Sram:^aTihr£sH?
5SS£.-.bk£=S
rrirBoud on pt sr
den Hof is daarvoor als aangewezen het terrein
van het oude Stadhuis. Ren markthal te dier
plaatse zal blijken geen sta in den weg te zijn.
Het marktplein herkrijgt daarmee zijn oorspron
kelijke afmeting. Voor het Havik zou overkluizing
van het Z. O. gedeelte tusschen 't Sluisje en de
brug Bloemendalsche binnenpoort, ten einde dfiür
een marktplaats te vinden, tevens een werkelijke
verbetering zijn van d'.t onooglijk en dood stads
gedeelte. Het N. W. fraai beplante einde van deze
gracht te bestemmen voor marktplaats, al is het
dan niet voor varkens, zou toch een jammer zijn.
Dan ia het eveneens schaduwrijke stille Zand meer
geschikt. Verplaatsing van de vischmarkt naar een
der toegangen van de door schoolgebouwen al over
dadig bezette openbare wandelplaats zou deze
nog meer ontsieren. Is de vischverkoop aan de
Langestraat hinderlijk voor het verkeer, dan is
de Oude Vischmarkt zeker meer geschikt daarvoor
dan de hoogerop gelegen St. Jorisbrug en om
geving.
Beantwoordt de voor varkensmarkt bestemde
plaats niet aan de eischen, dan is de Beestenmarkt
als daarvoor aangewezen.
Heffing van marktgeld ter dekking van kosten
van de aan te brengen verbeteringen in het
marktwezen is zeker billijk en uitvoerbaar.
Een lid wenscht als zijn opinie over de zaak
het volgende mede te deelen. De zaak is begon
nen 3 jaar geleden toen er een verzoek inkwam
van eenige personen buiten de Gemeente woon
achtig, gesteund door eenige kleine handelaars
uit de Gemeentein dit verzoek werd op het
bouwen van markthallen aangedrongen. Er zijn
toen twee plannen gemaakt, een van f 25000 en
een van f35 000; wegens de hooge kosten kwam
hier niets van. Daar deze zaak hem interesseerde,
ging hij sinds dien tijd steeds eens op de markt
kijkenhet is hem opgevallen, dat de botermarkt
steeds kleiner werd en dat de eierverkoopers,
die zulks wenschten, op de Botermarkt een plaats
vonden om hun handel te drijven. Grootendeels ech
ter koopen de kooplui de eieren op straat, en gebrui
ken niet eens de Botermarkt er voor. Zij zullen
dit blijven doen, ook al zijn er marktgebouwen.
Hoe ging het te Hilversum De botermarkt was
in het huis van Jan de Jongde Gemeente wilde
daarom een betere inrichting maken, bouwde
een boterhaldeze werd niet gebruikt en werd
veranderd in een spuitenhuis en than6 is zij af
gebroken.
Aangaande de Varkensmarkt wenscht hij op te
merken, dat reeds 350 jaar geleden daar varkens
markt gehouden werdzouden dan nu ineens
de 20ste eeuwsche varkens niet meer tegen de
zon kunnen Men wil de varkensmarkt verplaat
sen naar het Havik, en dan al het vuil de gracht
in spuiten wij kunnen dit veel beter, zooals thans
geschiedt, door de Reiniging laten ophalen.
Dan wordt voorgesteld marktgeld op levens
middelen te heffenterecht heeft de Raad reeds
tweemaal besloten dit niet te doen.
Het is voor onze stad noodzakelijk, dat groenten
en dergelijke levensmiddelen aangevoerd worden
wordt er marktgeld geheven dan zullen wij de
boeren van de markt drijven.
Een ander lid is het volkomen met den vorigen
spreker eensbovendien wenscht hij nog op te
merken, dat wanneer er groote markthallen ge
bouwd worden dit groote kosten zal mede brengen
deze kosten zullen niet betaald worden door de
boeren die er komen, doch de inwoners zullen
deze kosten moeten dragen, en er niet naar even
redigheid voordeel van trekken.
Een lid wijst nog op Bunschoten, waar een
afslaghuisje voor de visch werd verbouwd. In
het begin werd het gebruikt, thans is het te koop
en de vischverkoop geschiedt weder evenals
vroeger op den aanlegsteiger dadelijk bij het
lossen. Men kan de toestanden niet wijzigen
door markthallen de dames, die op den Berg
wonen, zullen niet op de markt hun groenten
komen koopen.
Het lid, dat de voorstellen van Handel en Nij
verheid verdedigt, komt op tegen de bewering
dat H. N. zou wenschen, dat het Havik na
gebruik als varkensmarkt schoon gespoten zou
moeten worden en alles de gracht in zou moeten
gaan.
Verder zegt hij dat. waar de boerenstand de
varkensmarkt niet verplaatst wil hebben, hij daar
niet verder op zal aandringen.
De eiermarkt moet echter volgens zijn meening
verbeterd worden.
Verder meent hij, dat de omstreken floreeren
moetendit kan bewerkt worden door de markt-
comroissie, door den Raad aangesteld.
De leden der afdeeling begrijpen niet, waarom
de Rand een dergelijke commissie moet benoemen
en vragen waarom Handel en Nijverheid zelf dit
laatste niet onder handen neemt.
Het lid, dat de plannen van H. N. verdedigt,
zegt dat die commissie meer invloed zal hebben
als de Raad haar benoemt.
Het meerendeel der overige leden ziet dit niet
in en zouden verder gaarne van den verdediger
vernemen hoe hij kan aantoonen, dat het bouwen
van markthallen het in cultuur brengen van de
streek rondom Amersfoort ten gevolge zal hebben.
Toen de verdediger niet overtuigend aantoonde,
dat dit het gevolg zou zijn, stelde de Voorzitter
voor de conclusies van het voorstel van B. en W.
strekkende tot afwijzende beschikking op het
adres van Handel en Nijverheid in stemming te
brengen.
Dit geschiedt.
Zij worden aangenomen met 6 tegen 1 stem,
terwijl een lid der afdeeling zich van stemmen
onthield
Hierna werd de vergadering gesloten.
De Rapporteur
H. KROES.
Vergadering van de tweede afdeeling
van den Raad op Dinsdag iO Maart
i908, des namiddags te half acht.
Aanwezig de Voorzitter, M. L. Celo9se, en de
leden, de heeren H. W. van Esveld, A. M. Tromp
van Holst. C. J. Plomp, D. Gerritsen, D. Rüyb,
A. H. van Kalken en S. J. van Duinen, benevens
de Burgemeester en de Gemeente-Secretaris.
De vergadering wordt geopend. Tot Rapporteur
wordt benoemd de heer D. Ruys.
De Voorzitter wenscht af te wijken van de
volgorde der agenda en eerst de concept-verorde
ning regelende de opname in de barak te behan
delen dit geschiedt.
Barak.
Bij de behandeling van art. 4 maakt een van
de leden de opmerking, dat de redactie van de
artikelen 4 en 5 alinea 1 niet met elkaar in over
eenstemming zijn, daar in art. 4 gesproken wordt
van voeding en verpleging" en in art 5 van
«verpleging", terwijl hier eveneens de voeding en
verpleging bedoeld wordt.
De afdeeling is het met deze opmerking eens
en noodigt Burgemeester en Wethouders uit, de
redactie van art. 5 in overeenstemming met die
van art. 4 te brengen. v
Bij de behandeling van de tarieven in art. 5
achten meerdere leden die niet juist. Zij wenschen
tarieven met meer onderscheidingen te hebben,
zoodat er bijv. bij elke klasse van aanslag reeds
verschil in tarief is. Zij zijn ook van oordeel, dat
delagere klassen vrij moeten zijn.
De afdeeling kan zich met deze opmerking ver
eenigen en noodigt Burgemeester en Wethouders
uit, in dien zin een wijziging in de tarieven te
brengen.
Bij de behandeling van dit artikel vraagt een
der leden hoe het met de betaling der verpleeg-
kosten voor een dienstbode zal gaan, zoodra het
Arbeidscontract is ingevoerd.
Toen medegedeeld werd, dat dan de werkgever
zes weken verpleegkosten zal moeten betalen,
tenzij volgens het contract de dienstbetrekking
reeds eerder eindigt, in welk geval de verplichting
tot betalen der verpleegkosten ook op dat tijd
stip zal eindigen, meenden eenige leden, dat het
wenschelijk was, in deze verordening de bepaling
op te nemen, dat voor een in de barak verpleegde
dienstbode overeenkomstig de bovenbedoelde be
paling van het Arbeidscontract door den werkgever
betaald zal moeten worden, tot een maximum van
zes weken, na welk tijdstip de verdere verpleging
in ieder geval voor kosten van de Gemeente zal
geschieden.
Het doel hiervan is, te voorkomen, dat zij,
die zich meer door de voorschriften der moraliteit
dan die der wet laten leiden, en hierdoor gedreven,
zich verplicht zouden zien ook verder voor de
verpleegkosten hunner dienstboden te zorgen,
zich daardoor grooter geldelijke offers zouden
moeten getroosten dan zij die zich slechts streng
aan de wettelijke bepalingen hielden.
De afdeeling vereenigt zich met dit gevoelen
en noodigt Burgemeester en Wethouders uit, een
redactie in dien zin te ontwerpen.
Bij artikel 5 alinea 5 wordt de vraag gesteld
hoe de berekening der te betalen verpleegkosten
gemaakt zal worden voor jongens die bij leeraren
in huis zijn en wier ouders niet in de Gemeente
woonachtig zijn.
De afdeoling wenscht, dat dit nader in dit arti
kel behaald zal worden.
Bij de behandeling van artikel 6 merkt een der
leden op, dat niet duidelijk is uitgedrukt wie tot
betaling der verpleegkosten verplicht is.
De afdeeling is het hiermede eens en verzoekt
aan Burgemeester en Wethouders, de redactie
zoodanig te wijzigen, dat dit er duidelijk uit blijkt.
Adres agenten van politie.
Aan de orde komt het adres der agenten van
politie.
De Burgemeester deelt mede, dat het college
van Burgemeester en Wethouders voornemens is,
aan den Raad voor to stellen de tractementen van
alle lagere politie-beambten toten met dat van den
ad'junct-inspecteur zoowel wat aanvangs-salaris
als-maximum salaris betreft, met f 25 te verhoogen.
Deze verhooging heeft echter geen betrekking op
de nachtwachten, daar het het doGl is, dezen lang
zamerhand op te heffen.
Een lid geeft als zijn meening te kennen, dat de
salarieering der politie-agenten alhier veel te laag
is; er zijn er die bepaald armoede lijden.
Een ander lid meent, dat de aanvangs-salarissen
en over het algemeen die der agenten derde klasse
te laag zijn; hierdoor geschiedt het, dat alle flinke,
jonge agenten trachten zoo spoedig mogelijk eenan-
dere betrekking te krijgen en wij hier met de minder
goede blijven zittenhij stelt daarom voor, de
agenten 3e klasse af te schaffen, alle agenten
dadelijk 2e klasse te maken, en bovendion alle
salarissen met 25 gulden te verhoogen.
Een lid wenscht ook de nachtwachten in de ver
hooging te doen deelen.
Een ander lid meent, dat het wenschelijk is een
fatalen termijn te bepalen waarop het geheele korps
nachtwachten opgeheven moet zijn.
Ten slotte besluit de afdeeling aan Burgemeester
en Wethouders voor te stellen, te overwegen of het
niet wenschelijk zou zijn, den rang van agent derde
klasse te doen vervallen en ze allen tot agent
tweede klasse te makenen overigens alle aan-
vangs- en maximum-bedragen der salarissen tot
en met dat van den adjunct-inspecteur met 25 gulden
te verhoogen en ook de nachtwachten in deze
verhooging te doen deelen.
Marktwezen.
Aan de orde komt het adres van «Handel en
Nijverheid" omtrent het marktwezen en de daarbij
gewisselde stukken.
Een der leden zegt: Reeds jaren geloden heeft
men zich met deze zaak beziggehouden«Handel
en Nijverheid" heeft haar slechts weder in beweging
gebracht. Al het voor en tegen is van alle zijden
bekekenik wensch daarom thans niet weder elk
punt opnieuw te verdedigen slechts wensch ik
te constateeren, dat iedere winkelier er belang bij
heeft, dat de omgeving van Amersfoort zoo koop
krachtig mogelijk is.
Naar mijne meening zal men dit zeer kunnen
bevorderen door het marktwezen te verbeteren.
Daarom acht ik het tot stand komen der plannen
van «Handel en Nijverheid" van zeer groot belang
voor de Gemeente.
Eon ander lid doelt mede, dat hij de stukken
indertijd gelezen heeft en die thans herlezen heeft,
en nog niet weet wat hij zeggen moet. De toestand
is slecht en er moet wat gedaan wordenhij is
tegen het lapmiddel, dat Burgemeester en Wet
houders aan de hand doen. Een feit is dat in
weerwil van de slechte toestanden de omgeving
van Amersfoort vooruit gaat; de boeren worden
meer ontw.kkeld, maar er moot nog meer gedaan
worden om de omgeving vooruit te brengen en pro
ductief te maken en dit doel moeten wij op alle ma-
nwren trachten te bereiken.
Een ander lid zegt, dat hij den toon der stuk
ken, die gewisseld zijn, niet goed vindt; er werden
onaangenaamheden in gezegddit schaadde de
goede zaak, die er het onderwerp van was- dit
Ta8! T u Verï0lg "a«elate" worden. Hel he-
«waar van Burgemeester en Wethouders, dat het
Havik vervuden zal wanneer aldaar varkensmarkt
gehouden en na afloop daarvan de straat schoon
gespoten wordt, is geen onoverkomelijk beswaar™
plaatsen AmêrsLrt^
«Ik?'voorstel'danTa" m8' °en b",,Mld ui'«6'
gedaan moei worden.