Donderdag 6 December 1906. No. 7284. 56e Jaargang. Feuilleton. De i UITGAVE: firma a. h. van cleeff te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag- Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden 1. franco per post 4.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale, officieële- en onteigeningaadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. BUREAU KORTEGRACHT 9. Postbus 9 Telephoon 19. Wie zich ingang van 1 JANUARI 1907 wenscht te abonnceren op de AMERS- FOORTSCHE COURANT, ontvangt de in December verschijnende nummers KOSTELOOS. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER vau AMERSFOORT, brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, volgens mededeeling van den commandant der stelling van Amsterdam, tusschen 7 on 16 December 1906 op den of twee avonden aan de oevers van bet Noordzeekanaal, tusschen het fort bij Velsen en IJaiuiden, proeven worden genomen met een klein zoeklicht. Amersfoort, 5 December 1906. De Burgemeester voornoemd. WUIJTIERS. is monter opgedraaid. Geen would-be heeren zijn 't, in 'n haltsleetje van hoogen komaf. De kleerensnit is eenvoudig, maar het laken deugdelijk, soliude. En de portemonnaie is gevulder is llink verdiend. En ook de honderd en zooveel schoorsteen pijpen in en rond de stad bewolken het uit spansel niet met hun rookpluimen. De machines zuchten niet, de raderen knarsen niet, de drijfriemen glijden niet in sidderend getril rond. Stoomhamer, schaafbank en boortoestel zwijgen. En wordt het langzamerhand vreemd druk, 't is bij uitzondering, 't Is omdat straks 'n goede dertig zonen van den arbeid ter eeuwige rust zuilen worden gedragen. Moderne Duitsche industrie en nog iets. Het dagblad »De Telegraaf" zond ook naar Witten een bijzonderen corresponpent, die in een reeks vervolg-artikelen, het eene al fraaier dan het andere, de geweldige ramp beschreef die het sedert de explosie der roburiet-fabriek opeens wereldberoemde plaats trof. Thans schrift hy, die zich beseheidenlijk verbergt achter de initiaal T, onder dag- teekening van 2 December Eindelijk heb 'k eens tijd kunnen vinden om de ramp do ramp te laten en in Witten zelf rond te kijken. Welk 'n wonder is er toch sinds 1870 in hel. westen van Duitsohland geschied. West- falen, de Rijnprovincie, 't zijn geen landen meermen kan ze veilig éen groote stad noemen. En Witten is een der vele bloeiende stadswijken van die geweldige conglomeratie, dooraderd met hoofd- en hulpspoorbanen en electrische trams. Zie me zoo'n stadje van nauwelijks 37 000 zielen aan. Breede, keurig geplaveide straten gas, electrisch licht, waterleiding; de trams glijden onophoudelijk heen en weer;'n over druk stationprachtige, moderne winkels, warenhuizen, glaspaleizen nu zonder glas. Parkaanleg, kranige openbare gebouwen en forsche kerken'n uitmuntend ingerichte politiegoede hotels by de vleet. En want anders waren al die zaken ten doode opge schreven 'ndruk verkeer, 'n opgewekt zakenleven, zeer veel koopkracht, welvaart tot in de onderste lagen. 't Is Zondag. De kerkklokken beieren, de winkels zijn gesloten. Veel wandelaars, lang zaam kuierend; echte Zondagsstemming. Niet uit valsche piëteit geboren is die kalmte, doch ze is er omdat het rustdag is, omdat er werkelijk gerust wordt, b< hoefte aan rust bestaat. Want het is geweldig, zooals in het verjongde Duitschland wordt gearbeid, van vroeg tot laat. Iedereen is goed, degelijk goed gekleed. Slechts aan de eelthanden, de vergroeide, zwartomrarule nagels kan men waarnemen, werklieden voor zich te hebben- De ener gieke gelaten zijn gladgeschoren. De knevel Van waar toch het feit, dat de van het moderne leven hier, in Westfalen, zoo heftig klopt en het te onzent, 'n paar uur verder westwaarts, zoo ganscb anciers is, zoo onbehaaglijk stil? Dat de algemeene welvaart hier het twee-, driemaal wint van de Nederlandsche welvaart? Dat steden in ons land, met een dubbel aantal inwoners, stille, doodsche dorpen zijn, vergeleken bij het grootsteedsch aangelegde en grootsteedscb levende Witten Wat waren Witten, Annen, Bochum, Hagen, Herne en zoo'n macht aDdere plaatsen vóór I 'nkwart eeuw? Niets. En bij ons? Op school leerde ik als kwajongen, 'n kwart eeuw geleden, bijv. Gouda: gebranle kerkrameD, kaarsen- en pijpenfabrieken. En nu zal het nog wel mist zóo zijn. Dat is geen spe ciale pik op Gouda, hoorMen kan er naar believen 'n boel andere namen voor in de plaats stellen. Van waar dit alles? De advertentiedrommen in de drie hier bestaande plaatselijke dagbladen geven wel sprekend antwoord. Gemeentebesturen con- curreeren, met vette annonces. Industrie- groi"!"u aangeboden, aan spoor of water gunsiig gelegen. Ieder nieuw bedrijf krijgt voor 'n zeker aantal jaren belastingvrijheid... In 'n andere advertentie klaagt iemand 'kzit met zestien kapitalen. Zo moeten ge plaatst. Wie helpt me? Voordeelige voor waarden. Ik ben geen agent, verlang geen provisie. Alle persoonlijke besprekingen koste loos. Enz. enz. Daar zit 't 'm voor een deel. Iedere duizend mark, welke hier door stagen arbeid wordt verdiend, blijft in het landwordt weer in de industrie gestoken opnieuw rentegevend gemaakt; bezorgt wederom aan nieuwe handen 'n fiksch weekloon.Er blijft vraag naar arbeids kracht de loonen stijgen. En ze kunnen veilig stijgen, want er wordt verdiend; het buitenland, de kooper, moet er maar voor opdokken, moet maar zorgen, dat de West- faler, de Rijnlander het goed heeft. Geen simpele mark ligt renteloos of wacht, in den vorm van 'n vreemd effect, op 'n specu latief winstkansje. En dit verschijnsel zet ook het jongste geslacht zoo machtig tot daden aan. 'k Heb allen eerbied voor onze Nederland sche indusirieelen, hoofd voor hoofd. Doch treurig is 't verschilbij ons de eeuwige vraag naar kapitaal voor nationale industrie 'n vraag, welke meestentijds onbeantwoord blijft, wijl men liever op buitenlandsche mark ten speculeert, dus zonder werken geld tracht te maken. En hier 'taan bod van kapitaal voor eigen industrie, allerzijds. Waarachtig, 'tzou geen daad van willekeur of onrecht zijn, wanneer eens bij wet werd verboden om Nederlandsch kapitaal in buiten landsche ondernemingen te beleggen en er alzoo vreemde energie mede te steunen, ten koste van het nationaal bedrijf. Althans, zoo lang er in 't eigen land nog vraag naar be hoefte aan de ziel van allen arbeid is. Geen kapitaalsonteigening te algemeenen nutte. Laat ieder het bezit gewaarborgd zijn van wat door hem is saamgegaard op welke wijze dan ook. Doch alle kapitalen te zamen vormen toch feitelijk «het nationaal kapitaal". En deze schat zij onvervreemdbaar, evenals bijv. de nationale kunstschatten in Italië, al zijn ze ook versnipperd in handen van particulieren. Een harde maatregel zou 't zijn, voorwaar; doch nuttig voor 'n land, waar zooveel rijken 'n parasietisch bestaan leven door 't wagen van hun geld op vreemde arbeidsmarkt, dus doende 'n vorkje meepikkend uit den daar gestoofden v\instschotel. Terwijl de overgroote rest aan bloedarmoede lijdt op industrieel gebied. Tot zoover de schrijver, die zoo heel juist den vcozen toestand schetst in het land »'n paar uur westwaarts" van Westfalen en Rijn provincie. Daar bieden de Gemeentebesturen tegen elkaar op om in hun Gemeente flinke fa brieken te verkrijgen, die aan vele honder den een goed bestaan geven. Hier weren sommige Gemeenten zulke fabrieken, óok al liggen die Gemeenten in 't hartje des lands aan nög beter verkeers wegen, te land en te water. Daar krijgt ieder nieuw bedrijf een zeker aantal jaren vrijdom van belasting. Hi> r brullen de Nurksen alleen om dat denkbeeld. Elk mannetje meer op het be lastingkohier is winst, bewe.en ze. En de mannetjesblijven of gaan weg; en die moeten blijver, worden met den dag armer. Daar worden groot- en klein-industrie beschermd. Hier worden ze op alle denkbare manieren geplaagd en tegengewerkt. Daar steekt ieder zijn kapitaal in onder nemingen van welken aard ook, als hij maar dit éene weetdat het hoot'd der inrichting een bekwaam en eerlijk vakman is. Als bier een handelaar of een fabrikant eens wat gereed geld tracht te krijgen omdat hij zijn zaak belangrijk kan uitbreiden, dus zelf meer verdienen, maar óok meer perso neel kan doen deelen in zijn winst, dan zegt men den eigen middag am de bitter tafel «of 't met X, je weet. wel, van die fabriek, wel goed zou staande kerel kwam vanochtend bij me om bedrijfskapitaal. Maar in vertrouwen, hoor. Niet over praten". Hier koopt men mooie prentjes van spoor wegen, die dikwijls slechts bestaan in de verbeelding van hen, die ze aan de markt brengen. Wérkelijk, het zou geen daad wezen van willekeur of onrecht wanneer eens bij de wet werd verboden, N e derlandsch kapitaal te beleggen in buitenlandsche ondernemingen en er alzoo mee te steunen vreemde energie ten koste van het eigen bedrijf. Staatascliu ldboekjcs. In de Memorie van Antwoord der Eerste Kamer wordt gezegd Voor de vrees vau eenige leden, dat de invoering der Staatsschuldboekjes by groote terugvraag een ongunstigen invloed zal oefenen op den koers van onze Staatsschuld, bestaat, naar het gevoelen der Regeering, geen vol doende grond, gelet op de gedragslijn, wolke de Rijks Postspaarbank zich voorstelt in den regel te volgen in verband met bij- en af schrijvingen op Staatsschuldboekjes. Voorts is er allerminst reden om aan te nemen, dat de verhouding tusschen vraag en aanbod ongunstiger zal worden, wanneer vele kleine kapitalen in Staatsschuld belegd zijn. Het voordeel, dat aan iederen inlegger in de Rijks Postspaarbank te allen tijde liet bedrag van zijn spaarbankboekje integraal wordt gegaran deerd, zal onverkort blijven bestaan. Tegenover het genot van hoogere rente zal voor den houder van een Staatsschuld boekje eenig kapitaal-risico staan, doch hierin ligt dan ook de reden van bestaan van die boekjes. Juist omdat hij, te wiens name een Staatsschuldboekje staat, het risico, dat elke geldbelegging medebrengt, van de Postspaar bank overneemt, kan deze instelling worden toegestaan op Staaisschuldboekjes inschrij vingen aan te nemen, welker bedrag het rentegevend maximum, dat een voorzichtig beleid gebiedt voor gewone spaarbankinlagen te stellen, verre te boven gaat. Nog een ander bezwaar zou zich, volgens sommigeD, kunnen voordoen ingeval van financieele crisis, bijv. oorlogsgevaar. Voor de Rijks Postspaarbank wordt even wel in zulk een geval de kans op schade niet grooter door de invoering van Staats schuldboekjes, omdat het haar, mochten zeer buitengewone omstandigheden zulks in haar belang onvermijdelijk maken, zou vrijstaan het geld, voor terugbetalingen tegen afschrij ving op Staatsschuldboekjes beuoodigd, te vinden door verkoop van Nationale Schuld en betaling aan don houder van het Staatschuld boekje van den bedongen prijs. Het is de Regeering niet duidelijk, welk belang er zou bestaan bij de uitgifte van 2Va percents- naast 3 percents Staatsschuldboekjes. Meer gebruik acht zy daarvan niet waar schijnlijk waartegen het niet denkbeeldige gevaar van misverstand staat. Door do invoering der Staatschuld boekjes wordt voor de Gemeente-ontvangers de ge legenheid geopend, hun kasgeld tot een hooger bedrag dan f1200 bij de Rijks Postspaarbank te storten. De kansen op nadeel doch ook op voordeel door koersverschil deelen de Gemeentebesturen met andere inleggers. De Commissie van rapporteurs sluit met de mededeeling van dit antwoord haar eind verslag. 52.) „Stil I stilliefste, zei mevrouw Frank Muurse vergoelijkend, „je moet niet op die wijze spreken. Laat ons kwaad niet goed vergelden of tenminste hot oordeel overlaten nan Hem, die gezegd hoeft ,Mij is de wrake". Wat my betreft, ik kan alles vergeven, nu ik weder zoo gelukkig met jou her- eeniRd beD. Kan jy dit ook niet doen?" „NeeD, Isabella, ik vrees, dat ik niethut doen kan, ik denk aan al je lyden, waarvan hij de Bcïiuld is." „Maar ik vergeef hem, Frank, en jij moet het ook doen. Laat het verleden vergeton zijn, lieve." Isabella's vriendelijke woorden vonden eindelijk ingang bij haar echtgenoot. Door verdriet en lijden verhard, voelde hij slechts weinig medelijden met zijn broeder, maar Isabella overreedde hem ten laatste, vriendelijker te denken over dien afgo- dwaalden broeder en wist er hem toe te bewegen, als bij hem niet vergeven kon, bent dan toch te beklagen. „Frank, lieve man, indien we zelf op vergiflents hopen, dan moeten wo ook anderen vergiffenis kunnen schenken." Ik ral mijn best doen, Isabella", zetde Frank plechtig, torwjjl by zijn hoofd boog. Na de uilegging dezer belofte spraken te over andere onderwerpen- over hun zoon Frank eu Erminio, die, zoo besloten zij, zoo spoedig mogelijk zouden trouwen, zoodat Frank de rechten van een echtgenoot hebben zou om de lievo Erminie te be schermen en baar te troosten over het verdwijnen vau haar ouders, waarvan zij de reden zooveel mogelijk voor haar verborgen zouden bouden. En wat dedeo Erminio en Frank inmiddels? Hij bad geen nieuwe betrekking gevonden, noch zijn fortuin gemaakt en toch waren zij samen on fluisterde hy haar woorden van liefde toe.Onwillekeurig had den ze hun schreden gericht naar het zomerhuisje en bier vertelde Frank haar, dat hij ziju vader had teruggevonden en dat ze thaus in staat waren, te trouwen. Wat er verder tusschen ben werd gesproken, kan iedereen zich voorstellenwe laten er aus een sluier over vallen. Het wetsontwerp tot invoering van Staats- scltuldboekjes werd gister door de Eerste Kamer aangenomen met 20 tegen 2 stommen. De Gomeoute-flnanciëu. Als bijlage is aan de Memorie van ant woord betreffende de Begrooting van Bin- nenlandsche Zaken toegevoegd het volgende schrijven van den Voorzitter vau de Staats commissie voor de Gemeente-financiën, den beer Van Nierop, in antwoord op het ver- thaus don lozor verzoeken, ons te volgen naar een krankzinnigengesticht, waar, in een klein vertrok, een man op zjjn 9torfbed ligt, terwijl zyu wilde kreten hel bloed iu de aderen doen stolleu. Niet wetend, waar de vrouw vau Herbert Muurse to vinden, die nadat ze haar echtgenoot veilig in het geslicht geborgen wist was heengegaan, waarheen wist niemand, bad de Directeur aan Frank doen weten, dat zijn broeder stervende was en hem nog ee is wilde zien, eer hy stierf. Niemand heeft ooit geweten, wat er van mevrouw Herbert Muurse gewordou is. De pogingen, die Frank in 't werk stelde om haar to vinden, waren vruch teloos hy slaagde er niet in, eenig spoor van haar te ontdekken. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1906 | | pagina 1