Donderdag 14
November 1907.
OH TWEE ion.
No. 7427.
57e Jaargang.
Feuilleton.
Vergeet vooral niet
UITGAVE:
FIRMA A. H. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
franco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosfeloos. Legale, oflicieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT9
Telephoon 19.
kennisgevingen.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT
Brengt ter kenniB vau de ingezetenen dozer Gemeen
te, dat de door den Directeur van 'sRijks directe be
lastingen, enz. te Utrecht executoor verklaarde
kohieren No. 10 en 11 van de
Personoele Belasting
over het dienstjaar 1907 aan den Ontvanger van
'sRyks directe belastingen alhier zijn ter hand gesteld,
aau wieu ieder verplicht is, zijnen aanslag op den
bij de wet bepaalden voet te voldoen.
Gedaan et) op de daarvoor gebruikelijke plaatsen
aangeplakt te Amersfoort, den 13. November 1907.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente AMERSFOORT,
Gelet op artt. 6 en 7 der HINDERWET,
Brengen ter kennis van het publiek, dat een door
PETER LOBEL ingediend verzoek, met bylagen,
om vergunning tot het oprichten van eene inriohtlng,
bestemd tot bewaring van lompen in het perceel alhier
gelegen aan den Leusderweg No. 7, bij het Kadaster
bekend onder Sectie C. No. 776, op de Secretarie der
Gemeente ter visie ligt, en dat op Donderdag, den
28. November aanstaande, des voormiddag6 te half
elf uren, gelegenheid ten liaadbuize wordt gegeven
om, ten overstaan van bel Gemeentebestuur of vau
een of meer zijner leden, bezwaren tegen het
oprichten van de iurichting in te brengen.
Tot het beroep, bedoeld in artikel 16, le lid der
Hinderwet, zijn, volgens de bestaaade jurisprudentie
alleen zij gerechtigd, die overeenkomstig art. 7 der
Hinderwet voor het Gemeentebestuur of een of meer
zyner leden zijn verschenen, teneinde hunne
bezwaren mondeling toe te lichten.
Amersfoort, 13 November 1907.
Burgemeeste r en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
ScUietoefeuiugen.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat vol
gens mededeeling vau den Minister vau Oorlog niet
alleen op 12 en 13, maar zoo noodig ook op 14 en
15 November 1907 eene schietoefening zal worden
gehouden van het fort Pampus. Er zal gevuurd
worden met kanonnen van licht kaliber (6 c.M.)
waarbij onveilig wordt gemaakt een sector, begrensd
door de richtingen O. '/t Z. en Z. t. O. O- (67°)
tot op 4500 M. van het fort.
Op de dagen, waarop gevuurd wordt, zal vau bet
fort Pampus een rood» vlag waaieD, van minstens
éeu uur vóór den aanvang der schietoefeningen tot
aan het oiude daarvan; bovendien zullen tegelijker
tijd roode vlaggen waaien van de batterijen Diemer-
dam en Durgerdam. de Westbatterij nabij MuideD
en den kerktoren te Muiderberg.
Amersfoort, 13 November 1907.
De Burgemeester van Amersfoort,
WUIJTIERS.
Staats-sch uldboekj es.
Men weet, dat deze zijn ingevoerd sedert
1 November. Al een paar malen hebben we
getracht, er een le zien te krijgen om onze
lezers verder in te lichten na hetgeen we
vroeger er over schreven i het mocht ons
echter niet gelukken.
A
Plotseling sprong bij als geëlectriseerd op en nep
met ontroerdf stem„Kan dat wnar zijn? Jawel,
hier staat bel als telegrafisch bericht: „Newburg,
24 Maart. Hedenmorgen tien uur is John Elliot
plotseling in zijn woning aan een beroerte gestor-
VeAmos schelde en beval aan de binnenkomende
dienstmaagd, hem onmiddellijk een nommer der
Evening Post" te bezorgendaarna liep hij onrus
tig door de kamer op bd neer, tot hot meisje met
het gewenBchte nieuwsblad verscheen.
Terwijl deze zich weer verwijderde, zocht hy het
zelfde bericht ook in dit avondblad; eindelyk vond
hü het en las het ademloos door.
Als ware hij van een zware drukking bevryd, ver
hief zich zijn borst en hij riep
John Elliot dood! Ik ben gered! De dood van
dezen man maakt een ontdekking by na onmogelyk
Heden is het reeds te laat, maar morgen vroeg zal
mün eerste gang naar David H'< ks, naar de gevan
genis «ijn, om het hem te aeggen.
- dat hedenavond >Volksonderwijs" vergadert.
- dat Zaterdag en Zondag «Kunstbeschouwingen" een gedeelte van het werk
des heeren Van Weezei Errens exposeert.
- dat Maandag 18 dezer «Onderlinge Hulp" de vakvereenigingen weder ver
zamelt om te beslissen over werkloozen-verzekering.
schrijft er thans over:
De hoefijzer-correspondent van het «Rdbld."
Wij hebben een van de nieuwe «Staats-
scbuldboekjes" te zien gekregen en kunnen
er van getuigen, dat het bijzonder doelmatig
is ingericht. De boekjes zijn van formaat iets
smaller en ook iets minder hoog dan de
Spaarbankboekjes. Op de voorzijde van den
(groenen) omslag staat, behalve het Neder-
landsche wapen en het nummer van het
boekje, het volgende opschrift: «Staatsschuld
boekje, betrekking hebbende op het Postspaar
bankboekje (hier staat de naam vau het
kantoor van uitgifte van het Spaarbankboekje),
NoBinnenin vindt men, na een titel-
vel waarop de gewone opgaven omtrent den
houder, die ook in de Spaarbankboekjes voor
komen, vier (dubbele) bladzijden, elk met
ruimte voor 6 inschrijvingen. Elke bladzijde
is verdeeld in 5 kolommendagteekening,
aard der handeling (inschrijving of afschrij
ving), nominaal bedrag in letters en in cijfers,
en handteekening van den ambtenaar. Het
boekje wordt verstrekt in een zeer stevige®
zwarten band waarop in vergulde letters
„Rijks-Postspaarbank" te lezen staat, een band
dien men kosteloos krijgt en waarin, door
middel van een koordje, het Staatsschuld
boekje met het bijbehoorende Spaarbank
boekje ingeschoven zijn. Men bewaart de twee
boekjes dus vanzelf samen, maar kan het
eene of het andere uit den band halen. De
rente van het Staatsschuldboekje wordt, zoo-
dra zij opvorderbaar is, bijgeschreven op het
Spaarbankboekje.
Zooals men weet, zijn de Staatsschuldboekjes
geen Spaarbankboekjes, doch kleine Staats-
effecten. Er is dus daarbij onderscheid te
maken tusschen het n o tp i n a I e bedrag dat
er op ingeschreven staat (en waarover inen
rente trekt) en het r e ëe I e bedrag dat men
voor die inschrijving betaalt of' dat men er
voor krijgen kan. Dit laatste is afhankelijk
van den koers van den dag, namelijk den
koers van de tirootboekinschrij vingen, aange
zien het Staatsschuldboekje den houder eige
naar maakt van een kapitaalsinschrijving op
het Grootboek zonder hem den last te be
zorgen van de Grootboekformaliteiten. Vraagt
men nu een inschrijving op een Staatsschuld
boekje aan, dan krijgt men na enkele dagen
van de Rijks Postspaarbank een commis
sionairs-nota, waarvan wij hieronder een voor
beeld geven
Zoo vroeg als bezoekors by de gevangenen toege
laten werden, trad de beer Dwigbt den volgenden
ochtend David's cel binnen; hij werd evenwel door
dozen met zekere terughouding ontvangen, welke
hem pijnlijk aandeed.
De eerste vraag van bet jongemensch was naar
Magdaleuabezorgd informeerde hij er naar, boe
zyn verloofde de tegen hem ingebrachte beschuldiging
en zijn gevangenneming bad opgenomen, en zijn
J;elaat helderde op toen bij vernam, boe vast bet
ongemeisje op een spoedige, gelukkige opheldenug
vau bet onheilspellend duister rekende en boe hij
op baar onwankelbare liefde kou bouwen.
De makelaar begon thans bet eigelijken doel van
vroege bezoek te kenoen te geven; hij besprak zyn
Eevaar en David's nachtelijke reis. „Ik erken, mijn
rave Hicks, dat ik de ware oorzaak van je reis naar
Newburg heb vermoed", zeide hy.
„Ik kan me voorstellen, dat u dit thans duidelijk
geworden zou zyn", antwoordde David; „ik was
besloten, u voor de gevolgen vau uw «vyzo van bun
delen te bewaren. Ik kan me alleen niet begrijpen boe
U over bel geheel aan zulk een maatregel kon den
keu U moest toch weten, dat een ontdekking niet
kon uitblijven."
„Ik was tot wanhoop gevoerd kraukziuuig, als
je het zoo noemen wilt", antwoordde Dwight met
neergeslagen oogen „ik rekende op spoedige houo-
reoring van den check en daoht do zaak langs vreed-
zuinen weg te kunnen beëindigen."
Wilt u daarmede «eggen, dat u met Elliot wudet
No. 193.
RIJKSPOSTSPAARBANK.
Nota
betrekkelijk eene inschrijving op een Staats
schuldboekje, ingevolge de aanvraag, den 4en
Nov. 1907, ten bjjkantore teingediend,
en ter Directie ontvangen don 5en Nov. 1907
v. rn.
Ingeschreven den öen November 1907 in het
Staatsschuldboekje Serie A No. 193, een kapi
taal, grootnominaal f 150.rentende 3
ten honderd, berekend tegen den koers van
88%%f 138.13»
Bij (omdat inschrijving Groot
boek meer waard is dan Cer
tificaten van inschrijving) 0.19
Bij Va°/o wegens commissieloon. 0.19
Totaal f 133.50»
met welk totaal het tegoed op het spaarbank
boekje No. 2119 werd verminderd.
Aan het bijkantoor te zullen
bovenvermelde boekjes, zoodra mogelijk, wor
den toegezonden, ter uitreiking, tegen intrek
king van het bewijs van overneming.
Amsterdam, 6 Nov. 1907.
Do Directeur der Rijks Postspaarbank
Aan
den heer
gemakkelijke geldbelegging ook bij ons te
lande, evenals in België, wel ingang Zal vin
den.
De houder heeft dus nu, in de plaats van
een reëel bedrag van f 133.50%, dat hem
2.61% rente zou hebben afgeworpen, een
nominaal bedrag van f150 gekregen, dat hem
3% zal afwerpen. Alleen neemt hij descba-
dekans op zich van een mogelijke daling van
den koers dei' Staatsschuld waardoor hij wel
licht voor zijn f150, als hij die weder te
gelde zou willen maken, geen f 133.12% meer
zou kunnen krijgen. Daartegenover staat na
tuurlijk óok de kaus op waardestijging.
In 't algemeen echter zijn de Staatsschuld
boekjes vooral aanbevelenswaard voor hen
die over een zeker bedrag beschikken, waar
aan ze vooreerst niet behoeven te raken.
Een en snder vindt men zeer duidelijk en
bevattelijk uiteengezet in een handleidinkje,
dat achterin olk Staatsschuldboekje is ge
drukt.
De omstandigheid, dat het boekje waar
over wij de nota boyen weergaven, reeds het
nummer 193 draagt, schoon het slechts drie
dagen na de invoering van het nieuwe in-
stituut is aangevraagd, schijnt er op te wij-
I zen, «lat deze nieuwe vorm van sekure eu
I verrekenen hernam Hicks het hoofd schuddende.
„Waar wilde u het daartoe noodige geld vandaan
halen
„Je draagt kennis van mijn grondbezit in Colo
rado; mijn agent had me geschreven, dat de prijs
vau negentigduizend dollar, welke ik daarvoor had
bedougen, door een kooper was goedgevonden, eu
dat het geld vóór den 23steu, alzoo vóór eergiste
ren, in myn bezit zou kunnen ziju,"
„Ik bogryp den toestand, waarin de schelmachtige
wijze van bandeleu van Siratton Kout u gebracht
beeft, en uw berekening, om u er uit le redden
volkomen toch zou ik het nimmer voor mogelijk
gehouden hebben, dat u tot een vorvalsotiiug de
toevlucht coudt hebben kuunen nemen."
„Om 's hemelswil, spreek zacht!" bad de make
laar, iemand mocht hot hooren. Ik beken, dat ik
John Elliot's naam ouder den check verval-chte
maar ik hield me overtuigd, zyn handteekening
te bedrieglijk nagemaakt te hebben, dan dat iemand,
«vellicht niet eens hy zelf, do vorvalsoliing zou ont
dekt hebben, als hij niet wist dat hy geen check
tot een bedrag van twee ton had afgugoven. Ik wist
verder, dat Elliot dien check niet vöor de maande-
lijksche afrekening met zijn bankier te zien zou
krijgen en vóór dat tijdstip meeude ik in staat te
kunnen zyn, met het geld uit Colorado bet bedrag
te dekken, zelfs wanneer er oen kleine vert.aging
met de roniiso mocht plaats bobben. Gisteren even
wel ontving ik bericht uit Denver, dat de verkoop
niet is doorgegaan".
Het blijvend gedeelte.
Ter verklaring van «le verwarring, gesticht
door de mededeeling van den Minister van
Oorlog, dat het blijvend gedeelte in zijn ge
heel, d. w. z. op den ouden voet, met 1
December onder de wapenen zal moeten blij
ven wat het onderwerp uitmaakt van de
interpellatie, tot het houilen waarvan mr.
Marchant in de zitting van Vrijdag 1.1. verlof
gegeven werd geelt «Land en Volk" den
hoofdinhoud weer van twee brieven van den
Minister aun den Inspecteur der Infanterie.
De eerste is van 12 Juli 1907.
De Minister geeft last om aan te wijzen
voor den dienst van het blijvend gedeelte
der lichting 1967 le. twee ploegen van 1973
en 1929 man en 2e. een derde aanvullings-
ploeg van 433 man per regiment. De eerste
ploeg zal onder de wapenen moeten worden
gehouden van 30 November 19)7 tot 28
Maart 1908, de tweede van 27 Maart 1908
tot 20 Juli 1908.
«Uiterlijk vijf dagen na de loting voor het
bljjveud gedeelte moet aan de manschappen
v o o r 1 o o p i g en op 20 September d e f i-
n i t i e f worden medegedeeld, of zij al dan
niet tot het blijvend gedeelte, en zoo ja, tot
welke ploeg zij alsdan behooren. Na lualst-
gemelden datum mag, het geval van ruiling
uitgezonderd,- in de definitieve aanwijziging
geen verandering meer worden gebracht. De
tot korte oefening ingelijfde miliciens, die op
28 September a.s. eo de ter volledige oefe-
hiug ingelijfde miliciens, dieop 30 November
a.s. hun eerste-oefeningstijd hebben volbracht
en die op grond van hun getrokken of ge
ruild nummer niet tot een der ploegen van
het blijvend gedeelte behooren,wordenau-n
op de voor heri gemelde «lata in het genot
van groot-verlof gesteld. Evenzoo moeten de
miliciens, die met tijdelijk verlof zijn gezon
den en daarna door nummerverruiling in
bun dienst voor het blijvend gedeelte hebben
voorzien, in het genot van groot-verlof wor
den gesteld, zoodra die i uiling door den korps
commandant is toegestaan".
Op deze orders is men zijn gang gegaan.
De geheel machinerie van ruiling kwam in
werking. Men rekende hierop bij het aan
gaan en verbreken van maatschappelijke
verbintenissen.
Toen verscheen echter de brief van 3
October 1907.
Hierin deelt de Minister den Inspecteur
mede, dat hij toen hij zijn aanschrijving van
11 Juli uitgaf, in de verwachting verkeerde,
dat de Staten-Generaal tijdig zijn wetsont
werp betreffende het blijvende gedeelte van
1907 zouden afhandelen. Hij bepaalde daarom
de sterkte, overeenkomstig dat wetsontwerp,
op ongeveer van het maximum, dat de
„Dan kau de ontdekking niet uitblyvtn," hernam
David, „>vaut ik kon Joun EUiot te goed om niet
to weten, wat hij doen zal. U zult miju buurman
in miju cel worden, inijubeer Dwigul I"
De jonge man zweeg een paar secoudendaarop
vervolgde bij
„Ik reisde naar Newburg om den heer Elliot, die
een oude, opreehto vriend van mijn familie is,
to uiveu gunsten to bewerken en wilde heul bet
vermogen, dat me te «vachten staat, toi ouderpauil
aanbieden. U weet, dat ik langer dan een jaar zijn
secretaris was; i«c ken zijn handieekcniug boter dan
eenig ander persoon en vermoedde tersroud verva'.
selling, toen ik den ubeck iu Palmer's handen zag.
Desniettemin koesterde ik nog twijfel, tot een toeval
me eensklaps opheldering gaf.
„Een balt' uur na die ontdekking ontmoette ik
den heer Elliot op straat toen by juist op het punt
stond, naar Newburg terug te reizenvan beui ver
nam ik, dat liy beslist goveigerd had, u eenig
bedrug, «velk ook, voor to schieten. Ik wilde Pal-
uier bewegen, den check niet te verzilveren, doch
outmoette hem eerst «veder, toen hy het geld reeds
iu den zak had. Van myn iutiemen vriend, den
boekhouder der Bank, vernam ik daarop, dat de
heer EUiot last had gegeven, den volgenden dag
het saldo van ziju rekening iu te zenden."
(Wordt vervolgd).