Stadsnieuws.
Gemengd nieuws.
aan het kortste eindje, zoo ge vergelijkingen
maakt tusschen hem en uw lievelingsfiets!
Gij, huisvrouwen, die voor een groot deel
het wel en wee der natie in handen hebt,
weest niet bevooroordeeld! Houdt niet vast
aan verouderde ideeën, leest eens iets en
denkt eens na over de hygiëne van het huis.
Tegen de allereenvoudigste begrippen der
gezondheidsleer vergrijpt ge u nog zoo dik
wijls: gebruikt uw normaal menschenver-
stand en zondigt niet meer!
Als ge «geen planten kunt houden'' in
uw kamer, dan is de oorzaak daarvan zon
der mankeeren dat er gebrek is aan zon en
lucht. Eilieve mevrouw, is dan de atmosfeer
Yan zoo'n kamer goed genoeg voor uw man
en kinderen?
Dtnkt na, en uw eigen vrouwelijk fijnge-
voel zal u het initiatief laten nemen om te
zorgen voor betere ventilatie de eenvou
digste en meest doeltreffende ventilatie is 'n
open raam en om wat overbodigen gor-
dijnrommel naar den zolder te doen ver
huizen. Jammer van tule, kant en pelnche?
De leelijke dieven, die ons zonlicht stelen,
beklagen
(Eere zij in deze aan den modernen meu-
bileerstijl!)
En eindelijk gij, mijne heeren, die moge
lijk wel eens mij de eer aandoet, uw oog te
laten gaan langs deze kolommen er staat
immers «Damesrubriek" boven gij, wiel
rijders, ik doe een beioep op uw mannelijk-
logisch denken, op uw gezond verstand van
heer der schepping! Gaat ons, de zwakke,
domme vrouwtjes, vóór in het goede, het
ware, het verstandige!
Leert ons; beschaaft ons.
Weest niet een Batouwer zoolang ge de
trappers drukt, en con ongelukkige zwakke
ling onder alle andere omstandighedenBe
denkt, dat ge niet iiets in een pels, zoodat
een dergelijk kleedingstuk in een verwarmde
coupé niet volkomen mannelijk-logisch is.
Dal het nog onlogischer is, met een dikke
jas aan te zitten in een kleine, warme, on-
geventileerde ruimte, terwijl ge moeder natuur
trotseert iu 'n compleetje.
Gij, mannen van intellect, daalt eens Deer
tot de hygiëne van het dagelijksch leven;
dan zult ge ons voorgaan ii. den strijd tegen
kwalen en kwaaltjes, die vermeden kunnen
worden; dan zult ge u met een: «is het
raampje ver genoeg open leeren wenden
tot uw medereizigsters; dan zult ge uw reis-
genoote-voor-het-leven helpen om gezondheid
en daarmee vroolijkheid te doen heerschen
in uw beider buis.
Wij allen, wielrijders, wy hebben geleerd
het genot van versche lucht, van zon en
licht; wij hebben den invloed van die goede
dingen ondervonden.
Maar zullen zij slechts gelden zoolang we
wielrijders zijn
Voorwaar, de invloed van het rijwiel kan
en zal machtiger, verder-strekkend zijn. Wat
wij als wielrijders ondervonden, als wielrijders
genoten, dat zal op den mensch in ons door
werken.
Wij zyn éérst mensch, dan wielrijder.
Maar veel kan de mensch van den wiel
rijder leeren.
Doch het kome niet slechts den mensch-
in-ons, maar <ler menschheid ten goede!
De Ministers van Justitie en van Koloniën
verleenen deze week geen audiëntie.
Er worden te Utrecht krachtige pogingen
aangewend om een provincialen Boerenbond
in het leven te roepen.
In een gecombineerde vergadering van de
vereeniging Land en Tuinbouw met de be
sturen van een aantal landbouwvereenigingen
uit de provincie is, na een redevoering van
jhr. mr. J de Wijkorslooth de Weerdesteijn,
besloteD, de stichting vau een provincialen
Utrechtschen Boerenbond met alle kracht te
bevorderen.
Over een 14-tal dagen zal definitief tot de
opivcbting worden besloten.
Bij het Zaterdag gehouden toelatings-exa-
men voor de Ryks Normaallessen hier zijn
geslaagdvoor de le klasseGijsb. I'red.
Castein, Corn. Adr. van Esveld, Wilh. Jac.
Heere, Joh. Her.r. Hendriks, Corn. El. Men-
sing, Jeanette Oosterman, Corn. Ant. Jos.
Reyker, Sophia van Spiegel, Gysb. Vedder,
Rob. de Vries, J. C. van Es, G. J. van Geldor
en E. Tuinstra; voor de 3e klasse: Geertr.
Joh. van der Horst Bruyn en Cath. Marg.
Stel. Rauh.
Reserve-sergeant A. H. van Kalken en
gepasporteerd sergeant-majoor P. A. Piersma,
beiden van het 5e regiment infanterie, heb
ben voldaan aan het vaandrigs-examen.
Met betrekking tot het aannemen van
adspiranten-militie-officier bij de infanterie
is door den Minister van Oorlog, in afwach
ting van de nadere Koninklijke goedkeuring,
aan de commandanten der regimenten in
fanterie de machtiging verstrekt om, evenals
in 1904, ook dit jaar na het daarvoor vast
gestelde tijdstip, en wel tot en met 31 Maart
e. k., miliciens die in 1905 hun eet sten
oefeningstijd volbrengen tot een verbintenis
als adspirant-militie-officier toe te laten.
De plaatselijke afdeeling der «Nationale
Chr. Onderofficieren Vereenig" heeft evenals
ten vorige jare verspreid een «Kleine Gids
vuor jonge militairen iu het garnizoen Amers
foort'
Hij bevat: een ernstig woord tot de jonge
militairen. Een tochtje door en om de stad.
Wandelingen van 1 a 1V2 uur. Grootere
wandelingen. Rijtoeren per fiets. Opgave
openbare gebouwen. Bepalingen, van hoo-
gerhand gegeven omtrent Godsdienst in het
leger, diensten op Zon-en Feestdagen, reizen
op Zondag, Oatecbisatiën, Militaire Tehui
zen, enz.
Het wordt opgeluisterd door een portret
van H. M. de Koningin en eenige liederen.
Moge het boekje zijn nut doen onder de
jongelieden, die, veelal voor de eerste maal
van onder het ouderlijk oog verwijderd, zoo
licht geneigd zijn den goeden raad van su
périeuren in den wind te slaan en het slechte
voorbeeld te volgen.
Het verslag van de werkzaamheden der
Oudheidkundige vereeniging «Flehité" over
1904 is miudor omvangrijk maar daarom niet
minder belangrijk dan vorige jaren.
Het ledental bedroeg 131, vermeerderde
in de loop des jaars, doch verminderde even
sterk door overlijden of vertrek, liet telken
dage belangrijker en ook meer bekend
wordend Museum werd bezocht door 1102
personen bijzonder wordt gememoreerd het
bezoek aan de verzamelingen door H. M.de
Koningin-Moeder.
De opgave der aanwinsten beslaat 17 pa
gina's.
Mr. J. Heyligers voegde aan het verslag
toe een monografie over «Tynnenborch", het
oudste en sterkste van de aan de Muur
huizen over de Valkestraat gelegen huizen,
thans verhanseld voor een aardappelhandel
terwijl het boekje wordt besloten door aan-
teekeningen omtrent Albert Carel baron
Snouckaert van Suhauburg, sous-préfet van
Amersfoort, die in den nacht van 28 Novem
ber 1813 de Franschen onder Falba hier de
Utrechtsche poort uithielp en bijna onmid
dellijk daarop de kozakken de Kamppoort
inliet.
Met Museum verwierf nu óok ziju ge
schilderd portret.
De werklieden-vereeniging «Onderlinge
Hulp" hield gisteravond onder voorzitting
van den heer D. Gerritsen haar algemeene
Jaarvergadering.
De belangstelling was, zooals ook de Voor
zitter opmerkte, zeer groot; ruim 100 leden
waren aanwezig.
Door den Secretaris, den heer L. van Ach-
terbergh werd het jaarverslag uitgebracht,
dat den bloei der vereeniging constateerde.
Het aantal leden steeg (l Maart 1905) tot
234; het aantal begunstigers tot 111.
Aan ziekengeld is uitgekeerd f 1231.01
terwijl het reservefonds een eindcijfer aan
wijst van f2041.40.
Da Voorzitter heeft het verslag eerst laten
voorlezen, in verband met de vacature-Pen-
uingmeester.
Na het vertrek van jhr. mr. B. W. Th.
Sandberg, sedert de oprichting en dus ge
durende tien jaren, den volijverigen Penning
meester, werd jhr. S. M. van Reigersberg
Versluijs bereid bevonden jhr. mr. Sandberg
op te volgen.
De vergadering veranderde onder applaus
diens voorloopige benoeming in een defini
tieve.
De Voorzitter herinnerde vervolgens aan
het 10-jarig bestaan, hetwelk de vereeniging
iu het afgeloopen jaar heeft mogen vieren.
Wat de fiuantiëu betreft, komt dit jaar
vooreerst het geval voor dat de uitgaven de
inkomsten ovettreffen.
(Jok is het voor de eerste keer voorge
komen, dat een lid moest worden geroyeerd,
doordat er frauduleus werd getrokken.
Namens het Bestuur werd voorgesteld, jhr.
mr. VV. Th. Saudberg als Eerelid te be
noemen. Nadat de Voorzitter de voortreffe
lijke wijze had geschetst waarop jhr. Sand
berg als Penningmeester heeft gefungeerd,
'.verd liet bestuursvoorstel onder applaus
aangenomen.
Vervolgens werd uitvoerig verslag uitge
bracht over het financieel beheer.
De inkomsten bedroegen f2417.55s, do
uitgaven f 2170.15; er is dus een br.tigsftjdo
van f241.40.
De Penningmeester, jhr. Van Reigersberg
Versluys, werd ouder dankbetuiging gede
chargeerd van het gehouden beheer.
Daarna had de periodieke Bestuursverkie
zing plaats. De aftredende heerendr. H.
VV. Schreuder, J. Nefkens, J. van Wessum
en L5. Lokhorst, werden allen herbenoemd.
Tot gecommitteerden werden herbenoemd
de heeren A. M. Tromp van Holst, B. van
de Water en Hol.
Hiermede waren de periodieke werkzaam
heden afgeloopen eu werden door eenige
leden questies van huishoudelijken aard te
berde gebracht, waarna de vergadering, die
te 8.20 werd geopend, te 6 30 onder dank-
tuigiog voor de flinke opkomst wera g
sloten.
In de plaats van den heer H. M, Verhey,
die wegens vertrek itaw-rdtleg zijn lunetten
moet neerleggen, is tot Secretaris-ouder-
brandmeester der Arnersfoortsche Vry willige
Brandweer gekozen de heer 1. l'onleyn.
Tot commandeur is benoemd de heer D.
Veenendaal.
Het eerste elftal van «Quick" speelde Zon
dag als kampioen 2e klasse van den »N. V.
B." te Deventer een promotie-wedstrijd tegen
de «Tubauters" uit Enschedé en sloegen deze
met 6—1.
De rust ging in met 21 in het voordeel
van «Quick".
Het tweede elftal van »U. D. 1." werd op
eigen terrein met 3—2 geslagen door «Her
cules IV" uit Utrecht.
De Utrechtsche Jacht vereeniging houdt
Donderdagmiddag een jachtrit, waarbij luite
nant I. H. Carstens, van het le reg. veld
artillerie, als jagermeester zal fungeeren. Er
wordt te half twee afgereden van den tol
aan den Soestdykschen weg, by Houdriogen.
De laatste extra-nachttrein der (I. IJ. S.
M. in dit seizoen loopt Donderdagavond.
Gisteren middag omstreeks drie uur had
de voerman R. van P. het ongeluk, op den
Arnbemschen weg van den bok te vallen en
onder den wagen te geraken. Met gebroken
been en zwaar gekneusde borstkas werd hij
per brancard naar zijn woning vervoerd.
Bij de gister door de H. IJ. S. M. gehou
den aanbesteding van onderhoudswerken op
de lijn HilversumAmersfoort was de heer
VV. van de Kooij met f 1798 de minste in
schrijver voor perceel 3, HilversumAmers
foort.
Op uitnoodiging van deanti-revolutionnaire
kiesvereeniging te Doorn zal door het Tweede
Kamerlid voor het district Amersfoort, jhr.
mr. H. W. van Ascb van Wijck, daar weldra
een politieke lezing gehouden worden.
Niet slechts te Harderwijk, maar in alle
visschersplaatsen langs de Zuiderzee klaagt
men over de slechte vangst. Terwijl anders
om dezen tijd brood werd verdiend met de
haring, is er thans schier geen vischje te
zien. Als een bewys, hoe het bijv. te Bun
schoten gesteld is, deelt men ons mede, dat
vandaar een drietal knechts naar Harderwijk
zijn teruggekeerd, omdat de schipper beter
de schuit meende te kunnen vastleggen, dan
zee te kiezen.
't Gaat er hoe langer zoo slechter uitzien
voor Bunschoten.
Men schrijft uit Zeist:
Onze dorpsgenoot G. v. E. bevond zich
Vrijdagavond ongeveer 7 uur in de Donkere
laan ter hoogte van de Kiosk, toen door
een hevigen rukwind zijn pet hem van het
hoofd werd geslingerd en te gelijk, onder
een donderend gekraak, in zijn onmiddellijke
nabijheid een boom tegen de aarde werd
geworpen.
Dat hij zijn pet achterna ijlde, was zijn
geluk, daar hij anders door den neerstor
tenden boom zou getroffen zijn.
Dank zijn pet, kwam hij nu met den
schrik vrij!
Hoedt u voor uwe vrienden voor uwe
vijanden neemt gij u vanzelf wel in acht!
Zaterdagochtend, schrijft de «Standaard",
passeerde op den straatweg tusschen Amers
foort en Zeist een automobiel, die bij de
pyramide te Austerlitz stil hield. De weg
werkers, op eenigen afstand bezig, bemerkten
dat er eenfgeer uitging, die narst den weg
iets neerlei en er toen door werd gereden.
Nieuwsgierig wat dit mocht zijn, gingen zij
derwaarts en zagsn toen een pasgeboren
kind liggen. Aan elk der handjes was een
bankbiljet van duizend gulden bevestigd. Het
wicht is hij een wegwerker opgenomen.
't Lijkt veel op het begin van een roman
in n -f 1 afleveringen-
Een Russisch professor heeft een pak uit
gevonden, hetwelk den drager beschermt
tegen de gevaren van electrische stroomen.
Een man in dat kostuum gekleed, kan, naar
men verzekert, zonder eenig letsel een stroom
van honderdvijftigduizend vuils weerstaan.
De electriciteit glijdt van hem af, als regen
van wasdoek.
Het kostuum omhult den drager geheel
en al en er is een kap aan met een paar
kijkguten voor de oogen. liet fiatteert den
drager met, maar de automobiel-costumes
staan óok niet mooi.
Er bestaat een eenvoudig middel om zon
der ontplofbare stoffen en zonder gevaar
voor brand, dadelijk licht te maken.
Men neemt een lang flesohje van wit
glas en doet daarin een stukje phosphoru6
ter grootte van een erwt; daarna giet men
in het fleschje zuivere tot het kookpunt ver
warmde olijfolie en vult daarmede bet lleschje
tot op een derde.
Heeft men nu licht noodig, dan neemt
men de kurk van het fleschje, laaf dus de
lucht er bij komen, en kurkt het dan weer
dicht.
Do leege ruimte in het lleschje zal nu
lichten en dit licht is zeer goed.
is bet koud, dan warmt men eerst het
lleschje een weinig in de handen, opdat de
olie weer vloeibaar worde.
Waar is 't leven gezonder, in do stad of
op 't platteland. Altijd is 't laatste als een
feit beschouwd, maar er is iemand opgestaan,
die het tegendeel beweert en 't althans voor
Duitschland met cijfers staaft.
Dr. Wilhelm Liebe wydt in «Soziale Kul-
tur" een studie aan de gezondheid «n de
ziekten op het platteland en bewijst door
statistieken, dat de Duitsche steden in min
der dan dertig jaren veel gezonder dan het
platteland zijn geworden en komt o. a. met
de volgende cijfers:
Iu de jaren 1867 tot 71 bedroeg het sterfte
cijfer in de steden 30.6 en in da dorpen 28.4,
dat is een verschil van 2.2 procent ten gun
ste van platteland. In de jaren 1887 tot 91
bedroeg Liet sterfiecyfer in de steden 25.8,
op het platteland 24.8, dal is een verschil
van 0.2 pet. ten gunste van de dorpen.
Een heele afneming dus.
In het jaar 1803 bedroeg het slerftecijfer
in de sleden op het platteland 22.6; dat
is dus 0.5 pet. ten gunste van de steden.
Hiermede wordt bewezen, dut de steden
van Duitschland gezonder zijn geworden
dan het platteland.
Er is een oude teekening opgedolven, en
door de photographie vermenigvuldigd, van
een wagen die in 1833 tusschen Birmingham
en Londen passagiers vervoerde met eigen
beweegkracht.
Ook de automobiel is dus geen nieuwigheid.
Salomo wist 't wel; al in zijn tijd was er
geen nieuws onder de zon, en zoo is 't ge
bleven.
«Toon mij u tanden en ik zal u zeggen wie
gij zijt." Aldus luidt de variant op een oude
spreekwijze, die nu wordt gebruikt om een
nieuwen tak van wetenschap tot motto te
dienen.
In de «Household Words" zet Charles Stir
rup uiteen wat deze nieuwe wetenschap wil,
ul. het afleiden van iemands karakter uit de
grootte, de plaatsing en den vorm zijner
tanden.
De beoefenaars der nieuwe wetenschap
beweren, uit de wijze, waarop iemand zijn
tanden laat zien, te kunnen aantoonen hoe
zijn aard is. Bijvoorbeeld, degeen die bij het
lachen de lippen opent, zoodat bijna alle
tanden van de bovenkaak en een gedeelte
van die van de onderkaak te zien komen,
heeft een open, aaugenaam en goedig karak
ter. Wie d tarentegen by het lachen de lippen
gesloten houdt eu zijn tanden dus verbergt,
is niet te vertrouwen. De persoon echter,
die altijd zijn tanden van-een spert, staat
op een geestelijk niet al te hoog peil; ster
ker nog, hy die onafgebroken zijn tanden
laat zien is eendomkop.
Mannen die teveel de tanden in den mond
toonen, zijn zwak van karaktervrouwen,
die ze te veel toonen, zijn verveleud en
praatziek.
Uit een brief van het oorlogsterrein in een
Duitsch blad:
Een artillerie-regiment komt aanhet zijn
houwitsers, het belangrykstu middel tot ver
nieling van 's vijands verschansingen, een
wapen van welks uitwerking het afhangt,
of de aanval der infanterie met eenige kans
op succes ondernomen kan worden. Men
sleept de zware stukken met moeite in hun
stollingen; massa's munitie worden erbij
gebracht - daar blijkt de opleiding der be
dieningsmanschappen zóo geheel onvoldoende
te zijn, dat raon aan het openen van den
artillerie-aanval niet kan denken. Gelukkig
is er in het regiment een kapitein, dio de
artillerieschool te TsarkojeSelo bezocht heeft,
en die nu eerst zijn kennis moet overdragen
aan het gebeele regiment, waarmede natuur
lijk weken heengaan.
Bij den opmarsch van een pas aangeko
men regiment infanterie, dat den slug bij de
Sjaho moest meemaken, hoorde een officier
hot volgende gesprek
«Zeg eens, oompje hoe wordt dit gekke ge
weer nu eigenlijk geladen?" vroeg eon re
servist aan den naast hem march eerenden
reserve-vaandrig.
De vaandrig, die sedert hij tien j-iar gele
den zijn eenjarige!) dienst deed, alle herha
lingsoefeningen heeft weten te ontduiken,
moet antwoorden
»De duivel weef, mijn duifje, hoe we met
dit nieuwe apparaat (het geweer is N. B.
acht jaar geleden ingevoerd) mouten omgaan
ik weet het zelf niet."
Welk een arbeid is er noodig om uit zulk
een ongeoefender) troep reservisten bataljons
te vormen, die door draadversperringen, over
wolfskuilen en ondermijnde vlakten de vij-
andelyke stelling binnendringen.