PHOENIX BOCK-
PATENT „ROSS"
Frou <i
BERN. BROM
Methorst <fe Van Lntterveld
SAFE DEPOSIT
bier, thans weder verkrijgbaar
zoolang de voorraad strekt.
KRACHTIG, HEERLIJK VOL VAN SMAAK.
Feuilleton.
THEA.
Van der ZOO de JONG Van OPHOVEN
Amersfoort. WestBlnfcel 43. Telefoon 93
Zetten gelden nit op prolongatie met
bewaring van het onderpand bij de Twent-
sche Trust-Maatschappij te Amsterdam.
Utrecht, Stadbuisbrug 4.
Arasterdam, Kalverstraat 13?.
Leidschestraat 78.
Telefoon 1314.
8178.
7851.
Wij hebben steeds voorhanden in het artikel Corsetlen
de laatste nouveautés van Parijs, waaronder de naar de
laatste raode slank makende modellen van af de courante
prijzen.
Grootste Corsetzaak in Nederland.
ONBREEKBAAR!!!
ONBREEKBAAR!!
GEVLOCHTEN GLOEIKOUSJES van REMIE-ZIJDEN
GAREN met ASBEST RIBBEN.
Wacht u voor ondeugdelijke namaak
Eisch op elk doosje het wettig gedepo-
poneerd Fabrieksmerk, een steigerend
paard.
Prijzen voor NORMAAL-KOUSEN
p. stuk f 0.30
p. doos van 12 stuks f 3.12
p. doos van 24 stuks f6.00
ook onder rembours.
Een proef is voor u van waar" en
Patenl-Ribben-GIoeikousjes.
Zy worden voor elk soort verlichting,
gemaakt.
VOORDEELEN
Geen openspringen overlangs.
Geen afvallen van den kop.
Intensief helder stralend licht van 130
tot 136 H. K.
Overtreffen door hunne duurzaamheid,
lichtsterkte, lichteffect en vastheid van vorm,
alle andere gloeikousjes.
Kunnen in afgebranden toestand zonder
eenig gevaar voor breken van den brander
afgenomen worden.
Zijn zelfs zoo sterk, dut zij in afgebran
de» toestand in h t water gestopt kunnen
worden; indien zij dau weder op den bran
der geplaatst worden, zullen zij even goed
branden als voorheen,
maakt u een blijvend gebruiker der Ross
alsook HANGEND licht (aller systemen)
Alleenverkooper voor Amersfoort eB omstreken
Langestraat 27, AMERSFOORT.
Kassiers en Commissionairs in Effecten.
(Commanditaire Vennooten H. OYENS ZONEN, te
amersfoort
Muurhuizen 15, (naast de Nederl. Rank).
Telephoon 49.
baarn
Mollerusstraat,
Telephoon 14.
Mevrouw
wed;,:^vd
sfee«7s de EchtA
IQ U
var-* dit merk voorzien
i3cuitfabriekx^„de Lindeboom"
Firma Wed. B.van Doesburg -
Vraagt ook onze fijngekruide BOTERSPECÜLAAS
en overheerlijk ZANDGEBAK, „Boterroulettes".
Ook verkrijgbaar in luxe-verpakking.
22.)
Bernburg wa9 zoo in de war, dat hij er zelfs
niet aan dacht, de gevallen pakjes op te rapen.
Hij keek baar bijna verschrikt aanhij bad
immers den hemel gevraagd hem een tet-ken te
geven. Was het nu louter toeval, dat hij Els
beth ontmoeite?
„Is u 't, freule? Waar komt u zoo opeens
vandaan
„En waar komt u vandaan? Ik had juist den
den hemel gesmeekt, mij een heer te zenden,
die mij wilde helpen, mijn pakjes te dragen. Ik
laat mij in de winkels alles maar dadelijk mee
geven, daar 't toch niet op tijd bezorgd wordt
doch achteraf heeft men er berouw over, dat
men beladen is als een pakpaard".
„Hebt u ookbij wilde vragen tot den
hemel gebeden", maar gelukkig slikte hij de
laatsle woorden nog bijtijds in. „Ik bedoel, Debt
u zich al uw pakjes mee latten geven verbe
terde hij zichzelf. Dan eindelijk bukte hij zich
om het gevallene op te rapen en haar terug te
geven.
„Maar ik kan onmogelijk alles dragen," riep
zij ia komische wanhoop uit, „ik geloof, dat
ik er ook zou hebben laten vallen, indien u
niet tegen mij aangeloopen was. Waaraan ducht
u eigenlijk keek heelemaal niet op."
„Waaraan ik dacht" hij wist werkelijk
niet wat hij moest antwoorden. „Dat kan ik u
op 't oogenblik niet zeggen, freulemisschien
later, wanneer wanneer. Maar u zult er toch
geen belang in stellenik heb namelijk straks
theorieles en nu dacht ik er over na, of ik 't
over de krijgsartikelen of over de regimentsge-
scbiedeni8 zou hebben. Het eene onderwerp is
nog vervelender dan 't andere, en van 't eene
weten de manschappen nog minder dan van 't
andere. Juist, dat was 't, waarover ik dacht".
Hij was blij, dat hij deze uitvlucht gevonden
had en trotsch en zelfbewust keek hij haar aan.
Nu eerst trof het hem, hoe lief zij er van
daag uitzag. Grrag had hij haar een compli
ment gemaakt, maar hij wist, daar hield zij niet
van. Zijn oogen moesten echter zijn gedachten
verraden hebben, want zij werd eenigzins verle
gen en sloeg haar oogen neer, terwijl meteen
het glimlachje waarmee zij zijn uitvlucht had
aangehoord van baar gelaat verdween.
Zeker had hij zich in gedachten beziggehou
den met zijn ophanden zijnde verloving. In alle
families werd immers over niets anders gespro
ken en dus sprak het als 't ware vanzelf, dat
hij aan niets anders dacht.
Een oogenblik stonden zij zwijgend tegenover
elkuar; toen zeide Elsbeth, doelend op zijn
laatste woorden
„Jammer, dat u naar de kazerne moet, anders
zou ik u gevraagd hebben, of u mij wilde ver
gezellen. Nu moet ik mijn pakjeB toch zelf
dragen."
»In geen geval," riep hy uit, „dat sta lk
nooit ofte nimmer toe; geef u maar alles hier."
En hij nam haar af, wut zij in de hand en
onder de armen droeg.
„Ziezoo, dat neem ik mee en in de kazerne
geef ik alles aan den compagnies-ordonnans
die brengt 't u dan wel thuis. Op zijn laatst
over een balf uur hebt u alles in uw bezit."
„En wanneer komt u zelf weer eens bij ons?
U weet, dot papa graag heeft, dat zijn officieren
eens komen oploopen."
„Wanneer ik weet, dat ik niet ongelegen
kom
„Ik zal papa zeggen, dat bij een avond met
u afspreekt; maar 't zal nu wel uw tijd zijn
Kijk, op den toren is 't al drie uuruw theo
rieles had eigenlijk al begonnen moeten zijn."
„Ik hoop, dat geen meerdere op den dwazen
inval komt, mij juist vandaag te controleeren.
O, die controle, freule, dat is een voogdijschap,
die den meerdere met recht een beleediging
voorkomt, wanneer ze hem zelf ten deel valt."
Elsbeth moest lachen en hij stemde er har
telijk mee iü.
„Zekerm tar maak n u, dat a weg komt,
anders is u klaar met uw theorie, vóór u er
mee begonnen bent."
„Dat zou heerlijk zijnriep hij zuchtend
uit.
Eindelijk nam hij toch afscheid en spoedde
hij zich naar de kazerne.
Toen hij de zaal binnenkwam, waar zijn man
schappen al op hem zaten te wachten, von 1 hij
daar tot zijn schrik majoor Von Rockhausen,
die eenB een theorieles kwam bijwonen. Vroe
ger was hij nooit zoo nieuwsgierig geweest, maar
in den tegenwoordigen tijd, nu 't regiment
binnenkort bijna garde zou worden, moest de
hoogere officieren ook bun aandacht aan klei
nigheden wijden. Het was immers best mogelijk,
dat Z. H., om zijn eigen niet geringe militaire
kennis eens te luchten, aan enkele manschappen
vragen zou stellen, en wanneer de kerels dan
het antwoord schuldig bleven, dan ja aan
dat „dan" moest je maar niet denken.
„Neem u mij niet kwalijk, majoor, dat ik mij
een paar minuten verlaat heb".
In plaats van te antwoorden, gaf de majoor
zijn luitenant een wenk met de oogen, hem te
volgen naar de corridor. In een stil hoekje gaf
hij hem een geducht standje:
„Dat noemt u een paar minuten, meneer?
Tien minuten is u te laatWat zeg ik, tien
bjjna elf en bovendien vind ik het z er on
gepast, dat u hier verschijnt, bedolven onder
pakjes. Doe uw inkoopen alsjeblieft na den
dienst en ook dan rand ik u aan, u de dingen
thuis te laten brengen, want het past niet, dat
een officier als een pakezel beladen over straat
loopt. Denk er aan, dat wij spoedig bijna garde
zijn en dat een garde-luitenant met zooveel pukjes
in do hand een onbestaanbaar wezen is".
„Je moest eens weten, van wie dat rommeltje
is 1" dacht Bernburg. „In plauts van mij een
standje te maken, zou je mij dan zeer beleefd
danken. Wie weet, wat ik hier zooal draag;
misschien wel een koud soupeetje voor je
nu ik hoop, dat 't je goed zal sm iken. Misschien
is 't wel je lievelingskostjekaviaar Of ander
lekkers I 't Is te hopen, dat Elsbeth niet te
weten komt, dat je me zoo hebt uitgemaakt
dat zou haar spijten en mij ook terwille van
haar. Maar voor de reBt mag je zeggen, wat je
wilt; ik heb een goed geweten en de rechtvaar
dige lijdt in stilte, vooral wanneer hij dat als
soldaat doen moet. Praat zooveel als je maar
zelf wiltdoe me 't genoegen cn praat lang en
uitvoerig, want hoe langer je praat, des te min
der tijd blijft er over voor de theorie. Praat
dus maar op".
En de majoor redeneerde maar voort. Hij
maakte zichzelf hoe langer zoo kwader en toen
hij eindelijk klaar was, dacht Bernburg: „Nu,
die zal oogen opzetten, wanneer Elsbeth hem
van avond voorstelt, mij spoedig eens een avondje
te vragen. D i o oogen zou ik wel eens willen
zien".
Daarna wierp hij een blik op de gangklok.
Ziijn wensch was vervuld; de majoor had bijna
twintig minuten verpraat, de theorie-les was
nog niet eens begonnen en met zijn te laat
komen meegerekend, waB ze al huif ten einde.
Dat was het mooiste van alles.
Mevrouw Von Ekern had alle dames van het
regiment op een koffie-uurtje genoodigd. Men
kende de rede voor deze „Walkürenritl", zoo
als ondeugende luitennnts deze samenkomsten
van de dames met koffie en koekjes plachten te
noetnon. Er was een bijzondere unnleiding, waar
om de vrouw van den kolonel haar dames had
opgecommandeerd. Joscfine, do lungvorwachte
schoonzuster, was eindelijk gekomen; haar ter
eere zou het feeBt gegeven worden.
(Wordt vervolgd.)
Snelpersdruk, Firma A, H. van CLLEFF, Amersfoort.