degelijke, gezeten
arbeiders te worden, die vooral in onze be
wogen tijden, het worde zonder overdrijving,
gezegd, tot de steunpilaren van de maat
schappij mogen worden gerekend.
En hoe bobben wij dien jongen gekregen
vóór vier jaarHg had bij zijn oigen baas
een ernstigen diefstal gepleegd en zou in de
gevangenis zijn gekomen. Hij had een
tweede moeder, die niet deugdedaarom
was hg weinig thuis, waai nij meer slaag
dan eten kreeg. Was hij uit de gevangenis
teruggekomen, dan zou het oude leven weer
begonnen zgn. alleen maar veel erger, want
hij zou moeite hebben gehad, weer werk te
vinden, en het was hoogstwaarschijnlijk ge
heel mis gegaan.
Zoo zouden wij verschillende gevallen kun
nen raeddedeelen dio zeer treffend zgn, jon
gens en meisjes die wij nog wel niet afge
leverd hebben, maar die toch ui merkwaar
dig veranderd zijn on veel goeds doen ver
wachtenook zouden wg van minder goede
resultaten kunnen verteilen, treurige kinde
ren, die weinig hoop geven. Maar dit ligt
niet in do bedoeling van dit artikel. Wie
er belang in stelt, verzoeken wij lid to wor
den, of nog liever donateur in ons Jaarver
slag kan men dan bijzonderheden en cyfers
vinden.
De bedoeling van dit artikel is alleen ge
weest hen die van bet werk van »Pro Juven
tute" nog niets wisten, daar wat van mede
te deelen.
Het is volkomen duidelyk dal wij u geld
vragenwaarom zouden wg dit verbloemen.
Maar toch vragen wij niet alleen uw geld,
het is ook uw belangstelling die wg zoo
gaarne voor dit werk zouden winnenwjj
zouden wenschen, dat ieder begreep hoe diep
hot ingrypl in maatachappelyko toestanden,
on vau welk eon verre strekking het voor
de toekomst kan zgn. Er komt, zooals men
weet, dicht by Zeist een Tuchtschool voor
misdadige meisjes. Van die Tuchtschool zal
ik geen kwaad zeggen, integendeel, maar
wel hoop ik toch van harte dat er uit de
provincie Utrecht zoo weinig mogelijk zul
len kotnen. Onze Voreeniging zal daarom
doen wat zg kan.
Wg hopen van harte, dat men ons ook
uit de provincie Utrecht zal steunen.
Bijdragen voor ééns baten una echter niet
veel; wy moeten voor do kinderen jaarlyks
betalen, dus hebben wij ook juarlijkscho bij
dragen noodig.
Een bedelbnol zal men dit artikel noemen
Ik zou het liever noemen, een artikel teaen
het bedelen. Het is beier, dat wij by U
komen bedelen, dan dat de kinderen op straat
Mieze courant is gedrukt met de courant~inkl van de firma
vertegenwoordiger J. J. MIAMMU&EIV, kantoor en magazijn Corneiis Trompstraat
nOTTKMintHM.
opgemerkt worden, dat in de staten van de ge
westen, vooral in Holland en Zeeland, doch
allengs ook in de andere gewesten, de vertegen
woordigers van de steden de invloedrijkste leden
werden. Zij vormden sedert do 15e eeuw gesloten
lichamen en werden een aristokratiese regering,
die de reehten van do overige burgers in Holland
en Zeeland zo goed als niet, in de andere ge
westen, waar de grootgrondbezitters meer te
zeggen hadden, zeer weinig telden. Daarbij was
de mening doorgedrongen, dat de Oorsprong van
de soevereiniteit niet lag in de landsheer, maar
in do staten als vertegenwoordigers van de onder
danen, en dat zij dus de „hoge overheid" konden
opdragen aan wio zij wilden. Zolang geen vorst
het bewind had aanvaard, berustte do soevereini- i
teit bij de staten zelf; een opvatting die door
Prins Willen. I veelszins werd gesteund.
Evenals de Katholiekon beschouwden do Gal-
vinisten hun kerk als de eenige ware. Maar nu
deed zieh de vraag vooraan wie bohooren de j
kerkgebouwen? (In 1573 waren do rijke goederen
van de Roomse kerk in Holland en Zeeland aan j
de staat getrokken.)
Daarop antwoordde Oldenbarneveld uit naam
van do regeringaan de gemeenschap, vertegen- j
woordigd door de staten van do provinciën, do i
stedelike vroedschappen en de overhedon van I
het platteland. Neen, werd daartegen door de I
predikanten aangevoerd, aan du kerk zelf, ver- j
tegenwoordigd door ouderlingen, diakenen en
predikanton.
En aan wie komt het recht too besluiten
uit te vaardigen betrelïende do openbare gods
dienstoefeningen, en om predikanten, kosters
en schoolmeesters te benoemen Aan de
Heilige Goest, dio do klasses en de synoden
voorlicht, zeiden do predikanten. Aan het bur
gerlik bestuur, beweerden do overheden, door
wie de korken onderhouden, en do predikanten
bezoldigd worden. I)e staten van Holland zijn
ovengood soevereiu als de koning van Engeland
of van Denemarken, of de keurvorst van Saksen
of van BrandenburgCujus regio, ejus religio.
Naar aanleiding van dat verschil van mening
zegt Fruin aangaande bet kerkelik gevoelen
„In het bevorderen van zo grote zelfstandigheid
„voor de kerk was niets onredeliks of uanma-
„tigends gelegen. Een kerk die zieh zelf niet re
geert, maar aan de leiband van de wereldlike
„overheid moet lopen, kun niet leven en werken,
„gelijk het betaamt". In onze dagen kan men
het met die uitspraak in beginsel eens zijn, want
bij de Christenvolken iB in bijna geen enkel rijk
een bepaalde kerk meer do band, die alle inwo- I
ners verenigt. Zij hebben gelijke reehten tegen
over de staat, tot welke kerk zij ook behoren,
mits hun korkelike gebruiken niet strijden met
de staatswetten. Zoo heeft de regering van de
Vereenigde Staten van N.-Amerika de Mormonen
gedwongen hun dogma van de veelwijverij af
te schaffen, en is door de Engelsen in de eersto
helft van de vorige eeuw in Indië do sedert de
12e eeuw bestaande sekte van do Thugs nitge- j
raeid, die de godin Doerga vereerden door moor
den te bedryvon. Maar drie eeuwen geleden I
kende men aun do regeringen ten opzichte van j
de kerken een groter macht toe dan tegenwoor
dig. Nog bij de vrede van Munster in 1G-P*
werd voor Duitsland aan iedere regering niet
alleen de macht geschonken om te bepalen of
de staatskerk, éen van drieënRooms, Luthers
of Calvinistieszou zijn, er werd zelfs aangenomen
dat geen regering burgers behoefde te dulden,
dio niet tot de staatskerk behoorden aan deze
moest echter drie jaar gelaten worden om het
land te verlaten. Al wordt dat afgekeurd in
ome tijd, tnen moet de feiten beoordeelen naar
hun tijd.
Het beginsel om aan de regering voel macht
over de kerk toe to kennen werd in Holland
ook voorgestaan door hen, die omtrent de gods
dienst onverschillig waren, maar de Spanjaarden
met goed en bloed bestreden om aan inquisitie
en despotisme te ontkomen. Zg werden Liber
tijnen genaamd.
In 1598 sloot koning Hendrik IV te Vervin#
vrede mot Filips II vail Spanje. Dat was ver
ontrustend voor de Verenigde Provinciën. Ol
denbarneveld werd met Justinus van Nassau
(een onechte zoon van Prins Willem I, en in
lóSl! in de plaats van Treslong tot luitenant-
admiraal van Zeeland aangesteld) uls afgezant
naar Hendrik IV gezonden. Oldenbarneveld was
geheel de staatkunde van Prins Willem toege
daan om op gocdo voet met Frankrijk te blijven,
wie daar ook op du troon mocht zitteneen
verbond tusschen Frankryk en Spanje, zou de
ondergang van de Republiek tengevolge hebben.
Was deze verenigd met Frankryk en Engelund.
dan was het machtige wereldrijk Spanje te weer
staan en dc nationale onafhankelijkheid te hand
haven.
Hendrik IV gaf nan Oldenbarneveld do ver
zekering dat de vrede van Vervin# onvermydelik
voor hem was geweest om de binnenlutidso rust
te verzekeren, maar dat hij nooit zyn oude bond
genoot zou verlaten. Als bewijs daarvan kon
dienen, dat ofschoon hij aan Spanje beloofd luid,
de Verenigde Provincicën noch openlik, noch in
't geheim bij te staan, bij zc gedurende vier jaar
1,300,000 kronen, betaalbaar in termynon, zou
doen toekomen. IIij had groote verplichtingen
aan de Staten, zoido hg, en niets verbood hem
in het met Spanje gesloten verdrag om zyu
schulden te betalen.
In dio tijd bewees Oldenbarneveld enige dien
sten aan de koning, die toen volgons eigen ver
klaring te arm was om ze te vergoeden, muar
verzekerde, dat later te zullen doen, als bij boter
by kas was. Oldenbarneveld ontving voor zijn
arbeid 12 jaar later f 20,000, inuar verzekerde
toen, dat hem op het vroeger tijdstip f 1000
liever zouden geweest zijn.
Wordt vervolgd