Zaterdag Februari 1905. No. 5617. 54e Jaargang. MUZIKALE lim. Feuilleton. Reservist Tiesmeijer. „Vreemde dingen" AMERSFOORTSCIE COURANT. FIRMA A H VAN CLEEFF te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi. franco per post f 1,15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Legale-, officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels/' 1.25; elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummer» naar buiten worden in rokening gebrachi en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkostun in rekening gebracht. BUREAU EORTEGRACHT Telepheon 1!». Heden verzenden wij aan de daarop ge- abonneerden aflevering 10 van den Derden jaargang van onze premie «De Muzikale B 1 o e m 1 e z i n g". Deze aflevering bevat, behalve de gewone «Wenken van een ouden muziekmeester", kunstenaars-biographieën en berichten, bene vens zeer lezenswaardige mededeelingen op muzikaal gebied, de volgende muziekstukken 1. Serenate Sentimentale, voor piano door Alfonso Cipollone; 2. Mit Mantel und Riich- sack, voor piano door J. Amer3. In Hei- terer Laune, voor piano F. Friedrich 4. Der Faulbaum blöhte, voor piano en zang door Schultze-Biesantz. De «Muzikale Bloemlezing" kost voor de abonné's op ons blad slechts 60 cent per kwartaal, voor welk luttel bedrag men in de ilne maanden 0 afleveringen met 30 a 35 muziekstukken ontvangt. KENNISGEVING. Jacht en Visscherlj. Do COMMISSARIS dor KONINGIN ia de Pro vincie UTRECHT, Gezien het besluit van Hoeren Gedeputeerde Staten der Provincie Utrecht, dd. 2 Februari 1905, no. 62; Gelet op art. 11 der Wet van 18 Juni 1857 (Staats blad no. 87) Brengt bij deze ter kennis van belanghebbenden le. Dat de Viascberij in de binnen wateren, waaronder ook wordeD verstaan rivieren, door sluizou afgesloten, binnen de Provincie Utrecht wordt gealoton van Zaterdag 11 Maart aanslaande, met zonsondergang, tot en met 81 Mei daaraanvolgende, met uitzondering a. van de Visschery doormiddel van palingfuiken, anlkorven en aaldobbera, van die met het schepnet of de gebbe, om kleiue visschjes te vangen tot aas voor de aaldobbers b. van de Visschery op apiering met betkiuisnet, welk* geoorloofd blijft tot on met den 21. April aan staande, doch slechts zal mogen warden uitgojefond: to Utrecht buiten de Weerdbarrière, tussehen de Groote sluis en de Roodebrug; te Amersfoort van de Koppelpoort tot aau bet gebouw genaamd de Spijker; en te Vreeswijk tusschen de groote sluizen, van des middags 12 tot des avonds 10 ure. 2e. Dat de jacht op eenden in de Provincie Utrecht voor dit jaar zal worden gesloten op Zater dag 11 Maart e.k., met zons-ondergang, na welken tyd ook het kooien niet meer zal mogen worden uitgeoefend, terwijl de kooieenden opgesloten of gebokt moeten zijn tot 1 Mei aanstaande. 3e. Dat de jaebt op ander waterwild in de Pro vincie Utrecht zal worden gesloten op Zaterdag 15 April 1905 met zous-ondergang. 4o. Dat de jacht op houtsnippen in de Provincie Utrecht zul worden gesloten op Dinsdag den 28 Fe bruari 1905, met zons-ondergang. 5e. Dat het weispel van kwartelen met steekgaren of vliegnet zal mogen worden uitgeoefend van 2 Mei e.k. tot en met 27 Juni daaraanvolgende. En ten einde niemand eenige onwetendheid hier- „Dat ziet er waarachtig leeljjk uit", stemde hjj toe, „ja, dat komt er nu van als ja het heertje wilt spelen, en kousen dragen in plaats van sokken. U kunt niet verder mee marcheeren, 't beste is dat u maar hier blijft, misschien komt er wel gauw een rijtuig voorbij, dit >i naar de stad brengt. Anders moet u maar wachten, tot er voor u een wagen gerequireerd is. Ik zal maar beginnen met u dadelijk een dokter te sturen." En eenige oogeublikken later verscheen niet alleen de dokter met een hospitaalsoldaat, maar ook de overste, die echter weer spoedig wegreed, toen hij zich overtuigd had, dal Tiesmeijer niets ernstigs mankeerde en dat voor hem gedaan werd, wat mo gelijk was. „Rijt maar eens op de lippen, vriendje", zeide de dokter, ,,ik moet er even het mes iu zetten er zit niets anders op. Probeer maar eens aan wat heel prettigs en beel mooi» to denken." Alles behalve op zijn gemak zag Tiesmeijer, dat do dokter het mes te voorschijn baalde. „Dokter, maar dat kan niet gebeuren", stotlerde hij. „Ik kan geen bloed zien niet by andere menecben en ook niet by my zelf." „Dan doe jij je oogen maar toe. 't Is gebeurd, eer je bet weet. Kom houd je nu flink 1" „Au I" Do dokter had reeds rerrioht, wat or gedaan moest van voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt waar zulka te doen gebruikelijk ia. Utrecht, den 4. Februari 1906. De Commissaris der Koningin voornoemd, 80HIMMELPENNINCK v, d. o. v. NIJENBEEK. De ruimte, welke in een courant beschik baar is om iets mee te deelen „Over vreemde dingen" is zóo omgekeerd even redig kort iu verband met de uitgebreid heid vau het onderwerp,dat ik wel verplicht beu om met de deur in huis te vallen. leder onzer zal wel eens gehad hebben wat men een voorgevoel pleegt te noemen. Die gewaarwording openbaart zich op de meest verschillende manieren, ge woonlijk in dezen vorm: dat men zonder eenige naspeurbare reden angstig is en het gevoel heeft, als stond een ernstig onheil te wachten. Anderen ondervinden het zóo als werd hun ingegeven het een of ander te doen of wel na te laten weer anderen krijgen een min of meer duidelijke voorstelling van iets dat ge schieden zal. Nu is liet nog geenszins noodig, dat iemand, die zich gejaagd of angstig gevoelt en de gewaarwording heeft als zal hem iets overkomen, zich al aanstonds moet gaan verontrusten. Vooral in onzen tjjd zijn ziekeljjke storingen van het zenuw stelsel zeer veelvuldig en de oorzaken, welke daartoe leiden, al even talrijk der gelijke storingen openbaren zich bjj voor keur als gewaarwordingen van angst en gedruktheid, welke soms een zeer hoogen graad kunnen bereiken. Als iemand meent een angstig voorgevoel te hebben, dan dient hij na te gaan of zjjn zenuwen niet overspannen zijn door overmatigen arbeid en moet hjj zich maar niet aanstonds gaan verbeelden, dat hem iets zeer onaan genaams zal overkomen. Men spreekt vau „toeval", vau toevallig samentreffen, maar waarljjk „there are more things in heaven und earth than are dreamt of in our philosophy" en het lijkt my wel interessant eenige van „die vreemde dingen",waarvan de meeste geput uit historische bronnen, hier te laten volgen. Uit de Oudheid kennen wjj reeds den daemon van Socrates, die hem in gewich tige aangelegenheden steeds raadde hoe worden. „Ziezoo 't leed is *1 geleden, vriendlief. Na moet den voet maar Hink verbonden wordeD, dan zal de p(jn wel spoedig bedartD. Ik zal je van uit het naaste dorp een kar zonden of een rytuig ik weet niet wat er te krijgen ie. En dan rijd je maar kalinje» naar hui». Ik kom dan van middag nog wel oven naar je kyken. De hospitaalsoldaat kan ik niet bjj je laten. Je bebt ham niet bepaald noodig en bjj den troep kunnen we bem niet mitsen. Js weet nooit, wat er gebeuren kan. Nu 'tbeste kalm blijven". De dokter galoppeerde, vriendelijk groetend, lu.,n; de hospitaalsoldaat strompelde bom zoo vlug hy kon aehterua, Waarby de groote verbandtasch met haar inhoud duchtig heen an weder schudde. Niet bepaald optimistisch gestemd zag Tiesmeijer bet twaeial us by moest erkennen dat zjj hem .liet verder konden helpen, maar bjj bad het loob wel prettig gevonden, ala aon van beiden by hem gebleven*, was, (otdst do kar kwam. Weemoedig bekeek bjj hot uiterete topje van zyn linker groole teen, het eenige deeltje, wat er van den verbonden voet zichtbaar was. Hy had verbazend bet land oaluurljjk zouden zyn kennissan duohtig den spot met hem dry ven en ook Martha, ean eoht soldaten- kind, zou bem zeker uitlachen. Kohlschiins bewering, dat men het bem als een schande zou aanrokeuen, als by in die manoeuvre steken bleef, mocht al wat overdreven zjjn, maar Martha zou bem er stellig wel op aankijken. 'tWas ham bepaald voorgekomen, dal ty van de week 'savonda op het partijtje al vergeljjkingen gemaakt had, tuzsouon ham en den dokter au dat die ver gelijking juist niet te Dat bad bom bepaald gekrenkt door te haudelen en die hem steed» ten goede raadde. Keizer Ferdinand I, de broeder van ICarel V, had toen hjj nog volkomen gezond waa reeds lang van te voren du wetenschap, dat hjj den 25 Juli 1564 zou sterven, hetgeen juist uit kwam. Prinses Charlotte van Engeland had kort vóór haar huweljjk met Koning Leo pold van België een sterk voorgevoel van haar spoedigen dood in dat huweljjk; zij trouwde 2 Mei 1810 en overleed 5 November van het zelfde jaar. Een der hofpredikers te Diesden stond eens 's morgens op met de gedachte dat de bliksem hem op dien zelfden dag zou treffen. In den middag kwam zeer on verwacht een zwaar onweer opzetten en hjj bereidde zich tot den dood. De bui- trok echter over en toen hjj nu aan vrouw en kinderen meedeelde, wat hem weder varen was, ratelde éen enkele slag en de bliksem sloeg hem te midden der zjjnen dood. Professor Blöhm te Marburg gevoelde, terwjjl hjj aan een officieeleu maaltjjd zat, een onheschrjjüjjken aandrang om naur huis te gaan, zóo sterk dat hjj duar- aan gehoor gaf. Op zjjn slaapkamer ge komen, werd hjj als 't wart er toe ge dreven om zjjn bed te verzetten; daar na keerde hjj naar den disch terug. Des nachts werd hjj wakker door een vreese- ljjk gekraak; een balk was met een ge ilt elte van den zolder ingestort, juist op de plaats, waar zjjn bed gestaau had. De bekende Hugenootsche prediker Paul Rabaut kreeg, toen hjj reeds te bed lag, een onweerstaanbare behoefte om het huis uit te loopen en op het veld te overnachten. Denzelfdeu nacht kwam een dragonnade aan zjjn hui» om hem gevangen te nemen. Jean Paul schreef 15 November 1790 in zjjn dagboek, dat hjj het maar niet van zich kon afzetten, dat hjj op een 15deu November zou overljjdenen wer- keljjk 8tierf hij 15 November 1825. Maarschalk Bessières, die zich steeds in den dicbtsten kogelregen waagde en den naam had onkwetsbaar te zjjn, bracht den nacht van 30 April 1830 in de hevig ste onrust door en wilde den volgenden ochtend zelfs niet ontbijteu. Op aan raden van overste De Baudu, die het feit heeft geboekstaafd, deed hjj het toch koopman kon zicb best meten met een officier van gezondheid. Als hy maar cent woer vrij van dienet waa an dat nare pakje aan den kapetok kon hangen en zich kleeden in a(jn smoking, dan sou ty wel tot anderen gedachte komen. Zoo gemakkelijk gaf Gisterenavond bad hij er nog met tijn vader over gesproken, die bem geantwoord had i Trouw voor mün part met dat ineisjo, maar sorg er eerst voor, dat Ik verlos word van myn jicht." En om zioh spoedig te kun* nen engageereo, had bjj sjjn vader wsteu te bepratei om bale over kop naar Wiesbaden le gaan ea hij bad bet roede xonver, dat de oude heer too goed lacht op reie te gaan. Daar kwam een boer aan, die met de pijp in den mond vóór Tiesmeijer bleef staan en ham aankeok, alsof bjj een .wonderdier was. De jonge man geueordo er zioii bepaaldt, telle ten opxiuhte van dien boer over, dat hy daar too moederziel alleen lag. Zonder te spreken keken tij elkaar eenige minuten aan, totdat de boer eindelyk hot gesprek begon. ,Zeg eens, wat doe jij daar zóo lui te ligt ,Ik lig „int llr ■it" IlliliH* antwoord. „Ik lig niet, ik sit," luidde Tiesmnjjar laconiek jDst doet er niet toe, ik meen maar, wat voor je in je sohild?" Tiesmeijer haalde de tohouders op. at te synen gunste was uitgevallen, paald gogriefd en bjj voelde sioh er Ujj, ae soon van den sohatrjjkeu „Neen, ik heb er twee, evengoed als jij. waet je, wat jjj doet, vriend, maak jjj eens vlug gebruik van jou bienou en verveel me niet langer met ie gebabbel. Ik beb wat beters te doen den om jou leulerpraaijea aan te hooren." De boer soheon niet in 't minst beloedigd door eindeljjk, zeggend, dat jhy dan ten minste niet nuchter zou vallendaarna zocht hjj de brieven zjjner vrouw bjjeen en verbrandde die. Een uur later maakte een kanonskogel een einde aan zjjn leven. Er zjjn ook tal van voorbeelden, waarin de waarschuwing om het zoo te noe men door zoogenaamde toekomst-visi oenen tot den butreffenden persoon kwam. Kanselier Calignan, de steller van het Edict van Nantes, hoorde een stem,-die hem aan.ied Bearne te verlaten; hjj gaf daaraan gehoor en den eigen dag van zjjn vertrek, brak de pest in de stad uit. Benvenuto Cellini, door Paus Panlus III tot den kerker veroordeeld, werd door een stem onderricht van het voornemen des cipiers om hem te dooden, en later van zjjn op handen zjjnde bevrjjding. En niet alleen wordt- dikwjjls de per soon-zelf voorbereid op hetgeen hem te wachten staat, maar vaak ook gebeurt het, dat anderen daarmee worden in kennis gesteld. Zoo zyn dag en uur van den dood van Julianus den Afgovallige door meer dan óen persoon lang te voren voorspeld. Toen Lodewjjk XI den 5 Januari 1577 te Tours de mis bjiwoonde, kondigde de aartsbisschop van Vienne Angelo Catto hem den dood aan van zjjn aarstvjjand Karei den Stouto, die inderdaad des mid dags bjj Nancy het leven liet-. George Fox, de stichter van de orde der Kwakers, schreef in zjju dagboek, dat hjj bjj zjjn onderhoud met Oliver Cromwell een sterke ljjkenlucht waarnam, die dezen omzweefde. Den volgenden dag werd de Lord Protector ziek en juist een maand na bedoeld onderhoud was hij niet meer. In den Messager Liègeois van 6 October 1893 vermeldt graaf De Prater het teit, dat gedurende een door hem te Warschau bjjgewoonde godsdienstoefening een jong mensch eensklaps van zyn stoel opsprong en strak naar een plek op den vloer staarde. Toen men den rustverstoorder vroeg, wat hjj daar toch zag, antwoordde hjj, geheel ontdaau, dat hy de Ijjkbaar van groothertog Constant jjn had gezien, die dun ook den volgenden dagstierf.Tjjdena den dienst stond de Ijjkbuur van den groothertog juist op de plek door den jongen man aangewezen. 'loen maarschalk Serrano op zjjn sterf bed lag, richtte hjj zich plotseling op, dia alles bebaWa vriaudelyko woorden, Zielsverge- noagd nam hy zjjn pj)p uit deu mond en telde doodbedaard „Ik heb het wel gedacht je hebt bet moeten opgeven. Je bent ook 'n veel te leer poppetje om te marcheeren," „Houd je mond toch, man, je sanikt ala «..j kip tonder kop." „Maak my maar uleta wye, jongenheer, ik ben self ook seldaat geweest en ik heb meer tulke beer tje* gesieu els jy. Ze syn met al buu praat» niks niemendal waard voor don dienst!" En de boer slak tjjn pijp weor in den mond en wandelde even kalm ais by gekomen was varder, sonder «lob nog eenmaal oni te wenden. Tiesmeijer was woedend, woedend op dien lompen koer, wondend Op siohielf, woedend on de heele wereld, 't Was mo ook wat moois oiu daar soo alleen op die heide te fitten. Na een kleine peuse zag hjj een Hels aankomen vliegen de machine kwam al nader en nader plot* borkonde hy de berijdster juffrouw Martha. Zyn wonech, dat si) ecu tyweg x»u inslaan, werd niet vervuld evenmin, hoe hy ook rond tuarde, ontdekte hij een bosobje of eeuig struikgewas,waar achter hij tich verschuilen kon. Juffrouw Martha kreog natuurlijk don jongen man spoedig in 'toog. Nauw bad xy bom herkend of tji sprong vlug af, zette da Heta tegon een boom en trad vervolgens regelrecht op den jongen man toe. „Ie ti ziek geworden mijnheer Tiesmeijer, kan ik iets voor n aoen, toe, zog hot mij maar gerust. Scheelt er iets aan is u gevallen, hebt g\j u erg beseerd, omdat uw voet beelemaal verbonden is?" (Wordt rcrwolffd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1905 | | pagina 1