Zaterdag 25
Mei 1907.
No.7353
56e Jaargang.
Feuilleton.
De Amerikaansctie Markies.'
Stadsnieuws.
UITGAVE:
FIRMA A. H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Vonderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
franco per post f AAS. Advertentiën 1(3 regels <30 cent; elke regel meer 10 cent. Legale,
oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent.Reclames 15 regels/" 1.25;elke regel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
KORTEGRACHT9
ostbus 9. Telephoon 19.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de Raad
dezer Gemeente zal vergaderen op Dinsdag den
23 Mei aanstaande, des namiddags te l'/j ure.
Amersfoort, 23 Mei 1907.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
Nationale Militie.
Onderzoek van Verlofgangers.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente AMERSFOORT
makeu bekend, dat het onderzoek van de in deze
Gemeente gevestigde verlofgaugers der Militie te
land zal worden gehouden op bet terrein voor de
Infauterie-kazernes te Amersfoort op Zaterdag, den
15den Juni aanstaande, des voormiddags te 9'/» uren,
de verlofgangers beboorende tot de lichtingen 1899,
1900 en 1901 en tot vroegere lichtingen op Maan
dag 17 Juni a.s., des voormiddags ie 9J/i uren, de
verlofgaugers behoorende tot de lichtingen 1902 en
1903op Dinsdag 18 Juni a.s. des voormiddags te
91/, uren, de verlofgaugers behoorende tot de lichtin
gen 1904, 1905 en 1906.
Aan bot onderzoek behoeft niet te worden deel
genomen door hen, die in het genot zijn van
t ij d e i ij k verlof en voorts niet door
a. de verlofgangers, aan wie vergunning is ver
leend tot uitoefening van de zeevaart of de zeevis-
scherij buitenslands of toestemming tot verhip in
het buitenland, en aan wie, betzij gelijktijdig met
die vergunning of toestemming, betzij 'n verband
daarmede, later afzonderlijk vrijstelling van het
onderzoek is verleend, dan wel is toegestaan dat
onderzoek in de maand November of December van
het loopende jaar te ondergaan
b. de verlofgangers, aan wie ter zake van de
uitoefening van bun beroep of bedrijf dan wel wegens
andere bijzondere omstandigheden vergunning is
verleend het onderzoek in een der hiervoren onder
a genoemde maanden te ondergaan
c. de verlofgangers, die in het loopende jaar,
vóór den dag hierboven als dag van onderzoek aan
gegeven, uit anderen hoofde dan voor straf onder
de wapenen zijn geweest;
d. de verlofgangers, die bestemd zijn om in het
loopende jaar voof herhalingsoefeningen onder de
wapenen te komen
e. de verlofgangers, die bestemd zijn om met 1
Augustus van bet loopende jaar eenen verlengden
militiedienst bij de Landweer te volbrengen
f. de verlofgangers, die in het genot zijn van
ontheffing vsd den werkeljjken dieBSt of van uitstel
van eerete-oefening
g. de adspirant-militie-officierenen
h. de verlofgangers van de Exploitatie-Compagnie
der Spoorwegafdeeling van het Regiment Genie-
troepeo.
Voort# wordt de aandacht gevestigd op de vol.
gende wetsbepalingen
dat de verlofganger bij dit onderzoek moet ver
schijnen in uniform gekleed, en voorzien van de
kleeding- en uitrustingstukken, hem bij zjjn vertrek
met verlof medegegeven, van zijn zakboekje en van
zjjn verlofpas;
dat een arrest van twee tot zsb dagen, te onder
gaan in de naastbij gelegen provooBt of het naastbij
zijnde huis van bewaring, door den Militiecommis-
2.)
„Dat hoeft ook niet. Voor vijftig duizend dollar
wil ik den titel en den vloek, kortom den beelen
rommel van je koopen en dan maak ik je mijn
compagnon."
„Meent u dat werkelijk vroeg Phillips adem
loos, een paar passen naderkoraend.
„Eigenlijk ben je een gek, Phillips; maar kijk nu
®e"8 ,h,or> a'8 i'K nu den titel aanneem, komt my
ook den vloek toe en jij bent buiten schot met
tienduizend dollar per jaar te verteren. Nu, wat zeg
je daarvan 1"
„Het lijkt onmogelijk en 'tis onmogelijk I Wjj
kunnen het noodlot niet misleider)."
„Och loop naar de maan met je noodlot," riep
Hartleigh ongeduldig. „Daarbij, je dacht het tóch te
verschalken door weg te loopen en den titel niet
aan te nomen. Mijn hemel, of je wilt of niet, je bent
tóch de laatste markies van AbbercorabieNeem
mjjn voorstel aan't is in elk geval in je voordeel
Als ik den titel aanneem, zal ik den vloek óok wel
krijgen."
„Werkelijk vroeg de man, terwijl zjjn blik zich
plotseling verhelderde als by een kind, dat reeds
half voldaan is.
„Zeker. Nu, neem je 'taan?
„Ja" bracht Phillips eindelijk aarzelend uit„ik
neem het aan."
„Dat is dus afgesproken. Maar denk er bqd, geen
gekheden I Als ik den vloek overleefd heb en or is
geen gevaar meer, probeer je niet, mg er weer uit
sarie kan wordeu opgelegd.aan den verlofganger:
lo. die zouder geldige reden niet het by onder
zoek verschijnt;
2o. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige
reden niet voorzien is van de biervoren vermelde
voorwerpen
3o. wiens Weeding- of uitrustingstukken bij bet
onderzoek uiet in voldoendeu siaat worden bevonden
4o. die kleeding- of uitrustingstukkeu, aan een
ander behoorende, als de zijne vertoont;
dat, onverminderd de hiervoren genoemde straf
van twee tot zes dagen arrest, de verlofganger, die
zich schuldig maakt aan een der feiten daarbij onder
lo. tot 4o. genoemd, wordt opgeroepen om op een
nader te bepalen tijd en plaats voor deu Militie-
commissaris te verschijnen tot hot ondergaan van
een nader onderzoek
dat de manschappen der militie te land worden
geacht onder de wapenen te zijn niet alleen gedu-
rende den tijd, dien het onderzoek duurt, maar iu
het algemeen, wanneer zij in uniform zijn gekleed,
zoodat zij, die ongeregeldhedon plegen of zich aan
strafbare feiten schuldig maken, hetzy bg bet gaan
naar de plaats voor het onderzoek bestemd, betzij
gedurende bet onderzoek of bij het naar huis keeren,
te dier zake zullen worden gestraft volgeus het
Crimineel Wetboek en het Reglement van Krijgs
tucht voor bet krijgsvolk te lande.
De verlofganger, die bg herhaling kleeding - of
uitrustingsiukkcu, aan een ander behoorende,als de
zijne vertoont, wordt in werkelijken dienst geroepen
en daarin gedurende ten hoogste drie maanden ge
houden. De duur van dezen dienst wordt door den
Minister van Oorlog bepaald.
Do verlofganger, die niet voldoet aan een oproe
ping tot werkelyken dienst, wordt, na daartoe ver-
eisebte lastgeving van den Minister van Oorlog, als
deserteur afgevoerd en behandeld.
Nog worden de verlofgangers opmerkzaam gemaakt,
dat het niet-ontvangen eeuer bijzondere kennisgeving
hen niet ontheft van hun verplichting tot deelne
ming aan het onderzoek, maar dat deze openbare
kennisgeving eenig en alleen als bewijs geldt,
dat de verlofganger behoorlijk is geroepen.
Ingeval ziekte of gebreken de opkomst mochten
verhinderen, moet daarvan blijken door overlegging
van eene gezegelde en gelegaliseerde geneeskundige
verklaring. Geldt bet verlofgangers, aan wie wegens
onvermogen een ongezegelde verklaring is afgegeven,
dan kan deze aldus, ter verzending aan wien behoort,
ter Gemeente secretarie worden ingeleverd. Betreft
hot verlofgangers aan wie, in verband met een
vorig onderzoek als hier bedoeld, door den zelfden
geneeskundige reeds eeu verklariug is uitgereikt,
dan kan ook voor niet-onvermogendep met eene
ongezegelde en niet-gelegaliseerde verklaring worden
volstaan.
Aan den verlofganger kan op zijn daartoe aan den
Militie-commissaris van zjjn district te richten en
wet redenen omkleed verzoek worden vergund, het
onderzoek in eene andere Gemeente des Rijks te
ondergaan. Maakt een verlofganger, aan wien eene
zoodanige vergunning is verleend, daarvan geen ge
bruik, dan wordt deze geacht niet te zjjn verleend.
Amersfoort, 23 Mei 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
te jagen; anders, zoo waar als ik leef..
„Neen, neen, meneer Hartleigh, wees daar maar
niet bang voor; maar begrijpt u wel goed, wat u
doen wilt? Het is geen bakersprookje; driehonderd
jaar lang is geen markies van Abbercombie in zijn
bed gestorven driehonderd
„Ja, mijn beste kerel, ik weet dat nu wel; korn-
aaD, laat ons gaan lunchenwjj kunnen dan nog
eens praten over ouzo plannen." En de inillionnair
stak zjjn arm door die van den markies.
Aristocratisch Engeland lachte wel een beetje om
don nieuwen markies van Abbercombie, doch het was
een welwillende glimlach. Het klonk vreemd, het
hoofd van een der oudste families va n Engeland door
zijn neus te hooren spreken of te hooren hoe hg
zijn woorden in lettergrepen verdeelde: „de Ver-
een-ig-de Sta-ten van Amurca". Hot was iets onge-
woous, een Engelsehen pair steeds bereid ie vindon
tot wedden en die een bat als een „springpartij"
beschreefdoch over 'l algemeen vond men hem
een goeden kerel en vergaf men hem zijn eigenaar
digheden en lachte er om.
Reeds vijf jaar bracht de nieuwe markies zoo nu
eu dan oenigen tijd door in het huis, dat hij op
den „voorvaderlijken" grond had laten bouwen,
spottend met bet noodlot, zyn gezondheid drinkend
en hem uitdagend toch iets van zich te doen hooren,
er toch aan te denken, dat er nog een Abbercombie
uit te roeien wa9, of, zooala bij het noemde op zijn
grappige Yankee-manier: „de laatste sehoone jonk
vrouw gereed om den draak als diner te dienen".
Reeds vijf jaar lang wachtte Oswald Phillips—eerst
met angst, toen met heimelijk ongeduld en nu baast
met biltorheid op het einde, dat maar niet kwam.
Op een bal, van de Hertogin van Coniston zat
Oswald Phillips, die schitterde in de heerlijkheid,
die van zjjn compagnon den pseudo-markies af
straalde, naast een jong meisje, dat hoewel volstrekt
geen aanspraak kunnende maken op eenigen titel,
Voorkoming van brand.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT
herinneren alle ingezetenen aan bet bepaalde bij
art. 39 der Verordening houdende bepalingen ter
voorkoming van brand, luidende als volgt
„Het is verboden, gasvlammen te doeo branden
zonder warmtekeerend bedeksel of glasomgeving,
wanneer de vlam uiet minstens 1.60 Meter van don
zolder of van alle andere voor ontvlamming licht
vatbare voorwerpen verwijderd is".
Amersfoort, 26 Mei 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
Prof. di'. B. D. Eerdmans, kerkelijk hoog
leeraar aan de Rijks-universileit te Leiden,
hoopt morgenochtend te halt' elf voor te
gaan bij de godsdienstoefening in de Re-
monstrantsche kerk hier.
In de openbare vergadering van den Raad
dezer Gemeente, welke gehouden woidt op
Dinsdag 2S dezer, des middags half twee, zullen
aan de orde worden gesteld de volgende
Punten van behandeling
1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot aankoop van eenige perceelen, gelegen aan
het Kleine Spui en het Plantsoen.
2. Nader rapport van Burgemeester en Wet
houders betreffende hun voorstel tot schenking
en onderhandschen verkoop van eenige Gemeente
eigendommen, gebruikt in het tijdelijk Zieken
huis.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot uitbetaling van vacature-gelden aan de
politie.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het geven van eervol ontslag aan de onder
wijzeres C. W. Westenberg (Meisjesschool).
5. Voorstel van Burgemeester eu Wethouders
tot het geven van eervol ontslag aan den
onderwijzer H. G. Verhaar (school Puntenbur
gerlaan).
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het geven van verlof wegens ziekte aan den
onderwijzer O. Akkerman.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot hetniet houden van overgangs-examens aan
het Gymnasium voor den cursus 19061907.
8. "Rapport van Burgemeester en Wethouders
betreffende wijziging der Pensioenverordening.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot onderhandsche verpachting van een terrein
tijdens de Jaarmarkten 190S tot 1910.
10. Rapport van Burgemeester en Wethouders
betreffende een adres van J. Dekkers, tot afstaan
van een staanplaats voor de aanstaande Jaar
markt.
11. Rapport en voorstel van Burgemeester
en Wethouders betreffende een reclame van L.
G. Hebing, tegen zijn aanslag in het vergun
ningsrecht.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het geven van een crediet van 1150 voor
subsidie voor het in 1907 te houden gymnastiek-
feest.
13. V oorstel Yan Burgemeester en Wethouders
tot het beschikbaar stellen van een medaille ter
gelegenheid van het in 1907 te houden Interna
tionaal kegelconconrs.
14. Rapport en voorstel van Burgemeester en
Wethouders betreffende wijziging der besteksbe
palingen.
15. Voorstel tot het doen van een betaling
uit het artikel der Begrooting „Onvoorziene
uitgaven", dienst 1906.
16. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot wijziging der Begrootingen voor 1906 en
1907 iu verband met overbrenging van een ge
deelte van het saldo dienstjaar 1905 van de
Begrooting dienstjaar 1907 op die van 1906.
17- Voorstellen van Burgemeester en Wet
houders tot wijziging der Begrootingen dienst
jaren 1906 en 1907 (buitengewone werken).
18. Voorstellen van Burgemeester en Wet
houders tot het doen van af- en overschrijvingen
op de Begrooting dienst 1906 en tot wijziging
dier Begrooting.
19. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het aangaan eener geldleening ad f60000.
20. Vaststelling eerste kohier Straatbelasting,
dienstjaar 1907.
21. Voorstel tot het verleenen van afschrij
ving van plaatselijke directe belasting naar het
inkomen, dienstjaar 1906, wegens vertrek en
overlijden.
Aan den heer A. Palm is, op zijn verzoek,
met ingang van 1 Juni eervol ontslag ver
leend als adjunct-inspecteur van politie hier.
Het Staats-examen voor de studie aan een
Universiteit zal worden afgenomen t9 Utrecht
van 11 Juli tot 19 Augustus, op alle werk-
toch de erkende schoonheid van den Londeuschen
season was.
Er was maar een roep over haar schoonheid, zelfs
haar beste vriendiunen moesten dit, hoewel met
tegenzit), erkennen. Het toppunt van roem bad zij be-
reiat, doordat haar portretten voor twee shilling per
stuk verkocht werden aau ieder, die er geld voor
over had.
„Ik dweep gewoon met je compagnon, den mar
kies", fluisterde zij tegen Oswald, terwijl zij in een
half verlicht hoekje van den wintertuin zaten en de
droomerige melodie van een wals zoo nu en dan tot
hen doordrong.
„Dwepen is wel wat heel 9terk gezegd," antwoordde
by, zich tot haar overbuigend en beur haar liof-
koozend met zijn wang. „Zeg liever bewonderon, lie
veling."
„Maar het is meer dan bewonderen", lachte zij.
„Hij is zoo heel anders dan iedereen, dien ik ken."
„Natuurlijk hij is immers een markies," was
het eenigszius norsche antwoord. „Een Amerikaan-
sehe markies; natuurlijk is hg heel anders dan
iedereen."
„O, Oswald, wat beu je onverdraaglijk jaloerecb,"
riep Sybil Dorrington wrevelig, terwijl zij baar wenk
brauwen even optrok en een booze trek om haar
mond kwam. „Je weet niet, noch kan 't je ietssche-
len, al wat ik voor je opgeofferd heb. Je schijnt er
pleizier in te hebben, als ik nog eens een pretje
heb, bet te bederven. Ik sta duizend angsten uit als
zc het thuis hooren, dat ik geëngageerd ben met
een gewoon iemand en nu maak je 'tnog zooveel
te erger voor mij, door mij zoo te plagen."
„Een gewoon iemand?" herhaalde by.
„Ja, je bent maar heel gewoon," zeide zy, geme
lijk de orchideëo, die hij haar gezonden had, Ont
bladerend. „Je hebt geld, maar dat heb ik öok
dat is niet wat ze van my verwachten. Ze willen,
dat ik een titel zal trouwenik heb alles voor jé
opgeofferd en toch plaag je mij altijd zoo."
De heer J. Vervloot, stations-chef te
Alkmaar, is met ingang van 1 Juni benoemd
tot stations-chef te Amersfoort, ter vervan
ging van den heer H. R. Krapels, die op
aien datum zal optreden als chef van het
centraal-station te Amsteidam.
De heer J. S. Theissen is aan de Rijks
universiteit te Leiden met lof gepromoveerd
tot doctor in de Nederlandsche letteren.
De bij het 5o regiment infanterie nieuw
benoemde militie-luitenant A. A. de Haas
werd hedenochtend beëedigd en in functie
gesteld.
Na de plechtigheid maakte het regiment
een militaire wandeling door de stad.
Zij keek hem aan met baar mooie oogen, die wa
ren verduisterd door tranen, want zjj bad zielsmede
lijden met zichzelf en geloofde vast aan haar helden
moed.
„Sybil!" riep bij, ziju arm om haar heen slaande
en haar naar zich toetrekkend, „Sybil, lieveling, zeg
dat niet. O, ik weet, dat ik een ellendeling ben; ik
ben onredelijk en jaloersch je hebt gelyk ik
weet 't maar je moet het mg vergeven, 't komt
omdat ik je zoo lief heb. Ik weet watje om mijnent
wille te dragen hebt, maar o, lieveling, ik heb je
zoo lief en je hebt mij óok lief niet waar?"
„Ja," antwoordde zij met een snik eenflauwea
snik, die geen afbreuk deed aan haar schoonheid,
zooals echt huilen gewoonlijk doet.
„Ik heb je lief, Oswald, maar..."
„Nu wat, lieveling
„O als jij de markies van Abbercombie was, wat
zou alles dan veel gemakkelijker voor mij zijn 1"
„Waarom?" vroeg hij streng.
„Je weet, Oswald, wat ze thuis van mij verwach
ten."
Zij waren beiden opgestaan en stonden nu vlak
tegenover elkaar.
„Nu, eu
„O, je doet mij pijn aan myn arm!"
„Je bedoelt, dat, els je wilt, je mg bedanken kunt
en den markies trouwen, hè Maar dit zeg ik je
ik ben niet iemand, die met zich laat Bpelen.
mg aannemen, zeggen, dat je mij liefhebt en dan
mij bedanken omdat je dat zoo beter uitkomt. Ik
heb je lief met mijn goheele ziel, je bent mqn leven,
ik aanbid je en je hebt gezegd, dat je myu liafde
beantwoordde. Je mag nu niet meer terugkrabbelen.
Zelfs al zou je mg haten, laat ik je niet meer lo*
Je kunt niet meer veranderen en dat zal je ook
niet, want zoo waar als ik leef, ik dood den man
die lussehen ons komt, markies of geen markies."
(Wordt vervolgd.)