Donderdag 25
April 1908.
No. 7496.
57e Jaargang.
FIRMA A. H. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.
franco per post f 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. B(j regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosieloos. Legale, otlicieële- en onteigenings-
ailvortentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Oroote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
KORTEGRACHT f.
Postbus 9.
Telephone 10
GEWI8SELUE STUKKEN.
Burgemeester en Wethouders deden onder dag-
teekening van 30 Maart het volgende voorstel
aan den Raad
Bij uw besluit van '20 Augustus 1907, No. 280,
werd uitgesproken, dat eene wijziging der Veror
dening, houdende bepalingen in acht te nomen bij
het overdragen aan do Gemeente van straten of
wegen, of gronden tot het aanleggen van straten
of wegen bestemd, in den zin als door ons aan
gegeven is in ons rapport van 15 Augustus 1907,
Af deeling I, no. 1165, wenschelijk is en werden
wij uitgenoodigd, voorstellen tot wijziging dier
verordening in te dienen.
Ter vervulling van die opdracht hebben wij de
eer u de hierbijgaande concept-verordening ter
overweging aan te biedenbij de uitwerking is
gebleken, dat het doelmatiger is, eene nieuwe ver
ordening vast te stellen, dan de thans geldende
te wijzigen.
Aanleiding tot de bovengenoemde uitnoodiging
was de vraag of bij overname van gronden, be
stemd voor straten of wegen, door de belang
hebbenden de geraamde kosten moeten worden
gestort, waarna de goheele risico voor de Gemeente
zal zijn, dan wel of de risico tot na geheele uit
voering van het werk voor rekening van den
adressant zal blijven, zoodat hij ten slotte slechts
de werkelijke kosten zal betalen, in beide ge
vallen vermeerderd met de storting voor onderhoud.
De geldende verordening omhelst hot eerste
standpunt.
Wij schreven in ons rapport van 15 Augustus:
„In plaats van deze regeling kan nu bepaald wor
den, dat de belanghebbende zich moet verbinden,
de werkelijke kosten, zoodra deze vastgesteld kun
nen worden, aan de Gemeente te zullen vergoeden
en voor de nakoming dezer verplichting een zeker
bedrag, hetzij in gold, hetzij in waardevolle papieren
als pand moet deponeeren. Het zal daarbij aan
beveling verdienen, het bedrag van hetpand naar
een zekere verhouding hooger te stellen dan de
geraamde kosten, opdat de mogelijkheid vermeden
worde, dat de Gemeente schade zal lijden indien
de werkelijke kosten de geraamde overtreffen.
De 20 pCt. van de kosten van hardmaking. die
gestort worden ter gemoetkoming in de kosten van
eerste onderhoud, zullen dan evenwel berekend
moeten worden naar do geraamde kosten der
hardmaking, niet naar die waarvoor, bij aanbe
steding, de hardmaking aangenomen wordt.
„Immers, het geval zal zich, bij wijziging dezer
verordening in bovenstaanden zin, vermoedelijk
dikwijls voordoen, dat de oorspronkelijke adres
sant zelf inschrijft voor het hardmaken der wegen
en wel indien hij gaarne het werk zelf wil
uitvoeren voor een som, die benoden de w e r-
k e 1 ij k e kosten zal zijn. Nadeel voor hem brengt
een te lage inschrijving niet mede, immers als
het hardmaken van den weg voor weinig gold
aangenomen wordt, behoeft hij als oorspronke
lijk adressant tot overname der wegen ook
slechts weinig aan de Gemeente te betalen.
«Wenscht hij dus, dat bij de publieke aanbeste
ding hein het werk wordt opgedragen, dan zal hij
zonder eenig nadeel, voor een te lagen prijs kunnen
inschrijven.
»Het springt evenwel in het oog, dat de 20 pCt.,
die voor onderhoud gestort moet worden, niet
naar een som bepaald mag worden, die om de
aangegeven reden dikwijls niet de juisto kosten van
hardmaking zal aangeven".
In du thans aangeboden verordening is deze
regeling uitgewerkt.
In art. 4 is de verplichting voor den overdrager
vastgelegd tot betaling van de kosten.
Art. 5 stelt vast, voor welke werken deze ver
plichting geldt.
Art. 6 bepaalt op welke wijze de overdrager of
voorloopig betalen kan, of een pand moet depo
neeren.
Artt. 7 en 8 regelen de definitieve afrekening.
Wij vermoeden, dat de aangehaalde artikelen geen
verdere toelichting behoeven. Slechts zij nog op
gemerkt, dat het, indien do aanvrager gold gooft,
en geen effecten bf andore geldswaardige papieren,
aanbevoling verdient, dit geld niet to boschouwen
als oen pand, maar als een voorloopige betaling,
behoudens latere afrekeningvandaar hot "verschil
in do redactie tusschen do le en de 2e zinsmede
van art. 6 onder a.
In deze verordening hebben wij uitdrukkelijk
onderscheid gemaakt tusschen terreinen die nog
geen openbare verkeersweg waren (art. 2 en vol
gende) en reeds bestaande openbare verkeerswegen
(art. 13). De bepalingen betreffende de eerste
categorie zijn wel nimmer door U op do tweede
toegepast, al werd in de verordening geen onder
scheid gemaakt; het komt ons toch juister voor, het
onderscheid ook in de verordening vast te leggen.
Nog kan hot van belang zijn, op art. 12 de
aandacht to vestigen. Een bepaling van dezelfde
strekking bevatte art. 3 oud. In zeker opzicht is
dit artikel overbodig, de beteekenis van eene ver
ordening als deze toch is geen andere, dan dat
door U zelf een richtsnoer wordt vastgesteld,
waarnaar in bepaalde gevallen gehandeld zal wor
den, zonder dat hierdoor evenwel de bevoegdheid
voor U verloren gaat, hiervan af te wijken. De
verordening zal daarbij tevens voor belangheb
benden eene aanwijzing zijn van do eischen, die
uwe vergadering in den regel stelt voor overname
van terreinen, voor den aanleg van openbare
verkeerswegen bestemd. Om deze reden is een
bepaling, als vervat in art. 12 zooal overbodig,
dan toch iu ieder geval zeer wenschelijk.
lie Commissie van Wetgeving is omtrent het
ontwerp gehoord en vereemgt er zich mede.
De concept-verordening is van dezen inhoud
Artikel 1.
Indien de eigenaar van een openbaren ver
keersweg of van een terrein, dat hij bestemd heeft
voor openbaren verkeersweg, wenscht dien weg
of dat terrein aan do Gemeente in eigendom over
te dragen, richt hij een daartoe strekkend verzoek
aan den Gameenteraad.
Artikel 2.
Indien tot overname van een terrein, nog geen
openbare verkeersweg zijnde, besloten wordt, wor
den de artikelen 3 tot 11 in acht genomen.
Artikel 3.
De eigendom der terreinen moet kosteloos aan
de Gemeente overgedragen worden, onbezwaard
en vrij van alle lasten en erfdienstbaarheden.
De overdragende eigenaar moet zich verbinden
de Gemeente te zullen vrijwaren voor allo kosten,
schaden, en interessen, welke uit het bestaan van
hypothekaire inschrijvingen, lasten of erfdienst
baarheden voor de Gemeente mochtbu voortvloeien.
Een certificaat van onbezwaardheid moet de
eigenaar vóór de onderteekeni: .- der akte van
overdracht overleggen,
De overdrager moet deze verplichting op zijne
erfgenamen en andere rechtverkrijgenden over
dragen.
Artikel 4.
I)e overdragende eigenaar is verplicht, op de
wijze en order de voorwaarden in de artt. 6, 7
en 8 genoemd, te betalen alle kosten van den aan
leg van den verkeersweg, met bijbehoorende
werken, nader omschreven in art. 5 benovens de
eventueel door Burgemeester en Wethouders vast
te stellen bijrekening van kosten en voorts 20 pCt.
van de geraamde hosten van de hardmaking van
den verkeersweg, ter gemoetkoming in de kosten
van het oerste onderhoud.
Artikel 5.
Bij hot besluit waarbij tot overname dor terrei
nen besloten wordt, wordt tevens de raming der
kosten van aanleg van don verkeersweg, met bij
behoorende werken, vastgesteld.
De raming omvat de kosten van
a ophooging en op peil brongen van het terrein
b verharding;
c gasleiding en straatverlichting
d rioleering;
e brandkranon
f garantie der waterleiding
g andere werken, die door den Gemeenteraad
naar aanleiding van den aanleg van don vorkeors-
weg voorgeschreven worden
h toezicht op de uitvoering der werken.
Artikel 6,
De overdragende eigenaar is binnen voortion
dagen nadat net besluit te zijner konnis is go-
bracht, verplicht, schriftelijk aan Burgomooster en
Wethouders mede te doelen, of hij de voorwaarden,
in hot besluit gesteld, aanvaardt.
Indien hij do voorwaarden aanvaardt, is hij
binnen veertien dagen na het inzeilden zijner
verklaring verplicht;
u öf in handen en ten kantore van den Ge
meente-ontvanger in geld te storten het bedrag
van do raming, vastgesteld volgens art 5, tot
betaling, van de kosten der in art 5 gonoemde
werken en van de eventueele bijroker,ing, behou
dens nadere verrekening
öf in handen van Burgemeester en Wethouders
aan de Gemeente een pand te geven, bestaande iu
effecten of andore geldswaardige papieren ter
beoordeeling en ten genoego van Burgomoostor on
Wethouders tot een bedrag, dat 10 pCt hooger
is dan de raming, vastgesteld volgens art 5, welk
pand zal strekken tot vorzokening van de betaling
der in art. 5 genoemde werken en van de evontueele
bij reken ing;
b in handen en ten kantore van den Gemeente
ontvanger in geld te storten 20 pCt van de ge
raamde kosten van hardmaking
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd, op
schriftelijk verzoek van don overdragenden eige
naar de in lid. on 2 gonoemdo termijnen van 14
dagen beide ten hoogste tweemaal met voortien
dagen te verlengen.
Indien de overdragende eigenaar volgens het
2e lid onder a een pand heeft gogoven, is hij bö
eventueele daling van do waarde der effocton of
ander geldswaardige papieren, verplicht opeersto
aanzegging van Burgemeester en Wethouders zijn
pand te verhoogen tot 10 pCt boven do raming
van de kosten der in art. 5 genoemde werken en
van de eventueele bijrekening
Artikel 7.
Zoodra het bodrag van de werkelijke kosten
van de werken en van de eventueele bijrekening
vastgesteld is, wordt dit door Burgomoostor en
Wethouders aan don over dragenden eigenaar
schriftelijk opgegeven.
Indien de overdragende eigenaar volgena art.
6, 2e lid onder a botanld hooft, zal terstond de
afrekening plaats hebben het eventueel te veel
betaalde zal worden, teruggegeven hot eventueel
te weinig betaalde zal binnen drie dagen door
don overdragenden eigonaar aangozuiverd moeten
worden.
Indien de overdragende eigenaar volgens art
6, 2e lid onder a effecten of andere geldswaardige
papieren in pand heeft gegeven, zal hij binnen
veertien dagen, na ontvangBt van de in lid 1 van
dit artikel bedoelde kennisgeving, het daarin ge
noemde bedrag ten kantore en in handen van den
Gemeente ontvanger moeten betalen Indien de
betaling niet binnen den bepaalden tijd heeft plaats
gehad, zullen Burgemeester en Wethouders het
recht hebben, zonder sommatie het pand volgens
art. 1201 van het Burgerlijk Wetboek te doen ver-
koopen ton einde uit de opbrengst hot in lid 1
van dit artikel genoemde bedrag met de rente en
kosten te verhalen.
Do door Burgemeester en Wethouders vast te
stellen berekening van de werkelijke kosten en de
eventueele bijrekening zullen door den overdra
genden eigonaar als juist orkend worden, behou
dens zijne bevoegdheid zich n& de afrekening op
den Gemeenteraad te beroepen.
Artikel 8.
Op de tijdstippen, waarop volgens het
voor do uitvooring dor werken vaat te stellen
bestek de termijnen van betaling voldaan moeten
worden, ia de overdragende eigenaar, die volgens
art. 6 2o lid onder a oon pand gegeven heeft, ver
plicht in handen en ten kantore van den Ge
meente-ontvanger die termijnen te betalen Een
doel der ui pand gegeven waarden, zooveel moge
lijk ten nedrage van den betaalden tormijn. zal
door Burgemeester en Wethouders na betaling
teruggegeven worden.
Kosten op deze handelingen vallende, komen
ten laste van den overdragenden eigenaar.
Artikel 9.
De beoordeeling of boeten die den aannemer
opgelegd zijn. geheel of gedeeltelijk kwijtgescholden
zullen worden blijft aan den Gemeenteraad, zoodat
elke inmenging van de zijde van den overdragen
den eigenaar is buitengesloten.
Bij de borokoning van do werkelijke kosten
worden kwijtgescholden boeten hieronder begrepen.
Artikel 10.
Indien de overdragende eigenaar aan zijne
verplichtingen, omschreven in art. 6 niet binnen
de voorgeschreven termijnen voldoet, verliest het
besluit tot overname zijn kracht an wordtdoaan
vrage als vervallon beschouwd.