Dinsdag 14 Augustus 1906. No. 7235. 55e Jaargang. Reis-exemplaren. Feuilleton. De mi: Stadsnieuws. FIRMA A. H. VAN CLEEFF ie AMERSFOORT. Vei-schijnt Dinsdag* Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per II maanden f\< franco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale- oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. Reclames 15 regels/" 1.25; elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buitea de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT9 Postbus 9. Telephoon 19. Aan onze abonné's, die tijdelijk elders hetzij binnen- of buitenlands vertoeven, wordt op aanvrage en met duidelijke opgave van adres, de Courant eiken verschijndag tegen vergoeding van het porto toegezonden. Ook niet-geabonneerden kunnen op de zelfde wijze de geregelde toezending van de «Araersfoortsche Courant" tijdens huu uitstek digheid zich verzekeren. Niet voor zichzelf moeten, maar voor zichzelf willen zorgen. De uitgevers v «n het bekende Duitsche tijdschrift de «Gartenlaube" hebben dit voor jaar, in M.-iatt, een boekje met veertig op stelletjes het licht doen zien, waarvan te verwachleo is, dat het in duizenden handen is gekomen, die begeerig de bladen hebben omgeslagen, omdat daartusschen de groote zegen der onafhankelijkheid kon verborgen liggen. Het boekje, getiteld »Vor den wirtschaft- lichen Kampt' gestellt", bevat namelijk een deel der antwoorden door de »Gartenlaube" ontvangen op haar prijsvraag, waardoor zy vrouwen en meisjes, die plotseling gesteld waren voor de moeilijkheid om in eigen levensonderhoud te voorzien,, wilde opwekken, haar ervaringen in den strijd om het bestaan mee te deelen, opdat anderen in dergelijke omstandigheden ervan zouden kunnen profi- teeren. Wat zal het in Duitschland in deze zomer- vacantie gretig gelezen zyn; voor boevelen zal het inderdaad een zegen kunnen worden, niet zoozeer om de practiscbe aanwijzingen en wenken voor eenig bepaald vak, maar vooral doordat het haar op een Dieuw idee heeft gebracht, haar een weg heeft gewezen, die nog eens met hoop op succes kon worden ingeslagen. Want alle mogelijke vakken hebben de vrouwen en meisjes, die hier haar strijd en leed, haar worstelen en overwinnen hebben verteld, by de hand gehad eo in de veel soortige bedrijven hebben zij het tot een betrekkelijken welstand en tot een onafhan kelijk bestaan gebracht. Costuumnaaislers en schrijfsters, zieken verpleegsters, onderwijzeressen, telefoonjuf frouwen en boekhoudsters verbalen wat zij ervoeren en boe het baar gelukt is, het hoofd boven water te houdenmaar ook een masseuse is er aan het woord, een keur meesteres vau vleesch, eeu geleidster van vreemdelingen, een kweekster van bloemen en fruit, een agente van een levensverzekering, 'n fabrieksscheikundige, eèn hoender- en gevogeltekweekstee, een steendrukster, oen inspectrice voor een verzekeringsmaatschappij, een kunstweefster en dan natuurlijk een paar ki-merverbuurdsters en pensionhoudsters. De eeu vertelt wat aardiger en vlugger dan de andere, en de uitgevers zeggen uit drukkelijk in du voorrede, dat zij de letter kundige waarde der ingekomen antwoorden niet in de eerste plaats in aanmerking hebben genomen voor du opneming in het bundeltje, maar alle relazen zijn toch duidelijk en helder gesteld, dragen het karakter van frischheid en oorspronkelijkheid en beantwoorden aan wat de uitgevers als eersten eisch stelden, dat namelijk lotgenooten van Ie schrijfsters met de geschetste ervaringen haar voordeel zouden kunnen doen. Dat kunnen ze zeker, en wat vooral duidelijk zal worden door de lezing, is: dat volhouden en nog eens volhouden de boodschap is, dat men ook na vele teleurstellingen niet ont moedigd moet zijn en zich moet vastklampen aan de in al de hier geschetste gevallen zege vierende waarheid, dat voor den ernstigen wil tot slagen ten slotte du bezwaren wijken. Eén zaak komt bij de lezing en overden king van die vele, vele orvaringsgetuigenissen met verrassende en diep indrukwekkende duidelijkheid aan 't lichtdat men de ellende van het plotseling hulpeloos staan in de maat schappij voor de vrouw moet voorkomen. Ik weet niet «n hoeveel bladzijden van dit niet juist amusante, boekje u de verzuchting legen- klinkt «Och hau ik toch in mijn jeugd mij maar voorbereid op een beroep of op eenig werk, dat in den economiscben strijd op gelde lijke verdiensten kan hopen, om er onafhanke lijk door te wordenVervelend groot is baast het aantal van die bladzy ien. Laat mij een paar citaten geven, en, lezers, wilt er nu vooral aan denken, dat dit geen -.lanhalingen zijn uit een »mooi" boek van fictie, maar uit het boek der werkelijkheid zelf, opgeschreven door menschen die het vertelde als met hun hartebloed hebben onder teekend. «Toen ik wat ik op school bad geleerd, wou aanwenden in den dienst van het verdienen van tnyn eigen brood, bemerkte ik al gauw, daf, hoeveel zorg er ook aan mijn opvoeding was besteed, het verworvene wel geschikt was om een veilig en verzorgd levea behaag lijk en aangenaam te maken, maar dat het niet deugde in den economiscben strijd en geenerlei diensten kon bewijzen, omdat de practische elementen eraan ontbraken",schrijft de dochter van een hooggeplaatst ambtenaar. «Mijn alledaagsch treurspel is dat van een Frank Muurae was zöo ontdaan door den schok, dien hij had doorstaan ton gevolge van den dood van zjn oom en zyu eigen gevangenneming, dat, toon Herbert aanbood zijn militaire jas om zijn schouders te hangen als een vermomming en naar de deur van een zijvertrek wees, als tijdelijke schuil plaats en hom haastig eenige iulichtingen toefluis terde aangaande een veilig toevluchtsoord, hij niets beters te doen wist dan Herbert's raad blindelings op te volgen. En toen zijn broeder verder aanbood, zyn plaats als gevaugeno in te nemen, ten einde hem tijd te geven om te ontkomen, tot hij (Herbert) de bewijzen van zijn onschuld bijeen gebracht zou hebben kende zijn dankbaarheid voor zooveel onbaatzuch tigheid en broederlijke liefde geen grenzen. Hij fluisterde dus haastig eenige woorden van welge- meenden dank en gaf zich toen geheel aan Herbert's leidiug over, wiens plannen hy letterlijk opvolgde. Uit zijn schuilhoek hoorde hy betgeen bij Herbert's gevangennoming plaats had en later, toen de weg vry was, trad hij ongehinderd naar buiten en begaf hij sdcb naar Job Sudderland, die niet vermoedde, welk een ernBtige verdenking op zyn gast rustte. Dat by zich voor de politie schuil hield, was genoeg om hem bij de Zigeuners welkom te doen zjjn;ook droegen do muntstukken, die hü reeda had rondge deeld er niet weinig toe by, dat zij het hem zoo goed mogelijk naar den zin zochten te maken. Frank kon zich verzekerd houden, dat do Zigeuners alles zouden doen wat in hun vermogen was om zjjn schuilplaats geheim te houden. Den dag na zjjn aankomst kwam Job's morgens vroeg bij hem met een volledig stol kleeren, zooals hij zelf droeg, waar bij oen bonten muts, met oor-eu voorboofdk leppen niet vergeten was, die de gelaatstrekken zoodanig bedekte, dat liet bij na overbodig was, deze met noten sap in te wrijven. Toen Frank geheel gereed was, zou zelfs de meest scherpziende politie-agent, of do uijdigsto schuldeischer bem niet herkend bobben. Deze voorzorgsmaatregelen waren echter, zooals wij weten, eenigsziua overbodig, daar de politie in de meeuing verkeerde dat zy den waren schuldige achter slot en grondel had en niet naar iemand anders omkeek. De Zigeuners, bemerkende in welke gedrukte stemming hun gast verkeerde, lieten hem maar aan zichzell over; bij bracht dus helgrootste gedeelte van den dag in eenzaamheid door iu een armoedige achterkamer. Hij liet de ochtend- en de avondbladen halen en las met veel belangstelling in de eerste een korte vermeldiug van zijn ver meende gevangenneming en in de laatste een kort verslag van zijn verschijning voor den rechter eu zijn ovorbretigiug naar de gevangenis. Hierover was hy zeer verbaasd. „Waarom heeft Herbert niet dadeljjk zjjn waren naam genoemd en waarom is hy naar do govange- nis overgebracht t Wat beteekent dal 'I Het was edel van hem waarlijk edel om mijn nlaats in te nemen tot ik tjjd gehad zou hebben, mij uit de voeten te maken, maar waarom dryfthy de zaak nog verder door?" In de eenzaamheid vau den nacht peinsde Frank over deze raadselachtige vraag. In zijn verbeelding zag hij zijn broeder zwaar geboeid in een donker meisje uit goede familie. Men heeft aan muziek en talen dilettantisch wat gedaan, heeft op porselein geschilderd en op hout, waardoor beeldige geschenken aan familie leden in de wereld kwamen, men keek af en toe eens iu de moederlijke kookpannen, mocht soms lekker schoteltje bereiden, be zocht zelfs een reeks voordrachten over littera- tuure n kreeg een llauw begrip van japonnen maken; daarmee was de vorming afgeloopen. Moeder vond het gelukkig, dat haai- dochter niet noodig had om den broode te werken en vader zegende de omstandigheden, waar door ik mijn oogen niet behoefde te bederven by kunstnaaldwerk, met ge?n lastige school kinderen behoefde om te gaan, geen eeuwig pianogetingel in huis bracht, noch mij met schilderen altijd afzonderde. «Ik wil geen ge ëmancipeerde van baar makenzij moet blyven, wat zij is, ons zonneschijntje in huis". En Zonneschijntje's schuchter zinspelen op meer leeren werd opzij geschoven; het jonge ding ging uit en nad een echt gelukkigen tijd, terwijl de broers met alle energie zich voor bet leven moesten voorbereiden". Ziekte en blijvende invaliditeit van den vader verwoestten bier de toekomstdroomen. Elders weer lezen we: «Mijn ouders waren rijk en de opvoeding, die ze hun eenig kind gaven, was dientengevolge verkeerd. Met spel en ledigheid, met dilettanterige studiën, met reizen en naar den schouwburg gaan verliep mijn jongemeisjesleven. Ik had, toen de zware slag viel, alleen geleerd, ingebeelde behoeften te bevredigen, en nu de nood kwam, die voor het noodzakelijke voorziening eischte, ervoer ik al gauw, dat iedere fa brieksarbeidster beter tegen den strijd des levens opgewassen was dan ik. Mijn zoo genaamde ontwikkeling hielp mij minder voort dan de kennis van een gewoon dienst meisje zou hebben gedaan. «Was u al vroeger in betrekking Hebt u getuigschriften Welke branche zou u durven aanvatten Waar is u opgeleid? Kunt ustenogrufeeren? Mactiineschrijven Costuumnaaien Hebt u den cursus voor bewaarschooljuffrouw ge volgd Examen gedaan voor talen Kan u perfect koken? Ziekenverpleegstersoplei ding gehad Al deze en dergelijke vragen moest ik ontkennend beantwoorden, niets had ik dan mijn goede wil." Zoo luidt het telkens, telkens weer, en zeer natuurlijk komt dan aan het slot van menig droef verhaal van strijd een beroep op de ouders om tocb hun dochters voor het leven voor te bereiden, juist zooals ze bet de zoons doen. «Voorkomt toch die ellende der onbeholpenheid in den muat- schappelijken strijdwacht toch niet, tot eerst het ongeluk er is. De beste vermogens- toestandën zijn geen vaste toekomstwaar- borgen." Het meisje moet in de jeugd een vak leeren, in een bedrijf zich op haar plaats voelendan alleen leert ze de wereld van het heden begrijpen, is er niet als een vreemdelinge en kan zy zich tedden in geval van noud. En wie nu nog onvoorbereid voor den economiscben strijd worden geplaatst, haar roept een der schrijfsters toe«Weg met uw vooroordeelen van stund of positie geen vegeteeren in beschaamde armoede, zoolang er nog een vonkje moed in u is. Eerlijke arbeid is de grootste zegenwie wil, die kan." Een welmeenende bewaarschoolonderwij zeres komt ook op don plicht der ouders, vooral de gezondheid hunner dochters te sterken en te behoeden, omdat alleen een gezond lichaam kan voldoen aan de eischeu, die een beroep stelt, en meent, dat het er niet zooveel op aankomt, welk vak gekozen wordt als maar op degelijk verslaan ervan gelet wordt. Kunnen en kunnen hebben nog niemand geschaad en het ontbreken ervan heelt al menigmaal duizendvoudige ellende ten gevolge gehad. Daarom zij de leus, niet voor zichzelf moeten, maar voor zichzelf willen zorgen. Een mensch is de voldoening waard van vrij te zijn en niet voor zijn bestaan van anderen afhankelijk te wezen, ook niet van kapitalen die anderen hebben verworven. Weg met zulke onvrijheid Waarom niet het geluk gezocht in werk dat' in de maat schappij wat waard wordt gekeurd, in arbeid die in het leven belooning kan vinden Niet wachten tot het harde moeten tot daden drijft, neen, het geluk gezocht in productief werk, niet om als het noodig mocht worden, het geluk der zelfverkregen onafhankelijkheid te smaken, maar om dat geluk uit eigen vrijen wil te kunnen zoeken, ook in levensomstandigheden, die er niet dringend toe aansporen. Dr. Vitus Bruinsma. Mejuffrouw Hermanns W. D. Storm van Leeuwen behaalde niet de Lagere-, doch de Middelbare akte Engelsche taal. De heer J. F. Zytveld is benoemd tot Directeur van bet pas opgerichte fanfare-korps der afdeeling Zeist van den «Chr. Nationalen Werkmans Bond", welk korps reeds 40 leden telt. Aan het toelatings-examen voor de Kon. vertrek, te midden van dieven od moordenaars, overgeleverd aan de genade van wreodo bewakers; want de meeste menrchen weten niet, boo een tegenwoordige gevangenis is ingericht en maken er zicb een geheel verkeerde voorstelling van. „En dat alles staat Herbert nu voor mij uit IHoe goed, hoe edel van hem; maar ik mag niet toestaan, dat hy het tot het uiterste doordrijft." „Ik ben bier voorloopig veilig, maar wat my thans te doen staat, is nog duister. Ik verlaug zeer naar Herbert's raad on bulp. Ik kan hier niet altijd blijven en by zit gevaugen; wij kunnen dus niet bij elkander komen I" Zoo lag hy den ganschen nacht en dacht en peinsde, terwijl geen slaap zijn oogen look. Van zyu broeder dwaalden zijn godaebte-j naar zyu arme vrouw. „Zy zal miju briefje ontvangen hebben. Herbert zal niet vergeten hebben, het baar te zenden, maar ik schreef haar, dat ik den volgenden dag thuis zou komou. Zij zal nu de tijding van oom's dood ver nomen hebben. En dat ik nu morgen niet thuis kom! Eu dat ik bet haar niet eeus kan doen weten Het kan haar dood zynIk moet weten hoe zy hot maakt. Ik heb rust uoeh duur zoolang ik het niet weet. Het moge onvoorzichtig zyu, ïuaar ik moot Isabella zien." Nu hy dit besluit genomen bad, werd hy kalmer en was hy in staat, een plan te maken, dat hy den volgendon ochtend ten uitvoer bracht. Toen Job namelijk vroeg met zijn wagen met koopwaren wilde uitgaan, verzocht Frank hem een briefje naar Ttaveuwood te willen medenamen eu een der dienstboden te verzoeken, die nan Isabella te overhandigen, wanneer zy alleen zou zyc. Job beloofde zyn best te zullen doen eu vertrok met het briefje, dat hy met goed gevolg eeu der dienstmeisjes in harden speelde zonder dat iemand er iets van bemerkte. De taak der dienstbode om h8t Isabella te geven, wanneer deze alleen zou zijn, was echter niet zoo gemakkelijk, daar deze voortdurend onder toezicht was van de verpleegster, die do.ktor Mitchell had gevon den. Wanneer echter oen vrouw vast besloten is, iets onbemerkt te doen, dan gelukt haar dit ook. Do verplcogster werd door een kloine list uit de kamer gelokt en Isabella ontving haar briefje, met de waarschuwing het gauw te lezen en een antwoord gereed te maken, alles in het diepst geheim. Toen Isabella het geliefde haudsdhrift van haar echtgenoot zag, voelde zy ziob reeds sterker worden. Dank zij haar jeugdig, sterk gestel, begon zij ook aleeoigszins den schok to boven te komen, dien zij had ontvangenzij was echter nog zeer zwak en hulpbehoevend. De liefde werkt echter versterkend op de zenuwen en het is dikwijls verbazingwekkend, wat een zwakke vrouw onder baar invloed vermag te doen. Dit was het ookgoval met Isabella. Het briefje was iu geheimzinnige bewoordingen geschreven en met eeu anderen naam onderteekend, maar het was door Frank geschreven. Hy sprak van een of ander groot en verborgen gevaar, hoewel hij voor 't oogen- blik veilig was en bepaalde eeu tyd, waarop hij baar ontmoeten eu alles uitleggen zou, hoewel hij voor loopig niet durfde thuiskomen. Hoewel Isabella besefte, dat het verborgen gevaar inderdaad groot moest zyn, dat haar goede, brave Frank zich zöo zorgvuldig moest sohuilhouden, liet zy daarom took den moed niet zakken. Zonder uitstel maakte zij eeu briefje gereed on drukte de dienstbode op het hart, goed op te letten, dat het in de goede handen kwam. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1906 | | pagina 1