October 1904.
No. 5563
54e Jaargang.
Eerste Blad.
Feuilleton.
ARMVERZORGING.
UITGAVE:
firma a h van cleeff
l.e AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden 1.
tranco per post 1.15. Advertentièn I regels UOcent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
oflicieële- en onteigeningsadvortentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels/" 1.25; eikeregel
meer 0.25. Gruote letters naar plaatsruimte, bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de ineasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACHT9
Telephoon 19.
Uit nummer bestaat uit
twee bladen.
KENNISGEVINGEN.
NATIONALE MILITIE.
l>c BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gezien liei besluit van den Coiliniiswtris der Ku-
ïiitigiii in do provincie Utrecht, van don 17. Septem
ber J 1)04N». 1059, N. M. on S. (l'rt.viiiciaalblail
No. 118).
Gelet op do rt 90, 50 en 51 der Mililiewet 1901
on op ari. 94 van liet Koninklijk Besluit dd. 2 De-
comber 1901 (.Stbl. No. 280).
Doen to neii-n,datdulolinxder voorden l.Seplein-
lior Vitn dit jaar voor de mililio itigc.-clirevpueti, be-
lioorende lot do lichting vmi 1905, in bel gebouw
„Aniicitiu", nnn bot Plantsoen, luucbcn de Uirtcbt-
aclie- en Arnliomache poorten alhier gelegen, zal
geschieden op Viijdug 4 November 1904, aantevan-
gen dos nitmiddugii te KWART VOOR TWEE UREN
voor do ingeschroveneu wier geslachtsnaam begint
met de letter A tot en met F en op Zaterdag No
vember 1904, de» voormiddag* lO'/i uur, voor de
ingeschrevenen wier geslachtsnaam begint met de
lettor G tot en met Z.
En voorts, dat op Donderdag den 10. en Zaterdag
deu 12. November, aanstaande, telkens van 'a voor-
middags 10 tol 2 uur dos namiddags door of van
wege de lulclingou (gesteund door twee getuigen)
bij den Burgemeester ten Ruadhuizo aanvraag kan
geschieden voor de getuigschriften, vermeld in de
le en 2c zinsnede van art. 51 der wol, luidende als
volgt
„Oiu vrijstelling wegens eigen militairen dienst of
dien van broeders to verkrijgen, moet men overleg
gen een paspoort of ander bewijs van ontslag, of
oen uittreksel uit het stamboek, of een bewijs van
werkelijketi dienst".
„Ter heknniing van vrijstelling wegens broeder-
dienst moet men bovendien overleggen een getuig
schrift van den Burgemeester, waaruit hot getal zonen,
tot het gezin beboerende, blijkt".
Ei: ari. 42 eerste lid van aangehaald Koninklijk
besluit
„Het bewijsstuk, vernield in de eerste zinsnede,
van art. 51 der wet, kan, zoo het niet reeds inge
volge art. 89, 3e lid van dit besluit ouder don Bur
gemeester berust, ten minste fielt dagen vóór den
dag waarop de zitting van deu Militieraad werd ge
opend, worden ingeleverd bij den Burgemeester der
Gemeente, in welke de loteling, die vrijstelling ver
langt wegens eigen militairen dienst of wegens broe-
derdienst, voor de militie is ingeschreven".
Eindelijk, dat het opgeven dei roden van vrijstel-
liug, hel inleveren van de benoodigde bewijsstukken
en liet doen opmaken vau liet bij de wet gevorderde
getuigschrift niet voldoende is om zich de vrijstel-
KOLONEL RANNOCK.
Uit de Herinneringen van een Londinsch deteotieve.
6.)
„Het was misschien een uitdaging, rar. Haldane."
„Het wfla een uitdaging, lady Perivale; ik ijlde
bel huis uit buiten mijzei ven vau bewondering en
tevens geluk. Lady Perivale Grace kunt en wilt
u een jaloeracben dwaas vergeven, dat bij u ëen
oogenblik heeft kunnen verdenken?"
„Ik beu er waarlijk blij om, Arthur, dat de oude
vriond beter van me begiut te deuken."
„Begint? Bij mij beslaat geen schaduw meer van
een gedachte te uwen nadeele. Nogmaals, vergif
fenis, Grace, en dan nog Óen vraag: sta mij toe u
te helpen, zooals een vriend, broeder of vader u in
iedere moeilijkheid, elk leed zou bijstaan.
„Dank je, Arthur" zeide Grace kalm, terwijl ze
haar hand toestak. „Je gedrag beeft me werkelijk
zeer getroffen; het was niet aardig, ine net als du
anderen zóo te mijden, die anderen, wier gewaande
vriendschap nu zoo schitterend blijkt eu die nooit
persoonlijke waarde voor me hebben gehad. Heel
gemakkelijk zou ik een alibi kunnen hebben, want
ik ben geen voet uit de Riviera geweest en heb
dien man niet gezien sedert de soiree bij lady Car-
laverock, begin November."
Z(j vertelde nu al betgeen haarna baar terugkomst te
Londen was overkomen, haar onbeschrijflijke desillu
sie van baar vroegere keunissen, van bet bezoek van
lady Morningeide, haar onderhoud niet mr. Harding
en Faunce, den uiterst bekwamen detectieve, en van
baar hoop om licht te brengen in deze zaak.
„Heel Londen heeft over ntij gpsproken, maar
beel Londen moet nóg eens over mij spreken als
ik die vrouw, die zóo op mij gelijkt, maar eerst heb
uitgevonden."
„O, 't is een schandelijk plan vau dien Rannock".
„Maar wat bracht er hem dan toe?"
„Wraak, omdat u hem hebt afgewezen, en bereke-
ling lo verzi'l'orot», waarop de lotelingen moeiten
aanspraak I. mmen maken, maar dat hun belang
medebrengt om bovendien do vrijstelling te vragen
iu de zitting van den Militieraad of op deu tijd
tlaarvoor overeenkomstig art, 40 van boveugeuoeutd
Koninklijk Besluit bepaald.
Amersfoort, 6 Octocer 1904.
Do Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIER3,
De Seer. laris,
B. W. Tn. SAXDBERG.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op aitr. 0 eu 7 tier HINDERWET,
Bronzen iur kennis van bot publiek, tlal oen tloor
P. NEFKEXS ingediend ver/nek, mol bijlagen, om
vergunning tot bet plaatsen van een gasmotor van 2
paardekrachten, in het perceel alhier gelegen mm don
Arnliemsclioueg I. no. 0, bij bet Kadaster bekend
onder Sectie B. No. 2050, op do Secretarie (Ier Ge
meerde tor visie ligt, en dat op Donderdag, tien
20. Uelober aanslaande, des voormiddag? te balt elf
uren, L-elogeiitieid ten Raaillitlize wordt gegeven i.m,
ten oveii-laan van bel Gemeentebestuur of van een
ol' meer zijner leden, bezwaren tegen bel oprichten
van «lie inrichting in te brengen.
Amersfoort, 7 October 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
Do Secretaris,
B. W. Tit. SANDBERG.
(INGEZONDEN.)
Volgens 'i regeringsversverslag van
1900 is in dat jaar door alle instellingen
van weldadigheid aan onderstand vau
allerlei aard aan behoeftigen een som
uitgegeven van 15','2 millioen gulden.
Dat is f 600 000 meer dan het jaar
te voren.
Het is verontrustend als dat zo blijft
voortgaan en onwillekeurig vraagt men
zich af, of die verbazende som werkelik
nuttig wordt besteed, of er voor een deel
niet meer kwaad dan goed mee wordt
gedaan.
Toen tien jaar geleden de vereniging
„Liefdadigheid" hier werd opgericht, werd
er op gewezen, dat een goede armver
zorging een hoogst moeilike zaak is, dat
het Elberfeldsche stelsel, waarbij de gehele
armverzorging van eeu gemeente door
een enkel bestuur wordt geregeld, zeker
de voorkeur verdient, en dat de zoge
naamde particuliere liefdadigheid, die
ieder welgestelde naar eigen goedvinden
of luim aalmoezen doet uitreiken, het
meest verlammend werkt op de pogingen
om armoede te voorkomen en bedelarij
te weren.
Mevr. M. G. MullerLulofs, die zich
jaren lang niet armenzorg heeft, bezigge
houden, zegt zo volkomen waar in „Onze
Eeuw" IV, 7: Het schijnt zeer onschuldig
en van gering belang voor de gemeenschap
of van een koopman aan de deur door
onze dienstbode iets gekocht wordt of niet
of aan eeu bedelkind een boterham of
een cent wordt gegevenof een vereuiging
tot verzorging van armen door vverk-
ver-elmffing ondersteuntof aan een
werkman, die f7 verdient, door bedeling
toeslag wordt gegeven op zijn loon of
voor s.'tnmige gezinnen huurschuld wordt
betaald, of bank-van-lening-briefes wor
den gelost.
Eu toch kan het zijn, dat door 't kopen
van koopwaar aan de deur de bedelarij
wordtbevordevd en een gezeten neringdoeu-
de geschaaddat tloor het geven van brood
of centen de kinder-exploitatie wordt in
de hand gewerkt; dat door werkver
schaffing armoede slechts wordt verplaatst
dat door het geven van toeslag op het
loon de louen worden gedrukt; dat door
het betalen van huurschuld de huisjes
melkers worden in de hand gewerkt, en
dat door het lossen van bank-van-leniug-
t briefjes het makeu van de afsehuwelikste
j woekerwinsten wordt bevorderd,
i Hoe zieker de maatschappij is, zegt
Tolstoi, hoe meer inrichtiugen er bestaan
I voor de genezing van de symptomen, en
I des te minder houdt men zich bezig met
de verandering van het leven zelf.
I Een beroepsbedelaar kan, als hij het
maar handig aanlegt, en kennis van
t zaken heeft, van de wieg tot het graf
vrjj, d.i. kosteloos, door 't leven gaan.
De aanstaande moeder verzekert zich de
hulp van eeu vrije dokter en een vrije
„Acht je hem clan tot iets zóo duivelachtig» in
„lt ken zijn antecedenten eu acht hem tot alles
staat wat slechts is".
„Maar hoe heeft bij het dan toch kunnen aanleggen,
dat nieuschen die mij kennen, mij iu zijn gezelschap
meenen gezien te hebben?".
„Dat was toch niet zoo moeilijkde couraDten
nemen heel licht een entrefiletje op. Eu bedenk eeus
wel dat hij, in plaats van naar Cannes ol Baguères
of Nice te gaan, juist Algiers en Corsica opzocht,
waar minder touristen komen, doch bjj allicht
iemand ontmoette, die u, zij het dan ook vau aanzien,
kende. Zoogenaamd onder geheimhouding kon bij
dan meedeelen wie ziju reisgezellin was en zóo
woei 'lal apoedig over naar Londen".
Juist kwam Grace's rijtuig voorbij de koetsier
had de paarden niet langer durven laten staan
eu hy hielp haar instijgen, tlooh verontschuldigde
zich, dat hij haar niet vergezelde.
Bij het afscheid nemen, zeide hij
„Ik ga wellicht tot tien herfst de stad uit."
„Ver weg?"
„Ik geloof het wel, doch weet nog niet juist,
waarheen. Indien u mij wilt toestaan, zal ik u af
en toe schrijven."
„Heel gaarne" antwoordde lady Perivale. „Ik ben
werkelijk zeer blij, dat wij, als vroeger, weer goede
vrienden zijn."
Fauuce had in Scotland Yard alle gelegenheid ge
had, de eigenaardige soort menscheii te leeren kennen
die door een titel of eeu naam, welke zij tiu juist
niet altijd eer hadden aangedaan, loogaug hadden
lot do eerste iamiliën der wereldstad en vooral sedert
hij nrivaat-detectieve was, had hij menigoD goed-
kliukenden naam in zyu notitieboekje geschreven,
zeker als hij er reeds van was, dat hij dien te avond
of morgen zou noodig hebben. Onder hen was die
van Richard Rannock, die met den titulairen raug
van kolonel op pensioen was gesteld na een speel-
affaire in de club van liet Lanarkshire regiment,
waarvan slecbts zeer enkelen de ware toedracht ken
den. Faunce wist óok, dHt 'smans iinancieele om
standigheden in de laatste tien jaren in zeer deplo-
rabelen toestand waren en dat hjj voor niets terug
deinsde om die te verbeteren.
Het eerste werk van den deteotieve was, de vrouw
te viuden, die zooveel op lady Perivale geleek had
hij die, dan zou hij ook wel met Rannock afrekenen.
Zoo snel als trein en boot er hem konden bren-
gon, was hij in Algiers, waar hij zich spoedde naar
een hotel, waar hij het jaar te voren nog een week
had geloveerd.
Bij den hoofdingang ontmoette hij den eigenaar,
die hem aanstond» herkende en blij was, den gezel-
ligen prater, die zoo veel had meegemaakt, weer te
zien. Hij haastte zich, den hotelier, dien hij wist
liet hij ervaring hy volkomen kon vertrouwen, iu te
lichten over het doel van zijn kom»t en gaf een
hoogst juist signalement van Rannock, die vóór
Kerstmis of vóór Pasehen vermoedelijk ouder oen
aangenomen naam in he'. hotel had gelogeerd en
gekomen was van Sardinië of van Corsica, in hel
gezelschap van een knappe, jonge dame.
Maar de directeur herinnerde zich niets er van
't was zóo druk geweest en er waren zóo veel hceren
ecu dergelijke beschr(jving van toepassing
luiermand; 't kind kan kosteloos worden
ingeënt en kosteloos schoolgaan, hier en
daar reeds niet vrij schoeisel en voedingbg
ziekte kan het kosteloos worden verpleegd
en, als het weer thuis is, van een ver
eniging versterkend voedsel ontvangen
of' de gelegenheid om zich bg een vakan
tie-kolonie aan te sluiten. Is er op later
leeftijd gebrek aan werk dan klopt hij
hij een werkverschaffing aan; wordt hg
oud, dan ziet hij een vrijwoning machtig
te worden, liefst met voedsel en brand
stof er aan verbondenkan hij heelemaal
niet meer, dan komt hij terecht in een
oude-mannenhuis, dat hem geheel onder
houdt en zelfs zijn begrafenis bekostigt.
De taak van de armverzorging is nu
om te beletten dat, wat als zegen is bedoeld
voor hen die 't waarlik nodig hebben,
een vloek voor de gemeenschap wordt
ils het de aankweking bevordert van
luiheid, leugen en bedrog.
Men vergelijke eens het leven van de
beroepsbedelaar, die iedere week bij de
partikuliere liefdadigheid evenveel weet
op te halen, als het weekloon bedraagt
dat de ijverige werkman met harde arbeid
verdient. Voorzeker, deze heeft de strelende
overtuiging dat hij zich en zijn gezin
onderhoudt en zich nuttig maakt voor
de gemeenschap.
Dat edele gevoel vindt geen plaats in
het gemoed van de luie bedelaar. Deze
gevoelt, zich erg lekker, dat hij niet ge
dwongen kan worden om te werken. Als
hij zgn bedeltocht doet, maakt hjj een
praatje met keuuissen, staat hij te kijken
bij hetgeen er biezonders op zijn weg
jebeurt en geniet hij van de mooie, frisse
natuur, terwijl de werkman druk op zijn
werk is, soms in een minder aangename
omgeving. Bij slecht weer kan de bede
laar thuis bljjven; maar de werkman
moet naar zijn werk, weer of geen weer.
Dat de beroeps bedelaar om aan geld te
komen, liegt en bedriegt, behoort bij 't
vak; zijn geweten heeft er niets mee uit
te staan.
Men moet er zich jaren mee hebben
„Mtar wareu er ook zooveel dames als deze vroeg
Faunce, terwijl hij het portret van lady Perivale
toonde.
„O, die? Ja, die herinner ik me zeer goed" z
de hoteilier, nadat hij het portret vluchtig bad be
keken. „Pas grand' chose".
Als FaUDce nog maaréen zweem van schuld tegen
ludy Perivale had gekoesterd, was dat na tlezo laatste
woorden geheel uitgewischt. De dame van Grosve-
nor Square was niet in staat zich zóo te gedragen,
dal de eigenaar van een der beste hotels daaraan
zulk een aanstoot zou hebben genomen, dat hy zich
zou hebben laten verleiden tot zoo'u uitval.
„Bekijk het portret eens wat ineer aandachtig"
vroeg Faunce „en zeg me dan eens of u de dame
herkent of niet".
„Neen, toch niet. Deze dame is toch niet de
zelfde als die hier omtrent Pascheu was, maar ze
gelijken verbazend veel op elkaar; tenzij deze photo
reeds lang geleden is gemaakt. Deze dame is een
jaar of tien jonger dan mjjn werkelijk heel zonder
linge gast van 't voorjaar".
„Deze photo is juist dit vootjaar gemaakt", ant
woordde Faunce „dat kunt u wel aan de kleeding
zienmaar vertel me eens wat over de vrouw, die
zoo teel op deze dame gelijkt."
„Moet u haar opsporen
„Ja."
„Diefstal of moord."
„O, neen. Zóo erg is 'tniet; ik vertel u dat later
weieens in kleuren en geuren. Ik zal probeeren haar
op 'tgeiuigenbatikje te krijgen in het belang van
een mjjner cliënten, die mij in staat stelde, ruim te
betalen voor elke inlichting die mjj van dienst kan
„En wat wilde u dan wel weten
„Wel, alles wat u of iemand van uw personeel mij
omtrent baar weet te vertellen."
„Welnu, zij was hier met haar echtgenoot, of al
thans een heer ten minste, zoowat een heer
die voor haar echtgenoot doorging, een week of drie.
Nu herinner ik hem mij óok; precies uw signale
ment een atevigen drinker, vooral cognac zjj
dronk veel champagne. Hij zat halve nachten in de
club en kwam altijd heel laat thuis; enfin, dat kan
de nachtportier u zeggen. Den dag van Ijud vertrek
zocht bij twist met haar en probeerde haar te slaan,
doch kreeg er zelf zóo van langs, dat hy niet aan
tafel kon komen een blauw oog en een opeuge-
krabde waug de kamermeid vertelde my dat
later."
„En vergeten zyn rekening te betalen
„Volstrekt niet. Er waren een paar jonge Ameri
kanen, zoons van een ijzer- of spoorkoning, die
's ochtends in haar kamer al piket speelden, 's mid-
tins pokerden en 's avond» in de club verder door
hem werden onder handen genomen. Eu die jongens
brachten baar nog bonbons en bloemen en band
schoenen. En er was nog een Randmyn-magnaat,
die zeer veel werk van haar maakte en óok druk
pokerde. Je reinste plukkerij,"
„En was die dame aardig voor die heeren?"
„Aardig Ze behandelde hen als voetvegen, maar
ze hield ze bezig en hielp ze plukken. Arme jon
gens. Ze kon heel aardig praten."
(Wordt vorvolffd.)