Donderdag Augustus 1904. No. 5541. 53e Jaargang. Reis-exemplaren. Feuilleton. Hoe Samson ontkwam. SLA PUI PA LUIER te Lo\i>Ë\, FIRMA A- H VAN CLEEFF le AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1. franco per post1.15. Advertentiën lregels 00 cent: elke regel meer 10 cent. Legale-, ofiicieële- en onteigeningsadvortentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. BUREAU KORTEGRACHT 9 Telephoon 19. Aan onze abonne's, die tijdelijk elders, hetzij binnen- of buitenlands vertoeven, wordt op aanvrage en met duidelijke opgave van adres, ileCourant eiken verschijndag tegen vergoeding van het porto toegezonden. Ook niet-geabonneerden kunnen op de zelfde wijze de geregelde toezending van de Amersloortsche Courant'' tijdens bun uitste- digheid zich verzekeren. De Bouwverordening. 't Kon wel niet uitblijven, dat na de mannen van de theorie, die de Bouverordening hebben ontworpen, ook de mannen van de practijk, die haar hebben na te komen, baar wenschten te bespreken eer ze door den Baad wordt vast gesteld. Dinsdagavond werd daartoe in «De Arend" de eerste vergadering gehoudenslechts de eerste drie afdeelingen zijn afgedaan, niet tegenstaande men bijna drie uur vergaderde. Vrijdag voortzetting, en wie weet hoeveel malen nog na dien. Waar ieder inwoner van Amersfoort be lang heelt bij dit ontwerp, zoowel de huurder als de eigenaar van een huis, wil 't ons voor komen, dat we aan de nogal breedvoerige gedachten wisselingen een groote plaats moeten ioruimen. Een 25-tal personen, meest eigenbouwers of huiseigenaren en allen behoorénd tot het bouwvak, woonde de vergadering bij, welke werd geleid door den beer J. R. van 't Hof, die begon met te zeggen dat van verschillende zijden hem verzocht is, de leiding opzichte willen nemen en herinnerde, dat de Woning wet voorschrijft, dat de Gemeentebesturen voor 1 Augustus 1904 een Bouwverordening moesten ontwerpen ter vervanging van de vigeerende en welke naar plaatselijke om standigheden in overeenstemming muet zijn met de Woningwet, üok dit Gemeentebestuur is in deze niet achterwege gebleven, doch heeft hei ontwerp trachten vast te stellen zonder dat de meestbelanghebbenden er iets van wisten. Het Dagelijkseh Bestuur heeft anderhalf jaar geleden een ontwerp gemaakt en dit toegezon i) Toen de nieuwe Groothertog voor het eerst de hoofdstad en over de ophaalbrug zijn burcht bij het meer binnenreed, kou men reeds dadelijk zieu, dat hij een man was, waurmede niet te spotten viel. Dit is niet bedoeld als een bijzonder complimentje aan het doorzicht zijner onderdanen, want een man, die, omringd door talrijke vorstendommen, zijn ouderen bloeier stoutmoedig uit den weg ruimt cu dau on beschroomd naar de band dingt van de verloofde zijos broeders, is nu juist niet een persoon, wien het aan beslistheid ontbreekt. Maar er waren verschillende kleine lastige aange legenheden, die eerst in het reiue gebracht moesten worden, en duur uit Rome een formeel protest was gekomen, ondersteund door bedreigingen, zag de Hertog in, dat verzoening hoogst noodzakelijk was. Daartoe scheen niets meer aan te hevelen, dan dat éen of meer personen ten olier werden gebracht, in de hoop, dat daardoor niet alleen de schuld van den broedermoord zou worden gedelgd, doch tevens een zegen op zijn huwelijk met het vroolijke Oosten- rij keehe prinsesje zou worden verkregen. Te meer was dit noodzakelijk, aangezien dit huwelijk niet lang meer kon worden uitgesteld, daar haar bruid schat onmisbaar was voor het op de been houden der troepen vau den Groothertog ter beveiliging zijner grenzen. Daarom was het buitengewoon gelukkig, dat zich de aanvang van het jaar zijner troonsbe stijging kenmerkte door een vernieuwde jacht op duivelskunstenaars; dit wekte zoo gemakkelijk den overdreven ijver op ten koste van anderen. En wie was meer welkom, dau een geitenbokje aan de verspieders des hertogen, die er op uit waren in zijn gunst te dringen, dan de acrobaat en kunstenmaker „Professor Samson" Jean Marie (ex-Henry) Sam son de zoon van den leerlooier, die totaal be rooid uit de speelholen was teruggekeerd om iu zjjn geboorteplaats zijn geld terug te verdienen doorzijn buitengewone tooren en dansen op de groote ker misten Arme Samson I Hij had zich een 41 te ge makkelijke prooi betoond. den aan de de Gezondheids-commissie en de Commissie van Fabricage, welke er zóo veel wijzigingen in hebben voorgesteld, dat het eerste ontwerp geheel moest worden ingetrok ken en een nieuw ontwerp aan den Raad werd ingediend. Het Gemeentebestuur meende, dat de tijd drong en haastte zich het ontwerp met overhaasting te doen vaststellen. In Juli, toen de hitte vergaderen bijna ondoenlijk maakte, liet meerendeel der Raadsleden en zelfs de Wethouder van Publieke wjrken afwezig was, werd het ontwerp ter tafel gebracht. In «le eene afdeeling waren 2 van de 9, in «le andere 5 van de 8 leden aanwezig. Toch bestond de toeleg, de afdoening door te zetten en toen hebben de meestbelanghebbenden gemeend, inzage van het ontwerp te mogen vragen. Een Raadslid verschafte hun de stukken en zij kwamen tol de conclusie dat als liet ontwerp zóo werd aangenomen, het onmoge lijk zou zjjn te bouwen, de huizen bewoond te krijgen en het gebouwde productief te maken. Zóo zouden er geen arbeidswoningen kunnen gebouwd vari minder dan f2.50 week- huur. Zij hebben de Raadsleden bewerkt en gedaan gekregen, dat liet ontwerp er niet op een heeten Juli middag werd doorgejaagd toen het met nog 14 punten op de Agenda stond, niettegenstaande het 60 artikelen telt. Het werd opnieuw naar de afdeeliugen ver zonden en zal nu, na rijp onderzoek, later in den Raad worden behandeld. Het doel dezer bijeenkomst is, het ontwerp te bespreken van vak-oogpunt. Het deed spr. genoegen, dat de Pers de bijeenkomst bijwoont, want het geldt niet alleen de belangen der bouwers maar die van alle gemeentenaren. Nu hier zóo veel huizen zijn gebouwd, is 't het belangvan alle neringdoenden en belasting- betalenden, dat zooveel mogelijk menschen zich hier metterwoon vestigen en dat kan niet als een Bouwverordening allerlei be zwaren brengt. Volgens dit ontwerp bijv. is liet vrijwel onmogelijk, buizen met closets te verhurenen toch zijn die hier thans zeer talrijk en worden die hoe langer zoo meer gevraagd. .Spr. hoopt, dat de Pers het hier besprokene zal brengen onder de oogen van het publiek en van de Raadsleden, die jammer genoeg deze bijeenkomst niet bijwonen. Spr. hield zich zeer aanbevolen voor be denkingen en wi!de op den voorgrond stellen, dat deze vergadering geenszins meent de wijsheid in pacht te hebben. Alsnu werd overgegaan tot behandeling urtikelsgewijze. Art. 1 ontmoet geen bedenkingen. Bij art. 2 stelde de heer Van Schaïk voor, uit te lichten «het geheel of voe r een gedeelte vernieuwen". Dit toch is voor twee ledige uitlegging vatbaar. Wordt hier bedoeld: veranderen, dan wel: in beteren toestand brengen De heer Van 't H o f vraagt of, nu er zóo breedvoerig schijnt gesproken te zullen worden, het niet zaak is, een Secretaris te benoemen. De heer P. van Achter bergh meent, dat de Pers wel zal zorgen voor de notulen. De heer L. van Achterbei'gh acht artikelsgewijze bespreking niet noodig. De 66 artikelen zullen vele avonden eischen. De discussiën zullen vervelend worden. De heer Koppen: Of levendiger. De lieer Prins Sr. verzoekt, dat het ont werp artikelsgewijze worde gelezen en be handeld. De heer Van Scha ïk herhaalt zijn voor stel om in art. 2 weg te laten «het geheel of voor een gedeelte vernieuwen". De heer C. Ruitenberg verzoekt, dat liet voorstel wordt in rondvraag gebracht. De heer Van 't Hof vraagt of ieder zijn bedenkingen aanstonds wil meedeelen, ieder op zijn beurt, na het woord te hebben ge vraagd. Vraagt niemand het woord, dan zal worden aangenomen dat wie zwijgt, constateert. De heer Prins Sr. vraagt wat de heer Van Schaïk dan wenscht te lezen. In art. 2 wordt door «geheel of gedeeltelijk ver nieuwen" niet bedoeldonderhoudswerk. Dit laatste is vrijgesteld door art. 1. Bij art. 3 zegt de heer L. van Achter- bergh, dat dit weer onderhoudswerk geldt. Spr. vraagt even te mogen teruggaan naar art. 1, waar staat: «Het is verboden te bouwen", ^pr. leest daaruit een algemeen verbod aan eigenhouwers. Kan 't niet zonder dat telkens terugkeerend woordje «verboden"? De heer V a n 't H o f verzoekt, niet telkens weer de discussiën te heropenen over een reeds afgedaan artikeldan komen we heel niet klaar. En men moet niet broeden op éen woord uit een zin, doch den Iteeien zin uitlezen; dan klinkt het heel anders. De heer H o n t e 1 zegt, dat het volstrekt niet verboden is te bouwen, mits men zich maar houdt aan de bepalingen der verordening. De heer B o e r k o e 1 meent, dat kleine reparatiën vrijelijk mogen gedaan zonder schriftelijke vergunning van B. en W. Een kozijn, een luikje, pannen op het dak mag men gerust herstellen. Dit leest hij althans uit art. 1. De heer V a n 't H o f herhaalt zijn verzoek om nu niet weer te beginnen met artt. 1 en 2. De heer H o n t e I e vindt dat zoo kwaad niet; juist door gedachten wisseling komen we waar wezen willen. Laat ons nóg eens beginnen. De heer Koppen steunt dit voorstel. De heer Van den Berg verzoekt, dat men de bezwaren op een briefje zal zetten spr. zal gaarne teekenen en dan is de zaak uit. Zóo wordt het nachtwerk. De heer Van Schaïk meent óok dat het nachtwerk wordt als men telkens de discus siën heropent over reeds afgedane artikelen. Deze courant is gedrukt met de courant-inkt can de firma vertegenwoordiger J. J. MIAHHSEJM, kantoor en magazijn Cornetis Trompstraat 1 HOTT SCitO.i M. Nu, reeds het voorkomen van den man was vol doende o:n zijn vervolgers in het gelijk te stellen. Ruim zes voet lang, met een haviksneus, dien hij in ziju jongenstijd gebroken had, bleek tengevolge van het leven bij nacht en van te veel zuren wjjn en te weinig goed voedsel, met laug, vochtig zwart haar, dat zich als draden om zijn hoofd wond en als slangen zwierde, wanneer hij in opgewonden toe stand verkeerde, zag Jeau-Marie er fantastisch geuueg uit. Zijn diepe, zwaarmoedige, doordringende zwarte oogen, zagen erg scheel. Men zeide, dal een gebroken rug en oen scheel oog het werk van de zelfde klauw waren, dat de duivel, toen Jeau-Marie nog een zuigeling was, schrijlings op zijn neus was gaan zitten en in den van zijn oogen had gepikt vóór de moeder van het kind een kruis had kunnen slaan. Bovendien werden ziju dubbele gewrichten en zonderlinge lenigheid aan de zelfde bron toege schreven. Zelfs als jongen kon hij zijn gewrichten als nie.uand anders laten kraken en dit kwam een voudig, omdat hij afschuwwekkend, bovenaardsch vocht in zijn aderen bad en niet gewoon bloed als andere jongens. Zy waren allen jaloersch op ziju streken, zyn vlugheid, zijn wilde maniereu, die niemand in slaat scheen te beteugelen. Zy be schouwden hem als een verworpene en toch benijdden allen den knaap, toen hij zijn gehucht voor goeil vaarwel zoi en de berghelling afhuppelde om, naar hij zeide, aan zijn reislust te voldoen en ryk terug te keeren. Het laatst had men hem op de piek van een zwarte rots gezien, belicht door Kikkerende bliksemstralen. Binnen een paar jaar kwam hij terug. Bagage had hij niet, behalve een kist, die een viool bevatte en een tooncelcostuuiu, het eenige, dat hij niet ver pand had. 1-let was zomer en er waren verscheidene kermissen en feesten waarop hij dc algemeene aandacht op zich wist te vestigen. Aanvankelijk was het niet bij hem opgekomen, dat hij uit zijn reputatie als duivelskunstenaar geld zou kunnen slaan, doch thans had zijn aangeboren practische zin hem dit middel doen aangrijpen. Praatjesmakers haddeu hem dik wijls gevraagd of de duivel hem werkelijk dekjust geleerd had, zich op een koord in evenwicht te houden en dau had hij lachend „wie anders?" ge antwoord. En wat zyn danskunst betreft, was men het er algemeen over eeri9, dat, wie niet onder den invloed des Boozen aloud, onmogelijk zulke spron gen kon ten uitvoer brengen als hy. Waarom zou Jean Marie aan die armzalige botteriken hot bestaan vau de mooie stalen veereu meedeelen, die in zyn zwarte spitstoeloopende schoenen, welke alleen van Satan zelf afkomstig kouden zyn, verborgen waren? Geruiinon tij«t vóór den feestdag der geboorte van Ouzo Lieve Vrouwe was Jean Marie reeds voorden Stadsraad gebracht, waaraan men de rechtspraak had toevertrouwd, zoolang Zijne Genade to Weeuen zou vertoeven, waar zijn huwelijksfeesten werden ge vierd. Na diens pleohtigeu intocht zou hy dau zijn eerste rechtsspraak houden. Getuigen waren er bij de vleet. „Wat hel kraken zijucr heonderon betreft", zeide er een, „heb ik zelf gezien, dat blauwe von ken vuur uit ieder zijner gewrichten vlogen en dat hy overal twee gewrichten bezit, waar oen gewoon mensch het met éen doet, heeft zijn meester natuur- lyk uit vrees gedaan, dat de andere eens mochten breken onder al zijn belsche buiteliugen, kronkelin gen en verdere fratsen". „Hij heeft vast en zeker het blauwe duivelsvuur iu zien", verzekerde een ander, „want het stroomt zijn haar uit, als hij het kamt. Op een avond klom ik hel venster binnen om het te zieu. Ieder haar van ziju hoofd stond stijf naar hoven en de vlam men sloegen er uil". De abt deed er het zwijgen toe het was reeds voldoende, De feiteu tegen Jean Marie waren dan ook zóo talrijk uu alles klopte als een bus. De uitspraak luidde, dut hy op de gewone wyze den doou zou sterven niet aan de brandpaal. De Hertog kon zich uog niet geheel en al verlaten op den geest van het stadsgepeupel j zyn hertogelijke waardigheid was ook nog van zoo jongen datum. En daar alleen militaire gevangenen den kogel konden krijgen, zou de „professor" gehaugen worden, evenals andere ou- geloovigen van gemengden stand. Do cipier trok de deur der cel met gewichtig ge baar open. „Wilt u maar binneu gaau, professor", zeide hij zeer plechtig. Eu Samson, anders hekend in zijn kanton onder den naam Jean Marie (ex-Henry), zoon van een leerlooier, sukkelde naar binnen" tusactien een rij schildwachten door, die den gevangenen met hreeden grijnslach groetten. Alles zag en hoorde hy hoe zij elkaar aanstieten en pret hadden, den spottenden groet, het saaie refrein van het liedje, dat de dochter van den cipier hem van uit haar venster toezong, toen hij liet bolplein overstak. Zijn ledematen wer- dou door pijnen gekweld, zijn maag was ledig, zijn breiu ver.vurd. Lang geleden was het vier weken. vier maanden of vier jaar? zag hij heel duidelijk, dat de Groothertog ea zyn abt zijn dood beoogden en hij kon maar niet begrijpen waarom ze hem zoo lang in afwachting haddeu gehouden. Dat was geen manier om eeti kunsteuaar, een heer, een professor iu de verheven danskunst te behandelen 1 Toen zy hem zooeven zijn doodvouois hadden voorgelezen, voelde hy een ouweerstaaubaee begeerte tot lachen. Hij wist, dat hij zijn lippen tot een Hauwen, zieke- Bjken glimlach had vertrokken en toen was er een gezegende vertroostende toestand van verdooving over hem gekomen. Maar nu had de zaak haar Be slag gekregen, het oogenblik was vastgesteld, de ver- dooviug weg. Zij haddeu hem uaar de cel gevoerd, waarin de veroordeelden hun laatste nacht door brengen en dat door don ruwen cipier als „Bruids vertrek" gedoopt was. Want daarbinnen moesten hy en de dood vereenigd worden. In een kast, achter slot en grendel, bevond zich de galg, een groote arm van zwart eikenhout, die aan het metselwerk van den ontzettend dikken muur was bevestigd. Wan neer zij als een hoogeu kraan van den muur afstond, had men het precies zóo iugericht, dal het lijk van het slachtoffer, als het afgesneden was, netjes en zonder iemand den minsten last te bezorgeu, door het ronde venster aan de benedenzijde van den legen- overliggenden muur dadelijk iu de diepe stilte van het meer, waarboven het kasteel zich verhief, kon glijden. Maar de etiquette verbood, vóór het oogen blik des gerichts was aangebroken, inuar iets van al die narigheid aan t« raken. Ja, zelfs de onschuldige lucht in het vertrek, deed byna een verwijtend „foeil" hooreu by zulke genadelooze, slechte voorstellingen. Een groot vuur braudde lustig in den baard, opdat de koude van deu herfst de tandeu des gevangenen niet vóór den tyd ke«d klapperen een vuur van geurend kastanjehout en pijnappels. Blauwe, hars achtige vlammeu dedeu ontdekken, da', de beide stoeien met fluweel bedekt en met franje versierd waren, de eikenhouteu tafel met zwaar zilver be slagen cn het groote hoekvenster met kostbare gor- dyueu behangen was, terwyl bet bed mot zyn praoh- tigeu maagdelijken groenzijden hemel, een toonbeeld was vau volkomen en ongealoorden rust. Samson wist, dat hy waggelde, doch hy deed het waardig. Op deu drempel keerde hy zich om, om galant het gepeupel op het hofplein toe te wuiven, terwyl zyu vermagerde vingertoppen hot kushandjes toewierpen. Wordt wrvotgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1904 | | pagina 1